ECLI:NL:RBLIM:2024:2415

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
24 april 2024
Publicatiedatum
14 mei 2024
Zaaknummer
C/03/324687 / HA ZA 23-508
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Overdracht van een civiele zaak naar de afdeling Familie en Jeugd voor voortzetting volgens verzoekschriftprocedure

Op 24 april 2024 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een vonnis uitgesproken in een civiele zaak met zaaknummer C/03/324687 / HA ZA 23-508. De zaak betreft een procedure op het gebied van het personen- en familierecht. De rechtbank heeft in een rolbeslissing van 20 maart 2024 vastgesteld dat de procedure voortgezet dient te worden volgens de regels die gelden voor de verzoekschriftprocedure, zoals voorgeschreven in artikel 69 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Partijen, eiser en gedaagde, hebben geen bezwaren geuit tegen dit voornemen van de rechtbank.

De rechtbank heeft besloten de zaak over te dragen aan de afdeling Familie en Jeugd, zodat deze kan worden voortgezet in de stand waarin zij zich bevindt. Eiser zal, indien nodig, de gelegenheid krijgen om zijn stellingen aan te passen aan de voor de verzoekschriftprocedure geldende procesregels. De afdeling Familie en Jeugd zal partijen op de hoogte houden van de voortgang van de procedure. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. B.R.M. de Bruijn.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: C/03/324687 / HA ZA 23-508
Vonnis van 24 april 2024
in de zaak van
[eiser],
wonend te [woonplaats 1] ,
eiser,
advocaat mr. S. de Block te Maastricht,
tegen
[gedaagde],
wonend te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
advocaat mr. A.M. Holmes te Heerlen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de rolbeslissing van 20 maart 2024,
  • de akte uitlaten van [gedaagde] ,
  • de akte uitlaten van [eiser] .
1.2.
Vervolgens is de zaak verwezen naar de rol voor vonnis, waarvan de uitspraak is bepaald op heden.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Bij rolbeslissing van 20 maart 2024 heeft de rechtbank als voorlopig oordeel gegeven dat onderhavige zaak een procedure betreft op het gebied van het personen- en familierecht waarvoor het voeren van een verzoekschriftprocedure als dwingend voorgeschreven wordt beschouwd. Partijen zijn vervolgens in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het voornemen van de rechtbank om de zaak op de voet van artikel 69 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering voort te zetten volgens de regels die gelden voor de verzoekschriftprocedure.
2.2.
Partijen hebben daarop verklaard geen bezwaren te hebben tegen voornoemd voornemen.
2.3.
Gelet op al het vorenstaande zal de rechtbank de zaak overdragen naar de afdeling Familie en Jeugd van deze rechtbank, teneinde, rekening houdend met het bepaalde in artikel 69 Rv, in de stand waarin zij zich bevindt, te worden voortgezet volgens de regels die gelden voor de verzoekschriftprocedure.
2.4.
[eiser] zal voor zover nodig in de gelegenheid worden gesteld zijn stellingen aan te passen aan de voor de verzoekschriftprocedure toepasselijke procesregels.
2.5.
Vanuit de afdeling Familie en Jeugd zullen partijen vervolgens in kennis worden gesteld over de voortgang van de procedure.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
draagt de zaak in de stand waarin deze zich bevindt over aan de afdeling Familie en Jeugd van deze rechtbank om te worden voortgezet volgens de regels die gelden voor de verzoekschriftprocedure,
3.2.
stelt [eiser] zo nodig in de gelegenheid hun stellingen aan te passen aan de voor de verzoekschriftprocedure toepasselijke procesregels.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.R.M. de Bruijn en in het openbaar uitgesproken.
type: RJ
coll: