Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald
2.De feiten
€ 792,00 per maand.
1 april 2024 € 14.990,00 bedroeg.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter te Maastricht op 20 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiser] en [gedaagde] over een huurovereenkomst. [gedaagde] huurde een woning van [eiser] en heeft gedurende een langere periode huurachterstand opgelopen. De huurovereenkomst is ingegaan op 28 augustus 2019, met een maandelijkse huurprijs van € 792,00. De huurpenningen over de maanden februari 2021 tot en met april 2024 zijn niet (volledig) voldaan, met een totale huurachterstand van € 14.990,00 op 1 april 2024.
[eiser] heeft in de procedure betaling van de huurachterstand, ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde gevorderd. [gedaagde] heeft erkend dat er een huurachterstand is, maar heeft verweer gevoerd met de wens om in de woning te blijven wonen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand van meer dan drie maanden voldoende gewicht heeft om de huurovereenkomst te ontbinden. De rechter heeft de ontbinding van de huurovereenkomst toegewezen en [gedaagde] veroordeeld om de woning binnen veertien dagen te ontruimen.
Daarnaast is [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, vermeerderd met wettelijke rente, en tot betaling van de maandelijkse huurpenningen vanaf de datum van dagvaarding tot de beëindiging van de huurovereenkomst. De proceskosten zijn eveneens aan [gedaagde] opgelegd, die in het ongelijk is gesteld. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.