Het oordeel van de rechtbank
BewijsmiddelenOp 19 oktober 2023 heeft [naam slachtoffer] aangifte gedaan en onder meer het volgende verklaard.
“Enige tijd geleden had ik contact met een vrouw genaamd Vanessa (hierna: de verdachte). Ik ben hier enige tijd mee bevriend geweest. Zij maakte regelmatig gebruik van mijn auto. Na enige tijd kwam ik erachter dat zij geen rijbewijs had en dat ze had gelogen. Op dat moment heb ik het contact verbroken. Op 17 oktober 2023 omstreeks 18:00 uur stond de verdachte plotseling bij mij aan de deur van mijn woning gelegen aan de Keukenweideweg 4 te Hoensbroek. Ik hoorde haar buiten zeggen dat zij zich wilde verontschuldigen over wat er in het verleden is gebeurd. Ze gaf aan dat zij mij het geld van de eerdere tankbeurten terug wilde betalen. Hiervoor moest ik met haar naar een bank rijden zodat zij het geld kon pinnen. Wij zijn hierop samen in mijn auto gestapt. Ik zat zelf achter het stuur, terwijl de verdachte ernaast zat. Tijdens de rit maakte ze kenbaar dat zij een 9 millimeter in de binnenzak van haar jas had zitten. Ik zag dat zij met haar rechterhand in deze binnenzak zat. Zij liet mij deze 9 millimeter niet zien. Ik was op dat moment ontzettend bang voor mijn leven. Op een gegeven moment werd mij verzocht stil te gaan staan met de auto. Op dat moment pakte zij de bos sleutels waaraan ook mijn huissleutels zaten, uit het middenconsole. Hierop vroeg ik wat zij met mijn sleutels wilde doen. Hier kreeg ik geen antwoord op. Zij gaf aan dat ik mijn bankpasjes, telefoon en autosleutel moest afgeven, terwijl zij haar hand steeds onder haar jas hield, alwaar het mogelijke vuurwapen zat. Deze opdracht werd met dwang uitgesproken. Ik moest van haar onder dwang naar de achterkant van mijn auto lopen. Op dat moment deed zij de kofferbak van de auto open, waarna ik hierin moest gaan liggen. Omdat ik bang was dat ze het vuurwapen zou kunnen gebruiken, ben ik in de kofferbak gaan liggen. Zij deed hierop de kofferbak dicht. Ik hoorde dat de verdachte weer in de auto stapte en wegreed. Op een gegeven moment stopte ze en hoorde ik dat ze in gesprek was met meerdere personen. De verdachte is niet uit de auto gestapt. Het betroffen meerdere mannelijke stemmen. Ik hoorde dat de verdachte tegen de mannen zei dat er iemand in de kofferbak lag. Ik voelde dat de auto weer werd gestart. Volgens mij was de verdachte op dat moment alleen. Ik hoorde haar tijdens de rit meermaals met iemand bellen. Vervolgens is de verdachte naar een bepaalde plek gereden en daar is vermoedelijk een manspersoon ingestapt. Op een gegeven moment is er nog iemand bij gekomen. De auto stopte en ik hoorde de portieren open gaan. Ik had het idee dat de verdachte en de andere man uitstapten. Ik hoorde toen een tijd niets. Dit was maximaal 5 minuten. Hierna hoorde ik meerdere stemmen waarbij de verdachte de man die ik eerder had gehoord en nog een extra persoon instapten. Ik hoorde een van de mannen de woorden spreken: "We kunnen hem ook ergens dumpen waar niemand hem ooit zal vinden".
Ik hoorde dat de verdachte aan de mannen vroeg of zij iets bij zich hadden en of deze waren
doorgeladen. Nadat zij aangaven dat dat zo was is de auto weer gaan rijden. Na ongeveer
20 minuten is de persoon die als laatste in de auto is gestapt, weer uitgestapt. Toen de auto wegreed hoorde ik de verdachte tegen de man zeggen dat ze ging tanken. Op het moment dat ik in de kofferbak moest gaan liggen, heb ik de verdachte ook de pincodes van mijn betaalpas en creditcard gegeven. Ik denk dat ze met het gepinde geld de rekening van het tanken hebben betaald. Ik werd vrijgelaten door de man die in de auto zat. Hij dwong me op een gehaaste toon om snel uit de auto te stappen. De verdachte vroeg me hoeveel geld er op mijn bankrekening stond. Hierop zijn we naar een geldautomaat gereden. De verdachte stapte uit de auto en ik moest met haar meelopen naar de geldautomaat. Tijdens het pinnen zag ik dat er een grijze auto achter mijn auto stopte. Er zaten twee mannen in die auto. Ik denk dat zij bij de verdachte en de andere man hoorden. Ik moest € 500,- van mijn betaalrekening pinnen en € 750,- van mijn creditcard. Dit was om 22:34 uur. Ik zag dat de verdachte het geld in haar bh stopte. Ik moest weer in de auto stappen, waarna wij met z’n drieën naar mijn woning reden. Ik moest samen met de man uitstappen om alle papieren van mijn auto te pakken. Ik hoorde dat de man tijdens het lopen zei: "Als je nu probeert te vluchten schiet ik je neer". Ik heb op dat moment echter nog geen vuurwapen gezien. Ik maakte de voordeur van mijn woning open, terwijl de verdachte in de auto bleef zitten. Ik liep naar binnen en heb de autopapieren en de tenaamstelling afgegeven. We zijn toen weer in de auto gestapt en weggereden. De verdachte en de man hadden het erover om drinken te halen en om bij mij thuis te blijven vannacht.
Tijdens de rit zag ik vanaf de achterbank dat de man een zwart /grijs kleurig vuurwapen uit zijn buideltas pakte. Ik weet het verschil tussen een pistool en revolver niet. Ik weet ook niet of het echt of imitatie was. De man zei tegen de verdachte ‘’ik heb de veiligheidspal niet erop zitten’’. Waarop de verdachte antwoorde ‘’doe hem er maar op’’ waarna de man het vuurwapen in zijn buideltas terug deed.
Bij de nachtwinkel moest ik met de verdachte uitstappen. We hebben samen in de nachtwinkel drinken gehaald. Door de enorme angst durfde ik niets te zeggen. Ze rekende af met het gepinde geld. Daarna zijn we weer terug naar mijn woning gereden. De verdachte gaf aan dat ze weg moest en dat ze later terug zou komen. De man en ik gingen naar binnen. Ik moest op de bank gaan zitten. (...) De verdachte kwam later terug met eten van McDonalds. Om de beurt zijn de verdachte en de man in mijn woning gaan douchen. Omstreeks 2:00 uur zijn we naar bed gegaan. Ik lag in mijn eigen bed en zij sliepen op de logeerkamer. Voordat we gingen slapen moest ik de gehele inhoud van mijn telefoon wissen. Ook moest ik de simkaart uit mijn telefoon halen, die heb ik later weer terug gekregen. De beelden op de recorder van de camera onder de carport hebben ze verwijderd. ’s Ochtends rond 8:00 uur ben ik thuis gaan werken. Om 8:34 uur zijn ze vertrokken uit mijn woning met alle autopapieren, mijn IPhone, sleutels en bankpasjes. Ook de auto hebben ze meegenomen. Rond 15:00 is de verdachte weer naar mijn woning gekomen. Ik hoorde twee mannenstemmen in de kamer, maar ik heb die personen niet gezien. De verdachte gaf aan dat er twee mannen bij haar waren die de motor, die in de garage stond, zouden meenemen.
Ik heb in de tussentijd niet om hulp gevraagd omdat ik bang was en ik had geen telefoon, dus ik kon niemand bereiken. De verdachte zei ‘’stel je probeert te vluchten uit je huis, ik heb mensen staan die je in de gaten houden’’. Ik durfde het risico niet te nemen. Ik hoopte dat het snel voorbij was.
Ik heb woensdagavond 18 oktober 2023 telefonisch contact gehad met een medewerker
van de Rabobank om mijn betaalpas en creditcard te blokkeren. Omdat ik mijn passen
wilde laten blokkeren hoorde ik dat de medewerker zei dat er een aantal
pintransacties waren gedaan met mijn creditcard. Ik hoorde dat de medewerker zei dat
er op 17 oktober 2023 omstreeks 22.34 uur twee keer gepind werd. Eenmaal een bedrag van € 500,00 met de pinpas en eenmaal een bedrag van € 750,00 met mijn creditcard. Ook gaf
de medewerker aan dat er op woensdag 18 oktober 2023 omstreeks 16.03 uur twee maal
gepind werd bij geldmaat in Hoensbroek. Ik hoorde dat dit een keer € 500,00 was en
een keer € 200,00.”
Ter terechtzitting heeft de verdachte onder meer het volgende verklaard.
“Ik ben naar het slachtoffer toe gegaan. Ik zei tegen hem dat ik het geld dat ik had geleend wilde terugbetalen. Ik stelde voor om samen te gaan pinnen. Op die manier heb ik hem zijn huis uit gelokt. Het klopt dat ik tegen het slachtoffer heb gezegd dat hij in de kofferbak moest gaan liggen. Ik heb tegen hem gezegd dat ik een pistool had. Ik had niet echt een pistool, maar ik had mijn hand in mijn zak alsof ik een pistool had. Ik heb tegen het slachtoffer gezegd dat ik een 9 millimeter had. Het slachtoffer is in de kofferbak van zijn auto gaan liggen en ik ben met hem naar een pinautomaat gereden. Daar zijn [naam 1] , [naam 2] , [naam 3] en [naam 4] erbij gekomen. Uiteindelijk zijn [naam 1] , [naam 3] en [naam 2] ook in de auto gestapt. In het bosgebied hebben we het slachtoffer uit de kofferbak gehaald en is hij achter in de auto gestapt. Het slachtoffer heeft twee keer geld gepind en het geld aan mij gegeven. Ik heb het slachtoffer zijn sleutels en telefoon afgepakt in de auto, zodat hij niet kon bellen of uitstappen. Dat was geen opdracht van een van de anderen, dat kwam op dat moment in me op. Het slachtoffer heeft zijn pincode, zijn papieren (de rechtbank begrijpt de autopapieren) en zijn groene kaart aan [naam 1] gegeven. [naam 1] had een wapen. Ik was bang dat hij dat wapen echt zou gaan gebruiken. Het wapen was doorgeladen. Uiteindelijk zijn we naar de woning van het slachtoffer gereden en hebben we bij hem thuis wat gedronken. Tussendoor ben ik bij McDonalds eten gaan halen. In de woning van het slachtoffer hebben [naam 3] , [naam 2] en [naam 1] in alle kasten gekeken en hebben ze airpods, een telefoon en kleding van het slachtoffer weggenomen. [naam 1] en ik hebben die nacht op de logeerkamer geslapen en het slachtoffer sliep in zijn eigen slaapkamer. De dag erna ben ik nog een keer met de pinpas van het slachtoffer gaan pinnen. Die dag hebben we de auto van het slachtoffer meegenomen en [naam 3] heeft zijn motor meegenomen. We wisten van tevoren wat er zou gebeuren. Samen met [naam 1] , [naam 3] en [naam 2] heb ik hetgeen er is gebeurd, van tevoren besproken.”
De rechtbank overweegt verder als volgt.
De inhoud van de bewijsmiddelen rechtvaardigt de conclusie dat de verdachte samen met anderen de aan haar tenlastegelegde feiten heeft gepleegd. Het strafbare gebeuren is begonnen op 17 oktober 2023, aan het begin van de avond, en is pas geëindigd de volgende dag, in de namiddag.. De verdachte heeft met haar mededaders het plan gesmeed om de aangever van zijn vrijheid te beroven, hem te dwingen bepaalde goederen aan hen af te geven en goederen van hem te stelen. Vervolgens heeft zij een wezenlijke rol gespeeld bij de verdere invulling van de aan haar tenlastegelegde delicten. Zo heeft zij de aangever onder valse voorwendsels uit zijn woning gelokt en hem -onder dreiging van een denkbeeldig wapen- gedwongen in de kofferbak plaats te nemen. Ook heeft zij meermaals geld van de rekening van de aangever gepind, nadat hij onder meer zijn bankpasjes aan haar en haar mededaders moest geven. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de aan de verdachte tenlastegelegde feiten wettig en overtuigend bewezen zijn, waarbij de verdachte deze feiten samen met anderen heeft gepleegd.