Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft Weller Wonen, een woningcorporatie, een vordering ingesteld tegen [gedaagde] met betrekking tot de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning. De vordering is gebaseerd op de stelling dat [gedaagde] overlast veroorzaakt door haar meerderjarige zoon, die drugsverslaafd zou zijn en in de woning verblijft. De procedure begon met een dagvaarding en een mondelinge behandeling op 19 november 2025. Weller Wonen stelt dat de zoon van [gedaagde] niet langer in de woning mag verblijven en dat er klachten zijn van omwonenden over overlast. [gedaagde] betwist deze claims en stelt dat haar zoon tijdelijk bij haar verblijft en dat er geen sprake is van overlast.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Weller Wonen niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de gestelde overlast. Er zijn geen ondertekende klachten of rapporten van de politie overgelegd die de claims van Weller Wonen ondersteunen. De kantonrechter concludeert dat de vorderingen van Weller Wonen niet kunnen worden toegewezen, omdat niet is aangetoond dat [gedaagde] of haar zoon overlast veroorzaken. De vorderingen worden afgewezen en Weller Wonen wordt veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde].