In deze zaak heeft De Smockelaer B.V. een verzoek ingediend tot toekenning van een gefixeerde vergoeding van € 3.686,57 en de afgifte van een Bordercollie, die aan de werknemer [verweerder] was toevertrouwd. De werknemer heeft zijn arbeidsovereenkomst met De Smockelaer per 1 november 2024 willen beëindigen, maar De Smockelaer stelt dat de arbeidsovereenkomst pas op 19 november 2024 is geëindigd, na een e-mail van de gemachtigde van de werknemer. De kantonrechter heeft de procedure op 13 maart 2025 behandeld, waarbij beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De Smockelaer heeft betoogd dat de werknemer onregelmatig heeft opgezegd, terwijl de werknemer stelt dat er overeenstemming was over de beëindiging van het dienstverband. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst op 19 november 2024 is geëindigd en dat de werknemer een gefixeerde vergoeding verschuldigd is. Tevens is de werknemer veroordeeld tot afgifte van de hond aan De Smockelaer, met een dwangsom bij niet-naleving. De kantonrechter heeft de vorderingen van de werknemer tot betaling van vakantiegeld en overuren afgewezen, omdat deze niet voldoende onderbouwd waren. De proceskosten zijn voor rekening van de werknemer, die overwegend ongelijk heeft gekregen.