In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, hebben eisers, bewoners van een appartement, gedaagde, hun voormalige buurvrouw, aangeklaagd wegens onrechtmatige daad in verband met lekkages in hun woning. De eisers vorderden een verklaring voor recht dat gedaagde onrechtmatig had gehandeld door lekkages vanuit haar appartementsrecht niet tijdig te verhelpen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eisers onvoldoende bewijs hebben geleverd voor hun claims. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde, ondanks de lekkages, niet onrechtmatig had gehandeld, omdat zij wel degelijk stappen had ondernomen om de problemen aan te pakken. De rechtbank concludeerde dat de eisers niet konden aantonen dat de lekkages het gevolg waren van nalatigheid van gedaagde. De vorderingen van eisers werden afgewezen, en zij werden veroordeeld in de proceskosten van gedaagde. Het vonnis werd uitgesproken op 10 april 2024.