Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding met de producties 1 tot en met 12,
- de door [gedaagde] bij akte overgelegde producties 1 tot en met 7,
- de mondelinge behandeling,
- de pleitnota van [gedaagde] .
2.De feiten
In conventie en in reconventie
2. Bestaande gevel handhaven en stabiliseren/verankeren aan nieuwe metselwerkwand.
3. Nieuwe metselwerkwand op vloerverzwaring te plaatsen conform detail. Zo min
4. Bestaande schansmuur laten staan, stabiliseren als eerder aangegeven en verankeren
5. Gescheurd metselwerk slopen en opnieuw in verband herstellen.
6. Dwarswanden / stabiliteitswanden onderling verankeren aan andere metselwerken.’
€ 350.000,00 voor elke dag, of een gedeelte daarvan.
6.De uitspraak
3) heeft het hof, voor zover thans van belang, het volgende overwogen:
7.De uitspraak
3.Het geschil
4.De beoordeling
Het spoedeisend belang
“vanaf de uitspraak”(rov. 5.29, arrest 4 oktober 2022) te weten 24 maart 2022. Dat maakt dat het vonnis van de kortgedingrechter van 24 maart 2022 ten aanzien van punt 5 niet, althans tijdelijk niet kon worden uitgevoerd, hetgeen voor het hof aanleiding is geweest het verbeuren van de dwangsom vanaf die datum op te schorten. Dit leidt tot de conclusie dat de stelling van [gedaagde] dat dwangsommen op dit punt zouden zijn verbeurd in de periode 14 mei 2022 tot 2 september 2022, te weten de periode die [gedaagde] aan zijn executoriaal beslag ten grondslag heeft gelegd, geen doel kan treffen.
1.079,00