3.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
In januari 2024 werd door de politie onderzoek verricht naar onder meer een Peugeot Boxer voorzien van het Nederlandse kenteken [kenteken 1] . Voornoemd voertuig werd op 17 januari 2024 aangetroffen in een straat achter de woning van – de volgens de politie welbekende ladingboef – [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 2] 1986 te [geboorteplaats 1] . Het voertuig bleek op naam te staan van [naam bedrijf 1] . Via het ANPR-systeem werd gezien dat het voertuig voornamelijk alleen in de nachten reed. Bij de politie is ambtshalve bekend dat men bij ladingdiefstallen vaak gebruik maakt van een al dan niet gehuurde bus of bakwagen, zoals het voornoemde voertuig. Dit voertuig komt vaak ter plaatse zodra men een buit op het oog heeft en dat betekent dat er vaak een tweede voertuig gebruikt wordt waar men mee op pad gaat. Naar aanleiding van het vorenstaande werd op 21 januari 2024 voornoemde Peugeot Boxer door de politie voorzien van een technisch hulpmiddel.
Verbalisantenvan de politie, onder meer werkzaam voor het
Taskforce ladingdiefstallenvan de Landelijke Eenheid, hebben over de
Peugeot Boxermet kenteken [kenteken 1] – zakelijk weergegeven – het volgende gerelateerd:
Door het team werd een witte bestelbus van het merk Peugeot, voorzien van het
Nederlands kenteken [kenteken 1] , bebakend volgens artikel 3 van de Politiewet.
Op maandag 22 januari, omstreeks 01:24 uur, werd door verbalisant [naam 1] gezien dat het baken, welke onder het genoemde voertuig zat, in beweging kwam. Dit werd digitaal gemonitord door genoemde verbalisant. Hierop zijn wij met het team aanrijdend gegaan in de richting van waar het baken zich toonde.
Omstreeks 01:55 uur werd duidelijk dat het voertuig zich heeft gepositioneerd aan de
[straat 1] te Venray.
Wij, verbalisanten [naam 2] en [naam 1] , hoorden over de portofoon dat collega [naam 3] aan kwam lopen vanaf de [straat 2] en dat hij zicht kreeg op de [straat 1] op het bebakende voertuig.
Ik, verbalisant [naam 3] , zag in de [straat 1] meerdere vrachtwagens achter elkaar geparkeerd staan. Ik zag vier personen naast een vrachtwagen met oplegger staan. Ik zag dat alle personen zwart en donker gekleed waren en dat zij dozen uit de oplegger haalden en wegliepen in de richting van de witte bestelbus, die direct achter de oplegger geparkeerd stond. Vervolgens zag ik dat alle personen weer met lege handen terugliepen naar de zijkant van de oplegger en weer dozen pakten uit de oplegger. Ik zag dat zij dit meerdere keren deden en hieruit concludeerde ik dat ze lading aan het stelen waren en deze aan het inladen waren in de witte bestelbus.
Na ongeveer 10 minuten zag ik dat er meerdere personen wegliepen in de richting van de witte bestelbus en dat zij hierin instapten. Vervolgens zag ik dat er achter de witte bestelbus een donkere Volkswagen Golf, voorzien van Nederlandse kentekenplaten, stond. Ik zag dat de verlichting van de bestelbus en de personenauto aanging en dat beide voertuigen tegelijk met hoge snelheid wegreden.
Ik, verbalisant [naam 4] , hoorde van verbalisant [naam 3] dat er bij twee voertuigen personen instapten.
Wij, [naam 2] en [naam 1] , zagen de voertuigen langs collega [naam 3] rijden over de [straat 2] . Ik, [naam 1] , stapte in bij een onopvallend dienstvoertuig van de collega's van het flexibele interventieteam. Wij reden over de [straat 1] richting de [straat 2] . Wij zagen dat geen personen of personenvoertuigen ons tegemoet kwamen of nog aanwezig waren op de locatie van de diefstal. Dit houdt in de alle personen welke gezien zijn door collega [naam 3] in de twee betrokken voertuigen gestapt waren.
Wij hoorden over de portofoon dat andere collega's van het flexibele interventieteam
de weggereden voertuigen tegemoet zagen rijden op de [straat 2] naar de
[straat 3] . Wij hoorden via de portofoon dat zij nog zicht hadden op de beide voertuigen en achter hen aansloten. Wij hoorden dat de personenauto een Volkswagen Golf betrof. Wij sloten ons met beide voertuigen aan bij de collega's achter de Volkswagen Golf en het bebakende voertuig. Ik, [naam 1] , in het voertuig bij de collega's van het flexibele interventieteam en ik, [naam 2] , samen met collega [naam 4] in mijn onopvallend dienstvoertuig.
Wij hoorden hierna dat de Volkswagen Golf zijn snelheid verhoogde en uitliep op de collega's, waarna zij het bebakende voertuig inhaalden om de personenauto bij te houden. Op dit moment besloot ik, [naam 1] , om ook het bebakend voertuig voorbij te rijden en mij aan te sluiten bij de net ontstane achtervolging van de uitlopende Volkswagen Golf.
Ik, [naam 2] , was nu samen met collega [naam 4] het enige voertuig achter de bestelbus. De bebakende bus is dus op geen enkel moment uit zicht geweest van de politie.
Ik, verbalisant [naam 3] , liep naar de oplegger waar de personen de lading uitgehaald hadden. Ik zag dat de zijkant van de oplegger opengesneden was en dat er nog ongeveer vijf dozen in lagen. Vervolgens hoorde ik dat mijn collega's een achtervolging hadden op de betrokken Volkswagen Golf en dat de witte bestelbus ook niet wilde stoppen. Ik reed naar de locatie van de witte bestelbus. Ik blokkeerde met mijn dienstvoertuig de weg. Ik zag dat de bijrijder van de bestelbus uitstapte en wilde wegrennen. Ik riep dat hij moest blijven staan en zag dat hij op de grond ging liggen. Ik hield vervolgens deze persoon aan. Dit betrof verdachte [medeverdachte 3] .
Ik, verbalisant [naam 4] , rende naar de bestuurderszijde van de bestelauto en zag dat de bestuurder hier nog zat. Hierna heeft verbalisant [naam 2] de verdachte geboeid en aangehouden. Dit betrof verdachte [medeverdachte 4] .
Verbalisantenvan de Eenheid Landelijke Expertise en Operaties hebben over de achtervolging van de
Volkswagen Golf– zakelijk weergegeven – het volgende gerelateerd:
Op maandag 22 januari 2024 omstreeks 02:10 uur bevonden wij ons op de [straat 3] te Venray. Aldaar waren wij ter plaatse naar aanleiding van een volgactie van een bebakend voertuig.
Wij hoorden dat collega's zicht hadden op twee voertuigen, welke vermoedelijk goederen hadden weggenomen uit een oplegger van een vrachtwagen. Deze voertuigen waren samen weggereden in onze richting. Dit betrof een zwarte Volkswagen Golf en een witte bestelbus voorzien van kenteken [kenteken 1] . Wij zagen op dat moment een voertuig onze richting op komen vanuit de [straat 2] . Wij zagen dat dit voertuig vervolgens vanuit de [straat 2] de [straat 3] op reed. Wij zagen hierbij dat dit een zwarte Volkswagen Golf GTI betrof die met een verhoogde snelheid reed. Hierna zagen wij een witte bestelbus aan komen rijden vanaf de [straat 2] . Wij zagen dat de bestelbus ook met een verhoogde snelheid reed en dat deze achter de Volkswagen Golf GTI aan leek te rijden.
Wij hebben hierop de betrokken voertuigen gevolgd. Hierbij zagen wij dat de witte bestelbus bleek te zijn voorzien van het kenteken [kenteken 1] . Wij zagen dat de zwarte Volgwagen GTI de snelheid flink verhoogde en begon uit te lopen op de betrokken bestelbus. Hierbij kregen wij het sterke vermoeden dat de inzittenden van de Volkswagen Golf GTI doorhadden dat er politie achter hen reed, en dat zij hierop wilde gaan vluchten. Dit aangezien zij zojuist mogelijk een diefstal hadden gepleegd.
Wij hebben hierop de keuze gemaakt om de betrokken witte bestelbus in te halen en de zwarte Volkswagen Golf GTI te gaan controleren. Wij zagen hierbij dat de zwarte Volkswagen GTI de snelheid fors verhoogde. Wij zagen dat het voertuig, ter hoogte van de kruising met de [straat 4] , op een stoeprand klapte met het rechter voorwiel. Hierna kwam het voertuig tot stilstand. Wij zagen twee mannen uit het voertuig stappen, welke geheel in het donker gekleed waren.
Ik, verbalisant [naam 5] , heb hierbij een van deze twee mannen aangehouden. Deze verdachte bleek te zijn genaamd: [medeverdachte 1] geboren op [geboortedatum 3] 1985 te [geboorteplaats 1] . De tweede man werd vervolgens door collega's aangehouden. Deze verdachte bleek te zijn genaamd: [medeverdachte 2] geboren op [geboortedatum 2] 1986 te [geboorteplaats 1] .
Ik, verbalisant [naam 6] , heb de bestuurder van het voertuig aangehouden. De bestuurder bleek te zijn genaamd: [medeverdachte 5] geboren op [geboortedatum 4] 1993 te [geboorteplaats 2] (Marokko). Ik, verbalisant [naam 6] , zag vervolgens nog een man links achterin de zwarte Volkswagen Golf GTI zitten, achter de bestuurderstoel. De man stapte vervolgens uit het voertuig, waarna ik de man heb aangehouden. Deze man bleek later te zijn genaamd: [verdachte] geboren op [geboortedatum 1] 1985 te [geboorteplaats 1] .
Wij hebben ter plaatse direct de betrokken Volkswagen Golf GTI, voorzien van kenteken [kenteken 2] , in beslag genomen.Dit betrof een huurvoertuig van het bedrijf " [naam bedrijf 2] " In het voertuig lagen bijzonderheden zoals handschoenen, een bivakmuts en een zaklamp. Wij troffen in het middenconsole van de betrokken Golf GTI een zwarte telefoon aan. Deze telefoon hebben wij ter plaatse in beslag genomen.
[naam 7]deed aangifte van de ladingdiefstal namens
[naam bedrijf 3]en verklaarde – zakelijk weergegeven – het volgende:
Op zondag 21 januari 2024 om 22:00 uur parkeerde ik mijn vrachtwagen op de [straat 1] in Venray. Mijn oplegger was geladen met toner. Ik ben hierna gaan slapen. Op maandag 22 januari 2024 werd ik rond 03:00 uur wakker gemaakt door de politie die mij vertelde dat er uit mijn oplegger goederen waren gestolen. Ik liep hierna naar mijn oplegger en zag dat het zeil van mijn oplegger kapot was gesneden. Ik zag dat bijna alles uit mijn oplegger was leeggehaald.
Door
de politiewerden
diverse dozeninbeslaggenomen die achterin in de inbeslaggenomen Peugeot Boxer stonden.In totaal zijn er 103 dozen in beslag genomen met daarin
toner voor printersvan het merk en type ‘
Xerox Everyday zwart’. Via de website van Xerox werd de stukprijs van de verschillende modellen toner door de politie opgezocht en deze bedragen werden bij elkaar opgeteld. Het
totaalbedragvan de gestolen toner kwam uit op een bedrag van
99.795,84 euro.
De
inbeslaggenomen iPhone, aangetroffen in de middenconsole van de
Volkswagen Golf, waarvan
[medeverdachte 5]de bestuurder was, werd door de politie onderzocht. Op basis van het gekoppelde Apple ID, de gebruikersaccount [emailadres] en in de telefoon aangetroffen selfies van [medeverdachte 5] concludeert de politie, en deze conclusie neemt de rechtbank over, dat de aangetroffen telefoon in gebruik was bij [medeverdachte 5] . Uit de op de iPhone aangetroffen zoektermen volgt dat op 22 januari 2024 om 01:05:34 via de internetbrowser is gezocht naar de zoekterm
“Xerox”. Uit de geschiedenis van de bezochte internetpagina’s van de iPhone volgt dat op 22 januari 2024 vanaf 01:05:34 tot en met 01:10:02 op de website van Xerox diverse producten, waaronder
toner, werden bekeken. De laatst bezochte pagina betreft: https://www.xerox,nl/nl-nl/supplies-and-accessories/006R03793, met als titel:
"Everyday? Zwart Toner van Xerox is compatibel met 508A (CF360A/ CRG-040BK),
Standaard rendement 006R03793 Genuine Xerox Supplies".
De verdachte [medeverdachte 4]heeft verklaard dat hij in de Peugeot Boxer met kenteken [kenteken 1] reed en dat hij dit voertuig heeft gehuurd.
De verdachte [medeverdachte 5]heeft verklaard dat hij in de Volkswagen Golf met kenteken [kenteken 2] reed en dat hij dit voertuig heeft gehuurd.
Bewijsoverwegingen
De rechtbank overweegt als volgt. Uit onderzoek aan de telefoon van verdachte [medeverdachte 5] (die direct na de achtervolging is aangetroffen in die Volkswagen Golf), is gebleken dat met die telefoon omstreeks 01.05 uur is gezocht naar hetzelfde merk en type toner als waar de buit van de ladingdiefstal uit bestond. Die zoekslag duurde tot ongeveer 01:10 uur. Ongeveer een kwartier later is de witte bestelbus met het kenteken [kenteken 1] in beweging gekomen en die reed vervolgens direct naar de plaats delict, waar deze om 01:55 uur arriveerde. Door de politie werd vervolgens gezien dat vier personen, in het donker gekleed, dozen vanuit de vrachtwagen in de bestelbus werden geladen. Ook de zwarte Volkswagen Golf werd daar gezien. Na ongeveer 10 minuten zijn in beide voertuigen personen ingestapt en deze zijn daarna tegelijkertijd met hoge snelheid weggereden. Ter plaatse werden toen geen andere personen meer aangetroffen. De politie heeft de voertuigen na een korte achtervolging staande gehouden. De twee inzittenden van de bestelbus en de vier inzittenden van de Volkswagen Golf werden vervolgens aangehouden. In de laadruimte van de witte bestelbus werden dozen afkomstig van de oplegger aangetroffen, met daarin verschillende modellen toner van het merk en type ‘Everyday zwart Xerox’. In de Volkswagen werd ook een bivakmuts aangetroffen. Over twee van de personen in de Volkswagen heeft de politie bovendien gerelateerd dat zij in het donker waren gekleed.
Gelet op voormelde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte en zijn medeverdachten allen betrokken zijn geweest bij de ladingdiefstal. De verdachte [medeverdachte 4] was de bestuurder van de Peugeot Boxer bestelbus. De verdachte [medeverdachte 5] was de bestuurder van de Volkswagen Golf. Gelet op de bevindingen van de politie kan voorts worden vastgesteld dat vier van de zes verdachten dozen uit de oplegger in de bestelbus hebben geladen.
In vereniging
De conclusie dat de ladingdiefstal door de verdachte en zijn medeverdachten in vereniging is gepleegd is slechts dan gerechtvaardigd als de bewezenverklaarde bijdrage van de verdachte aan het delict van voldoende gewicht is. Het dossier biedt onvoldoende aanknopingspunten om precies vast te stellen wat de rol is geweest van elk der verdachten bij deze ladingdiefstal. Dit staat echter niet aan een bewezenverklaring van het tezamen en in vereniging plegen van de ladingdiefstal in de weg. De rechtbank acht daarbij van belang dat voornoemde witte bestelbus ongeveer een kwartier na de zoekslag op de telefoon van verdachte [medeverdachte 5] in beweging is gekomen en vervolgens direct naar de plaats delict is gereden, waarna kort na aankomst de wegnemingshandelingen werden waargenomen door de politie. Dit duidt volgens de rechtbank op een gezamenlijke uitvoering waarbij (één van) de inzittenden van de Volkswagen Golf een rol heeft/hebben gehad bij het vaststellen van (het type dan wel de waarde van) de te stelen toner en vier van de zes verdachten wegnemingshandelingen hebben verricht. Op grond van hetgeen wel bekend is, is moeilijk denkbaar dat de bijdrage van een van de verdachten zich heeft beperkt tot handelingen die met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht (zoals het verstrekken van inlichtingen, op de uitkijk staan, helpen bij de vlucht) of dat een (deel) van de op de plaats delict aanwezige verdachten in het geheel geen bijdrage heeft geleverd aan het delict.
In dit verband acht de rechtbank de verklaringen van verdachte en zijn medeverdachten ook van belang. De verdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij de bestuurder was van de bestelbus en dat hij deze had gehuurd om iemand die hij kent uit een café te helpen met verhuizen. De verdachte [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij de bestuurder was van de Volkswagen, dat hij deze had gehuurd omdat zijn eigen auto kapot was en dat hij onderweg was naar de hoeren in Duisburg. De rechtbank acht deze verklaringen van de verdachten, gelet op de plek en het tijdstip waar(op) ‘hun’ voertuigen werden aangetroffen, namelijk in het holst van de nacht achter een vrachtwagen met oplegger in Venray, ongeloofwaardig. Bovendien vinden de verklaringen geen enkele steun in het dossier.
De overige vier verdachten hebben geen enkele verklaring willen afleggen omtrent het ten laste gelegde en zij hebben zich (overwegend) beroepen op hun zwijgrecht.
Zodoende betrekt de rechtbank bij haar bewijsoordeel dat de verdachte voor een omstandigheid die op zichzelf, of in samenhang met de verdere inhoud van de bewijsmiddelen beschouwd, redengevend kan worden geacht voor het bewijs van het aan hem tenlastegelegde feit, geen aannemelijke, die redengevendheid ontzenuwende, verklaring heeft gegeven. De rechtbank is dan ook van oordeel dat voornoemde feiten en omstandigheden voldoende zijn om te kunnen aannemen dat alle zes de verdachten bij de ladingdiefstal waren betrokken en dat ieders bijdrage aan de ladingdiefstal van voldoende gewicht is geweest om te kunnen spreken van medeplegen.
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte en zijn medeverdachten nauw en bewust hebben samengewerkt en derhalve tezamen en in vereniging op 22 januari 2024 in de gemeente Venray een grote hoeveelheid toner uit een vrachtwagen hebben gestolen door middel van braak.