In deze uitspraak van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, is het beroep van eisers tegen de verleende omgevingsvergunning voor het plaatsen van een installatie voor het opwaarderen van biogas naar 'groen gas' niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank oordeelt dat eisers geen gevolgen van enige betekenis ondervinden van de installatie en daarom niet als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt. De zaak betreft een vergunning die op 2 augustus 2022 is verleend, en eisers hebben hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 23 april 2024 hebben eisers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde, hun standpunt toegelicht, maar de rechtbank concludeert dat de afstand tot de installatie en de ervaren hinder niet voldoende zijn om hen als belanghebbenden te kwalificeren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dichtstbijzijnde eiser, eiser 3, op 360 meter van de installatie woont en geen significante geluidshinder of andere gevolgen kan ondervinden. De rechtbank wijst erop dat de eisers niet hebben aangetoond dat zij daadwerkelijk gevolgen van enige betekenis ervaren, en concludeert dat hun beroep daarom niet-ontvankelijk is. De uitspraak is gedaan op 3 juni 2024, en er zijn geen proceskosten of griffierechten toegewezen aan de eisers.