ECLI:NL:RBLIM:2024:3604

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
20 juni 2024
Publicatiedatum
20 juni 2024
Zaaknummer
C/03/330206 / KG ZA 24-135
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een voorziening tot gebruik van een vakantiewoning in kort geding tussen gewezen echtlieden

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, is behandeld, hebben gewezen echtgenoten een kort geding aangespannen. De eiseres in conventie vorderde een voorziening tot ongehinderd gebruik van een vakantiewoning in Portugal, die aan haar was toegedeeld na de echtscheiding. De rechtbank heeft op 20 juni 2024 geoordeeld dat de eiseres recht heeft op het exclusieve gebruik van de vakantiewoning totdat de overdracht van het eigendom aan haar heeft plaatsgevonden. De vordering van de eiseres om de gedaagde te verbieden de vakantiewoning te betreden, werd toegewezen, met een dwangsom van € 500,00 per overtreding. De gedaagde in reconventie werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, omdat hij geen spoedeisend belang kon aantonen. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde onvoldoende feiten had aangedragen om zijn verzoek om een voorschot op de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap te onderbouwen. De proceskosten werden toegewezen aan de eiseres in conventie, terwijl de gedaagde in reconventie de kosten moest dragen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: C/03/330206 / KG ZA 24-135
Vonnis in kort geding van 20 juni 2024
in de zaak van
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie],
wonende te [woonplaats] ,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
hierna te noemen: [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ,
advocaat: mr. R.R.H.J. Ramakers te Maastricht,
tegen
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
hierna te noemen: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,
advocaat: mr. A. Kara te Maastricht.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding in kort geding met de producties 1 t/m 7
  • de aanvullende producties 8 t/m 15
  • de conclusie van antwoord tevens (voorwaardelijke) eis in
reconventie met de producties 1A t/m 2A
  • de mondelinge behandeling
  • de pleitnota van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , tevens antwoord in reconventie
  • de pleitnota van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Partijen zijn met elkaar gehuwd geweest. De echtscheiding tussen hen is door de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, uitgesproken op 7 april 2020.
2.2.
Partijen zijn op 24 maart 2022, ten overstaan van de rechtbank Limburg, een verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap overeengekomen (zie proces-verbaal van 24 maart 2024, productie 2 dv). Van de drie onroerende zaken zijn de vakantiewoning in Portugal (hierna te noemen: de vakantiewoning) en de woning aan de [straatnaam 1] (het bedrijfspand) toegedeeld aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] . De woning aan de [straatnaam 2] is toegedeeld aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .
2.3.
De door partijen overeengekomen verdeling, tot stand gekomen op 24 maart 2022 ten overstaan van de rechtbank Limburg en vastgelegd in een proces-verbaal van diezelfde datum, is nog niet afgerond. Tussen partijen staat vast dat eerst de overdracht van de vakantiewoning moet plaatsvinden voordat de notaris in Nederland de bovenstaande verdeling, waaronder de verdeling van de twee onroerende zaken in Nederland, definitief kan afronden. In Portugal, bij de Portugese notaris, is het aandeel in de vakantiewoning van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] nog niet goederenrechtelijk overgedragen aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] .
2.4.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] zal uiteindelijk, zo staat reeds vast, aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een bedrag moeten betalen wegens overbedeling.

3.Het geschil in conventie

3.1.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vordert bij vonnis in kort geding, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, samengevat:
I. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te verbieden de vakantiewoning te Portugal te betreden, zich daar-toe de toegang te verschaffen of anderszins zich op het perceel van die woning te begeven of anderen de toegang daartoe te verschaffen, tot het moment dat de overdracht van de vakantiewoning aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft plaatsgevonden, een en ander in de meest ruime zin van het woord, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 10.000,00 per overtreding en € 500,00 per dag dat de overtreding voortduurt;
II. Te bepalen dat aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] het exclusieve voortgezette gebruik van de vakantie-woning te Portugal en het bedrijfspand te Maastricht toekomt tot het moment dat de overdracht van de woningen aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft plaatsgevonden;
III. een en ander met veroordeling van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de proceskosten.
3.2.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen en weren van partijen in conventie wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.Het geschil in (voorwaardelijke) reconventie

4.1.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] vordert – samengevat – bij vonnis in kort geding, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, om aan een eventuele veroordeling in conventie de voorwaarde te verbinden dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , bij wijze van vooruitbetaling op de uiteindelijke verdeling, een bedrag van € 80.000,00 betaalt, alsmede dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wordt veroordeeld in de werkelijk door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gemaakte proceskosten.
4.2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voert verweer.
4.3.
Op de stellingen en weren van partijen in reconventie wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling in conventie

Bevoegdheid en toepasselijk recht

5.1.
Het onder I in conventie gevorderde verbod betreft de vakantiewoning in Portugal. Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] houdt in dat gelet hierop de Portugese rechter bevoegd is. Ook is volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet Nederlands, maar Portugees recht van toepassing.
5.2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft die stellingen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , gelet op het bepaalde in artikel 4 lid 1 Vo. 1215/2012, terecht bestreden. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] woont in [woonplaats] , gelijk [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , en ook de echtscheiding is in [woonplaats] uitgesproken. De voorzieningenrechter is derhalve bevoegd om dit geschil tussen partijen te beoordelen en zal daarbij Nederlands recht toepassen, nu voorshands niet is gebleken dat Portugees recht moet worden toegepast.
Spoedeisend belang
5.3.
Het gaat hier om een in kort geding (onder I) gevorderde voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter moet daarom allereerst beoordelen of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] bij die voorziening een spoedeisend belang heeft. Daarnaast geldt dat de voorzieningenrechter in dit kort geding moet beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is. Als uitgangspunt geldt bovendien dat in deze procedure geen of slechts in (zeer) beperkte mate plaats is voor bewijslevering.
5.4.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij een spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de gevorderde voorziening onder I. Hiertoe wordt overwogen dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt dat zij het exclusieve voortgezette gebruiksrecht van de vakantiewoning heeft en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in strijd hiermee handelt. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft immers na de toedeling van de vakantiewoning aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] erop gezinspeeld zich toegang tot de vakantiewoning te verschaffen (onder andere door over het hek te klimmen) of daartoe een poging te doen, en op de mondelinge behandeling in kort geding erkend dat hij tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft gezegd dat hij weer toegang tot de vakantiewoning wil.
Kans van slagen vorderingen
5.5.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft voorts voldoende aannemelijk gemaakt dat de vordering onder I in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft, dat die vordering al bij wege van een voorlopige voorziening, op de wijze zoals hierna bepaald, kan worden toegewezen. De voorzieningenrechter overweegt hiertoe het navolgende.
5.5.1.
Bij voormeld proces-verbaal van de rechtbank Limburg van 24 maart 2022 is aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de vakantiewoning in Portugal toegedeeld voor een bedrag van € 430.000,00. De grondslag van het door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] gestelde recht tot het exclusieve voortgezette gebruik van de vakantiewoning is derhalve hierop gegrond.
5.5.2.
Partijen hebben feitelijk uitvoering gegeven aan dit voortgezette gebruiksrecht van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] woont of verblijft immers niet meer in de vakantiewoning en partijen hebben de inboedel van de vakantiewoning conform het proces-verbaal van 24 maart 2022 verdeeld, in die zin dat in de vakantiewoning geen roerende zaken van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] meer aanwezig zijn. Ook heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de sleutels van de vakantiewoning ingeleverd bij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , waarmee hij impliciet te kennen heeft gegeven geen gebruik meer van de vakantiewoning te (willen) maken.
5.5.3.
In de echtscheidingspraktijk is het verder gebruikelijk dat de partij die de betreffende woning heeft toegedeeld gekregen, voor de periode dat het aandeel in die woning van de wederpartij nog niet is geleverd aan de toebedeelde partij, laatstgenoemde partij wel al het exclusieve voortgezette gebruik van die woning heeft. Dat geldt ook voor [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] die het exclusieve voortgezette gebruik van de woning aan de [straatnaam 2] heeft.
5.5.4.
Gelet op al het vorenoverwogene, met inachtneming van de omstandigheid dat de onder I gevorderde voorziening strekt voor de duur totdat de overdracht van het aandeel van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de vakantiewoning aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft plaatsgevonden, kan de vordering onder I worden toegewezen, met dien verstande dat de onder I gevorderde dwangsom zal worden beperkt en gemaximeerd als hierna in de beslissing bepaald.
5.6.
De vordering onder II moet worden afgewezen. Die vordering komt immers neer op een verklaring voor recht dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] het exclusieve voortgezette gebruik van de aan haar toegedeelde woningen heeft. Nu de beslissing in kort geding een voorziening bij voorraad of voorlopige maatregel is en niet gericht op een definitieve beslechting van een rechtsstrijd, kan een dergelijke verklaring voor recht niet uit hoofde van een voorlopige voorziening (art. 254 Rv) door de voorzieningenrechter worden gegeven.
Proceskosten
5.7.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] worden begroot op:
- betekening oproeping € 136,72
- griffierecht € 320,00
- salaris advocaat € 1.107,00
- nakosten € 178,00 (plus de verhoging zoals
vermeld in de beslissing)
totaal € 1.741,72.

6.De beoordeling in reconventie

Spoedeisend belang

6.1.
Gelet op het feit dat de vorderingen in conventie grotendeels zijn toegewezen is de voorwaarde waaronder [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de eis in reconventie heeft ingesteld vervuld en wordt de vordering in reconventie hierna door de voorzieningenrechter beoordeeld.
6.2.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat onvoldoende aannemelijk is gemaakt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een spoedeisend belang heeft bij de door hem gevorderde voorziening. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft immers geen feiten en omstandigheden aangedragen op grond waarvan moet worden geoordeeld dat hij vanwege zijn persoonlijke respectievelijk financiële situatie in kort geding een voorschot op de verdeling zou moeten ontvangen. Het gevorderde voorschot is niet gevorderd vanwege een spoedeisend belang van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , maar – zo is op de mondelinge behandeling aan bod gekomen – ‘als wisselgeld’ voor de toezegging van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] dat hij geen gebruik meer zal maken van de vakantiewoning. Wat hier ook van zij, in conventie is reeds geoordeeld dat voldoende aannemelijk is geworden dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] het exclusieve voortgezette gebruik van de vakantiewoning heeft.
6.3.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is dan ook vanwege het ontbreken van een voldoende spoedeisend belang niet-ontvankelijk in de vordering in reconventie.
Kans van slagen vordering
6.4.
Overigens, zelfs indien sprake zou zijn van een voldoende spoedeisend belang, geldt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het gevorderde voorschot in een bodemprocedure, bij de huidige stand van zaken tussen partijen, voldoende kans van slagen heeft en zal worden toegewezen. Hiertoe wordt overwogen dat partijen over en weer zijn overeengekomen dat de verdeling van hun huwelijksgoederengemeenschap ten overstaan van de Nederlandse notaris definitief zal worden afgerond. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft geen rechtens relevante omstandigheden respectievelijk juridische grondslag gesteld op grond waarvan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , buiten die notaris om, al een groot deel (€80.000,00) van de door de notaris definitief vast te stellen geldsom wegens overbedeling moet voldoen voordat de overdracht van de aandelen in de onroerende zaken tussen partijen, over en weer, definitief heeft plaatsgevonden. Dit spreekt temeer, nu partijen zijn overeengekomen dat eerst de verdeling van de vakantiewoning in Portugal wordt afgehandeld – in die fase bevinden partijen zich nog – alvorens wordt toegekomen aan de definitieve verdeling van de onroerende zaken in Nederland.
6.5.
Het gevorderde zou dan ook mede gelet daarop als ongegrond moeten worden verworpen.
6.6.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in reconventie worden begroot op € 553,50 aan salaris advocaat (factor 0,5 × tarief € 1.107,00).

7.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
7.1.
verbiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de vakantiewoning te Portugal aan de [adres] , te betreden, zich daartoe de toegang te verschaffen of anderszins zich op het perceel van de vakantiewoning te begeven of anderen de toegang daartoe te verschaffen, tot het moment dat de overdracht van de vakantiewoning aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft plaatsgevonden,
7.2.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een dwangsom van € 500,00 te betalen, voor iedere keer dat hij niet aan de in 7.1 uitgesproken veroordeling voldoet, te vermeer-deren met € 500,00 per dag dat de overtreding voortduurt, tot een maximum aan totaal te verbeuren dwangsommen van € 80.000,00 is bereikt,
7.3.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in conventie tot op heden begroot op € 1.741,72, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet tijdig aan de veroordelingen voldoen en het vonnis daarna wordt betekend,
7.4.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] tot betaling van de wettelijke rente (ex artikel 6:119 BW) over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
7.5.
verklaart dit vonnis in conventie uitvoerbaar bij voorraad,
7.6.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
7.7.
verklaart [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet-ontvankelijk in de eis in reconventie,
7.8.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot op heden begroot op € 553,50,
7.9.
verklaart dit vonnis in reconventie wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.A.J.M. Provaas en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: CM