In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, op 22 oktober 2024, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. B.H.S. Brinkman, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de burgemeester van de gemeente Heerlen, dat hem opdroeg zijn woning te sluiten vanwege illegale seksactiviteiten. De burgemeester had op 25 september 2024 een last onder bestuursdwang opgelegd, waarbij de woning voor drie maanden gesloten moest worden. De voorzieningenrechter oordeelt dat de burgemeester op goede gronden heeft geconcludeerd dat verzoeker de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) heeft overtreden. Er was sprake van een illegale seksinrichting, zoals blijkt uit een bestuurlijke controle op 29 augustus 2024, waarbij seksuele handelingen werden aangeboden in de woning van verzoeker. De voorzieningenrechter stelt vast dat verzoeker verantwoordelijk is voor wat er in zijn woning gebeurt en dat hij niet voldoende toezicht heeft gehouden.
De voorzieningenrechter beoordeelt of de sluiting van de woning noodzakelijk is ter bescherming van het woon- en leefklimaat en het herstel van de openbare orde. Hij concludeert dat de sluiting voor drie maanden gerechtvaardigd is, gezien de ernst van de overtredingen en eerdere meldingen van prostitutie op het adres. Verzoeker had niet onderbouwd dat hij geen alternatieve verblijfplaats had en de gevolgen voor zijn huurovereenkomst zijn niet voldoende om de sluiting onredelijk te maken. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af, waardoor de burgemeester de woning voor de duur van drie maanden mag sluiten. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.