ECLI:NL:RBLIM:2024:7775

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
25 september 2024
Publicatiedatum
31 oktober 2024
Zaaknummer
C/03/311292 / HA ZA 22-501
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanvullend voorschot deskundige toegewezen in civiele procedure

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 25 september 2024 een vonnis uitgesproken in de zaak met zaaknummer C/03/311292 / HA ZA 22-501. De rechtbank heeft een aanvullend voorschot toegewezen aan de deskundige, die eerder was benoemd in een tussenvonnis van 27 maart 2024. De deskundige, de heer F. Arnoldus van Loyal Experts, had verzocht om een aanvullend voorschot van € 4.693,74, omdat het eerder opgegeven bedrag dreigde te worden overschreden. Zowel de eisers als de gedaagde hebben hun bezwaren geuit tegen de hoogte van het aanvullend voorschot, maar de rechtbank oordeelde dat het verzoek niet onredelijk was. De rechtbank heeft bepaald dat het aanvullend voorschot door de eisers moet worden voldaan en dat het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak een nota zal verzenden die binnen twee weken na de uitspraak betaald moet worden. De deskundige is opgedragen om na betaling van het voorschot zijn werkzaamheden voort te zetten en een gespecificeerde declaratie in te dienen. Het definitieve oordeel over de kosten zal in het eindvonnis worden gegeven.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/311292 / HA ZA 22-501
Vonnis van 25 september 2024
in de zaak van

1.[eiser sub 1] ,

wonende te [woonplaats 1] ,
2.
[eiseres sub 2],
wonende te [woonplaats 1] ,
eisers,
advocaat: mr. T.N. Vis,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
advocaat: mr. P.J.L. Tacx.
Partijen zullen hierna eisers (mannelijk meervoud) en gedaagde genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 27 maart 2024,
  • het e-mailbericht namens de in het tussenvonnis benoemde deskundige van 26 augustus
  • de reactie namens [eisers] , ontvangen op 29 augustus 2024,
  • de reactie namens [gedaagde] , ontvangen op 16 september 2024.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het verzoek en de beoordeling

2.1.
Bij tussenvonnis van 27 maart 2024 is door de rechtbank een onderzoek door een deskundige bevolen en is de heer F Arnoldus, werkzaam bij Loyal Experts, benoemd tot deskundige in onderhavige zaak. Door de deskundige is de rechtbank bericht dat het eerder opgegeven voorschotbedrag dreigt te worden overschreden en is verzocht om een aanvullend voorschot van € 4.693,74 (inclusief btw).
2.2.
Partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun mening te geven over de aanvulling van het voorschot.
2.3.
[eisers] maken bezwaar tegen de hoogte van het aanvullend voorschot. [eisers] kunnen zich wel vinden in de aanvullende kosten voor wat betreft het overleg met betrekking tot het uitnodigen van een gemachtigde bij het onderzoek ter plaatse, de planning en de begrote reiskosten, maar zij stellen dat er voor het overige geen bijzondere kostenverhogende omstandigheden hebben plaatsgevonden, die een aanvullend voorschot rechtvaardigen. Bovendien zijn [eisers] van mening dat [gedaagde] de kosten van een eventueel aanvullend voorschot moet dragen, nu [gedaagde] zijn waarschuwingsplicht heeft geschonden en uit het conceptrapport volgt dat sprake is van zeer ernstige tekortkomingen.
2.4.
[gedaagde] is eveneens van mening dat het verzoek om een aanvullend voorschot dient te worden afgewezen. Ook hij stelt dat zich geen bijzondere bijkomende kostenverhogende omstandigheden hebben voorgedaan. De vraag voor wiens rekening de kosten van het deskundigenonderzoek zouden moeten komen, dient bij het eindvonnis te worden beantwoord, aldus [gedaagde] .
2.5.
De deskundige heeft de omvang van de werkzaamheden in zijn verzoek toegelicht. Hoewel het verzochte aanvullend voorschot zonder meer fors te noemen is, komt het voorschot de rechtbank – gelet op deze toelichting – desondanks niet onredelijk voor. Het verzoek zal derhalve worden toegewezen. De rechtbank is van oordeel dat het (aanvullend) voorschot eveneens door [eisers] dient te worden gedeponeerd. Het definitieve oordeel omtrent de kosten zal in het eindvonnis worden gegeven.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
stelt de hoogte van het aanvullend voorschot op de kosten van de deskundige vast op het door de deskundige begrote bedrag van in totaal € 4.693,74 inclusief btw,
3.2.
bepaalt dat dit aanvullend voorschot door [eisers] , dient te worden voldaan,
3.3.
voor het voldoen van het voorschot zal het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak te Utrecht op korte termijn een nota verzenden, welke nota uiterlijk twee weken na deze uitspraak dient te zijn voldaan,
3.4.
wijst de deskundige erop dat hij het aanvullend onderzoek pas na bericht van de griffier omtrent betaling van het aanvullend voorschot dient voort te zetten,
3.5.
draagt de deskundige op om uiterlijk vier weken na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie.
Dit vonnis is gewezen door mr. V.E.J. Noelmans en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: AH