2.10.De rechtbank is verder voornemens om aan de arbeidsdeskundige de volgende vragen voor te leggen:
1. Wat zou naar uw inschatting het carrièreverloop van [eiser] zijn geweest indien er geen sprake zou zijn geweest van het steekincident?
Kunt u in dat kader aangeven welk opleidingsniveau [eiser] succesvol had kunnen volgen en afronden zonder beperkingen?
Wilt u bij beantwoording van deze vraag ook de te verwachten arbeidsduur per week aangeven en de periode(n) waarover [eiser] in dat geval vermoedelijk op de arbeidsmarkt werkzaam zou zijn geweest?
2. Kunt u aangeven wat – uitgaande van uw antwoord op de vorige vraag – het reële verdienvermogen, zowel bruto als netto, van de door [eiser] te verrichten arbeid zonder het steekincident zou zijn geweest?
3. Zijn er, rekening houdend met de beperkingen, zoals die blijken uit het rapport van de verzekeringsgeneeskundige, passende arbeidsmogelijkheden voor [eiser] te duiden? Zo ja, welke en voor hoeveel uur per week? Wilt u hierbij specifiek ingaan op de vraag of en in welke mate [eiser] geschikt is om de functie van procesoperator uit te voeren?
4. In het geval u vraag 3 bevestigend beantwoordt: wat is het reële verdienvermogen, zowel bruto als netto, van de door bij dat antwoord aangegeven arbeid?
5. Zijn er, rekeninghoudend met de beperkingen van [eiser] , zoals die blijken uit het rapport van de verzekeringsgeneeskundige, mogelijkheden tot (verdere) omscholing? Zo ja, welke opleiding(en) kom(t)(en) daarvoor in aanmerking, wat is de duur en wat zijn de kosten van die opleiding(en)?
6. Indien vraag 5 aan de orde is en door u in bevestigende zin is beantwoord, wat zou dan het te verwachten verdienvermogen, zowel bruto als netto, zijn na voltooiing van de door u in dat antwoord genoemde nadere omscholing en aan welk carrièreverloop zou dan volgens u gedacht kunnen worden?
7. Heeft u overigens nog opmerkingen die voor de beoordeling van de zaak van belang (kunnen) zijn?
8. Welke taken kan [eiser] niet zelfstandig in huis uitvoeren?
9. Bestaat er een behoefte aan huishoudelijke hulp voor [eiser] , uitgedrukt in uren per jaar?
10. Wat zijn de redelijkerwijs met die huishoudelijke hulp gemoeide kosten?
11. Kan de hulpbehoefte door bepaalde voorzieningen en/of hulpmiddelen worden verminderd? Zo ja, door middel van welke voorzieningen/hulpmiddelen en in welke mate beïnvloeden deze de behoefte aan hulp en wat zijn de daarmee gemoeide kosten?
12. Acht u het waarschijnlijk dat de door u vastgestelde hulpbehoefte en de daarmee gemoeide kosten in de toekomst nog zullen veranderen? Zo ja, op welke wijze?
13. Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechtbank volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?
14. Welke taken kan [eiser] , gelet op zijn belastbaarheid, in zijn leefomgeving niet uitvoeren?
14. Wat is de behoefte van [eiser] aan hulp voor de hiervoor onder 14 bedoelde taken, uitgedrukt in uren per jaar?
14. Wat zijn volgens u de redelijkerwijs met die hulp gemoeide kosten?
14. Wilt u aangeven of die hulpbehoefte door bepaalde voorzieningen en/of hulpmiddelen en/of inrichting kan worden verminderd? Zo ja, door middel van welke voorzieningen/hulpmiddelen/inrichting en in welke mate beïnvloeden deze de behoefte aan hulp en wat zijn de daarmee gemoeide kosten?
14. Acht u het waarschijnlijk dat de door u vastgestelde hulpbehoefte en de daarmee gemoeide kosten in de toekomst nog zullen veranderen? Zo ja, op welke wijze?
14. Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechter volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?