ECLI:NL:RBLIM:2024:7716

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 oktober 2024
Publicatiedatum
30 oktober 2024
Zaaknummer
C/03/320926 / FA RK 23-2999
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot verbetering van geboorteakte wegens gebrek aan rechtsgeldig huwelijk

Op 30 oktober 2024 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, uitspraak gedaan in een zaak waarin het openbaar ministerie verzocht om verbetering van een geboorteakte. Het verzoek werd afgewezen omdat er geen sprake was van een rechtsgeldig huwelijk tussen de man en de moeder. De rechtbank heeft vastgesteld dat het openbaar ministerie niet in staat was om aan te tonen dat er een rechtsgeldig huwelijk bestond. Dit werd bevestigd door een eerder onderzoek van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in 2019, waaruit bleek dat de huwelijksakte niet bevoegd was opgemaakt en afgegeven. De rechtbank oordeelde dat, gezien het ontbreken van een rechtsgeldig huwelijk, er geen familierechtelijke betrekkingen konden worden vastgesteld tussen de man en het kind, en dat er derhalve geen grond was voor verbetering van de geboorteakte.

De rechtbank heeft ook het verzoek van het openbaar ministerie om te verklaren dat het huwelijk niet rechtsgeldig was, afgewezen, omdat hiervoor geen rechtsgrond bestond. De rechtbank benadrukte dat correcties in de basisregistratie personen kunnen worden aangevraagd door betrokkenen of ambtshalve door het college van burgemeester en wethouders. De beschikking werd uitgesproken door rechter M.E. Salemans-Wijnen, tevens kinderrechter, in aanwezigheid van griffier J.J.M. Verhey.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Familie en jeugd
Datum uitspraak: 30 oktober 2024
Zaaknummer: C/03/320926 / FA RK 23-2999
De enkelvoudige kamer, belast met de behandeling van burgerlijke zaken, heeft de volgende beschikking gegeven in de zaak van:
het openbaar ministerie, arrondissementsparket Limburg,
gevestigd in Maastricht,
verder te noemen: het openbaar ministerie.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
[de man] ,
verder te noemen: de man,
en
[de moeder] ,
verder te noemen: de moeder,
beiden wonend in [woonplaats] ,
en
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Heerlen,
verder te noemen: de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Heerlen.
Gezien de stukken, waaronder de beschikking van deze rechtbank van 27 november 2023.

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1.
Het verdere procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
  • het bericht van het openbaar ministerie van 30 april 2024;
  • het bericht van het openbaar ministerie van 3 juni 2024;
  • de brief met bijlagen van het openbaar ministerie van 15 juli 2024;

2.De verdere beoordeling

2.1.
Bij voormelde beschikking is het openbaar ministerie in de gelegenheid gesteld om binnen een termijn van vier maanden aan te tonen dat tussen de man en de moeder sprake is van een rechtsgeldig huwelijk.
2.2.
Het openbaar ministerie heeft schriftelijk kenbaar gemaakt dat er - bij nader inzien -geen sprake is van een rechtsgeldig huwelijk tussen de man en de moeder. Volgens het openbaar ministerie moet dit leiden tot een afwijzing van het verzoek tot verbetering van de geboorteakte.
2.3.
Uit de door het openbaar ministerie overgelegde stukken is gebleken dat er tussen de man en de moeder geen sprake is van een rechtsgeldig huwelijk. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft in 2019 onderzoek gedaan naar de echtheid van de huwelijksakte van de moeder en de man. Uit dat onderzoek is gebleken dat het document met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet bevoegd is opgemaakt en afgegeven. Volgens de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Heerlen had de gemeente Sittard-Geleen de verklaring onder ede van 31 januari 2023 (waarin de moeder en de man aangaven dat zij op 2 januari 2018 in Istanbul (Turkije) met elkaar zijn getrouwd) daarom niet mogen opnemen in de basisregistratie personen (BRP).
Omdat er tussen de man en de moeder geen sprake is van een rechtsgeldig huwelijk, kan op grond van artikel 10:92 lid 1 BW niet worden vastgesteld dat tussen de man en [naam] sprake is van een familierechtelijke betrekking. Uit de door het openbaar ministerie ingediende stukken blijkt dat de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Heerlen dit onderschrijft. De rechtbank zal daarom geen verbetering gelasten van de geboorteakte van [naam] . Het verzoek van het openbaar ministerie zal worden afgewezen.
2.4.
Voor zover het openbaar ministerie nog heeft verzocht om uit te spreken dat het huwelijk tussen de man en de moeder niet rechtsgeldig is gesloten en dat er om die reden geen familierechtelijke betrekkingen tussen [naam] en de man tot stand zijn gekomen, overweegt de rechtbank dat voor een dergelijk verzoek van het openbaar ministerie geen rechtsgrond bestaat. De rechtbank zal daarom ook dit verzoek afwijzen.
2.5.
Ten overvloede wijst de rechtbank erop dat op grond van de Wet basisregistratie personen het college van burgemeester en wethouders op verzoek van betrokkenen of ambtshalve kan overgaan tot correctie (verbetering, aanvulling of verwijdering) van gegevens in de basisregistratie personen.

3.De beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijst af het verzoek van het openbaar ministerie.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.E. Salemans-Wijnen, rechter, tevens kinderrechter en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. J.J.M. Verhey, griffier op
30 oktober 2024.