ECLI:NL:RBLIM:2024:8153

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
13 november 2024
Publicatiedatum
13 november 2024
Zaaknummer
03/094805-22
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor dierenmishandeling en bezit van kinderporno met vrijspraak voor andere tenlasteleggingen

Op 13 november 2024 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1990 en wonende te Venray. De zaak betreft dierenmishandeling en het bezit van kinderpornografisch materiaal. De verdachte werd bijgestaan door mr. L.M.E. Kleczewski. Tijdens de zitting op 30 oktober 2024 zijn de feiten behandeld. De tenlastelegging omvatte onder andere het mishandelen en doden van een hond, het onthouden van zorg aan een baardagame, en het bezit van kinderporno. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan dierenmishandeling door de hond met een stalen muilkorf en een slipketting in de bench vast te leggen, wat leidde tot pijn en letsel. De verdachte werd echter vrijgesproken van het doden van de hond en het bezit van dierenporno, omdat het bewijs daarvoor onvoldoende was. Wat betreft het bezit van kinderporno, achtte de rechtbank bewezen dat de verdachte twee afbeeldingen in zijn bezit had, terwijl hij voor andere afbeeldingen werd vrijgesproken. De rechtbank legde een gevangenisstraf van vier dagen en een voorwaardelijke taakstraf van 80 uren op, met bijzondere voorwaarden zoals reclasseringstoezicht en een houdverbod voor dieren. De rechtbank benadrukte de noodzaak van hulpverlening voor de verdachte, gezien zijn eerdere strafblad en de omstandigheden van de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer : 03/094805-22
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 13 november 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [gboortegegevens] 1990,
wonende te [adres 1] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. L.M.E. Kleczewski, advocaat kantoorhoudende te Venlo.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 30 oktober 2024. De verdachte en zijn raadsvrouw zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
feit 1:een hond heeft mishandeld en heeft gedood, door de hond met een stalen muilkorf en een (slip)ketting om zijn nek in de bench vast te leggen en/of door de hond te wurgen en/of te slaan en/of te schoppen en dat hij, verdachte, een baardagame de nodige zorg heeft onthouden door het dier niet onder lampen te plaatsen waardoor het te koud werd;
feit 2:opzettelijk kinderporno heeft verworven, in bezit heeft gehad en/of zich toegang tot kinderporno heeft verschaft;
feit 3:opzettelijk dierenporno in zijn bezit heeft gehad.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht feit 1 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat de verdachte partieel zal moeten worden vrijgesproken van het doden en wurgen van de hond omdat wettig en overtuigend bewijs daarvoor ontbreekt.
De officier van justitie acht daarnaast wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte opzettelijk kinderporno in zijn bezit heeft gehad (feit 2).
Voor feit 3 heeft de officier van justitie gerekwireerd tot vrijspraak bij gebrek aan overtuiging dat de verdachte de afbeelding opzettelijk in zijn bezit heeft gehad.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het doden en mishandelen van de hond wegens gebrek aan wettig en overtuigend bewijs in het dossier. Subsidiair heeft de raadsvrouw bepleit dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het slaan en trappen van de hond omdat wettig en overtuigend bewijs voor dat onderdeel van de tenlastelegging ontbreekt. Ten aanzien van de baardagame heeft zij zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
De raadsvrouw heeft zich voorts gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank met betrekking tot de bewezenverklaring van het opzettelijk in bezit hebben van de twee kinderpornografische afbeeldingen met nummers 16 en 17. Voor de overige tenlastegelegde afbeeldingen heeft de raadsvrouw vrijspraak bepleit, omdat op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld dat deze afbeeldingen voor de verdachte op zijn telefoon benaderbaar waren.
Voor feit 3 heeft de raadsvrouw eveneens vrijspraak bepleit, omdat ook van die afbeelding niet kan worden vastgesteld dat deze voor de verdachte benaderbaar was.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
3.3.1
Feit 1: dierenmishandeling
Bewijsmiddelen
De politieheeft over het onderzoek naar de hond – zakelijk weergegeven – het volgende gerelateerd: [2]
Ik, verbalisant [naam 1] , was bezig met het onderzoek van de hond. Ter plaatse sprak ik de bewoner van [adres 2]
(de rechtbank begrijpt: in Venray). Hij vertelde dat de hond veel overlast gaf in de flat en dat de eigenaar had gezegd dat hij zou zorgen dat de hond niet meer voor overlast zou zorgen. Op zondag 3 april 2022, hoorde de bewoner door zijn koptelefoon heen een hond gigantisch janken wat door merg en been ging. Na die zondag heeft de bewoner de hond niet meer gezien. Op 6 april 2022 heeft de bewoner daarom een melding gemaakt bij de politie.
Getuige [naam 2]heeft – zakelijk weergegeven – het volgende verklaard: [3]
[verdachte] heeft op 1 november 2021 een hond gekocht. De hond is heel druk en blafte nogal veel. Er waren al meerdere meldingen gedaan over het blaffen. [verdachte] heeft moeite met dat blaffen en heeft meerdere malen een muilkorf gekocht voor het blaffen. De hond heet [naam 3] .
Op zondag 3 april 2022 ging ik naar [naam 3] om hem te verzorgen en uit te laten. Toen ik binnenkwam zag ik dat [naam 3] uit de bench was en op tafel stond. [verdachte] vond dat [naam 3] in de bench moest. [verdachte] kwam binnen en wilde de muilkorf om doen. Dit moest op een bepaalde manier, iets met een ketting. [verdachte] is er vrij lang mee bezig geweest om de muilkorf om te doen. Ik ben naar de keuken gegaan. Ik zag dat [naam 3] elke keer de muilkorf weer af kreeg. Ik hoorde en zag dat [verdachte] steeds bozer klonk en deed. Ik weet ook dat [verdachte] zijn krachten niet kent als hij boos is. Ik hoorde dat [naam 3] vreselijk aan het piepen was. Dit was hartverscheurend. Enig moment later riep [verdachte] mij erbij en vroeg mij te voelen of [naam 3] nog adem zou halen. Ik voelde geen ademhaling. Ik heb aan [verdachte] gevraagd wat er was gebeurd. [verdachte] vertelde dat hij bezig was met de muilkorf en dat hij daaraan een ketting deed die hij vastklikte aan de kooi. [naam 3] had bloed uit zijn neus en stolsels. De muilkorf was een stalen muilkorf met leer.
[verdachte] heeft ook nog een baardagame. Bij de baardagame waren de lampen ook kapot. De baardagame ligt altijd heel stil.
Op 14 april 2022 heeft de politie in de woning van de verdachte een baardagame in beslag genomen. [4] Naar aanleiding daarvan heeft de politie telefonisch contact gelegd met de opslaghouder. Deze gaf aan dat de baardagame veel te koud was. [5]
De verdachte, wonende op het adres [adres 1] te Venray – heeft – zakelijk weergegeven – het volgende verklaard: [6]
Ik kreeg berichtjes van mijn buurman dat de hond zo aan het blaffen was. Ik ben toen samen met mijn vriendin naar mijn woning gegaan. Toen wij thuiskwamen stond de hond op tafel. Ik heb de hond met een stalen muilkorf door middel van een slipketting om zijn nek en muilkorf vastgezet aan de bench.
U houdt mij voor dat er ook een baardagame in de woning was en dat er geen werkende warmtelampen in de bak aanwezig waren. Op dit moment hadden wij niet het geld om de lamp te vervangen.
Bewijsoverwegingen
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat op basis van het dossier niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte zijn hond heeft gewurgd of gedood, zodat de verdachte daarvan moet worden vrijgesproken. De rechtbank zal de verdachte daarnaast ook vrijspreken van het slaan en trappen van zijn hond omdat evenmin wettig en overtuigend kan worden bewezen dat deze handelingen in de tenlastegelegde periode hebben plaatsgevonden.
De rechtbank stelt op grond van de hierboven vermelde bewijsmiddelen vast dat de verdachte zijn hond met een stalen muilkorf en een slipketting om zijn nek in de bench heeft vastgelegd. Getuige [naam 2] , de toenmalige vriendin van de verdachte, heeft daarover verklaard dat de hond hartverscheurend piepte toen de verdachte bezig was met het vastmaken van de muilkorf en de ketting. Ook heeft zij verklaard dat zij enig moment later voelde dat de hond geen ademhaling meer had en dat de hond bloed uit zijn neus had. Een medebewoner van de verdachte heeft verklaard dat hij op 3 april 2022 een hond hoorde janken, welk gejank door merg en been ging. Op basis van deze verklaringen komt de rechtbank tot de conclusie dat het handelen van de verdachte de grens van hetgeen toelaatbaar was ter bereiking van zijn doel (het vastleggen van de hond in de bench) heeft overschreden en dat de verdachte daarmee pijn en letsel bij de hond heeft veroorzaakt. De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich op 3 april 2022 in Venray schuldig heeft gemaakt aan mishandeling van zijn hond.
De rechtbank acht op grond van bovengenoemde bewijsmiddelen eveneens wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zijn baardagame de nodige zorg heeft onthouden door het dier niet onder warmtelampen te plaatsen waardoor deze te koud werd.
3.3.2
Feit 2: bezit kinderporno
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het bezit van de kinderpornografische afbeeldingen met de nummers 18, 19 en 20, omdat op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld dat deze afbeeldingen voor de verdachte benaderbaar waren en dus niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat hij beschikkingsmacht over deze afbeeldingen had.
De rechtbank acht wel wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de -wel benaderbare- kinderpornografische afbeeldingen met de nummers 16 en 17 in zijn bezit heeft gehad. Nu de verdachte dit onderdeel van de tenlastelegging heeft bekend en daarvan namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
- de bekennende verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 30 oktober 2024; [7]
- het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal; [8]
- het proces-verbaal van bevindingen. [9]
3.3.3
Vrijsspraakoverweging feit 3: bezit dierenporno
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de verdachte moet worden vrijgesproken van feit 3, omdat op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld dat de tenlastegelegde dierenpornografische afbeelding voor de verdachte benaderbaar was.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
feit 1
op 3 april 2022 in Venray, zonder redelijk doel en/of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar was, bij twee dieren, te weten een hond en een baardagame (reptiel) pijn en/of letsel heeft veroorzaakt en/of de gezondheid en/of het welzijn van dat dier heeft benadeeld, immers heeft hij, verdachte:
- die hond met een stalen muilkorf en een slipketting om zijn nek in de bench vastgelegd en
- die baardagame de nodige zorg onthouden door het dier niet onder lampen te plaatsen waardoor deze te koud werd;
feit 2
op 14 april 2022 in Venray, een gegevensdrager, te weten een telefoon (merk Samsung), bevattende afbeeldingen, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit heeft gehad, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
- het met een hand en/of een voorwerp betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, (afbeelding 16 en 17) en
-het geheel of gedeeltelijk naakt poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past en door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en de wijze van kleden van deze persoon nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel en de borsten in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (afbeelding 17);
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
feit 1
zich gedragen in strijd met het voorschrift vastgesteld bij artikel 2.1 eerste lid Wet dieren;
feit 2
een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een taakstraf voor de duur van 240 uren en een gevangenisstraf voor de duur van 100 dagen waarvan 96 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd. Ten aanzien van het houdverbod voor dieren heeft de officier van justitie gevorderd daarbij op te nemen dat dit verbod van toepassing is zolang de reclassering dat noodzakelijk acht.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om aan de verdachte een geheel voorwaardelijke taakstraf op te leggen, dan wel om de taakstraf aanzienlijk te matigen en een deel daarvan voorwaardelijk op te leggen. Zij heeft daarnaast verzocht om – overeenkomstig de wens van de verdachte en zijn behoefte aan hulpverlening – aan hem een proeftijd van 3 jaren op te leggen. Voor wat betreft het houdverbod van dieren heeft de raadsvrouw verzocht dit op te leggen zoals door de officier van justitie gevorderd.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Dierenmishandeling
De verdachte heeft zich schuldig heeft gemaakt aan dierenmishandeling. Hij heeft op 3 april 2022 zijn hond met een stalen muilkorf en een slipketting om zijn nek in de bench vastgelegd. De hond heeft hierdoor pijn en letsel gehad. Ook heeft de verdachte zijn baardagame de nodige zorg onthouden door het dier niet onder warmtelampen te plaatsen waardoor deze te koud werd.
Bezit kinderporno
De verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan het in bezit hebben van twee kinderpornografische afbeeldingen. Bij de vervaardiging hiervan worden kinderen seksueel misbruikt en uitgebuit en wordt op zeer grove wijze inbreuk gemaakt op hun lichamelijke integriteit en persoonlijke levenssfeer. Het is algemeen bekend dat kinderen daarvan ernstige psychische (en lichamelijke) schade kunnen ondervinden. Door deze afbeeldingen in bezit te hebben, heeft de verdachte bijgedragen aan het in stand houden van de markt voor dit soort materiaal en daarmee indirect ook aan het seksueel misbruik van kinderen.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft kennis genomen van het strafblad van de verdachte van 23 september 2024. Hieruit komt naar voren dat hij eerder, in 2020, een schriftelijke waarschuwing heeft gekregen voor het bezit van kinderporno. De zaak is destijds voorwaardelijk geseponeerd.
Ook heeft de rechtbank kennisgenomen van het reclasseringsrapport over de verdachte, opgemaakt op 24 oktober 2024. De reclassering schrijft – kort samengevat – dat een beeld naar voren komt van een autistische man, die op dit moment op meerdere leefgebieden de controle kwijt is. Zijn woning is zwaar vervuild en zijn zelfverzorging en die van zijn dieren is benedenmaats. Ook heeft de verdachte alle hulpverlening beëindigd (naar eigen zeggen ter zitting uit schaamte). Na het delict is er daarom geen zicht meer geweest op de drie katten die de verdachte als huisdier houdt. De politie en de Landelijke Inspectiedienst Dieren zijn op 24 oktober 2024 in de woning binnen geweest en hebben daar waargenomen dat de woonomgeving dermate slecht is, dat hiermee de zorg voor de katten onvoldoende wordt geacht, ondanks dat ze toegang hebben tot voeding en water. De reclassering ziet gelet hierop belang in het opleggen van een houdverbod voor dieren. Gezien de ernst van het tenlastegelegde en de vastgestelde problematiek acht de reclassering reclasseringstoezicht en nadere diagnostiek en behandeling vanuit een forensische instelling geïndiceerd. De reclassering ziet daarnaast een verhoogd risico in het feit dat de verdachte gerecidiveerd is ten aanzien van het bezit van kinderporno. Zij acht het daarom noodzakelijk dat de verdachte meewerkt aan de controle van digitale gegevensdragers tijdens huisbezoeken en dat er onderzoek wordt gedaan naar de seksualiteitsbeleving van de verdachte. De verdachte heeft aangegeven nu open te staan voor hulp. Mede om het persoonlijk welzijn van de verdachte te ondersteunen heeft de reclassering ten slotte geadviseerd om als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, ambulante (thuis)begeleiding en meewerken aan middelencontrole op te leggen.
De rechtbank onderschrijft het advies van de reclassering en ziet in de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het recidiverisico aanleiding om aan hem een voorwaardelijke straf met daaraan gekoppeld bijzondere voorwaarden op te leggen. De rechtbank acht het van belang dat de verdachte wordt geholpen om een andere weg in te slaan en is met de reclassering van oordeel dat de nadruk moet liggen op zorg en hulpverlening. Dit is niet alleen van belang voor de verdachte zelf, maar ook voor zijn omgeving, zijn dieren en de maatschappij. De rechtbank houdt daarnaast rekening met de omstandigheid dat de feiten ruim twee jaar geleden hebben plaatsgevonden en dat de verdachte blijkens zijn strafblad in de tussentijd geen nieuwe strafbare feiten meer heeft gepleegd. De rechtbank acht het daarom – anders dan de officier van justitie – onder de genoemde omstandigheden niet opportuun om aan de verdachte een onvoorwaardelijke taakstraf voor de maximale duur op te leggen en is van oordeel dat een geheel voorwaardelijke taakstraf volstaat.
Straf
Alles afwegende zal de rechtbank aan de verdachte een gevangenisstraf voor de duur van 4 dagen en een voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 80 uren met een proeftijd van 3 jaren opleggen. Dit betekent dat de verdachte niet (terug) naar de gevangenis hoeft, gelet op de tijd die hij al in voorarrest heeft doorgebracht. Aan de voorwaardelijke taakstraf zullen, met uitzondering van de bijzondere voorwaarde van het vermijden van contact met minderjarigen, de voorwaarden worden gekoppeld zoals geadviseerd door de reclassering. Enerzijds wordt de verdachte hierdoor geconfronteerd met de ernst van de feiten en anderzijds hebben de voorwaardelijke straf en de bijzondere voorwaarden als doel de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst soortgelijke strafbare feiten te plegen. Gelet op de vastgestelde problematiek acht de rechtbank een proeftijd van 3 jaar aangewezen.
De rechtbank ziet in het dossier of in de persoon van de verdachte geen aanleiding om aan de verdachte de bijzondere voorwaarde met betrekking tot het vermijden van contact met minderjarigen op te leggen. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat zij bewezen heeft verklaard dat de verdachte een zeer beperkte hoeveelheid, te weten twee kinderpornografische afbeeldingen, in zijn bezit heeft gehad en dat er ook geen enkele aanwijzing is dat de verdachte contact heeft of zoekt met minderjarigen.
Ten aanzien van het op te leggen houdverbod voor dieren zal de rechtbank bepalen dat de duur daarvan niet langer zal zijn dan strikt noodzakelijk. De rechtbank overweegt daartoe dat ter terechtzitting is gebleken dat de verdachte veel van dieren houdt en dat het nooit zijn bedoeling is geweest om een dier pijn te doen. Er is eerder sprake geweest van onmacht. De rechtbank heeft de hoop dat met behulp van de nodige thuisbegeleiding en behandeling de situatie rondom de verdachte aanzienlijk zal verbeteren, zodat hij op enig moment weer in staat zal zijn om wel weer zelfstandig voor een huisdier te zorgen. Het ambulante behandelteam en de thuisbegeleiding kunnen toezien op het verloop hiervan en de situatie rondom de verdachte monitoren. De rechtbank legt aldus aan de verdachte een houdverbod voor dieren op, met dien verstande dat dit verbod van toepassing is zolang de reclassering dat nodig acht.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57 en 240b van het Wetboek van Strafrecht, artikel 2.1, 8.11 en 8.12 van de Wet Dieren, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

8.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van het onder 3 ten laste gelegde feit;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • veroordeelt de verdachte tot
  • beveelt dat indien de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 40 dagen;
  • bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een
  • stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
de veroordeelde meldt zich binnen vijf dagen na het ingaan van de proeftijd bij Reclassering Nederland op het adres Slachthuisstraat 31, 6041 CB Roermond of telefonisch op het nummer 088-8041501. De veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. De veroordeelde verleent hierbij ook medewerking aan huisbezoeken;
de veroordeelde laat zich( thuis) begeleiden door De Rooyse Wissel, Fact team of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De begeleiding duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde
houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de begeleiding en verleent ook zijn medewerking aan huisbezoeken;
de veroordeelde laat zich behandelen door de Rooyse Wissel Ambulant Behandelen of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
de veroordeelde werkt mee aan controle van het gebruik van alcohol en of drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak de veroordeelde wordt gecontroleerd;
de veroordeelde vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. De veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
- het seksueel getint communiceren met minderjarigen
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd
De veroordeelde bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. De veroordeelde werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. De veroordeelde verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. De veroordeelde verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De controle is gericht op de vraag of de veroordeelde kinderpornografisch materiaal vermijdt. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van de veroordeelde. De reclassering kan voor technische ondersteuning een deskundige meenemen, ook als dit een opsporingsambtenaar is die deskundig is op digitaal gebied. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is;
de veroordeelde houdt geen huisdieren, zolang de reclassering dat noodzakelijk acht. De veroordeelde werkt mee aan controle hierop bij huisbezoeken door de Landelijke Inspectiedienst Dierenwelzijn, de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit en de politie.
  • geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
  • voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
Dit vonnis is gewezen door mr. L. Feuth, voorzitter, mr. A.K. Kleine en mr. G.L.A.M. van Doveren, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.H.C. van den Munckhof, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 13 november 2024.
Buiten staat
Mr. G.L.A.M. van Doveren is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij in of omstreeks de periode van 3 april 2022 tot en met 6 april 2022,
in de gemeente Venray,
zonder redelijk doel en/of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar was, bij twee dieren, te weten een hond en/of een baardagame (reptiel) pijn en/of letsel heeft veroorzaakt en/of de gezondheid en/of het welzijn van dat dier heeft benadeeld, immers heeft hij, verdachte:
- die hond gedood, door de hond met een stalen muilkorf en een (slip)ketting om zijn nek in de bench vast te leggen en/of door de hond te wurgen en/of door de hond te slaan en/of trappen en/of
- die Baardagame de nodige zorg onthouden door het dier niet onder lampen te plaatsen waardoor deze te koud werd;
2.
hij op of omstreeks 14 april 2022
in de gemeente Venray, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) afbeeldingen, te weten foto's en/of films en/of video's - en/of (een) gegevensdrager(s), bevattende afbeeldingen, te weten een telefoon (merk Samsung), van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verworven en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
-het met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong en/of (een) voorwerp(en) betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de anus, de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (afbeelding 16, p. 75) en/of
- het met (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel, de eigen anus, de eigen billen en/of borsten door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, (afbeelding 17), p. 76) en/of
-het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze
persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden,(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (afbeeldingen 17, 18, 19 en 20, p. 67-77);
3.
hij op of omstreeks 14 april 2022,
in de gemeente Venray, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) afbeeldingen, te weten foto's en/of video's en/of films - en/of gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten een telefoon (Samsung) - van (een) ontuchtige handeling(en), waarbij een mens en een dier zijn betrokken of schijnbaar zijn betrokken, in bezit heeft gehad, welke ontuchtige handeling(en) - zakelijk weergegeven – bestond(en) uit: het door een (volwassen) vrouw, althans een mens, likken, in de mond nemen, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een dier (afbeelding 21, p. 77);

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie Eenheid Limburg, proces-verbaalnummer PL2300-2022050677, gesloten d.d. 10 februari 2023, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 91.
2.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 april 2022, p. 3.
3.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam 2] d.d. 14 april 2022, p. 4-7.
4.Proces-verbaal van binnentreden in woning, d.d. 15 april 2022, p. 9.
5.Proces-verbaal van bevindingen, d.d. 15 april 2022, p. 35.
6.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 14 april 2022, p. 16-19
7.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 30 oktober 2024.
8.Proces-verbaal van beschrijving kinderpornografisch materiaal (door het team ter bestrijding van kinderpornografie en kindersekstoerisme) d.d. 9 december 2022, p. 60-64, met bijlagen op p. 65-77
9.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 juni 2024, geen onderdeel uitmakende van de doornummering.