ECLI:NL:RBLIM:2024:1123

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
6 maart 2024
Publicatiedatum
11 maart 2024
Zaaknummer
10749811 \ CV EXPL 23-4408
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van kosten voor geneeskundige behandeling en proceskosten door Infomedics B.V.

In deze zaak vordert de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Infomedics B.V., m.h.o.d.n. Infomedics Factoring, UWNOTA.NL, DFA Services en Infomedics DFA, gevestigd te Almere, betaling van een bedrag van € 65,90 door de gedaagde, die in persoon procedeert. De vordering is gebaseerd op een geneeskundige behandelingsovereenkomst tussen de gedaagde en de tandartspraktijk Tandzorg Belfort B.V. Infomedics stelt dat de kosten voor een consult, dat op 18 januari 2023 heeft plaatsgevonden, aan de gedaagde zijn gecedeerd en dat deze kosten verschuldigd zijn. De gedaagde voert verweer en stelt dat hij niet op de hoogte was van de kosten van het consult en dat hij enkel informatie had willen ontvangen.

De kantonrechter overweegt dat er sprake is van een geneeskundige behandelingsovereenkomst, zoals gedefinieerd in artikel 7:446 van het Burgerlijk Wetboek. De rechter stelt vast dat de gedaagde een afspraak heeft gemaakt voor een consult en dat er tijdens dit consult handelingen zijn verricht waarvoor de gedaagde loon verschuldigd is. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde het bedrag van € 25,27, dat door Tandzorg Belfort in rekening is gebracht, verschuldigd is, ondanks zijn verweer. De rechter wijst de vordering van Infomedics toe, inclusief de gevorderde wettelijke rente en proceskosten.

De kantonrechter veroordeelt de gedaagde tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, en veroordeelt hem in de proceskosten, die zijn begroot op € 315,84. Dit vonnis is uitgesproken door mr. A.P.A. Bisscheroux en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10749811 \ CV EXPL 23-4408
Vonnis van de kantonrechter van 6 maart 2024
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid INFOMEDICS B.V., m.h.o.d.n. INFOMEDICS FACTORING, UWNOTA.NL, DFA SERVICES EN INFOMEDICS DFA,
gevestigd te Almere,
eisende partij,
gemachtigde Bosveld Incasso en Gerechtsdeurwaarders,
tegen:
[gedaagde],
wonend te [woonplaats] ,
gedaagde partij,
procederende in persoon.
Partijen zullen hierna Infomedics en [gedaagde] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de beslissing waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
  • de mondelinge behandeling van 5 februari 2024, waarvan door de griffier zittingsaantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De vordering en de grondslag daarvan

2.1.
Infomedics vordert veroordeling van [gedaagde] tot betaling van een bedrag van
€ 65,90, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 13 september 2023 vanaf € 25,27 tot de dag der volledige betaling en veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
2.2.
De vordering is als volgt opgebouwd:
factuur tandzorg Belfort 3/2/23 € 25,27
rente tot 13/9/2023 € 0,63
buitengerechtelijke kosten
€ 40,00
totaal € 65,90
2.3.
Infomedics heeft aan de vordering ten grondslag gelegd dat er sprake was van een geneeskundige behandelingsovereenkomst tussen [gedaagde] en de tandartspraktijk Tandzorg Belfort B.V., dat een consult heeft plaatsgevonden en dat [gedaagde] de kosten voor dit consult verschuldigd is. Omdat de vordering van Tandzorg Belfort aan Infomedics is gecedeerd, is zij gerechtigd die te innen.
2.4.
[gedaagde] voert verweer. Op de standpunten van partijen wordt in het onderstaande ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
[gedaagde] voert aan dat hij op aanraden van zijn tandarts op 18 januari 2023 een afspraak heeft gemaakt met de mondhygiëniste die verbonden was aan de tandartspraktijk, Tandzorg Belfort B.V. Dit in verband met door de tandarts gesignaleerde problemen aan het tandvlees. Hij wist niet dat de mondhygiëniste een consult had geboekt van 45 minuten om een parostatus te maken van zijn gebit. [gedaagde] verkeerde in de veronderstelling dat hij in dit eerste consult alleen informatie zou krijgen over de behandeling en een kostenbegroting en dat hij daarna zou beslissen of hij zou instemmen met de behandeling. Hij stelt dat hij dit ook zo had meegedeeld aan de baliemedewerkster bij wie hij de afspraak maakte. Nadat [gedaagde] tijdens het consult van 18 januari 2023 bezwaar had gemaakt bij de mondhygiëniste, die wilde starten met de behandeling, heeft de heer [naam] , die er door de mondhygiëniste werd bij geroepen als “de baas” met [gedaagde] gesproken en zou volgens [gedaagde] zijn afgesproken dat [gedaagde] eerst een begroting en uitleg over de behandeling zou krijgen. [gedaagde] zou dan wel bereid zijn om de kosten voor het consult te betalen. Volgens [gedaagde] kreeg hij vervolgens wel een begroting toegestuurd, maar hij begreep die niet en verdere uitleg werd, ondanks zijn verzoek daartoe, niet gegeven. Daarom wilde hij ook niet voor het consult betalen. [gedaagde] heeft de e-mailcorrespondentie tussen hem en Tandzorg Belfort overgelegd. [gedaagde] stelt zich tot slot op het standpunt dat het niet is uit te leggen dat hij voor een bedrag van € 25,00 wordt gedagvaard.
3.2.
De kantonrechter overweegt als volgt. Er is in dit geval sprake van een geneeskundige behandelovereenkomst. In artikel 7:446 van het Burgerlijk Wetboek staat de definitie daarvan. Op het moment dat de zorgverlener zich verbindt tot het verrichten van handelingen op het gebied van de geneeskunst, is er van een dergelijke overeenkomst sprake. Tandheelkundige zorg valt hieronder. Uit de toelichting op dit wetsartikel blijkt dat in het algemeen een behandelingsovereenkomst tot stand komt op het moment dat de patiënt zich met een concrete hulpvraag tot de hulpverlener wendt en de hulpverlener vervolgens op deze vraag ingaat. Daarvan is doorgaans al sprake in de voorfase, als een patiënt een afspraak maakt met de zorgverlener, zoals [gedaagde] heeft gedaan. Het geven van informatie over de behandeling en de kosten daarvan, wordt gegeven in het kader van de uitvoering van die overeenkomst. Dit blijkt onder andere ook uit het bepaalde in artikel 7:458 BW.
3.3.
In artikel 7:461 BW is bepaald dat de opdrachtgever aan de hulpverlener loon verschuldigd is. De kantonrechter is van oordeel dat, indien over de hoogte van dat loon verschil van mening bestaat, aangesloten kan worden bij het bepaalde in artikel 7:405 lid 2 BW waarin is bepaald dat dan een redelijk loon verschuldigd is.
3.4.
In het onderhavige geval was er sprake van een doorverwijzing van de tandarts naar de mondhygiëniste in verband met tandvleesproblemen. [gedaagde] heeft daarvoor een afspraak gemaakt, maar verkeerde kennelijk in de veronderstelling dat die eerste afspraak gebruikt zou worden voor het krijgen van informatie en een kostenopgave. Hij heeft erkend dat de mondhygiëniste tijdens dat eerste consult tegen hem gezegd dat zij dan eerst het gebit moest bekijken voordat zij een inschatting kon maken. Dat is ook gebeurd. [gedaagde] heeft vervolgens ook een begroting gekregen d.d. 25 januari 2023 waarop staat welke verrichtingen tegen welke prijs zouden worden uitgevoerd. Hij zegt dat hij dit niet begreep en daarover uitleg heeft gevraagd. Wat er ook zij van dit laatste, dat maakt niet dat hij niet gehouden zijn om voor het consult op 18 januari 2023 te betalen. Er is tijdens dit consult immers tijd voor hem uitgetrokken, zijn gebit is bekeken, er is een inschatting gemaakt van de noodzakelijke behandeling en die is samen met een prijsopgave aan [gedaagde] verstrekt.
Daarmee hebben in het kader van de geneeskundige behandelingsovereenkomst verrichtingen plaatsgevonden waarvoor [gedaagde] loon verschuldigd is.
Dat Tandzorg Belfort heeft besloten slechts een bedrag van € 25,27 in rekening te brengen en niet de volledige tijd die voor [gedaagde] was gereserveerd te factureren, maakt de hoogte van dit bedrag alleszins redelijk.
3.5.
[gedaagde] was dit bedrag dan ook verschuldigd. Nu hij dit ondanks alle aanmaningen niet heeft voldaan, kan niet worden geoordeeld dat Infomedics niet voor zo’n laag bedrag had mogen dagvaarden. Nu [gedaagde] kennelijk niet bereid was om vrijwillig tot betaling over te gaan, stond alleen de weg van dagvaarden nog open.
3.6.
De gevorderde buitengerechtelijke kosten voldoen aan de eisen die de wet daaraan stelt en zijn eveneens toewijsbaar. Dat geldt ook voor het bedrag van € 0,63 aan wettelijke rente, berekend tot 13 september 2023.
1.7.
[gedaagde] al als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld worden in de kosten van deze procedure. Deze kosten worden begroot op:
explootkosten: € 107,84
griffierecht: € 128,00
salaris
€ 80,00 (2 x € 40,00)
Totaal: € 315,84
1.8.
De kantonrechter zal deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaren.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Infomedics van een bedrag van € 65,90, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 13 september 2023 over € 25,27 tot de dag der algehele voldoening,
4.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Infomedics gevallen en tot heden begroot op € 315,84,
4.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.P.A. Bisscheroux en in het openbaar uitgesproken.