3.4.1Bewijsmiddelen feiten 1 en 2
Bevindingen aangetroffen lichaam
Op 15 juni 2022 rond 01:30 uur rijdt een getuige onder een brug van de A61 bij Münster-Sarmsheim en ziet daar een brand bij een brugpijler. De Duitse politie constateert om
01:43 uur dat het gaat om een brandend menselijk lichaam, waarbij men uitgaat van brandstichting met behulp van benzine. Het is ter plaatse niet mogelijk het lichaam te identificeren vanwege de zware verbrandingen. Wel is al snel duidelijk dat de persoon al dood was voor het lichaam in brand werd gestoken.
Onderzoekers weten uiteindelijk drie vingerafdrukken te nemen en te reconstrueren.
Op 7 oktober 2022 wordt bekend dat een zoekopdracht in de Nederlandse Basis Voorziening Vreemdelingen tot een treffer heeft geleid met de daarin beschikbare vingerafdrukken van een vermist persoon: [slachtoffer] . Op 10 oktober 2022 wordt contact opgenomen met de Nederlandse politie.
Uit de autopsie van het lichaam, uitgevoerd in Duitsland op 15 juni 2022 door [naam 1] , blijkt onder andere het volgende:
Op de vraag naar het tijdstip van overlijden verklaarde zij dat het 1-2 dagen of zelfs weken geleden kon zijn, afhankelijk van de plaats waar het lijk werd bewaard.
[...]
Het gewicht van het lijk is ongeveer 30 kg [...]
Uit de sectie van het lichaam, tevens uitgevoerd in Duitsland op 15 juni 2022 door
[naam 1] , blijkt onder andere het volgende:
Doodsoorzaak: pathologisch-anatomisch niet aantoonbaar bij uitgebreide veranderingen door hitte/verkolingen en veranderingen door ontbinding.
Wijze van overlijden: onduidelijk.
Aanvullend heeft [naam 1] op 1 juli 2022 geconcludeerd tot onder andere de volgende bevindingen:
Op het lijk waren uitgebreide destructieve verbrandingen te zien en ook duidelijke zichtbare ontbindingsveranderingen, waardoor de bevindingen aanzienlijk beperkt werden. Een concrete doodsoorzaak kon door middel van postmortale computertomografie en forensische obductie niet (meer) worden vastgesteld.
Op grond van de algehele omstandigheden en de aanwijzingen tot nu toe kan inwerking van mechanisch geweld als doodsoorzaak in geen geval worden uitgesloten, omdat op grond van de toestand van het lijk zaken als onderhuidse bloedingen aan de hals of petechiën, zoals deze worden aangetroffen bij inwerking van geweld op de hals, niet konden worden vastgesteld.
Evenwel was ook een beoordeling ten aanzien van inwerking door scherp geweld zonder dat de benige structuren waren aangedaan, maar heel beperkt mogelijk.
De postmortale computertomografie en de forensische obductie hebben geen eerder
bestaande aandoeningen aan het licht gebracht.
Concluderend kan vanuit forensisch-geneeskundig oogpunt een levensdelict in geen geval worden uitgesloten.
Op 21 december 2022 is in Duitsland door onder meer [naam 1] een forensisch geneeskundig rapport opgesteld naar aanleiding van de verklaringen van de verdachte en dat rapport is vertaald en toegevoegd aan het dossier op 9 februari 2023.In dit vertaalde rapport komt [naam 1] onder meer tot de volgende antwoorden op gestelde vragen
:
Bij welk ziektebeeld zouden de door verdachte beschreven ademhalingsproblemen van het slachtoffer kunnen passen?
[...] Ook een zogenoemd hyperventilatiesyndroom waarbij meer CO2 wordt uitgeademd, zou de beschreven ademnood kunnen verklaren, waarbij bij een acute aanval sensibiliteitsstoornissen, een "obstetrische stand" van de handen o.a. optreden. De oorzaak van een hyperventilatiesyndroom zijn meestal psychogene componenten.
Zou een dergelijk ziektebeeld het overlijden van het slachtoffer bij de boven beschreven toedracht ten minste hebben begunstigd? Zou een dergelijk ziektebeeld ook alleen de doodsoorzaak geweest kunnen zijn?
[...] De bij het beantwoorden van de vorige vraag beschreven disfunctie van de stembanden en het hyperventilatiesyndroom lijken volgens de huidige stand van de kennis eerder ongeschikt om het intreden van de dood relevant te hebben begunstigd of zelfs alleen te hebben veroorzaakt.
Uit het aanvullend rapport van 25 april 2024, opgemaakt in Nederland door [naam 2] , blijkt het volgende:
Vraag 1.
Kan gegeven de staat waarin het lichaam werd aangetroffen, een oordeel worden gegeven over de mogelijkheid/waarschijnlijkheid van wurgen/smoren/verstikken als doodsoorzaak?
Antwoord:
Gezien de staat van gevorderde ontbinding en destructie van het lichaam wegens postmortaal opgeleverde brandschade, was een substraat van wurgen, smoren wijzend op verstikken als doodsoorzaak, niet meer volledig te onderzoeken.
Ook al waren de nog te onderzoeken structuren van het halsskelet niet gebroken (informatie uit het autopsierapport: “strottenhoofdhoornen niet onnatuurlijk beweeglijk, zonder breuken. Het tongbeen ook kraakbenig vormgegeven, geen definieerbare breuken. Voor zover nog te beoordelen, geen bloedingen in de omgeving). Geweld op de hals gaat niet altijd gepaard met breuken van het halsskelet. Eventuele bloeduitstortingen in halsspieren en overige weke delen en de huid van de hals waren niet meer na te gaan wegens brandschade. Ook waren eventuele stuwingstekenen als begeleidende verschijnselen van verwurging niet meer na te gaan.
Letsels van smoren konden evenmin (optimaal) meer worden onderzocht.
Dat betekent: dat de geweldsvormen wurgen en smoren met een verstikkingsdood, niet kunnen worden uitgesloten als eventuele doodsoorzaak bij [slachtoffer] .
Vraag 2.
HI. het overlijden van het slachtoffer heeft een traumatische oorzaak
HII. het overlijden van het slachtoffer heeft geen traumatische oorzaak
Antwoord en toelichting:
- Er is op grond van de bevindingen van autopsie (na uitgebreid macroscopisch en lichtmicroscopisch onderzoek van organen), geen ziekelijke oorzaak aangetoond die van belang zou kunnen zijn geweest voor het overlijden. De gevorderde ontbinding heeft enige belemmering van het onderzoek veroorzaakt, doch waren de belangrijke organen nog goed genoeg te onderzoeken.
- Er valt op grond van het uitgebreide voorliggende medische dossier, geen ziekelijke afwijking die van belang zou kunnen zijn geweest voor het overlijden, te concluderen.
- Er is op toxicologische grond (toxicologisch onderzoek opvolgend aan de sectie) geen toxicologische oorzaak van of bijdrage aan het overlijden gebleken.
Op grond van bovengenoemde vaststellingen is het overlijden van het [slachtoffer] waarschijnlijker gegeven een traumatische oorzaak (hypothese I) dan gegeven een niet-traumatische oorzaak (hypothese II).
Vraag 3.
HI. het slachtoffer is overleden als gevolg van een ziekelijke oorzaak
HII. het slachtoffer is niet overleden als gevolg van een ziekelijke oorzaak
Antwoord:
Op grond van de vaststellingen opgesomd onder vraag 2, is het overlijden van [slachtoffer] waarschijnlijker gegeven een niet-ziekelijke oorzaak (hypothese II) dan gegeven een ziekelijke oorzaak (hypothese I).
Eigenlijk hoeft dit niet in hypothesen te worden uitgedrukt, omdat de inwendige organen macroscopisch en lichtmicroscopisch behoorlijk goed konden worden onderzocht (ondanks ontbinding) en er geen afwijkingen van betekenis gebleken zijn. Een ziekelijke doodsoorzaak kan niet worden geconcludeerd.
Bij het opstellen van dit rapport is tevens het huisartsenjournaal betreffende [slachtoffer] meegenomen. Dit journaal omvat 63 pagina’s over de periode van 20 februari 2014 tot en met 15 november 2022.
Na de melding van de vermissing op 19 juni 2022 heeft de politie onder meer op 21 juni 2022 een huisbezoek afgelegd. Daarbij vertelde de verdachte onder andere tegen de politie dat hij sterk het vermoeden had, dat zijn vrouw had gewacht totdat ze haar Nederlands paspoort had gekregen en dat ze er nu met een andere man vandoor was. Hij benoemde dat zijn vrouw nooit naar de kinderen had omgekeken en dat zij ze zelfs meerdere malen zou hebben geslagen. Zijn vrouw was volgens hem erg snel boos en ze werd dan ook agressief. Verder had zijn vrouw volgens de verdachte alle zomerkleding, gouden sieraden, beide paspoorten (Nederlands en Tunesisch) en 28.300 euro aan cashgeld meegenomen.
Door de verdachte werd op 25 augustus 2022 aangiftegedaan tegen zijn echtgenote, de op dat moment nog als vermist opgegeven [slachtoffer] , in verband met de opmerking dat zij een
geldbedrag van 28.300 euro van hem zou hebben ontvreemd.
De verdachte heeft na zijn aanhouding op 19 oktober 2022 een verklaring bij de politie afgelegd. Het verbatim uitgewerkte verhoor is samengevat in een proces-verbaal van bevindingen, hieruit blijkt dat de verdachte als volgt heeft verklaard:
V: U wordt verdacht van betrokkenheid bij dood van [slachtoffer] , haar lichaam is aangetroffen en zij door een misdrijf om het leven is gekomen.
A: Op zaterdag, 11 juni, ben ik gaan zwemmen met de kinderen. Op zondag ben ik boodschappen gaan doen, en ik kwam thuis. De kinderen waren aan het huilen. Ze ging ruzie maken met mij. Ik zei: “zachtjes doen voor de buren.” Ze zei dat ze weg wilde. Ze ging hard praten. […] Zij bewoog niet meer. De kinderen waren buiten en deden kloppen en bellen. Ze reageerde niet. Ik heb tegen de kinderen gezegd: “Buiten blijven.” De kinderen huilden, dus ik ben naar buiten gegaan. Toen ik terugkwam in huis, was ze nog hetzelfde. Ze bewoog niet. Ze ademde niet. Ze was dood.
Ik heb haar in de woonkamer bij de bank gelegd. De deur van de kamer heb ik op slot gedaan. Na 2 of 3 dagen begon ze te stinken. Ik heb haar ingewikkeld in het tapijt uit mijn huis. Ik heb haar in de auto gelegd, in de BMW, op de achterbank.
Ik moest wat doen omdat ze begon te stinken. De kinderen waren bij een vrouw, haar naam is [naam 3] . Ik heb gezegd: “Ik heb een probleem met mijn vrouw en moet oplossen.” Ik ben gaan rijden met de BWM. Ik zocht een bos. Ik moest haar weg hebben. Ik ben naar Germany (
de rechtbank begrijpt: Duitsland) gegaan. De hele avond gereden. Ik kwam bij een parkeerplaats. Het was toen 01.00 uur of 02.00 uur in de ochtend. Heb ook benzine meegenomen. Ik zag een trap naar beneden bij een parkeerplaats. Zag geen auto’s. Ik dacht daar mijn vrouw verstoppen. Ze viel in de berm, rolde naar beneden. Ze eindigde helemaal beneden. Ze lag toen onder de brug. Heb benzine op haar gedaan, verbrand mijn vrouw. Ik heb een jerrycan gebruikt, die lag in de koffer (
de rechtbank begrijpt: de kofferbak van de auto). Ik heb die uit de auto gepakt en heb toen mijn vrouw verbrand. Ik heb een aansteker gepakt. Ze brandde en ik ben meteen weggegaan.
De verdachte heeft op 28 oktober 2022 een verklaring afgelegd bij de politie. Het verbatim uitgewerkte verhoor is samengevat in een proces-verbaal van bevindingen, hieruit blijkt dat de verdachte als volgt heeft verklaard:
Ik legde de telefoon, de iPhone, op de deur bij de wasmachine. Met die telefoon nam ik gesprekken op. Als er iets interessants was, dan zette ik het op een usb. Ik deed dit sinds anderhalf jaar.
De verdachte heeft op 10 mei 2023 een verklaring afgelegd bij de politie. Het verhoor is verbatim uitgewerkt in het proces-verbaal van bevindingen. Hieruit blijkt dat de verdachte als volgt heeft verklaard:
V1: Wat heeft u met de Huawei telefoon van [slachtoffer] gedaan na het overlijden?G: Ik heb de familie een paar keer met haar telefoon gebeld. Ik liet dan de stem van [slachtoffer] horen. Ik heb dat gesprek met de Huawei opgenomen en toen het bestand gestuurd. Dat heb ik ook een keer via Skype gedaan op het account [slachtoffer] . […] Het telefoongesprek naar de vader was op 19 juni 2022. Op 6 juli 2022 had ik een bericht gestuurd via Skype. Op 23 juni 2022 heb ik berichten naar de Huawei gestuurd omdat ik wilde doen alsof zij was weggegaan. Ik wilde een beetje rust hebben.
De verdachte heeft tijdens de terechtzitting als volgt verklaard:
U, voorzitter, vraagt mij hoe het kan dat de vader op 19 juni 2022 via zijn telefoon de stem van [slachtoffer] te horen kreeg. Een opname van haar stem bevond zich op de telefoon. Dat fragment heb ik erbij gezocht en laten horen aan de familie.
Op 27 oktober 2023 werd [benadeelde 1] (zoon van [slachtoffer] en de verdachte) gehoord als getuige. Hij verklaarde onder meer als volgt:
G(ehoorde): Ik weet niet heel veel hoor.
V(erhoorster): Je weet niet heel veel. Maar wat weet je wel?
G: Uh, dat ik een gil ging horen. Ik hoorde een gegil.
[...]
G: Toen kwam papa naar buiten.
[...]
G: En toen uh, zag ik een schram en ik vroeg wat er aan de hand was. En toen zei papa, dat komt door een blikje tonijn.
[...]
V: En waar was die schram dan?
G: [gaat met de vingers van zijn rechterhand over zijn linker wang]
[...]
G: Bij de wang van papa.
[...]
V: En hoe groot was die schram?
G: Uh, zo groot, [houd zijn beide wijsvingers ongeveer 2 centimeter van elkaar af op zijn wang].
[...]
G: En zo dun. [houd zijn beide wijsvingers voor zijn gezicht ongeveer een halve centimeter uit elkaar]
[...]
G: Ik zag heel rood. Dat was wat ik zag.
[...]
V: Hè? Uhm, en jij zei ook uh, dat je gegil hoorde.
[...]
V: Wat voor gegil was dat?
G: Van mama.
[...]
V: En hoe weet je dat die van mama was?
G: Uhm, d 'r stem.
[...]
G: Ik hoorde alleen van mama een gegil.
[...]
V: En vertel. Hoe ging het toen dan verder?
[...]
V: Jullie gingen een ijsje gegeten en daarna kwam je thuis. En wat deden jullie toen? Toen je thuis kwam?
G: Deden we eerst mama zoeken. Ze was nergens.
V: Wie deed mama zoeken?
G: Ik en [benadeelde 2] .
[...]
G: Ik had mama gezocht op de slaapkamer, badkamer? Overal eigenlijk.
[...]
G: Ook in de tuin.
[...]
V: Oké. En je zegt: ik heb mama overal gezocht. En papa? Wat deed die?
G: Die deed met zijn werk.
[...]
V: Wat deed die dan precies?
G: Eten maken.
[...]
V: Hmhm. En had papa ook meegezocht naar mama dan?
G: Nee.
[...]
V: En hoe weet je dat papa boos op mama werd?
G: Want ik kon dat zien.
[...]
V: Was dat vaker dan zo dat papa ruzie met mama had?
G: Hmhm.
V: En hoe vaak was dat dan?
G: Heel vaak.
[...]
G: Want ik had dat gezien.
[...]
G: Dat ze ruzie met elkaar hadden.
V: En hoe? Wat zag je dan precies?
G: Dat ze, dat papa en mama tegen elkaar praten net als ruzie.
[...]
G: Schreeuwen tegen elkaar.
[...]
V: Jij vertelde dat papa en mama ruzie hadden. Hoe vaak hadden die ruzie?
G: Vaak.
V: Vaak. En wat is vaak?
G: Heel veel.
[...]
V: En wat, wat zie je dan als ze ruzie hebben.
G: Dat ze tegen elkaar schreeuwen en ik ben het vergeten wat dat was.
[...]
V: En wat vond mama van papa?
G: Uhm, dat hij een beetje aardiger moest doen.
[...]
V: Deed mama dan nog weleens iets? Je zegt dat ze schreeuwde, maar deed mama ook weleens iets?
G: Nee maar papa dee [deed] wel iets.
V: Wat deed papa dan?
G: Slaan.
V: En waarmee dee [deed] die slaan?
G: Met ijzeren dingen. Ijzeren?
V: Met wat?
G: Ijzeren staal.
[...]
G: Een metalen.
[...]
G: Ik weet eigenlijk ook niet waar die dat vandaan haalde.
V: Maar hoe weet je dat dan, dat papa iets van metaal had?.
G: Ik zag gewoon dat hij mama daarmee ging slaan.
V: En hoe zag dat er dan uit da [dat] iets van staal?
G: Iets van de slaapkamer zag die hetzelfde uit.
[...]
G: Daar zat een gordijn aan.
[...]
G: [...] papa heeft dat er uit gehaald. Dat gordijn. Papa had de gordijn eruit gehaald.
[...]
V: En, en dan wat er dan overbleef daar sloeg die dan mee, mama. En dat weet jij?. Hoe weet jij dat?
G: Mama deed daar niet mee slaan, maar papa.
V: Ja, en hoe weet je dat papa daarmee sloeg dan?
G: Ik had dat gezien.
[...]
V: Maar was dat dan uh, die keer dat je toen ook dat gegil hebt gehoord? Of was dat uh, al eerder gebeurd of?
G: Eerder. Dat was een eerdere?
V: Een eerdere ruzie die ze hadden?
G: Hmhm.
Getuige [nabestaande 1] (broer van [slachtoffer] ) verklaarde op 11 augustus 2022 onder meer als volgt:
Op welke wijze hadden ze contact met [slachtoffer] ?
De familie was in de veronderstelling dat [slachtoffer] geen beschikking had over een telefoon. Dit mocht niet van [verdachte] . Daarnaast was zij niet actief via Social Media. Ze mocht niet op internet van [verdachte] . Ze mocht enkel contact onderhouden met de familie via het Skypeaccount van [verdachte] [...] Ze deden iedere 2 dagen videobellen. [...] Op andere manieren konden ze geen contact zoeken met [slachtoffer] .
Wanneer was het laatste contact met haar?
Wij hebben haar via Skype het laatst gesproken op 11 juni 2022, daarna hebben ze niets meer vernomen.
Wat heeft [slachtoffer] over hun relatie tegen familie verteld?
Ze voelde zich verstikt/benauwd in de relatie. Ze wilde van hem scheiden, maar dit durfde ze niet, omdat [verdachte] had gedreigd om de kinderen dan naar Syrië te ontvoeren. Verder zou hij haar dan vermoorden en zorgen dat ze nooit meer terug gevonden werd. [slachtoffer] was erg bang en durfde niet bij hem weg te gaan. [verdachte] zou erg bezitterig zijn en ervoor zorgen dat het hele leven van [slachtoffer] beheerst werd door hem. [slachtoffer] heeft via Skype gezegd tegen haar broer, in de winter van 2021/2022, dat ze bij hem weg wilde. [verdachte] heeft toen gezegd dat als zij bij haar weg ging, dat hij haar zou vermoorden en dat hij iets over haar heen zou gooien, zodat niemand haar ooit kon vinden.
Wie van de familie heeft er normaal gesproken nog meer contact met [slachtoffer] ?
Broers, zussen en ouders via Skype. Verdere contacten had [slachtoffer] niet en mocht ze ook niet hebben van [verdachte] .
Is er (wellicht via de advocaat van de familie) nog contact geweest met [slachtoffer] of heeft de familie nog andere signalen ontvangen van [slachtoffer] ?
Ze hebben helemaal niks vernomen van [slachtoffer] zelf of rechtstreeks van haar. Enkel heeft een onbekend nummer naar Tunesië gebeld, naar de vader. Op 19 juni werden ze gebeld. Ze hoorden de stem van [slachtoffer] . Haar stem klonk ver weg, alsof het opgenomen was. Ze klonk hierop emotioneel. Ze vertelde hierop dat ze niet ontvoerd was. Het leek er voor de familie op dat dit opgenomen was. Dit was telefonisch contact. Op 6 juli kregen ze een opgenomen bericht via Skype opgestuurd. Dit was ook de stem van [slachtoffer] . Ook hier klonk het ver weg alsof het opgenomen was. Ze was aan het huilen. Ze zei: "sorry ik zadel jullie hiermee op".
Heeft de familie van [slachtoffer] contact met [verdachte] ?
Op 17 juni 2022 is contact geweest tussen [verdachte] en de familie van [slachtoffer] over het
feit dat [slachtoffer] vermist werd. [verdachte] [...] vertelde dat hij de kinderen weg was brengen naar school en toen hij terug kwam het geld, alle kleren en goud weggenomen waren en dat [slachtoffer] weg was. [...]
Hoe vaak zag de familie [slachtoffer] en haar gezin?
Laatste keer afgelopen Ramadan 2022. [...] Laatste bezoek duurde twee weken. Voordat Corona was, kwam ze eens per twee jaar. De hele familie kwam dan.
Hoe waren deze ontmoetingen?
Er waren spanningen. Er was een geladen sfeer tussen [verdachte] en de gehele familie. Iedereen liep op eieren om het niet erger te maken. De hele familie merkte deze spanningen. Ik heb hem een keer betrapt dat hij [slachtoffer] aan het duwen was. Ik vroeg toen wat hij deed. Hij zei toen dat [slachtoffer] zijn bezit was en dat hij met haar deed wat hij wilde.
Vielen er zaken op tijdens deze ontmoetingen?
De bezitterigheid van [verdachte] . De mannelijke leden van de familie mochten haar geen knuffel geven. Hij was heel jaloers. Hij zag [slachtoffer] als zijn bezit.
Wanneer was de laatste ontmoeting en hoe verliep deze?
Deze was met de Ramadan in 2022. Bij het laatste bezoek heeft de familie [verdachte] wel horen zeggen dat ze moest doen wat hij zei.
Hoe hebben [slachtoffer] en [verdachte] elkaar leren kennen?
Via internet [...] [slachtoffer] was altijd een modern meisje en had een telefoon, Social Media etc. Nadat ze met [verdachte] is getrouwd, mocht ze plots helemaal niets meer. Ze had plots geen accounts meer op Social Media en mocht niet meer op internet. Ook had ze geen eigen telefoon meer waarop we haar konden bereiken.
Weet de familie of [slachtoffer] vrienden of vriendinnen heeft, zo ja waar en wie?
[slachtoffer] mocht met niemand contact hebben. Ze had dus enkel contact met de familie via zijn Skype. Andere contacten werden verboden door [verdachte] . Ze had daarom geen vriendinnen, kennissen of wat dan ook. [...] Alle contacten met de buitenwereld waren verboden.
Heeft [slachtoffer] wel eens verteld waar ze samen met [verdachte] naartoe gingen?
Ze mocht niet weg en leefde enkel aan huis. Als ze weg ging van huis kreeg ze een telefoon mee en controleerde [verdachte] waar ze was. Als het te lang duurde, dan stuurde hij een bericht naar haar. Ze mocht maximaal 25 minuten weg blijven. Voordat ze weg ging werd een tijd afgesproken hoelang ze weg mocht blijven voor haar bezoek aan bijvoorbeeld de supermarkt. Dit werd dan geklokt door [verdachte] .
Waar [slachtoffer] graag heen ging?
Ze mocht nergens heen, anders dan de verplichte locaties (school, winkels etc).
Wat kan de familie verder vertellen over de relatie tussen [slachtoffer] en [verdachte] ?
Het viel de familie voornamelijk op dat [slachtoffer] helemaal geïsoleerd werd van de buitenwereld. Ze mocht niks meer en [verdachte] controleerde haar in alles. Zelfs in de Skypegesprekken leek het er soms op dat [slachtoffer] niet vrijuit durfde te spreken. Er zou vaak ruzie zijn tussen [verdachte] en [slachtoffer] en hier sprak [slachtoffer] dan over met de familie. De relatie was erg gespannen. [...] [verdachte] heeft haar regelmatig geslagen en hij zou haar achterna gezeten hebben met een mes. Dit vertelde [slachtoffer] in chatgesprekken met de familie. In een winkel is ooit ruzie geweest en zou [verdachte] met een ijzeren staaf achter haar aan hebben gezeten. Dit was ergens in een supermarkt. [slachtoffer] mag geen vrouwelijke vriendinnen hebben. Ze mocht alleen thuis zitten en voor de kinderen zorgen. Ze mocht helemaal geen sociale contacten hebben. [...]
Werd [slachtoffer] streng gecontroleerd door [verdachte] ? Zo ja, op welke wijze?
Volgens de familie werd [slachtoffer] in alles gecontroleerd door [verdachte] .
Heeft [slachtoffer] wel eens gezegd dat ze weg wilde bij [verdachte] ?
Ze heeft verteld dat ze zich verstikt voelde in de relatie en dat ze eigenlijk wilde scheiden. [verdachte] zou tegen [slachtoffer] hebben gezegd: “Als je van me gaat scheiden, dan vermoord ik je en hak ik jou in stukken, zodat niemand je zal vinden.”
Getuige [nabestaande 1] verklaarde op 4 augustus 2023 onder meer als volgt:
V: We begrijpen van u dat er op de USB stick een gesprek staat tussen [verdachte] en een vriend. Wie is die vriend?
A: Hij is buurman van ons. Hij heeft hem leren kennen en heeft veel contact met hem gehad.
V: Wat is de naam van de buurman?
A: [naam 4] .
[...] [slachtoffer] had [...] gestudeerd. Maar ze heeft niet gewerkt omdat ze toen ging trouwen. [verdachte] stond het ook niet toe dat ze ging werken.
V: Hoe weet je dat zij dat niet mocht?
A: Dat heeft [verdachte] zelf gezegd. En [slachtoffer] zei dat ook tegen ons.
[...]
Hij was niet zo tegen haar in Tunesië. Dit was pas in Nederland. De duur tussen het huwelijk en de komst hier in Nederland was heel kort. Ze gingen meteen na het trouwen naar Nederland. Hij leerde haar kennen, toen verloofden ze twee jaar, daarna trouwden ze. Hij was in Tunesië nog helemaal niet zo.
V: Wat kunt u zeggen over de fysieke gezondheid van [slachtoffer] toen zij nog in Tunesië woonde?
A: Goed. Ik kreeg eerder een mail van de politie met de vraag of ze astma had. Maar dat had ze niet. Ze had niets bijzonders.
V: Zijn er ergens medische rapportages van haar bij een dokter of ziekenhuis?
A: Ze stond in een goede gezondheid. Dus of ze ziektes had?
V: Ja.
A: Nee ze had geen ziektes.
[...]
A: [...] de laatste tijd benadrukte ik dat zij van hem moest scheiden.
V: Hoe reageerde [slachtoffer] daarop dat je dat zei?
A: Haar reactie was 'mijn kinderen'. Maar als ze met [nabestaande 2] (
de rechtbank begrijpt: de zus van [slachtoffer]) sprak via Skype, dan zei ze dat ze bang was dat [verdachte] haar en de kinderen iets aan zou doen.
[...]
Een keer in ons huis, schreeuwde hij tegen mijn zus [slachtoffer] . Er was niemand thuis. Ik wel, maar was verder weg. Ik zag hem wel (
de rechtbank begrijpt: ik zag hem niet), maar ik hoorde hem wel. [...] Mijn zus huilde toen wel.
V: Wat zag je dan?
A: Zij droeg haar kind en hij sloeg haar van achteren tegen haar schouder. Zij duwde hem van haar af en zei dat hij haar met rust moest laten. Zij kwam huilend uit de kamer.
V: Werd er wel eens vaker geweld gebruikt tussen [verdachte] en [slachtoffer] ?
A: Ja. Een keer had zij een blauwe plek op haar wang.
V: Wat zei ze er over?
A: Tegen mij zei ze dat ze gevallen was, maar tegen mijn zus dat ze ruzie hadden gehad. En met ruzie bedoelde zij dat hij haar geslagen had. Een ander voorbeeld. [verdachte] en [slachtoffer] hadden een keer ruzie. Hij pakte een keer een mes. Hij rende haar achterna om haar te slaan met het mes. [slachtoffer] rende weg en deed de deur dicht, maar [verdachte] bleef maar slaan met het mes tegen de deur. Er zaten toen ook allemaal gaatjes in de deur. Dit was in Nederland.
V: In welke periode was dat?
A: Ik denk ongeveer één jaar voor haar dood.
V: Hoe weet je dit?
A: Dat heeft zij me zelf verteld.
V: Op welke manier heef ze jou dit verteld?
A: Ze vertelde het tegen onze familie. Ze huilde. Ze vertelde ook dat hij haar mishandeld had en dat [verdachte] had gezegd haar te willen vermoorden. Ze was in Nederland. [...]
V: Waar waren jullie met de familie toen ze dat vertelde?
A: Wij waren thuis. Het was via Skype. [slachtoffer] vertelde dat via Skype [...] [slachtoffer] zei toen dat [verdachte] haar sloeg en dat hij haar de laatste keer bedreigde met een mes en haar wilde vermoorden. Dit was allemaal ongeveer één jaar voor haar dood, in ieder geval een hele tijd.
V: Je wilde net nog een voorbeeld geven over iets in een keer in de winkel.
A: [slachtoffer] ging een keer boodschappen doen. Zij kreeg ruzie met [verdachte] . [verdachte] had [slachtoffer] toen geschopt. Zij vluchtte. [...]
V: Hoe weet je dit allemaal?
A: Dat heeft [slachtoffer] verteld.
V: Wanneer had dit plaatsgevonden?
A: Nog voor dat andere incident.
[...]
A: Zijn gedachtegoed was dat de vrouw zich nergens mee mocht bemoeien. Dat de
vrouw er alleen voor het aanrecht is en om kinderen mee te krijgen.
Getuige [nabestaande 1] verklaarde op 8 augustus 2023 onder meer als volgt:
V: Hoe hadden jullie contact?
A: Via de Skype van [verdachte] .
V: Hoe ging dat verder?
A: Later werd het steeds iets minder. Ze hadden vaker ruzie samen en als ze dan met ons spraken via Skype, dan zeurde hij over huishoudelijke taken die ze had verzuimd. Zij werd bang voor hem. Ze zei tegen ons dat ze daarom niet kon bellen omdat ze bepaalde dingen niet had gedaan. Met name huishoudelijke dingen. [...] Ik heb het haar heel vaak gezegd. Beter scheiden dan in die vernedering leven.
V: Toen je dat zei, was [verdachte] toen in de buurt?
A: Ze was altijd alleen, maar ze was bang dat hij haar met een apparaat opnam.
V: Hoe kom je daarbij?
A: Hij had haar eerder opgenomen en zij kwam erachter. [...]
V: Hoe weet je dat?
A: Mijn zus vertelde dat al voordat ze overleed. [...] Ook wist [slachtoffer] dat hij het aan anderen liet luisteren.
V: De laatste keer dat het gezin op vakantie was in Tunesië en dat u [slachtoffer] in persoon gesproken hebt, was tijdens de Ramadan in 2022. Van wanneer tot wanneer waren ze in Tunesië?
A: Dat was de laatste helft van Ramadan, ik denk vanaf 22 april 2022. Ze zijn de laatste 15 dagen van de Ramadan gebleven en nog 3 dagen erna.
V: U hebt eerder aan de wijkagent verteld dat de sfeer gespannen was tussen [verdachte] en uw familie toen [slachtoffer] en [verdachte] in Tunesië waren. Waardoor kwam dat?
A: Dat klopt. In die periode heeft [verdachte] [slachtoffer] ook geslagen op haar rug. Daar heb ik eerder over verklaard. De sfeer was zo gespannen omdat [verdachte] 1000 % veranderd was. Hij wilde met niemand praten en ging steeds schreeuwen. [...] [verdachte] heeft ook gezegd dat hij een vloeistof - iets wat brandend is - over haar heen zou gooien. [...]
V: Hoe was uw reactie toen [slachtoffer] dit vertelde.
A: Ik zei: gewoon scheiden. Dat heb ik altijd gezegd. [...] Zij was aan het huilen. Ze zei dat hij haar wilde vermoorden. [...]
[...] Daarom heeft mijn vader toen gezegd dat ze tijdens de Ramadan moesten komen, dan konden we het erover hebben. We hebben tijdens die Ramadan ook gezegd dat [slachtoffer] niet meer mee terug moest gaan naar Nederland, dat ze bij ons moest blijven.
V: Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat u, uw zus en uw ouders hadden op
11 juni 2022 voor het laatst contact met [slachtoffer] via Skype. Waar ging dat gesprek over?
A: Dat was zaterdag 11 juni 2022. [slachtoffer] vertelde dat zij haar Nederlands paspoort had en dat zij nu de Nederlandse nationaliteit had. [...]
V: Welke tijd was dit gesprek?
A: Ze heeft die zaterdag 2 keer gebeld. Met mij heeft ze die zaterdag in de ochtend gebeld. Met de familie was het gesprek in de middag.
V: Belde zij jou of belde jij haar?
A: Zij heeft ons gebeld, 2 keer.
V: Waarover ging het gesprek in de ochtend met jou?
A: Hetzelfde onderwerp over het Nederlands paspoort. Ze was blij, gelukkig. Ze heeft niet zoveel met mij gepraat, ongeveer 5 minuten. [slachtoffer] was aan het lachen, ze zei dat ze heel blij was dat ze haar paspoort had gekregen.
V: Hoe kwam het volgende gesprek in de middag - met de familie - tot stand?
A: Zij heeft toen gebeld en zei toen dat ze dat Nederlandse paspoort had gekregen.
V: Hoe lang duurde dat gesprek ongeveer die middag?
A: Ik denk ongeveer 20 minuten. [...] [slachtoffer] liet tijdens het gesprek merken dat ze bang was, dat [verdachte] thuis kwam en zou merken dat zij aan het Skypen was.
[...]
Sinds dit gesprek hebben we niks meer van haar vernomen.
Verbalisant [verbalisant 1] relateerde op 26 juli 2024 onder meer als volgt:
Op 4 en 8 augustus 2023 werd [nabestaande 1] als getuige gehoord. [...] Tijdens het verhoor overhandigde getuige [...] een geheugenstick met daarop diverse bestanden. [...] Op deze geluidsbestanden zouden telefoongesprekken te horen zijn tussen verdachte [verdachte] (
hier genaamd [verdachte]) en [naam 4] . [naam 4] had de telefoongesprekken met verdachte [verdachte] opgenomen en aan de familie [slachtoffer] verstrekt.
[...] heb ik de [...] geluidsbestanden beluisterd. [...]
‘ [bestandsnaam 1] ’ 14-8-2022, 20:09 uur:
[...]
Hierop zegt [verdachte] : “Wat er gebeurt als je tegen jouw vrouw nee zegt, dat is het echte nee.” [...]
Dan zegt [naam 4] : “Luister, [verdachte] , het was Bourguiba die hen de vrijheid gaf, om te doen wat ze willen.”
[verdachte] antwoordt: "Ik hoop dat die Bourguiba in de hel belandt.”
[...]
‘ [bestandsnaam 2] ’ 14-8-2022, 19:04 uur:
[...]
[naam 4] : Je vertelde me, [verdachte] : “Als ze haar papieren krijgt, zal ik iets ongelooflijks doen” en ik wilde het aan niemand vertellen.
[...]
[naam 4] zegt: “Je vertelde: “Als zij de papieren krijgt, dan zul je wel zien wat ik zal doen”, en je hebt je aan je woord gehouden, [verdachte] .”
Verbalisant [verbalisant 2] relateerde op 2 mei 2023 onder meer als volgt:
Op dinsdag 2 mei 2023 heb ik telefonisch contact opgenomen met de getuigen [naam 3] , [naam 5] en [naam 6] .
[...] Getuige [naam 3] zei: “ [slachtoffer] ging altijd lopend, 2 keer per dag op en neer, naar school. Ik denk dat haar conditie goed was. Ik heb nooit gezien of gemerkt dat ze geen goede gezondheid had. Ik heb ook niet gezien of gemerkt dat zij ademhalingsproblemen had. Ik heb ook nooit gezien dat zij medicatie gebruikte.”
[...] Getuige [naam 5] zei: “ [slachtoffer] leek mij gezond. Het is mij nooit opgevallen dat ze ademhalingsproblemen had of niet in goede gezondheid was. Ik heb nooit medicatie gebruik gezien. Wij hebben ook nooit over gezondheid gesproken met elkaar.”
[...] Getuige [naam 6] zei: “Ik liep regelmatig samen met [slachtoffer] naar school. Ik heb nooit ademhalingsproblemen of andere gezondheidsproblemen gezien bij [slachtoffer] . Ook heb ik nooit gezien dat zij medicatie of een puffer gebruikte. Ze leek mij in goede gezondheid.”
Getuige [naam 5] verklaarde op 17 november 2022 onder meer als volgt:
Ze liep altijd met de kinderen van en naar school. [...] [benadeelde 2] is pas begonnen op school, voor de zomer. Hij liep vaak niet het hele stuk. Dan droeg ze hem. En dan droeg ze hem ook echt het hele stuk als het moest. En dat is best ver vanuit hun huis naar school. [...] [benadeelde 2] [...] kon niet wennen op school. Dan huilde hij veel en dan kwam [slachtoffer] hem gewoon weer halen. Dan liep ze dat hele stuk weer.
Getuige [naam 3] verklaarde op 19 oktober 2022 onder meer als volgt:
V: Weet u wie [slachtoffer] is?
A: [...] Ik ken haar [...] van school. Ze kwam altijd lopend [...] Het is best een afstand vanuit haar, als het regende bracht ik haar wel eens naar huis.
V: Wanneer hebben uw kinderen voor het laatst gespeeld/afgesproken met [benadeelde 1] en [benadeelde 2] ?
A: Dat was op 14 juni. Rond 17:30 uur belde de vader mij op. [...] Ik nam op en ik hoorde dat hij zei dat het de vader van [benadeelde 1] was. Hij [...] vroeg [...] of de kinderen naar mij konden komen. [...] Na dat telefoongesprek stond hij aan de deur met de kinderen, dat was ongeveer een half uur later. Hij had zijn auto geparkeerd bij mijn voortuin.
[...] Ik had zicht op zijn auto, zover ik kon zien was de achterbank plat. Ik zag dekbedden en een kussen of iets van dekens liggen. [...]
Ik zag hem weer op school [...] ik vroeg hem weer naar zijn vrouw. Hij zou het vertellen en gaf aan dat ze problemen hadden. [slachtoffer] was bij hem weggegaan en had de kinderen achtergelaten en zij zou een vriend hebben. Hij had namelijk informanten die informatie hadden gegeven dat zij een vriend had. Zij zou haar paspoort al ontvangen en zij is meteen daarna weggegaan met haar vriend. Zij had geld gestolen van hem dat thuis zou liggen.
[...]
Hij vertelde dat zij de kinderen mishandelde [...]
Dit waren beelden van de RING deurbel van het moment dat hij de kinderen kwam brengen. Dat was op 14 juni 2022, 17:25 uur.
Getuige [naam 7] (leidinggevende van de verdachte bij [bedrijfsnaam] ) verklaarde op 10 november 2022 onder meer als volgt:
V: Wat is jouw positie ten opzichte van [verdachte] ?
A: Gewoon werkgever.
[...] Ik ken al hem al heel lang, ongeveer 15 jaar. Ook van de vorige werkgever. Bij [bedrijfsnaam] ken ik hem nu zo'n 4 jaar. [...]
Het enige puntje van [verdachte] was zijn communicatie. [...] Hij kon heel direct naar vrouwen zijn en ook minderwaardig doen over vrouwen. Dit vrouw staat in zijn ogen in ieder geval niet gelijk aan de man. Hier was hij heel duidelijk in.
[...]
Hij kon heel bepalend zijn in de richting van vrouwen en opdrachten geven. Dit terwijl hij geen leidinggevende functie heeft. Ook heeft hij ooit tegen mij verteld dat vrouwen er eigenlijk voor zijn om te zorgen dat de kinderen goed worden ondergebracht en te zorgen dat er eten op tafel staat. Dit was duidelijk zijn eigen mening. Dat hij dit heeft gezegd was ook niet in een opwelling. Dit is iets wat hij vond en dit heeft hij ook wel vaker tegen mij gezegd. [...]
De gesprekken die er zijn geweest, waren na de vermissing. Hierin heeft hij duidelijk gemaakt dat hij niet kon accepteren dat zijn vrouw de kinderen zou mishandelen. [...] hij heeft verteld dat hij bewijs zou hebben, dat als zij haar Nederlands paspoort zou hebben, zij zou vertrekken en een nieuwe relatie zou hebben.
Getuige [naam 8] (collega van de verdachte bij [bedrijfsnaam] ) verklaarde op 16 november 2022 onder meer als volgt:
V: Hoe lang ken jij [verdachte] al?
A: 4 jaar, zolang als ik daar werk.
V: Hoe gedraagt [verdachte] zich op het werk ten opzichte van jou en andere collega's?
A: Tegen mannen redelijk goed. [...] Maar [...] vrouwen moesten geen grote mond hebben. Dan werd hij echt kwaad.
V: Wat gebeurde er dan, als hij echt kwaad? Hoe uitte zich dat?
A: Hij begon dan te flippen. Hij schreeuwde echt, dat ze de mond moesten houden.
V: Wat vertelde hij over zijn dagelijkse leven?
A: [...] dat zijn vrouw thuis alles moest doen. Het huishouden. [...]
En voor de kinderen zorgen.
V: Zijn er nog zaken / is er nog informatie die niet gevraagd is, maar die jij graag zou willen delen?
A: Er was nog een Syrisch meisje op het werk. Zij heette [naam 9] (fon). Dat is de enige vrouwelijke persoon, waar [verdachte] een beetje contact mee had. In ieder geval op het werk. [...]
Ze hadden op het werk een goeie band. Hij was wat soepeler tegen haar, dan tegen
andere vrouwen.
Getuige [naam 9] (collega bij [bedrijfsnaam] ) verklaarde op
3 december 2022 onder meer als volgt:
Hij had mij verteld dat het niet goed ging tussen hem en zijn vrouw. [...] Er waren veel ruzies tussen hen beide. Hij vertelde mij dat hij gesprekken van zijn vrouw opnam. Hij luisterde deze gesprekken terug. Dat deed hij met een telefoon. [...] Ik hoorde die gesprekken, die opnames. [...] En ook hoorde ik gesprekken van haar met haar familie. [...] Hij was [...] erg geïrriteerd en boos. [...] Hij was heel boos op een bepaalde situatie. Ook verdrietig. In aanwezigheid van haar ouders heeft zij hem vernederd en bespuugd. [...] Dat heeft hij mij verteld en hij was heel erg boos. [...] De moeder zou de kinderen veel slaan. [...] De laatste keer dat hij terug kwam van de vakantie vertelde hij mij dat hij een einde zou maken aan alles. [...] Er was ook een keer dat hij de opnames beluisterd had en hoorde dat zij had gezegd dat als zij genaturaliseerd zou zijn, ze hem zou verlaten. Hij zei toen dat hij het niet zou toelaten dat zij daar van zou kunnen genieten. Hij heeft mij ook een keer verteld dat diegene die haar man verraad, dat haar straf dan de doodstraf is. [...] De laatste keer toen hij terug kwam van vakantie was hij heel boos en verdrietig op haar. [...]
V: Wat was het voor telefoon waar die opnames op stonden?
A: Een Samsung of een iPhone. Hij had zijn telefoon achtergelaten in zijn huis om die opnames te maken.
[...]
Toen hij zei dat hij een einde ging maken zag ik aan zijn gezichtsuitdrukking dat hij wel iets ging doen. Hij was boos en tegelijkertijd was hij met zijn hoofd aan het bewegen en hij zei: "Ik zal een einde maken".
V: Jij hebt bij [bedrijfsnaam] gewerkt. Van wanneer tot wanneer was dat?
A: Het einde van het jaar 2021 begon ik en tot september 2022.
V: Hoe lang ken jij [verdachte] ?
A: Vanaf het begin dat ik daar werkte.
[...]
ik wil jullie vertellen over de idee van [verdachte] over de vrouw. Zodra de vrouwen naar hier komen, dat zullen zij meteen veranderen. Hij wilde dat de man alle touwtjes in handen heeft. Vrouwen moeten luisteren naar wat de man zegt. In Arabische landen luisteren de vrouwen naar de man, maar zodra vrouwen naar Europa komen dan gaat de vrouw ook veranderen.
V: Dat veranderen als vrouwen naar Europa komen. Bedoelde [verdachte] hier zijn ex-vrouw, zijn huidige vrouw of vrouwen in het algemeen mee?
A: Vrouwen in het algemeen, inclusief zijn vrouw.
V: Nog even over de geluidopnames, wanneer heeft [verdachte] jou die laten luisteren?
A: [...] En ook dat ik toen zag en hoorde dat hij die zelf aan het luisteren was. Dat was voor de vermissing van zijn vrouw. Zij zijn nog samen op vakantie geweest.
V: En in totaal?
A: Ik denk wel 1 x per 2 weken dat ik hem zag dat hij die opnames beluisterde. Hij heeft mij de opnames ook vaker laten luisteren.
Verbalisant [verbalisant 3] relateerde op 18 mei 2023 onder meer als volgt:
Op verzoek van het onderzoeksteam Indigo heb ik 15 geluidsbestanden beluisterd. Deze geluidsbestanden, hierna benoemd, zijn afkomstig van de iPhone die aan [verdachte] in dat onderzoek toebehoorde.
[...]
Het onderzoeksteam heeft mij aangewezen welke stem bij [verdachte] hoort. In de geluidsbestanden die ik beluisterd heb herkende ik daarom zijn stem.
[...] De datum en tijdstip van deze bestanden is uit de naam van deze bestanden overgenomen. (Bijvoorbeeld 20220627 150931 is 27 juni 2022 om 15:09:31 uur).
[...]
Geluidsbestand 1: ( [bestandsnaam 3] MPEG-4 audio 292.585kB)
[...]
Kinderstemmen en een vrouwenstem. [...] Het kind noemt de vrouw mamma. [...] Ik herken de stem van de man als die van [verdachte] . De vrouw roept dan de kinderen en zegt dat pappa is gekomen. [...]. [verdachte] zegt dat het kind moet gaan slapen en morgen naar de zwemles zal gaan. Het kind wordt [benadeelde 2] genoemd (fonetisch).
Geluidsbestand 2: ( [bestandsnaam 4] MPEG-4 audio 115.892kB)
Dit fragment duurt 4 uur. [...] Daar waar ik iets hoorde legde ik dat vast.
[verdachte] zegt iets in het Arabisch dat het allemaal moeilijk is. [...] Dit is direct bij het begin van het geluidsbestand. [...] Om 01:30:30 hoor ik de stem van dezelfde vrouw als die in geluidsbestand 1 [...] Om 3:37:50 hoor ik de stem van [verdachte] . [...] Dan begint [verdachte] met stemverheffing tegen de vrouw te praten. Hij zegt dat hij er genoeg van heeft en dat hij niet tevreden is over wat hij thuis aantreft. Dat het maar eens afgelopen moet zijn met deze toestand en dat het zo niet langer verder gaat. Hij is niet tevreden over hoe het huis eruit ziet en vraagt zich af wat de vrouw de hele dag gedaan heeft. Hij klinkt boos en zegt dat hij het serieus meent. De vrouw zegt dan tegen hem dat hij rustig aan moet doen en zich moet gedragen. [verdachte] zegt dan dat hij het zat is zich rustig te houden en zich te moeten gedragen en dat het allemaal voor niets is geweest. De vrouw zegt nog iets terug [...] De vrouw begint dan ook met stemverheffing terug te praten en smeekt [verdachte] om rustig aan te doen. [verdachte] roept wat terug [...].
Verbalisant [naam 6] relateerde op 5 januari 2023 onder meer als volgt:
Op 15 december 2022 deed ik onderzoek in een van de gegevensdragers, namelijk de Samsung S9 van de verdachte [verdachte] . Ik zag in de map met afbeeldingen screenshots van Whatsapp-gesprekken.
[...]
Op de computer sorteerde ik deze separate bestanden op datum.
[...]
- [bestandsnaam 5] 17-8-2022 23:41
[...]
Contact: Gesprek:
[...]
[verdachte] ... 4689
[...]
4689
[verdachte] (...)
Klopt
5:30 a.m.
Ze maakte zichzelf goedkoop...dit is van allah
5:30 a.m.
Ze is per slot van rekening de oorzaak van alles en ze is weg en heeft vernedering en schande achtergelaten en alleen allah weet wat haar lotsbestemming zal zijn in het leven en het hiernamaals
5:31 a.m.
En moge god wraak nemen op degene die naar haar heeft bekeken en moge die als allah het wil verlamd raken en zijn lotsbestemming ...
5:32 a.m.
En haar familie hebben hun straf gekregen en verdeeldheid zaaien is ernstiger dan doden
5:34 a.m.
Verbalisant [verbalisant 4] relateerde op 25 oktober 2022 onder meer als volgt:
Tussen 25 en 27 oktober 2022 heb ik een onderzoek ingesteld in de veiliggestelde data uit een inbeslaggenomen mobiele telefoon.
Merk: Samsung S9
[...]
Ik zag diverse WhatsApp gesprekken in de periode tussen 10 juni 2022 en 17 juni 2022.
[...]
Ik zag een sms chat met het nummer: [telefoonnummer 1] . Ik zag enkel 24 uitgaande berichten in deels Nederlandse en deels de Franse taal.
Op 23 juni 2022 worden er 2 berichten in de Franse taal verstuurd naar voornoemd nummer.
[...]
Bericht 1:
Mijn geliefde vrouw [slachtoffer] ,
Ik heb je gebeld, maar je telefoon staat nog steeds uit. De afgelopen dagen heb ik alleen maar aan jou gedacht. Ik hoop dat het goed gaat met u. Elke dag heb ik meer en meer spijt van de beslissingen die je hebt genomen.
Ik herhaal mijn acties voortdurend in mijn hoofd, wensend dat je terug zou gaan en dingen anders zou doen.
Ik kan je niet uit mijn gedachten krijgen en ik geloof van ganser harte dat ik nooit zal ophouden van je te houden. Je bent mijn geliefde prinsessenvrouw en moeder van mijn twee kinderen en het doet me pijn dat we niet meer samen zijn.
Ik begrijp dat je tijd nodig hebt. We zijn al meer dan 12 jaar samen.
Bericht 2:
Je had ongelijk en we verdienen niet wat je ons hebt aangedaan, maar ik schrijf je vandaag om de mogelijkheid te vragen om een open gesprek met je te hebben.
Ik kan mijn leven niet voorstellen zonder jou, en hoe langer we uit elkaar zijn, hoe meer ik naar je gezelschap verlang. [...]
Op 25 juni, 26 juni, 4 juli en 18 juli 2022 zag ik een aantal uitgaande berichten in de Franse taal. [...]
25 juni 2022:
[slachtoffer] . antwoord alstublieft, we moeten praten om het duidelijker te zien!
26 juni 2022:
[slachtoffer] , antwoord me alsjeblieft!
4 juli 2022:
Wil je reageren aub!
18 juli 2022:
Lieverd, geef alsjeblieft antwoord!
Uw kinderen en ik hebben u heel hard nodig. Ik hou echt heel veel van je en we missen je heel erg.
Verbalisant [verbalisant 5] relateerde op 9 november 2022 onder meer als volgt:
Op 25 augustus 2022 werd er door [verdachte] een USB stick aan de politie overhandigd waar [...] geluidsopnames op zouden staan. Er zou een telefoongesprek te horen zijn tussen [slachtoffer] en haar familie.
[...] Vertaling geluidsfragmenten [...]
[geluidsfragment A2]
“Iedereen heeft een auto. Iedereen heeft een auto en gaat ermee naar het einde van de wereld en komt daarna terug terwijl ik een auto heb die voor het huis geparkeerd is. Wat is er erg aan als hij me zou leren rijden, het rijbewijs halen en mijn kinderen meenemen? Ik moet altijd hen [mogelijk: de kinderen] op mijn schouders dragen, heen en weer. Het regende gisteren en we werden nat als kuikentjes [gezegde: kletsnat]. We weten niet hoe dit kan gebeuren. We moeten maar volhouden. Ik zei tegen hem: "koop maar een CD voor mij, dan kan ik de theorie leren. Hij zei tegen mij: "Wat ga je ermee doen? Diep in mijn hart zei ik tegen hem: "Moge God je zorgen en verdriet schenken." In ieder geval deze man zal niets voor mij betekenen. Ik zal het zelf moeten gaan doen. Ik ben bijna veertig en heb nog niets in mijn leven bereikt. Iedereen werkt en geld verdient. Zelfs een beugel voor mijn tanden, heb ik niet kunnen bemachtigen en ik maar zijn gezeur/zorgen sta aan te horen. Iedereen heeft wat bereikt. Mensen kwamen uit Marokko en ze zijn hier nu slechts drie jaar en ze rijden al auto en hebben alles bereikt. En ik leef in alle zorgen en verdriet. Ik leef hier ongeveer tien jaar en ik heb niets. Ik kan de taal niet goed spreken en dit alles door zijn gezeur en ellende.”
[...]
[geluidsfragment A3]
“Ik zal meer aan mezelf denken en ik zal niet blijven zitten wachten op wat er voor mij voorgeschreven is. Dit is niet mijn lot. Laat hem maar opnemen. Wat gaat hij met die opname doen? Laat hem opnemen, het kan me niets meer schelen.”
[...]
[geluidsfragment C]
“[...] Hij heeft twee kindjes. Moge God hen voor hem behoeden. Zelfs als ik een dochtertje zou baren, gaat hij mij niet steunen/helpen [onduidelijk].”
Verbalisant [verbalisant 6] relateerde op 30 november 2022 onder meer als volgt:
Tijdens het verdere onderzoek werden onder andere de historische verkeersgegevens opgevraagd van de navolgende telefoonnummers:
[telefoonnummer 1]
Periode vordering 10-04-2022 t/m 11-10-2022 tot 11:00 uur.
[...]
Volgens [verdachte] en enkele familieleden van [slachtoffer] was dit telefoonnummer rond de vermissing in gebruik bij [slachtoffer] .
[...]
[telefoonnummer 2]
Periode vordering 10-04-2022 t/m 11-10-2022 tot 11:00 uur.
[...]
[verdachte] verklaarde dat hij de gebruiker van dat telefoonnummer was.
[...]
Uit analyse van de historische verkeersgegevens van genoemde telefoonnummers/ imeinummers bleek dat:
Laatste contacten [telefoonnummer 1] [slachtoffer]
De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] ( [slachtoffer] ) met haar telefoon in de opgevraagde periode nagenoeg alleen telefonisch contact (bellen /sms-en) had met de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] ( [verdachte] ). Dit contact vond nagenoeg dagelijks een of meerdere keren plaats. De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] ( [verdachte] ) belde dan naar de gebruiker van het [telefoonnummer 1] ( [slachtoffer] ). De sms berichten betroffen allemaal inkomende sms-berichten en hadden vermoedelijk betrekking op gemiste oproepen van [telefoonnummer 2] ( [verdachte] ). Alleen op 19-04-2022 omstreeks 09:08 uur werd een inkomend telefoontje geregistreerd van het telefoonnummer [telefoonnummer 3] (Basisschool [naam basisschool] ).
[...]
De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] ( [slachtoffer] ) bevond
zich tijdens de telefonische contacten en de datasessie steeds onder het bereik van
een van de Cell ID's (antennerichting 260 graden) van een zendmast van KPN aan
de [adres 1] .
In het geografische gebied waar deze Cell ID's (antennerichting 260 graden)
dekking geven is onder andere de woning van [slachtoffer] en [verdachte] ,
aan de [adres 2] , gelegen.