Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 t/m 26
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie met producties 1 en 2
- de incidentele conclusie in reconventie tot oproeping in vrijwaring met producties
- de incidentele conclusie van antwoord in reconventie.
2.Het geschilin de hoofdzaak in conventie
Primair
Subsidiair
- [eiser] zal veroordelen om aan Waprof te betalen € 12.721,03, te vermeerderen met wettelijke rente en de contractuele rente over € 11.827,75 en te vermeerderen met de wettelijke rente en de contractuele rente over € 893,28 tot aan de dag van algehele voldoening;
3.De beoordeling in het incident3.1. De rechtbank overweegt als volgt. Voor toewijzing van een vordering tot oproeping in vrijwaring is vereist dat de partij die een derde in vrijwaring wenst op te roepen zich beroept op een rechtsverhouding met die derde die meebrengt dat de partij de nadelige gevolgen van de beslissing in de hoofdzaak op die derde kan afwentelen. Het daadwerkelijk bestaan van de gestelde rechtsverhouding behoeft nog niet vast te staan. Dat zal in de vrijwaringszaak moeten worden onderzocht.
4.De beslissing
4 december 2024voor conclusie van antwoord in reconventie.