Uitspraak
1.De verdere procedure
- de aantekening van de griffier op de rol van 21 augustus 2024 dat [gedaagde] geen antwoordakte heeft genomen.
2.De verdere beoordeling
25% te verminderen
Rechtbank Limburg
In deze zaak, die voor de Kantonrechter in Maastricht is behandeld, heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Capaccs Invest II B.V. (hierna: Capaccs) een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die op een geheim adres woont. De procedure is gestart met een dagvaarding en heeft geleid tot een tussenvonnis op 26 juni 2024, waarin de kantonrechter voornemens was de betalingsverplichting van de gedaagde met 25% te verminderen. De gedaagde heeft echter niet gereageerd op de gelegenheid om zich hierover uit te laten.
In het vonnis van 23 oktober 2024 heeft de kantonrechter de vordering van Capaccs gedeeltelijk toegewezen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde een bedrag van € 401,99 aan gesanctioneerde hoofdsom verschuldigd is, evenals € 48,40 aan buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat de wettelijke rente over de gesanctioneerde hoofdsom toewijsbaar is, maar de gevorderde wettelijke rente over een te hoog bedrag is afgewezen.
Daarnaast heeft de kantonrechter de proceskosten aan de zijde van Capaccs begroot op € 327,08, die door de gedaagde moeten worden vergoed. De gedaagde is in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen binnen veertien dagen na aanschrijving. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.