ECLI:NL:RBLIM:2024:7657
Rechtbank Limburg
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Aanzegplicht en loonvordering in detacheringsovereenkomst
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 3 oktober 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoekster] en Randstad Uitzendbureau B.V. [verzoekster] heeft een verzoek ingediend tot betaling van een aanzegvergoeding en achterstallig loon, onder verwijzing naar de aanzegplicht en de CAO voor Uitzendkrachten. De procedure is gestart na een mondelinge behandeling op 19 september 2024, waarbij de feiten zijn besproken. [verzoekster] heeft vanaf december 2022 voor Randstad gewerkt onder verschillende detacheringsovereenkomsten, waarvan de laatste liep van 1 januari 2024 tot 26 mei 2024. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de aanzegplicht niet van toepassing was, omdat de laatste arbeidsovereenkomst korter was dan zes maanden. Hierdoor heeft Randstad geen aanzegvergoeding verschuldigd. Daarnaast heeft de kantonrechter geoordeeld dat [verzoekster] zich niet aan de afgesproken beschikbaarheid heeft gehouden, waardoor het niet inroosteren voor de overeengekomen uren voor haar rekening komt. De verzoeken van [verzoekster] zijn afgewezen, en zij is veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan Randstad.