Uitspraak
1.[eiser sub 1] ,
2.
[eiseres sub 2],
3.
[eiseres sub 3],
4.
[eiser sub 4],
[naam onderbewindgestelde],
1.De procedure
- de door Bebu Bewindvoering bij gelegenheid van de mondelinge behandeling in het geding gebrachte bankafschriften.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 1.042,11 over de maanden januari 2023 en februari 2023 zijn voor [naam onderbewindgestelde] geen aanleiding geweest om iets te ondernemen om zijn gasverbruik te verminderen. Ook zijn deze rekeningen nog steeds niet betaald. De laatste afrekening bedraagt € 6.170,05 en ziet op de periode maart 2023 tot februari 2024. [naam onderbewindgestelde] heeft niet weersproken dat hij vanaf augustus 2023 de enige huurder is die nog op het gas is aangesloten. Gelet op de financiële draagkracht van [naam onderbewindgestelde] kan hij nimmer de kosten verbonden aan zijn exorbitante gasverbruik voldoen. Ondanks dat [naam onderbewindgestelde] is gewezen op zijn abnormale gasverbruik, komt er geen verbetering in de situatie. De hiervoor geschetste omstandigheden zijn van dien aard dat op dit moment sprake is van een situatie die zodanig acuut is dat van [eisers] niet gevergd kan worden de uitkomst van een bodemprocedure af te wachten.
1 februari 2022 tot en met februari 2024. Op de specificaties die [eisers] heeft gemaakt is te zien hoe de energiekosten vervolgens over de vijf appartementen in het pand wordt verdeeld. Dit is een gangbare verdeelsleutel.
€ 1.042,11 over de maanden januari 2023 en februari 2023 zal eveneens worden toegewezen. Het daarin in rekening gebrachte verbruik vloeit logisch voort uit de andere twee energierekeningen en is onvoldoende gemotiveerd weersproken.
- dagvaarding € 140,05
- salaris gemachtigde € 814,00
135,00