Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
2.De feiten
Algemene Bepalingen voor de vestiging van zakelijke rechten van erfpacht en opstal en de exploitatie door Bungalowpark De Stille Wille Meijel B.V.” van toepassing (productie 1 bij verzoekschrift). In artikel 20 van de algemene bepalingen, alsook in artikel 20.a. van de akte van levering staat vermeld (productie 1 bij verzoekschrift):
Alle geschillen, welke mochten ontstaan naar aanleiding van de erfpachtovereenkomst en deze Algemene Bepalingen, danwel van nadere overeenkomsten die daarvan het gevolg mochten zijn, een en ander behoudens de bouw, casu quo aannemingsovereenkomsten, worden – voor zover voor arbitrage vatbaar – op verzoek van de meest gerede partij, beslecht overeenkomstig het reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut, gevestigd te Rotterdam. De uitspraak in alle geschillen zal worden gegeven in de vorm en met recht van een scheidsrechtelijk vonnis, tenzij partijen nader overeenkomen, dat de uitspraak zal worden gegeven in de vorm en met kracht van een bindend advies.”
3.Het verzoek
4.De beoordeling
2.6. Bij e-mailbericht van 29 maart 2018 heeft het NAI naar aanleiding van een vraag van (de advocaat van) (…) over de mogelijkheden tot het houden van een (voorlopig) deskundigenonderzoek partijen als volgt geïnformeerd:
louterter benoeming van een deskundige een procedure te starten bij het NAI en zo ja, of dan bepaalde randvoorwaarden noodzakelijk zijn voor het starten van die procedure of niet.
U vraagt in de brief die wij bij uw onderstaande e-mail ontvingen of het “louter mogelijk is ter benoeming van een deskundige een procedure bij het NAI te starten”. Het antwoord op die vraag is: ja, dat is mogelijk. Het zou dan, mits partijen zulks zijn overeengekomen, een ad hoc benoeming bindend adviseur kunnen zijn welke adviseur een niet bindend advies uitbrengt.”.
Heb ik [uw] email goed begrepen wanneer ik daaruit afleid dat partijen een procedure kunnen starten tot benoeming van een deskundige, mits zij het er over eens zijn dat er een deskundige benoemd moet worden. Of moet ik de mail anders lezen?
Indien partijen gezamenlijk wensen dat een deskundige wordt benoemd, zal zulks onder het reglement van de ad hoc benoeming bindend adviseur kunnen vallen.
NJ1999, 478). Aan de rechter die heeft te oordelen over het verzoek een dergelijk onderzoek te gelasten, komt geen discretionaire bevoegdheid toe. Hij dient het onderzoek in beginsel te gelasten, mits het daartoe strekkende verzoek terzake dienend en voldoende concreet is en feiten betreft die met het deskundigenonderzoek bewezen kunnen worden. Dit is echter anders indien de rechter op grond van in zijn beslissing te vermelden feiten en omstandigheden van oordeel is dat het verzoek in strijd is met een goede procesorde, dat van de bevoegdheid toepassing van dit middel te verlangen, misbruik wordt gemaakt - bijvoorbeeld omdat verzoeker wegens onevenredigheid van de over en weer betrokken belangen in redelijkheid niet tot het uitoefenen van die bevoegdheid kan worden toegelaten - , of dat het verzoek moet afstuiten op een ander door de rechter zwaarwichtig geoordeeld bezwaar. Voorts bestaat geen bevoegdheid tot het verzoeken van een voorlopig deskundigenbericht indien verzoeker bij toewijzing daarvan onvoldoende belang heeft.
5.De beslissing
Wat is de waarde in de zin van artikel 5:99 lid 1 BW van de nog aanwezige gebouwen, werken en beplantingen die door [verweerder] of een rechtsvoorganger van [verweerder] zijn aangebracht of die [verweerder] van de eigenaar tegen vergoeding van de waarde heeft overgenomen op het perceel aan [adres 3] te Meijel, gemeente Peel en Maas, ter plaatse bekend als [adres 2] te Meijel (kadastraal Meijel, [sectie] [nummer] )?
Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechter volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie en reeds eerder per e-mail toegestuurd),
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- de deskundige partijen bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dient te bieden dit onderzoek bij te wonen en dat indien slechts één partij, althans niet alle partijen, bij het onderzoek ter plaatse aanwezig is of zijn, de deskundige dit onderzoek niet mogen uitvoeren, tenzij alle partijen zijn uitgenodigd om bij dat onderzoek aanwezig te zijn, en dat uit het rapport moet blijken dat hieraan is voldaan,