ECLI:NL:RBLIM:2024:155
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen last onder dwangsom voor melkveebedrijf in strijd met bestemmingsplan
In deze zaak heeft de rechtbank Limburg op 12 januari 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een last onder dwangsom die was opgelegd aan Vreba Melkvee CV, een melkveebedrijf in Vredepeel. De voorzieningen van het bedrijf, waaronder sleufsilo's en foliebassins, waren zonder de benodigde omgevingsvergunning buiten het bouwvlak gerealiseerd, wat in strijd was met het bestemmingsplan. De verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venray, had eerder een last onder dwangsom opgelegd, maar had deze last deels ingetrokken in een later wijzigingsbesluit. De rechtbank oordeelde dat het wijzigingsbesluit als een besluit in de zin van artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet worden beschouwd en dat het beroep van eiseres gegrond was, omdat de kosten in bezwaar ten onrechte niet waren vergoed. De rechtbank concludeerde dat de verweerder bevoegd was om handhavend op te treden, maar dat de weigering om de kosten te vergoeden onterecht was. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd voor zover het de kostenvergoeding betreft en heeft bepaald dat de verweerder de kosten van eiseres moet vergoeden. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat er geen concreet zicht op legalisatie was en dat het beroep op het vertrouwensbeginsel niet slaagde. De rechtbank heeft de proceskosten van eiseres vastgesteld op € 1.750,- en het griffierecht van € 365,- vergoed.