Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
Zij had maandag 30 mei 2022 omstreeks 23:00 uur afgesproken met “ [verdachte] ”. Hij was met de auto en ze zijn een stukje gaan rijden. Bij “” [Naam woonwijk] is hij een veldweg in gereden. Hij wilde seks met haar maar zij wilde dat niet en ze heeft dat ook tegen hem gezegd. Op de achterbank van de auto heeft hij haar broek en onderbroek uitgetrokken, zij stribbelde tegen. [verdachte] heeft haar vaginaal verkracht, met een condoom. Ook heeft hij haar gevingerd en gezoend. Hij heeft haar borsten gezoend en in haar nek heeft ze zuigzoenen/letsel. Zij had naar een collega van haar de "locatie" gestuurd omdat het niet goed voelde voor haar. Toen deze collega, [naam 3] haar belde pakte [verdachte] haar telefoon af. Later heeft zij aan [naam 3] verteld wat er gebeurd was. Nadat het gebeurd was is zij naar huis gegaan. Ze heeft na de verkrachting nog via Whatsapp contact met [verdachte] gehad.”
Ik had met hem afgesproken bij de [winkel] in Echt. Wij zijn naar een afgelegen plek gereden. Toen hij daarnaartoe reed had ik een onderbuikgevoel. Toen we daar 5 minuten waren ging hij iets uit de achterbak pakken. Toen hij terugkwam pakte hij mijn gezicht stevig vast en zoende hij mij. Ik kwam niet los. Ik zei dat ik het allemaal te snel vond gaan, maar daar had hij geen boodschap aan. Hij stond aan mijn kant van de auto en hij wilde dat ik uit de auto kwam. Dat heb ik gedaan. Hij wilde vervolgens dat ik achter in de auto ging zitten. Dat wilde ik niet maar hij forceerde mij om achter in de auto te gaan zitten en hij duwde mij achterin. Ik vond dat het hardhandig ging. Hij luisterde niet naar mij. Toen ik achterin zat was duidelijk dat hij achter uit de auto een condoom had gepakt. Hij zat aan mij en wilde mijn bh losmaken. Ik heb mij een half uur verzet om te voorkomen dat hij mijn kleren uitdeed, maar op een gegeven moment kon ik niet meer. Hij is sterker dan mij. Hij kwam agressief over. Hij zei: “als je tegen mij nee zegt, dan geef ik je een klap”. Hij raakte mij beneden aan. Toen ging hij met zijn vingers naar binnen. Dat deed pijn. Ik zei dat ik het niet fijn vond maar dat maakte hem niks uit. Toen heeft hij mij pijn gedaan in mijn nek, bijten en zuigzoen. Het was een soort gevecht. Hij bleef dat gewoon doen. Toen wilde hij mijn broek losmaken. Ik heb mij verzet maar het lukte hem toch. Ik zij dat ik niet wilde maar hij luisterde gewoon niet. Hij heeft toen mijn broek uitgedaan en heeft seks met mij gehad zonder dat ik dat wilde. Toen zijn we weggegaan en naar mijn auto gereden. Ik ben naar huis gereden en heb mijn collega gebeld. Die collega had ik al eerder een locatie gestuurd omdat ik het al niet vertrouwde. Ik heb ook een andere collega gebeld. Ze zei doe maar rustig en probeer te slapen.
Wij hadden afgesproken in Echt. Wij zijn een stukje gaan rijden en toen ergens gestopt. Wij zijn op de achterbank gaan zitten en gaan zoenen. Toen zijn we steeds verdergegaan en toen hebben wij seks gehad. Daarna hebben wij nog Whatsappcontact gehad. De Whatsappbericht in de bijlage van het verhoor bij de politie zijn van de dag nadat het gebeurd is.”
[verdachte] vertelde dat hij had geneukt met [slachtoffer] . Ik heb [slachtoffer] toen gebeld en verteld dat [verdachte] mij dat had gezegd. Zij moest toen huilen. Een dag of twee drie later hadden wij afgesproken en daar vertelde ze dat ze bij [bijnaam] (de rechtbank begrijpt dat dit een bijnaam is van de verdachte)
in de auto was gestapt en hij aan haar begon te kleffen. Hij begon haar aan te raken aan haar benen en tieten. Toen zij mij dit vertelde zag ik dat ze huilde en paniek had. Ze wilde niet dat het naar buiten kwam.”
[slachtoffer] en ik hebben geen super goed contact. Ik kreeg een telefoontje van haar in de nacht. Ik geloof tussen 00:30 en 01:30 uur. Dat is rond 31 mei 2022 geweest. Ze belde en was aan het huilen. Ze was van streek. Dat hoorde ik aan de manier van praten, het trillen van de stem en tussendoor slikken. Ze gaf aan dat ze verkracht was en dat die jongen haar bij de keel had gegrepen. Ze vertelde dat ze met die jongen had afgesproken en dat ze in de auto is verkracht.”
Ik hoorde [slachtoffer] bellen, ze was overstuur. Toen ze klaar was met bellen ben ik naar boven gelopen. Toen stortte ze bijna neer. Ze zei: ‘’mama, ik wilde het niet, maar ik was bang dat je boos zou worden.” Het eerste waar ik van schrok was dat haar nek helemaal blauw was. Ze vertelde dat ze avonddienst had gehad en dat ze had afgesproken met een jongen en dat hij haar had verkracht. Ze vertelde mij dit de dag nadat ze aangifte had gedaan. Toen ze mij dit vertelde trilde ze als een gek en was wit in haar gezicht. Pure paniek. Ze stortte letterlijk in elkaar. Ze kon nauwelijks op haar benen staan. Helemaal gebroken. Kapot.”
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en/of de maatregel
7.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
- € 537,00 aan kosten therapie;
- € 108,00 aan reiskosten naar therapie;
- € 235,99 voor de bijdrage van het eigen risico voor het onderzoek in het ziekenhuis.
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
Benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
- wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij, [slachtoffer] , van een bedrag van 6.655,99 euro, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 mei 2022 tot aan de dag der algehele voldoening. Voornoemd bedrag bestaat uit € 880,99 aan materiële schade en € 5.775,00 aan immateriële schade;
- veroordeelt verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
- legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer] , van een bedrag van € 6.655,99, bestaande uit € 880,99 aan materiële schade en € 5.775,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 mei 2022 tot aan de dag der algehele voldoening. Bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 68 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op;
- de verdachte is van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde bevrijd voor zover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van deze schade.