ECLI:NL:RBLIM:2025:3667

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
18 april 2025
Publicatiedatum
18 april 2025
Zaaknummer
03.242971.23
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplichtigheid aan computervredebreuk met installatie van Anydesk op T-Mobile computers

Op 18 april 2025 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplichtigheid aan computervredebreuk. De verdachte, geboren in 1991 en werkzaam bij de T-Mobileshop in Heerlen, heeft het programma Anydesk geïnstalleerd en geactiveerd op twee bedrijfscomputers van T-Mobile. Dit stelde medeverdachten in staat om toegang te krijgen tot het klantenservicesysteem Salesforce, waar zij persoonsgegevens van klanten konden inzien en misbruiken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, hoewel hij een rol speelde in het faciliteren van de computervredebreuk, niet als medepleger kan worden aangemerkt. De rechtbank sprak de verdachte vrij van het primair tenlastegelegde medeplegen, maar achtte de medeplichtigheid aan computervredebreuk wel bewezen. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn eerdere veroordeling en de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer : 03.242971.23
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 18 april 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1991,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. A. van Wijk, advocaat kantoorhoudende te Tilburg.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 17 maart 2025. De verdachte en zijn raadsvrouw zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
Deze zaak is gelijktijdig behandeld met de strafzaak tegen medeverdachten:
- [medeverdachte 1] met het parketnummer 03.165233.21;
- [medeverdachte 2] met het parketnummer 03.164744.21;
- [medeverdachte 3] met het parketnummer 03.169582.21;
- [medeverdachte 4] met het parketnummer 03.017338.24;
- [medeverdachte 5] met het parketnummer 03.017366.24.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte samen met anderen computervredebreuk heeft gepleegd
(primair), dan wel hieraan medeplichtig is geweest
(subsidiair), door het installeren en activeren van het programma Anydesk op twee computers van de T-Mobileshop in Heerlen, zodat in servers van Salesforce met daarop het klantenservicesysteem van T-Mobile kon worden binnengedrongen.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het primair tenlastegelegde medeplegen. Hij heeft daartoe aangevoerd dat zonder het downloaden van Anydesk en het meermalen openzetten van het programma, de computervredebreuk überhaupt niet mogelijk was geweest.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de verdachte heeft bekend dat hij het programma Anydesk heeft geïnstalleerd en geactiveerd op (twee) bedrijfscomputers van T-Mobile.
Volgens de verdediging dient er vrijspraak te volgen van het primair tenlastegelegde medeplegen, nu de bijdrage van de verdachte daarvoor van onvoldoende gewicht is geweest. De verdachte handelde op aanwijzingen van anderen, was niet bij het idee en de testfases betrokken, kreeg een relatief klein bedrag betaald, kende zijn opdrachtgevers niet persoonlijk en wist niet wat zij met de gegevens, die zij via het programma konden bereiken van plan waren. Hij heeft in wezen alleen de deur open gezet en is daarom slechts medeplichtig.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Wat is er gebeurd?
Aan dit vonnis liggen de opsporingsonderzoeken bekend onder de namen Gorgo en Indra ten grondslag. Naar aanleiding van deze onderzoeken zijn 6 verdachten gedagvaard, te weten: [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [verdachte] , [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] . Uit het onderzoek ter terechtzitting van 17 maart 2025 en het procesdossier is naar het oordeel van de rechtbank het volgende komen vast te staan.
In 2020 heeft een hacker klantgegevens van het cryptowalletbedrijf Ledger gestolen en gepubliceerd. In deze database stonden e-mailadressen, woonadressen en telefoonnummers van duizenden Nederlanders. Eind 2020 en begin 2021 heeft [medeverdachte 3] met enerzijds [medeverdachte 2] en anderzijds [medeverdachte 1] contact gehad over een plan om met deze gegevens de cryptovaluta van deze klanten te stelen. Zij wilden 06-nummers ‘simswappen’, authenticatieberichten onderscheppen, wachtwoorden wijzigen, accounts overnemen en zo cryptovaluta stelen en witwassen. Daarvoor moesten zij kunnen beschikken over drie onderdelen uit de bedrijfsvoering van een telecomprovider, in dit geval T-Mobile: het programma Salesforce (om extra klantgegevens zoals de geboortedatum te vinden), de programma’s TAS en KMT (om de 06-nummers over te zetten) en lege simkaarten (om de 06-nummers op te zetten).
In deze periode heeft [verdachte] , verkoopmedewerker bij de T-Mobileshop in Heerlen, via de chatapplicatie Wickr contact onderhouden met de gebruiker ‘ [naam 1] ’ (geïdentificeerd als [medeverdachte 1] ) en gebruiker ‘ [naam 2] ’ (geïdentificeerd als [medeverdachte 3] ). Tegen betaling van cryptovaluta heeft hij vervolgens voor hen Anydesk geïnstalleerd en meerdere keren aangezet op twee bedrijfscomputers van de T-Mobileshop in Heerlen. Anydesk is een remote acces tool, waarmee het mogelijk is om op afstand de controle te nemen over deze computers. Daarnaast heeft [verdachte] naked sims van de T-Mobileshop voor hen geregeld en deze aan [medeverdachte 1] gegeven. [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] hadden zodoende via Anydesk toegang tot de computers, en daarmee ook toegang tot het bedrijfssysteem Salesforce, van T-Mobile. In Salesforce hebben zij een groot aantal telefoonnummers, e-mailadressen en persoonsgegevens van klanten van T-Mobile opgezocht.
Met de overgenomen gegevens van Salesforce en de naked sims hebben [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] simswaps laten uitvoeren. In januari en begin februari 2021 hebben ze dit gedaan door ‘social engineering’ via de T-Mobile klantenservice (bellen en chat), met behulp van de gelekte klantgegevens en de overgenomen persoonsgegevens.
Gaandeweg deze periode is het plan ontstaan om deze simswaps zelf te doen. Daarom hebben [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] contact gehad met [medeverdachte 5] . Hij is een van de eigenaren van een belwinkel in Vaals, genaamd [naam belwinkel 1] en [naam belwinkel 2] . Deze belwinkel is een externe dealer van T-Mobile. [medeverdachte 5] heeft, tegen betaling van cryptovaluta, aan hen toegang gegeven tot het TAS en de KMT van T-Mobile. Om dit te verhullen is door [medeverdachte 2] een phishingwebsite gemaakt waarop de mede-eigenaar van de belwinkel [medeverdachte 4] heeft ingelogd en zodoende op 18 februari 2021 onbedoeld de inloggegevens heeft doorgespeeld.
Vervolgens zijn [medeverdachte 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zelfstandig simswaps gaan uitvoeren via de KMT van deze externe dealer. Dit deden ze onder andere in het weekend van 20 tot en met 22 februari 2021, toen zij gezamenlijk verbleven in een gehuurd vakantiehuis. Door de simswaps namen zij tijdens dit weekend 160 telefoonnummers over en konden zij ook de e-mailaccounts van de eigenaren van die telefoonnummers overnemen en vervolgens verhinderen dat deze eigenaren nog toegang hadden tot hun eigen e-mailadres. Onder andere door het laten verzenden van verificatiecodes van e-mailadressen en cryptoaccounts naar de overgenomen telefoonnummers konden inloggegevens van cryptoaccounts worden aangevraagd en/of gereset dan wel herstelzinnen voor cryptowallets worden gevonden in diverse applicaties. Vervolgens veranderden ze de wachtwoorden van de cryptowallets en verstuurden ze de cryptovaluta naar een eigen cryptoadres. De cryptovaluta zijn omgezet/gewisseld naar Bitcoins en [medeverdachte 2] heeft deze Bitcoins vervolgens verstuurd naar een chipmixer om de herkomst van de cryptovaluta te verhullen. Vanuit de chipmixer zijn de Bitcoins naar de cryptowallets van [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] en het Binance depositadres van [medeverdachte 2] gestuurd.
De slachtoffers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] zijn het slachtoffer geworden van deze fraude. In totaal werd van deze slachtoffers ongeveer 100.000 euro weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat [medeverdachte 1] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] samen via Salesforce, TAS en KMT de simswaps hebben uitgevoerd en de cryptovaluta hebben weggenomen uit de cryptowallets. [medeverdachte 2] was de expert in digitale zaken. Hij schreef scripts om in grote datasets met persoonsgegevens het opzoeken van potentiële slachtoffers eenvoudiger en gerichter te maken en verstuurde de Bitcoins naar de chipmixer en verdeelde de cryptovaluta over hemzelf, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . [medeverdachte 1] onderhield het contact met [verdachte] en [medeverdachte 5] , betaalde [verdachte] uit met cryptovaluta, bewaarde de naked sims en een deel van de gebruikte telefoons bij het simswappen kwamen van hem. [medeverdachte 3] was de verbindende factor tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] . Hij onderhield ook het contact met [verdachte] en heeft cryptovaluta uitbetaald aan [verdachte] en [medeverdachte 5] .
Bewijs
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte medeplichtig is geweest aan de computervredebreuk door het programma Anydesk op twee bedrijfscomputers te installeren en activeren. Omdat de verdachte hierover een bekennende verklaring heeft afgelegd en namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank op grond van artikel 359, derde lid, tweede volzin van het Wetboek van Strafvordering met een opgave van de bewijsmiddelen, te weten:
  • De verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 17 maart 2025;
  • Het proces-verbaal van aangifte door [naam 3] namens T-Mobile Netherlands B.V. d.d. 22 februari 2021, p. 139, 140, 142 t/m 150;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek iPhone XS) d.d. 18 maart 2021, p. 160 t/m 164, 167, 168, 170 t/m 181, 184, 185 en 187;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (computer T-Mobile shop AALU8336NL) d.d. 21 april 2021, p. 188 t/m 194;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (computer T-Mobile shop AALU1486NL) d.d. 16 maart 2021, p. 195 t/m 197;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (totale Sales Force Logging) d.d. 17 mei 2021, p. 236 en 237;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (herstellen en inbeslagname BTC-wallet) d.d. 26 februari 2021, p. 283 t/m 285;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (bitcoinsporen [naam 1] ) d.d. 18 mei 2021, p. 291, 293, 294, 297;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (bitcoinsporen [naam 2] ) d.d. 14 mei 2021, p. 303 t/m 306;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (analyse exodus wallet [medeverdachte 1] / [naam 1] ) d.d. 12 oktober 2021, p. 1092;
  • Het proces-verbaal van bevindingen (onderzoek iPhone XR [medeverdachte 2] AAJJ9164NL) d.d. 11 augustus 2021, p. 817;
  • Het proces-verbaal verhoor van de verdachte [medeverdachte 2] d.d. 21 juli 2021, p.1343, 1344;
  • Het proces-verbaal verhoor van de verdachte [medeverdachte 2] d.d. 22 juli 2021, p. 1348, 1349.
Bewijsoverwegingen
De verdachte heeft tegen betaling van cryptovaluta in ieder geval in de periode van 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 het programma Anydesk op twee bedrijfscomputers van T-Mobile geïnstalleerd en geactiveerd.
De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of dit handelen dient te worden aangemerkt als medeplegen van computervredebreuk (het primair tenlastegelegde) of van medeplichtigheid aan computervredebreuk (het subsidiair tenlastegelegde). Voor medeplegen is vereist dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking, waarbij de bijdrage van de verdachte voldoende substantieel moet zijn. Voor medeplichtigheid is het voldoende als de verdachte de andere pleger(s) de gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft dan wel behulpzaam is geweest bij het gronddelict en zodoende het begaan van het misdrijf door de anderen, heeft vergemakkelijkt. Voor een bewezenverklaring van medeplichtigheid aan een misdrijf is daarnaast vereist dat niet alleen wordt bewezen dat het opzet van de verdachte was gericht op de behulpzaamheid zelf, maar ook dat zijn opzet, al dan niet in voorwaardelijk vorm, was gericht op het door de dader(s) gepleegde misdrijf (het gronddelict).
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte van het primair tenlastegelegde dient te worden vrijgesproken. Op basis van het dossier acht zij niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte een zodanig significante rol heeft gehad en zodanig nauw en bewust heeft samengewerkt dat hij als medepleger dient te worden beschouwd. De officier van justitie heeft betoogd dat de verdachte medepleger is, omdat de computervredebreuk zonder zijn bijdrage niet mogelijk was. Dit argument geldt echter ook voor medeplichtigen, omdat plegers van misdrijven in de regel alleen daadwerkelijk noodzakelijke hulp zullen inroepen. In de kern heeft de verdachte aan zijn medeverdachten de gelegenheid verschaft om computervredebreuk te plegen. Dat is een typische medeplichtigheidshandeling.
Het subsidiair tenlastegelegde, de medeplichtigheid aan computervredebreuk, acht de rechtbank wel wettig en overtuigend bewezen. De verdachte heeft verklaard dat hij behulpzaam is geweest bij het installeren en activeren van Anydesk, dat hij codes voor Anydesk heeft doorgestuurd en dat hij daarvoor betaald werd. Daarnaast blijkt uit een gesprek dat de verdachte met een collega heeft gevoerd (p. 167) dat hij wist dat medeverdachten in Salesforce moesten binnendringen om klanten op te zoeken. De rechtbank stelt vast dat de verdachte door zo te handelen het opzet had op het ‘behulpzaam zijn’ en op het gronddelict, de computervredebreuk.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat
[medeverdachte 3] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] , in of omstreeks de periode van 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 te Heerlen, met elkaar, opzettelijk en wederrechtelijk zijn binnengedrongen in een geautomatiseerd werk, te weten computers en/of servers van de T-Mobileshop te Heerlen en/of Salesforce
b. door een technische ingreep.
c. met behulp van een valse sleutel
tot het plegen van welke misdrijven, de verdachte omstreeks de periode van 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 te Heerlen, opzettelijk behulpzaam is geweest door het installeren en activeren van het programma Anydesk op twee bedrijfscomputers zonder daartoe gerechtigd te zijn.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert het volgende strafbare feit op:
Subsidiair:
medeplichtigheid aan het medeplegen van computervredebreuk
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van het medeplegen dat hij bewezen heeft geacht, gevorderd aan de verdachte op te leggen een taakstraf voor de duur van 180 uren en een gevangenisstraf van 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. Bij het bepalen van de strafeis heeft de officier van justitie rekening gehouden met de ernst van het feit, de rol van de verdachte bij dit strafbare feit, het voorarrest, de persoon van de verdachte en het tijdsverloop.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft bepleit, gelet op de overschrijding van de redelijke termijn en de positieve ontwikkelingen die de verdachte heeft doorgemaakt, tot een lagere straf dan geëist door de officier van justitie. Een voorwaardelijke gevangenisstraf is volgens de verdediging niet meer passend door het tijdsverloop. Een voorwaardelijke straf is bovendien niet nodig om herhalingsgevaar te beperken, omdat het delict is ontstaan uit een bijzondere samenloop van omstandigheden: de verdachte had destijds zijn partner, zijn inkomen en zijn koophuis verloren.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De ernst van het feit
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aan computervredebreuk. Hij heeft het programma Anydesk geïnstalleerd en geactiveerd op twee bedrijfscomputers van een T-Mobileshop. Door dit programma heeft hij de medeverdachten de mogelijkheid gegeven om in het programma Salesforce persoonsgegevens van klanten van T-Mobile op te zoeken. Het doel hiervan was het uitvoeren van simswaps en het stelen van cryptovaluta. De verdachte heeft alleen gedacht aan zijn eigen financiële motieven. Hij heeft geen oog gehad voor het feit dat er personen slachtoffer konden worden en zijn geworden van deze vorm van cybercrime. Ook heeft hij het vertrouwen van zijn werkgever (T-Mobile) en de maatschappij geschaad. In de maatschappij moet iedereen kunnen vertrouwen op de bescherming van persoonsgegevens.
De persoonlijke omstandigheden
Bij het bepalen van de aard en de duur van de strafoplegging heeft de rechtbank naast de ernst van de feiten ook acht geslagen op de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van de verdachte van 21 november 2024, waaruit blijkt dat hij een keer eerder is veroordeeld, voor een overtreding van de Wegenverkeerswet. De rechtbank heeft daarnaast acht geslagen op het reclasseringsadvies van 23 januari 2025 en hetgeen over de persoon van de verdachte ter terechtzitting naar voren is gekomen. Hieruit blijkt dat de verdachte ten tijde van het strafbare feit in relationele, financiële en psychosociale problemen zat maar inmiddels zijn leven (weer) op de rit heeft. Hij heeft een relatie, huisvesting en werkt fulltime. De verdachte beseft dat hij crimineel gehandeld heeft en heeft hier spijt van.
De redelijke termijn
Naast het voorgaande houdt de rechtbank bij de bepaling van de strafmaat ook rekening met het feit dat de redelijke termijn is overschreden. De Hoge Raad neemt in zijn uitleg van de redelijke termijn immers als uitgangspunt dat binnen twee jaar na aanvang van de redelijke termijn in eerste aanleg vonnis dient te worden gewezen. De redelijke termijn vangt aan op het moment dat door of vanwege de Staat jegens de verdachte een handeling is verricht waaruit deze heeft opgemaakt en redelijkerwijs heeft kunnen opmaken dat tegen hem een strafvervolging zou worden ingesteld. De verdachte werd op donderdag 25 februari 2021 als verdachte aangehouden en in verzekering gesteld. De rechtbank neemt deze datum als uitgangspunt voor de aanvang van de redelijke termijn. Dit vonnis wordt op 18 april 2025 gewezen. Daarmee is de redelijke termijn met 2 jaar overschreden.
De op te leggen straf
De rechtbank ziet aanleiding om in deze zaak aan het strafdoel van generale preventie, mede vanuit een oogpunt van normbevestiging, bij de bepaling van de strafmaat een bijzonder gewicht toe te kennen. Slachtoffers van cybercrime zijn minder zichtbaar voor de daders en voor de samenleving, maar de gevolgen kunnen minstens zo groot zijn als bij meer traditionele vormen van inbraak en diefstal. Hoe meer het dagelijks leven digitaliseert, hoe breder en dieper slachtoffers geraakt worden.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat aan de verdachte een taakstraf van 180 uren moet worden opgelegd. Anders dan de raadsvrouw acht de rechtbank een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden, met een proeftijd van 2 jaar wel noodzakelijk. Met het opleggen van de voorwaardelijke gevangenisstraf wordt enerzijds de ernst van het door de rechtbank bewezenverklaarde feit tot uitdrukking gebracht en wordt anderzijds beoogd de verdachte ervan te weerhouden opnieuw de fout in te gaan als het hem financieel tegenzit.

7.Het beslag

De rechtbank beslist als volgt.
Nu het bewezenverklaarde feit met behulp van de telefoon, die aan de verdachte toebehoort, is begaan, zal de rechtbank deze verbeurdverklaren.
Onder de verdachte is 0.02576605 BTC en 0.1290091 ETH in beslaggenomen. Het is de rechtbank niet gebleken dat dit is verkregen uit of gebruikt bij het strafbare feit. Deze cryptovaluta dient dan ook aan hem te worden teruggegeven.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 33, 33a, 48, 49, 138ab van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van het primair tenlastegelegde;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • beveelt dat indien de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 90 dagen;
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze taakstraf in mindering zal worden gebracht, naar rato van twee uren per dag;
Beslag
- verklaart verbeurd het volgende in beslag genomen voorwerp:
1 STK GSM (Omschrijving: PL2300-LBRDD21003_649270, Zwart, merk: Iphone);
- gelast de teruggave van de volgende in beslag genomen voorwerpen aan [verdachte] :
  • BTC 0.02576605 vervreemd 4-3-2021 (Omschrijving: LBRDD21003_649305 IBN 25-02-2021 BTC 0.02576605 vervreemd 4-3-2021, Bitcoin);
  • ETH 0.1290091 vervreemd 4-3-2021 (Omschrijving: LBRDD21003_649309 IBN 25-02-2021 ETH 0.1290091 vervreemd 4-3-2021, Ethereum).
Dit vonnis is gewezen door mr. N.P.J. van de Pasch, voorzitter, mr. H.E.G. Peters en mr. K. Mestrom, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.K. Klompe en mr. L.M.N.F. Roelofs, griffiers, en uitgesproken ter openbare zitting van 18 april 2025.
Buiten staat
Mrs. H.E.G. Peters en K. Mestrom zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
De griffier, mr. M.K. Klompe is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
Primair
hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 te Heerlen, gemeente Heerlen, althans in Nederland (telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk is binnengedrongen in (een gedeelte van) een geautomatiseerd werk,
te weten computersystemen en/of (een) webserver(s) van T-Mobile en/of de T-Mobileshop te Heerlen en/of het klantenservice systeem (Salesforce) van T-Mobile
a. door het doorbreken van een beveiliging,
b. door een technische ingreep,
c. met behulp van valse signalen of een valse sleutel,
d. door het aannemen van een valse hoedanigheid
te weten: het installeren en/of activeren van het programma Anydesk op twee bedrijfscomputers zonder daartoe gerechtigd te zijn.
subsidiairalthans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 1] , op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 te Heerlen, gemeente Heerlen, met elkaar, althans één van hen (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk is binnengedrongen in (een gedeelte van) een geautomatiseerd werk,
te weten computersystemen en/of (een) webserver(s) van T-Mobile en/of de T-Mobileshop te Heerlen en/of het klantenservice systeem (Salesforce) van T-Mobile
a. door het doorbreken van een beveiliging,
b. door een technische ingreep,
c. met behulp van valse signalen of een valse sleutel,
d. door het aannemen van een valse hoedanigheid
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte in of omstreeks de periode 20 februari 2021 tot en met 24 februari 2021 te Heerlen gemeente Heerlen, meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door het installeren en/of activeren van het programma Anydesk op twee bedrijfscomputers zonder daartoe gerechtigd te zijn.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie-eenheid Limburg, Team Digitale Opsporing (LB), proces-verbaalnummer LBRDD21003/GORGO en LBRDD21006/INDRA, gesloten d.d. 22 november 2021, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 1855.