Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 1] ,
[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3],
1.De procedure
- de exploten van dagvaarding met producties 1 t/m 23,
- de incidentele conclusie tot zekerheidsstelling voor proceskosten ex artikel 224 Rv van [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 1] en [gedaagde in de hoofdzaak, eiseres in het incident sub 2] ,
- de incidentele conclusie tot zekerheidsstelling voor proceskosten ex artikel 224 Rv van [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident sub 3] en [gedaagde in de hoofdzaak, eiseres in het incident sub 4] ,
- de incidentele conclusie van antwoord van Balkhoorma met producties 24 en 25.
2.2. De feiten
3.Het geschilin de hoofdzaak
a) voor recht zal verklaren dat gedaagden hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de door
c) gedaagden hoofdelijk zal veroordelen in de proceskosten, waaronder de
4.De beoordeling in de incidenten
5.De beslissing
€ 30.747,00 ten gunste van [gedaagden in de hoofdzaak, eisers in het incident sub 1 en 2] voor de proceskosten in de hoofdzaak waarvan zij veroordeeld kan worden,
€ 30.747,00 ten gunste van [gedaagde in de hoofdzaak, eisers in het incident sub 3 en 4] voor de proceskosten in de hoofdzaak waarvan zij veroordeeld kan worden,
13 november 2024moet zijn gesteld,
de eigen kosten draagt,
27 november 2024voor akte uitlating partijen omtrent de gestelde zekerheid,