Op 27 maart 2025 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg een beschikking gegeven op verzoek van Bij Nabben B.V. om een beloning vast te stellen voor de verhuizing van een betrokkene. De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoek, dat op 26 februari 2025 is ingediend, en heeft besloten om geen mondelinge behandeling te houden. De verzoeker stelt dat er extra uren zijn gemaakt met betrekking tot de verhuizing, waaronder administratieve taken en het regelen van gas, water en licht.
De kantonrechter heeft de aanvraag beoordeeld aan de hand van artikel 3, vijfde lid, van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren. Volgens deze regeling kan een beloning voor verhuizing alleen worden toegekend als er geen mentor is die de verhuizing kan regelen. De kantonrechter concludeert dat de administratieve werkzaamheden die de bewindvoerder verricht, onder de normale taken van een bewindvoerder vallen en daarom niet in aanmerking komen voor een extra beloning.
De kantonrechter wijst het verzoek af, omdat de verzoeker geen andere werkzaamheden heeft gesteld dan de administratieve handelingen. Dit staat in contrast met een eerdere uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin werd geoordeeld dat de bewindvoerder de aangewezen persoon is om de verhuizing te regelen als er geen mentor is. De kantonrechter is echter van mening dat de administratieve handelingen niet onder de werkzaamheden vallen waarvoor een beloning kan worden toegekend. De beschikking is openbaar uitgesproken op 27 maart 2025.