Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
forensisch pathologisch onderzoek [12] blijkt dat [slachtoffer] door geweld om het leven is gekomen. In haar hals is zowel uit- als inwendig letsel waargenomen. Dit is ontstaan door een drukkende en/of stomp-botsende krachtinwerking op de hals, zoals verwurging met de handen en/of slaan of stoten tegen de hals. Dit kan hebben geleid tot zuurstofgebrek van de hersenen en tot het overlijden. Er zijn ook huidbeschadigingen in de hals gezien die passen bij zelfbevrijdingshandelingen. De onderlip was gescheurd en er waren meerdere bloeduitstortingen in de mond, tong en gezicht passend bij vallen, stoten of geslagen worden. Dat geldt ook voor de uitgebreide letsels op het hoofd.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en de maatregel
7.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
benadeelde partij [nabestaande 1](de vader van [slachtoffer] ) vordert een bedrag van € 17.500,00 bestaande uit affectieschade.
benadeelde partij [nabestaande 2](de moeder van [slachtoffer] ) vordert eveneens een bedrag van € 17.500,00 aan affectieschade. Daarnaast vordert zij materiële schade bestaande uit de posten: lijkbezorging (18.376,34 Poolse zloty), kaarsen (2.190,00 Poolse zloty) en reiskosten (€ 1.749,00). De ouders steken iedere dag een kaars aan bij het graf van [slachtoffer] . Het gevorderde bedrag aan kaarsen zijn de kosten gedurende een jaar. De vergoeding van de reiskosten is essentieel voor de ouders om hun rechten als nabestaanden te kunnen uitoefenen. Deze reiskosten zijn een enorme kostenpost voor de ouders, die door hun verdriet nauwelijks in staat zijn om inkomsten te genereren. Ten aanzien van de gevorderde bedragen in Poolse zloty wordt verzocht om bij toekenning de geldende wisselkoers te hanteren.
€ 17.500,00. Aan [nabestaande 2] wijst de rechtbank een bedrag toe van
€ 23.979.26(€ 17.500,00 + € 1.749,00 + € 4.730,26).
8.Het beslag
9.De wettelijke voorschriften
10.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- gelast dat de verdachte
- beveelt dat de ter beschikking gestelde
- wijstde vordering van de
benadeelde partij [nabestaande 1] toe; - veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij, [nabestaande 1] , te betalen
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij [nabestaande 1] , van € 17.500,00, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 24 november 2021 tot aan de dag van de volledige voldoening;
- bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 30 dagen. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
- wijstde vordering van de
benadeelde partij [nabestaande 2] toe;
€ 23.979.26, te vermeerderen met de wettelijke rente, te berekenen over de periode van:
- 24 november 2021 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de affectieschade (€ 17.500,00);
- 27 augustus 2022 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de kosten van de lijkbezorging (€ 4,730,26);
- 8 mei 2023 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de reiskosten (€ 1.166,40);
- 27 februari 2024 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de reiskosten (€ 582,60);
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij, [nabestaande 2] , van € 23.979,26, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van:
- 24 november 2021 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de affectieschade (€ 17.500,00);
- 27 augustus 2022 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de kosten van de lijkbezorging (€ 4,730,26);
- 8 mei 2023 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de reiskosten (€ 1.166,40);
- 27 februari 2024 tot aan de dag der algehele voldoening ten aanzien van de reiskosten (€ 582,60);
Beslag
gelastde
teruggavevan het volgende in beslag genomen voorwerp aan de verdachte: