ECLI:NL:RBLIM:2024:1052

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
5 maart 2024
Publicatiedatum
6 maart 2024
Zaaknummer
03.054178.23
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal en heling van voertuigen en hennepteelt door verdachte in Limburg

Op 5 maart 2024 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1978, die wordt beschuldigd van meerdere strafbare feiten, waaronder diefstal en heling van voertuigen, alsook hennepteelt. De verdachte, bijgestaan door zijn advocaat mr. N.C.M.L. Bloebaum, verscheen op de zitting van 20 februari 2024, waar de officier van justitie en de verdediging hun standpunten naar voren brachten. De rechtbank behandelde de vorderingen van benadeelde partijen, waaronder Enexis Netbeheer B.V., en andere benadeelden die schadevergoeding eisten voor de diefstal van hun voertuigen en goederen.

De tenlastelegging omvatte onder andere de diefstal van twee voertuigen, het helen van diverse voertuigen en goederen, en het telen van hennep. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de diefstal van een Fiat 500 Abarth en een Fiat Ducato, en dat hij een gewoonte had gemaakt van het helen van gestolen goederen. De rechtbank achtte de betrokkenheid van de verdachte bij de hennepteelt en de diefstal van elektriciteit bewezen, mede op basis van DNA-onderzoek en camerabeelden.

De rechtbank legde de verdachte een gevangenisstraf op van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor reclassering en behandeling. De vorderingen van de benadeelde partijen werden gedeeltelijk toegewezen, waarbij Enexis Netbeheer B.V. een schadevergoeding van € 23.948,14 kreeg toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet alleen de eigendommen van anderen had geschonden, maar ook een aanzienlijke impact had gehad op de gemeenschap door zijn criminele activiteiten.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer : 03.054178.23
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer van 5 maart 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum 1] 1978,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. N.C.M.L. Bloebaum, advocaat, kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 20 februari 2024. De verdachte en zijn raadsvrouw zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
De benadeelde partij [benadeelde 1] is ter terechtzitting verschenen. Namens benadeelde partij Enexis Netbeheer B.V. is de heer [naam 1] verschenen. De benadeelde partijen [benadeelde 2] , [benadeelde 3] en [benadeelde 4] zijn niet ter terechtzitting verschenen.
De rechtbank heeft de vorderingen tot schadevergoeding behandeld.
Deze zaak is gelijktijdig behandeld met de strafzaak tegen medeverdachte [medeverdachte 1] met het parketnummer 03.054172.23.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
feit 1:al dan niet samen met een ander of anderen twee voertuigen heeft gestolen, subsidiair een gewoonte heeft gemaakt van de heling van deze voertuigen;
feit 2:een gewoonte heeft gemaakt van het helen van diverse bussen, auto’s, campers, kentekenplaten en fietsen;
feit 3:hennep heeft geteeld, dan wel aanwezig heeft gehad, in zijn woning en
feit 4:elektriciteit heeft gestolen door middel van braak of verbreking.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat feit 1 bewezen kan worden verklaard, met dien verstande dat de verdachte de diefstal van de Fiat Abarth alleen heeft gepleegd en de diefstal van de Fiat Ducato samen met [medeverdachte 1] . Ten aanzien van feit 2 acht de officier van justitie bewezen dat de verdachte alle genoemde voertuigen en goederen voorhanden heeft gehad, terwijl hij op de hoogte was van de criminele herkomst ervan.
Tevens acht de officier van justitie feiten 3 en 4 bewezen, mede gelet op de bekennende verklaring van de verdachte.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich gerefereerd ten aanzien van de feiten 3 en 4 op de tenlastelegging. Van de feiten 1 primair en 1 subsidiair en de in feit 2 opgenomen heling van de kenteken-platen [kenteken 1] heeft de verdediging vrijspraak bepleit, nu niet duidelijk is welke rol de verdachte hierin heeft gehad; zijn rol kan ook duiden op medeplichtigheid, hetgeen niet ten laste is gelegd. Voor wat betreft feit 2 heeft de verdediging zich gerefereerd ten aanzien van de heling van de Fiat Ducato 250 met het kenteken [kenteken 2] , het daaruit afkomstige gereedschap, de Fiat 500 cabrio met het kenteken [kenteken 3] , de Volkswagen Multivan met het kenteken [kenteken 4] , de Citroën Jumper met het kenteken [kenteken 5] , de Fiat 500 Abarth met het kenteken [kenteken 6] , de kentekenplaten [kenteken 7] en de Fiat 500 Abarth met het kenteken [kenteken 8] . Ten aanzien van de Fiat met het kenteken [kenteken 9] zijn er geen aanwijzingen dat de verdachte betrokken is bij de heling van dit voertuig. Het feit dat er DNA van iemand anders in dit voertuig is aangetroffen en dat hij diegene kent, betekent niet dat de verdachte bij dit feit betrokken is geweest. Dit zelfde geldt voor de kentekenplaten [kenteken 10] . De twee elektrische fietsen zijn aangetroffen in de woning van de verdachte. Hij heeft op het framenummer van één van deze twee fietsen gezocht. Ten aanzien van deze fiets heeft de verdediging zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. De verdediging heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van de fiets van het merk Rad Power, nu deze een jaar daarvoor gestolen is, niet duidelijk is wat er gedurende dat jaar met de fiets is gebeurd, er ook andere personen in het huis van de verdachte verbleven en de fiets geen braakschade vertoonde. Tevens is niets bekend over de waarde van deze fiets.
De ten laste gelegde periode van feit 2 beslaat nu ruim zeven weken; deze kan worden teruggebracht naar een periode van vier weken, te rekenen vanaf 22 januari 2023.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
In de periode van 1 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 is in zuidoost Limburg een aanzienlijk aantal voertuigen gestolen, voornamelijk van het type Fiat 500 Abarth, waarbij de verdachte en [medeverdachte 1] in beeld kwamen als verdachten. In een aantal voertuigen werd namelijk DNA aangetroffen dat matchte met dat van de verdachte en/of [medeverdachte 1] , op het interieur, maar (deels) ook op verplaatsbare objecten.
Onder feit 1 is aan de verdachte het medeplegen van een diefstal van een Fiat 500 Abarth en een Fiat Ducato ten laste gelegd, subsidiair de heling van deze voertuigen. Onder feit 2 wordt aan de verdachte verweten dat hij vele voertuigen, voornamelijk van het type Fiat 500 Abarth, gereedschap, fietsen en kentekenplaten voorhanden heeft gehad terwijl hij wist dat deze van misdrijf afkomstig waren. Over zijn betrokkenheid bij de heling van een aantal van de voertuigen heeft de verdachte een bekennende verklaring afgelegd.
Feit 1Diefstal dan wel heling Fiat 500 Abarth met het kenteken [kenteken 11] (zaaksdossier 2)
[aangever 1] heeft aangifte gedaan van de diefstal van zijn Fiat 500 Abarth met het kenteken [kenteken 11] , gepleegd op 23 januari 2023 om 00:19 uur aan de [straatnaam 1] in Voerendaal. [2] Op camerabeelden is te zien dat het voertuig wordt weggenomen, waarbij twee mannen zich in de directe nabijheid van de auto bevinden. Een van hen roept op enig moment: “ [verdachte] ”. Op het moment dat de Fiat wordt weggenomen, rijdt er ook een kleine rode auto weg van de plaats delict. [3] Op 25 januari 2023 om 15:50 uur krijgt aangever via een tracker in zijn auto door dat zijn voertuig zou staan op de [straatnaam 2] in Kerkrade. Aangever gaat ter plaatse en daar, ter hoogte van loodsen en garageboxen, ziet hij zijn Fiat 500 Abarth staan. In garagebox 5 wordt later zijn voertuig, met daarop de kentekenplaten [kenteken 1] aangetroffen. [4]
Op camerabeelden bij de garageboxen is op 23 januari 2023 om 03:57 uur te zien dat een kleine rode auto in beeld komt. Deze rode auto voert de kentekenplaten [kenteken 12] . Enkele seconden later komt een Fiat 500 Abarth in beeld, met daarop bevestigd de kentekenplaten [kenteken 1] . [5] Het kenteken [kenteken 12] staat op naam van de verdachte. [6] De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij op 23 januari 2023 om 03:57 uur daar in zijn rode auto heeft gereden.
Op de bijrijdersstoel in de Fiat 500 werd een drinkglas aangetroffen en bemonsterd [7] . Het monster van het drinkglas bevat een DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van
minimaal twee donoren, van wie zeker één man. Er is uit dit mengprofiel een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De mogelijke donor van het celmateriaal betrof [medeverdachte 1] . De frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. [8]
Bewijsoverweging
Gelet op de frequentie van het DNA-hoofdprofiel gaat de rechtbank ervan uit dat de donor van het celmateriaal dat aangetroffen werd op het in de gestolen auto aangetroffen drinkglas inderdaad [medeverdachte 1] is. Alhoewel het drinkglas een verplaatsbaar object is, acht de rechtbank het onaannemelijk dat dit glas in de gestolen auto op een andere wijze is terechtgekomen dan dat dit glas daar door de dieven is achtergelaten. Daaruit volgt dat de rechtbank bewezen acht dat [medeverdachte 1] nauw bij de diefstal betrokken is geweest. Wanneer deze conclusie in samenhang wordt bezien met de camerabeelden van aangever, waarop te zien is dat twee mannen zich in de directe nabijheid van de auto van aangever bevinden en deze vervolgens wordt weggenomen, waarbij een roept: “ [verdachte] ” en dit laatste weer wordt bezien tegen de achtergrond dat de verdachte [verdachte] is geheten en een op zijn naam gekentekende auto te zien is, dan oordeelt de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte deze Fiat 500 samen met [medeverdachte 1] heeft weggenomen. De rechtbank hecht dan ook geen geloof aan de verklaring van de verdachte, inhoudende dat hij [medeverdachte 1] enkel ‘van A naar B’ heeft gebracht, temeer nu uit hetgeen hierna volgt, blijkt dat de verdachte en [medeverdachte 1] vaak samen in de weer zijn geweest met (onder meer) gestolen voertuigen.
Feit 1Diefstal dan wel heling Fiat Ducato met het kenteken [kenteken 13] (zaaksdossier 7).
[benadeelde 1] heeft aangifte gedaan van diefstal van zijn Fiat Ducato met het kenteken [kenteken 13] , gepleegd in de periode van 9 tot 13 februari 2023 aan het [straatnaam 4] in Heerlen. Hij werd op 13 februari 2023 door de politie gebeld dat zijn voertuig was aangetroffen aan de [straatnaam 5] in Ulestraten. [9]
De camerabeelden van het [straatnaam 4] in Heerlen zijn bekeken en daarop wordt op 9 februari 2023 om 05:41 uur gezien dat twee mannen in beeld komen. De mannen komen vanuit het gedeelte van het [straatnaam 4] waar ook de Fiat Ducato stond. De verbalisant die de beelden uitkijkt, herkent op deze beelden één van de twee mannen als verdachte; de andere man vertoont veel gelijkenissen met [medeverdachte 1] . Daarna komen beide mannen weer in beeld en lopen ze in de richting van het gedeelte van het [straatnaam 4] waar de bus geparkeerd stond. Om 05:47 uur is te zien dat een bestelbus uit de richting van het [straatnaam 4] komt en uit beeld wegrijdt. Op 13 februari 2023 wordt de Fiat Ducato aangetroffen op de [straatnaam 5] te Ulestraten. Hierbij blijkt dat het zijruitje van het linker portier gebroken was, het linker portierslot verwijderd was en het contactslot eruit was getrokken was. [10]
Een andere verbalisant, [verbalisant 1] , heeft de beelden eveneens bekeken en herkent op de beelden, op het moment dat de mannen uit de richting van het gedeelte van het [straatnaam 4] komen waar de bus geparkeerd stond, één van de mannen als [medeverdachte 1] [11] .
In de telefoon van de verdachte werd een afbeelding aangetroffen van de voorzijde van een Fiat Ducato met het kenteken [kenteken 13] . De foto is kennelijk genomen vanuit de bijrijders-positie van een voertuig. Bij de eigenschappen van de afbeeldingen staat vermeld: ‘modified 13 februari 2023’. [12] Tevens staat deze afbeelding in de telefoon van [medeverdachte 1] . Bij de eigenschappen van deze afbeelding staat vermeld: ‘modified 9 februari 2023’. [13]
Bewijsoverweging
Het voorgaande duidt naar zijn uiterlijke verschijningsvorm erop dat de verdachte en [medeverdachte 1]
de Fiat Ducato [kenteken 13] van aangever hebben gestolen. De verklaring van de verdachte, inhoudende dat hij toen op het [straatnaam 4] was om drugs te kopen, legt onvoldoende gewicht in de schaal om tot een andere conclusie te komen, zodat de rechtbank het medeplegen van deze diefstal bewezen acht.
Feit 2
Zaaksdossier 1
[aangever 2] heeft aangifte gedaan van de diefstal van haar camper (Fiat Ducato) met het kenteken [kenteken 14] gepleegd in de periode van 10 tot 12 februari 2023 aan de [straatnaam 6] in Valkenburg. [14] Op 12 februari 2023 om 01:40 uur wordt melding gedaan van een camper die rondjes rijdt op de parkeerplaats van het Zuyderland ziekenhuis in Heerlen, aan de [straatnaam 7] . Naar aanleiding van deze melding gaat de politie ter plaatse en treft op de parkeerplaats van het Zuyderland ziekenhuis in Heerlen een camper aan, merk Fiat Ducato, met het kenteken [kenteken 14] . Het contactslot en het dashboard waren beschadigd. Op de camerabeelden van de parkeerplaats aan de [straatnaam 7] in Heerlen is te zien dat de camper rondjes rijdt op het parkeerterrein. In de camper zit alleen de bestuurder. Deze stapt even later uit de camper. [15] De man die de camper uitstapt en over de parkeerplaats loopt wordt door verbalisanten [verbalisant 2] [16] en [verbalisant 3] [17] herkend als verdachte. De verdachte heeft bekend de camper toen en daar te hebben bestuurd.
Zaaksdossier 2
Op de Fiat 500 Abarth die op 25 januari 2023 aangetroffen werd in de garagebox 5 aan de [straatnaam 2] in Kerkrade (feit 1) zaten op dat moment de kentekenplaten [kenteken 1] . [18] Van de diefstal van deze kentekenplaten heeft [aangever 3] aangifte gedaan. Deze kentekenplaten waren gestolen op 22 juni 2021 in Herzogenrath. [19]
Overwegingen zaaksdossiers 1 en 2
Mede gelet op de bekennende verklaring van de verdachte acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de heling van de Fiat Ducato.
Ten aanzien van de kentekenplaten [kenteken 1] overweegt de rechtbank dat deze platen kort na de door de verdachte en [medeverdachte 1] gepleegde diefstal van de Fiat 500 Abarth met het kenteken [kenteken 11] op dit voertuig zijn gesignaleerd. Hieruit volgt dat de kentekenplaten [kenteken 1] kort na de diefstal op het gestolen voertuig zijn bevestigd. Dit is in beginsel redengevend voor de conclusie dat dit in nauwe samenwerking door de verdachte en [medeverdachte 1] is gedaan, waarbij ook volstrekt duidelijk moet zijn geweest dat deze kentekenplaten ‘niet eerlijk’ waren. Nu een die redengevendheid ontzenuwende verklaring niet is gegeven, moet het ervoor worden gehouden dat de verdachte en [medeverdachte 1] deze platen hebben geheeld.
Zaaksdossier 6
In deze zaak ontbreekt het aan wettig en overtuigend bewijs dat de verdachte in verband kan worden gebracht met de heling van de Fiat 500 Abarth met het (van een ander voertuig gestolen) kenteken [kenteken 10] . De rechtbank zal de verdachte hiervan dan ook vrijspreken.
Zaaksdossier 12
[benadeelde 3] heeft aangifte gedaan van de diefstal van haar elektrische fiets van het merk Sparta met framenummer [framenummer 1] , gepleegd in de periode van 5 tot 6 januari 2023 aan de [straatnaam 8] in Valkenburg. [20] [benadeelde 4] heeft aangifte gedaan van diefstal van zijn elektrische fiets van het merk Rad Power Bikes met framenummer [framenummer 2] , gepleegd in de periode van 7 tot 8 september 2022 aan de [straatnaam 9] in Valkenburg. [21] Bij de doorzoeking in de woning van de verdachte op 21 februari 2023 in de [adres] in [woonplaats] werden twee elektrische fietsen aangetroffen. Een fiets was van het merk Sparta met het framenummer [framenummer 2] en de andere was van het merk Rad Power Bikes met het framenummer [framenummer 1] . [22]
Bewijsoverweging zaakdossier 12
De rechtbank stelt voorop dat de bewoner van een woning bekend mag worden verondersteld met, en verantwoordelijk mag worden gehouden voor hetgeen zich in die woning bevindt, tenzij omstandigheden aannemelijk zijn gemaakt die maken dat van dit uitganspunt moet worden afgeweken. Dit brengt met zich dat ervan mag worden uitgegaan dat verdachte kennis had van de aanwezigheid van gestolen fietsen in zijn woning. De verdachte heeft over de herkomst van deze fietsen bovendien geen aannemelijke verklaring afgelegd, anders dan dat er nog meer mensen in zijn huis verbleven. Dat is onvoldoende om van voormeld uitgangspunt af te wijken. De rechtbank houdt het er dan ook voor dat de verdachte de fietsen geheeld heeft.
Bekennende verklaring verdachte
Nu de verdachte de opzetheling van de voertuigen en goederen uit de zaaksdossiers 4 (Fiat Ducato 250 met het kenteken [kenteken 2] en het daarin geleden gereedschap), 9 (Fiat 500 cabrio met het kenteken [kenteken 3] ), 10 (de Volkswagen Multivan met het kenteken [kenteken 4] ), 11 (de Citroën Jumper met het kenteken [kenteken 5] ), 13 (de Fiat Abarth met het kenteken [kenteken 6] en de kentekenplaten [kenteken 7] ) en 14 (Fiat Abarth met het kenteken [kenteken 8] ) heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
Zaaksdossier 4
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2024;
  • het proces-verbaal van aangifte
- het proces-verbaal van bevindingen, omschrijving CTR beelden. [24]
Zaaksdossier 9
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2024;
  • het proces-verbaal van aangifte
- het proces-verbaal aantreffen Fiat 500 cabrio met het kenteken [kenteken 3] . [26]
Zaaksdossier 10
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2024;
  • het proces-verbaal aantreffen gesignaleerd motorvoertuig
- het proces-verbaal van forensisch onderzoek [28] ;
- de deskundigenrapportage van het TMFI [29] .
Zaaksdossier 11
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2024;
  • het proces-verbaal aantreffen gesignaleerd motorvoertuig.
Zaaksdossiers 13 en 14
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2024;
  • het proces-verbaal van aangifte van diefstal van de Fiat Abarth [kenteken 8]
- het proces-verbaal van aangifte van de kentekenplaten [kenteken 7] . [32]
De verdachte heeft van het plegen van opzetheling een gewoonte gemaakt, gezien de relatief korte periode waarin de verdachte zich maar liefst 14 keer schuldig heeft gemaakt aan opzetheling.
Feit 3 en 4
Nu de verdachte de feiten 3 en 4 heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
  • de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 20 februari 2023;
  • het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij
- het proces-verbaal doorzoeking [34] ;
- de aangifte van Enexis Netbeheer B.V. [35] .
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
feit 1 primair:
in de periode van 22 januari 2023 tot en met 9 februari 2023 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander,
- een Fiat (type 500 Abarth, kenteken [kenteken 11] ) die aan [aangever 1] toebehoorde en
- een Fiat (type Ducato, kenteken [kenteken 13] ) die aan [benadeelde 1] toebehoorde,
heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededader deze weg te nemen voertuigen onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
feit 2 primair:
in de periode van 1 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 op diverse plaatsen in Limburg,
- een camper (merk Fiat, type Ducato, kenteken [kenteken 14] ),
- kentekenplaten (Duits kenteken [kenteken 1] ),
- een Fiat (type Ducato 250, kenteken [kenteken 2] ),
- gereedschap afkomstig uit de Fiat (type Ducato 250, kenteken [kenteken 2] ),
- een Fiat (type 500 cabrio, Nederlands kenteken [kenteken 3] ),
- een Volkswagen (type Multivan, Duits kenteken [kenteken 4] ),
- een Citroën (type Jumper, Belgisch kenteken [kenteken 5] ),
- twee elektrische fietsen (merk Sparta, framenr. [framenummer 2] en merk Rad Power Bike, framenr. [framenummer 1] ),
- een Fiat (type Abarth, Duitse kenteken [kenteken 6] ),
- kentekenplaten (Nederlands kenteken [kenteken 7] ) en
- een Fiat (type Abarth, Duitse kenteken [kenteken 8] )
voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die goederen wist dat het door misdrijf verkregen goederen betroffen en hij aldus van het plegen van opzetheling een gewoonte heeft gemaakt;
feit 3:
op 21 februari 2023 te Heerlen opzettelijk heeft geteeld 304 hennepplanten en opzettelijk aanwezig heeft gehad 429 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II;
feit 4:
in de periode van 1 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 te Heerlen, 42518 kWh elektriciteit die aan Enexis Netbeheer B.V. toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen elektriciteit onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
feit 1 primair:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, meermalen gepleegd;
feit 2 primair:
van het plegen van opzetheling een gewoonte maken;
feit 3:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 4:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden met aftrek van het voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Aan deze proeftijd dienen de voorwaarden te worden verbonden zoals door de reclassering voorgesteld in het rapport van 19 februari 2024.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit om aan de verdachte geen langere onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen dan de duur van de reeds ondergane voorlopige hechtenis.
Ook behoort een langer voorwaardelijk gedeelte van de gevangenisstraf, in combinatie met een taakstraf, volgens de raadsvrouw tot een mogelijke strafmodaliteit.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich, deels samen met een ander, schuldig gemaakt aan de diefstal en heling van goederen, waaronder een aanzienlijk aantal voertuigen van het type Fiat 500 Abarth. Geen enkele auto van dit type in de omgeving Parkstad leek in de ten laste gelegde periode veilig voor de verdachte en zijn mededader. Uit de gegevens in de telefoon blijkt dat zij de ene na de andere Fiat bemachtigden en daar ook testritjes in maakten om te beoordelen hoe de buit beviel. Hij heeft, door zo te handelen, bewust bijgedragen aan het in stand houden van een afzetmarkt voor gestolen auto’s. De rechtbank rekent het de verdachte aan dat hij met deze delicten geen enkel respect heeft getoond voor de eigendommen van anderen en kennelijk zijn eigen financiële gewin hierboven heeft geplaatst.
Daarnaast teelde hij ook hennep in zijn woning, waaruit hij een aanzienlijk bedrag wist te genereren. Op deze manier heeft hij in die periode in zijn onderhoud voorzien. Hij was afgekeurd en ontving een uitkering, maar was kennelijk wel in staat om op een andere, niet legale, wijze zijn geld te verdienen. De handen uit de mouwen steken kon de verdachte dus wel, maar niet op een legale manier. Dit vindt de rechtbank zeer kwalijk.
De verdachte was een gewaarschuwd man: dat blijkt uit zijn strafblad. Hij is begin 2022 nog veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf, eveneens voor de opzetheling van een voertuig. Deze proeftijd was nog van kracht op het moment dat de verdachte zich schuldig maakte aan deze reeks (vermogens)delicten. Deze voorwaardelijke straf heeft hem er dus niet van weerhouden om opnieuw de fout in te gaan en zich bezig te houden met criminele activiteiten.
De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in het kader van zijn schorsing hulp heeft gehad van de reclassering, waar hij veel baat bij had. Hij is minder beïnvloedbaar, gebruikt minder drugs en wil zijn leven nu een positieve wending geven. De rechtbank ziet echter ook een verdachte die niet geheel schoon schip wil maken. Hij bekent alleen de feiten waar hij niet onderuit kan en neemt voor de overige feiten geen verantwoordelijkheid. Het had hem gesierd als hij ook hierover openheid van zaken had gegeven.
De rechtbank is gelet op het voorgaande van oordeel dat enkel een forse gevangenisstraf passend is. Daarbij acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf die gelijk is aan het voorarrest geen recht doen aan het aantal en de ernst van de strafbare feiten die de verdachte heeft gepleegd alsmede aan zijn recidivegedrag. Ook de straf die de officier van justitie heeft geëist, is naar het oordeel van de rechtbank niet toereikend. De rechtbank neemt als uitgangspunt een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden. Wel ziet de rechtbank in de inhoud van het rapport van de reclassering aanleiding om een gedeelte van de straf voorwaardelijk op te leggen.
Alles overwegende legt de rechtbank aan de verdachte een gevangenisstraf op voor de duur van 24 maanden, met aftrek, waarvan 6 maanden voorwaardelijk en met een proeftijd van 2 jaren. Aan deze proeftijd verbindt de rechtbank de voorwaarden zoals door de reclassering zijn voorgesteld in het rapport van 19 februari 2024. Dit houdt in dat de verdachte zich moet houden aan een meldplicht, een ambulante behandeling moet volgen, geen contact mag hebben met de medeverdachten in dit dossier, zijnde [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , en dat hij zich moet inspannen voor het vinden en behouden van dagbesteding. De rechtbank beoogt hiermee te bewerkstelligen dat de verdachte zich in de toekomst niet weer schuldig zal maken aan het plegen van strafbare feiten.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet of tot het moment dat de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling aan de orde is, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering.

7.De benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregelen

7.1
De vorderingen van de benadeelde partijen
De volgende benadeelde partijen hebben een vordering tot schadevergoeding ingediend:
Enexis Netbeheer B.V.: € 24.848,14 (zaak 5), ter terechtzitting verminderd met het bedrag dat de verdachte reeds heeft betaald, zijnde € 900,-,
[benadeelde 1] : € 9.316,85 (zaak 7),
[benadeelde 2] : € 300,- (zaak 9),
[benadeelde 3] : € 1.440,- (zaak 12),
[benadeelde 4] : € 4.398,50 (zaak 12).
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om het gewijzigde bedrag van € 23.948,14 van de vordering van Enexis toe te wijzen, nu dit voldoende is onderbouwd en hier geen verweer op is gevoerd.
De benadeelde partijen [benadeelde 3] en [benadeelde 4] dienen niet-ontvankelijk te worden verklaard in hun vordering, nu het ontbreekt aan een rechtstreeks verband tussen de schade en het bewezen verklaarde feit, de opzetheling, gelet op de tijd die verstreken is tussen de diefstal en het aantreffen van de fietsen.
De vordering van [benadeelde 2] is voldoende onderbouwd zodat deze toegewezen kan worden.
De vordering van [benadeelde 1] is complex en onvoldoende onderbouwd, zodat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vordering.
De officier van justitie heeft tevens gevorderd de toe te wijzen bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel toe te passen.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank voor wat betreft de, aangepaste, vordering tot schadevergoeding van Enexis.
De benadeelde partij [benadeelde 1] dient primair niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering, vanwege de door de raadsvrouw bepleite vrijspraak, subsidiair vanwege het feit dat de vordering onvoldoende is onderbouwd.
De benadeelde partij [benadeelde 2] dient niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering, nu deze voortvloeit uit de diefstal en niet de ten laste gelegde heling. Dit geldt ook voor de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde 3] en [benadeelde 4] .
7.4
Het oordeel van de rechtbank
Enexis Netbeheer B.V.
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting is komen vast te staan dat de benadeelde partij Enexis rechtstreeks schade heeft geleden ten gevolge van het onder 4 bewezen verklaarde strafbare feit. De hoogte van de schade is voldoende onderbouwd, niet betwist en komt daarom voor toewijzing in aanmerking. De rechtbank zal de vordering ter hoogte van € 23.948,14 daarom geheel toewijzen.
[benadeelde 1]
heeft een uitgebreide vordering tot schadevergoeding ingediend voor de schade die hij heeft geleden vanwege de diefstal van zijn voertuig, Fiat Ducato met het kenteken [kenteken 13] . De benadeelde partij vordert onder meer kosten voor het weggenomen gereedschap dat in zijn bus zou hebben geleden. Daarover rept hij echter met geen woord in zijn aangifte, hoewel het kostbaar gereedschap zou betreffen. De benadeelde stelt kosten te hebben gemaakt omdat hij niet over zijn bus kon beschikken, maar uit de stukken blijkt dit niet en deze kosten zijn ook niet op een andere manier onderbouwd. Nader onderzoek naar deze kosten levert naar het oordeel van de rechtbank een onevenredige belasting op van het strafgeding, zodat de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard in de vordering. [benadeelde 1] kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
[benadeelde 2]
De benadeelde partij [benadeelde 2] heeft verzocht het eigen risico van de lease-auto te vergoeden. Een benadeelde partij kan in het strafproces vergoeding vorderen van de schade die zij door een strafbaar feit heeft geleden, indien tussen dit bewezen verklaarde handelen van de verdachte en de schade voldoende verband bestaat om te kunnen aannemen dat de benadeelde partij hierdoor rechtstreeks schade heeft geleden. De concrete omstandigheden van het geval zijn hiervoor bepalend. Naar het oordeel van de rechtbank staat de bewezen verklaarde opzetheling van de Fiat 500 cabrio en de schade in een dusdanig nauw verband dat gesteld kan worden dat de benadeelde partij door het handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Daarvoor neemt de rechtbank in aanmerking dat de Fiat 500 van Vermeulen weggenomen is tussen 23 en 24 januari 2023 en dit voertuig vrij kort hierna is aangetroffen met het DNA van de verdachte op het stuurwiel, het display van de navigatie en de deurgrendel en er bovendien een foto van dit voertuig is aangetroffen in de telefoon van de verdachte, welke foto vermoedelijk is gemaakt op 31 januari 2023. De verdachte heeft ter terechtzitting ook verklaard dat hij wist dat dit voertuig van diefstal afkomstig was. Zodoende komt de schade die Vermeulen heeft geleden voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal de vordering dan ook toewijzen.
[benadeelde 3] en [benadeelde 4]
Hetgeen hiervoor over het verband tussen het handelen van de verdachte en de schade is opgemerkt, geldt ook voor de vorderingen van de benadeelde partijen [benadeelde 3] en [benadeelde 4] . Echter, ten aanzien van deze fietsen is niet komen vast te staan dat de schade rechtstreeks verband houdt met de bewezenverklaarde heling. De schade staat in een te ver verwijderd verband ten opzichte van de bewezenverklaarde heling. De fiets van [benadeelde 3] werd gestolen op 5 of 6 januari 2023 en de fiets van [benadeelde 4] op 7 of 8 september 2022. Wat er in de tussentijd met deze fietsen is gebeurd, is niet komen vast te staan. De benadeelde partijen zullen daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 57, 311 en 417 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 3 en 11 van de Opiumwet.

9.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezen verklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 2 jaren zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
  • stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
de veroordeelde meldt zich binnen 5 dagen na het ingaan van de proeftijd bij Reclassering Nederland op telefoonnummer 088-8041502 en blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
de veroordeelde laat zich behandelen door Mondriaan Forensische Zorg of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zo snel mogelijk na het ingaan van de proeftijd. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
de veroordeelde heeft of zoekt op geen enkele wijze - direct of indirect - contact met [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1983, zonder vaste woon- of verblijfplaats, thans verblijvende in de P.I. [naam PI] , en [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 3] 1997, wonende te [adresgegevens medeverdachte 2] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
e veroordeelde spant zich in voor het vinden en behouden van dagbesteding, met een vaste structuur;
  • geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
  • voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
Benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
[benadeelde 1]
  • verklaart de benadeelde partij [benadeelde 1] niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten, door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
[benadeelde 2]
  • wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van € 300,- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • veroordeelt verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [benadeelde 2] van een bedrag van € 300,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 6 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op;
  • de verdachte is van deze betalingsverplichting bevrijd voor zover hij aan de betalings-verplichting jegens [benadeelde 2] heeft voldaan;
[benadeelde 3]
  • verklaart de benadeelde partij [benadeelde 3] niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten, door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
[benadeelde 4]
  • verklaart de benadeelde partij [benadeelde 4] niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten, door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Enexis Netbeheer B.V.
  • wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij, Enexis Netbeheer B.V., van een bedrag van € 23.948,14, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • veroordeelt verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van Enexix Netbeheer B.V. van een bedrag van € 23.948,14,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 159 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalings-verplichting niet op;
  • de verdachte is van deze betalingsverplichting bevrijd voor zover hij aan de betalingsverplichting jegens Enexis Netbeheer B.V. heeft voldaan.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.M.J. Quaedvlieg, voorzitter, mr. M.B. Bax en mr. drs. M.A.M. Pijnenburg, rechters, in tegenwoordigheid van J.G.A.M. Spijkers, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 5 maart 2024.
Buiten staat
Mr. Pijnenburg is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
feit 1 primair:
hij in of omstreeks de periode van 22 januari 2023 tot en met 9 februari 2023 te Voerendaal en/of Meerssen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
- een Fiat (type 500 Abarth, kenteken [kenteken 11] )(zaaksdossier 2) en/of
- een Fiat (type Ducato, kenteken [kenteken 13] ) (zaaksdossier 7), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever 1] en/of [benadeelde 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen voertuig(en) onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
feit 1 subsidiair:
hij in of omstreeks de periode van 22 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 te Heerlen em/of Voerendaal en/of Meerssen, althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
- een Fiat (type 500 Abarth, kenteken [kenteken 11] )(zaaksdossier 2) en/of
- een Fiat (type Ducato, kenteken [kenteken 13] ) (zaaksdossier 7)
althans een of meer goederen heeft verworven, voorhanden heeft gehad, en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van dat goed/die goederen wist dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof en hij aldus van het plegen van opzetheling een gewoonte heeft gemaakt;
feit 2 primair:
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 op diverse plaatsen in Limburg, althans in Nederland, en/of Aachen (Bondsrepubliek Duitsland),
meermalen, althans eenmaal
- een camper (merk Fiat, type Ducato, kenteken [kenteken 14] ) (zaaksdossier 1) en/of
- kentekenplaten (Duits kenteken [kenteken 1] )(zaaksdossier 2) en/of
- een Fiat (type Ducato 250, kenteken [kenteken 2] )(zaaksdossier 4) en/of
- gereedschap afkomstig uit de Fiat (type Ducato 250, kenteken [kenteken 2] )(lijst goederen p. 514 e.v.)(zaaksdossier 4) en/of
- een Fiat (type Abarth, kenteken [kenteken 9] )(zaaksdossier 6) en/of
- kentekenplaten (Belgisch kenteken [kenteken 10] )(zaaksdossier 6) en/of
- een Fiat (type 500 cabrio, Nederlands kenteken [kenteken 3] ) (zaaksdossier 9) en/of
- een Volkswagen (type Multivan, Duits kenteken [kenteken 4] )(zaaksdossier 10) en/of
- een Citroën (type Jumper, Belgisch kenteken [kenteken 5] )(zaaksdossier 11) en/of
- twee (elektrische) fietsen (merk Sparta, framenr. [framenummer 2] en/of merk Rad Power Bike, framenr. [framenummer 1] )(zaaksdossier 12) en/of
- een Fiat (type Abarth, Duitse kenteken [kenteken 6] )(zaaksdossier 13) en/of
- kentekenplaten (Nederlands kenteken [kenteken 7] )(zaaksdossier 13) en/of
- een Fiat (type Abarth, Duitse kenteken [kenteken 8] )(zaaksdossier 14)
althans een of meer goederen heeft verworven, voorhanden heeft gehad, en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van dat goed/die goederen wist dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof en hij aldus van het plegen van opzetheling een gewoonte heeft gemaakt;
feit 3:
hij op of omstreeks 21 februari 2023 te Heerlen opzettelijk heeft geteeld, bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te
weten (in totaal) ongeveer 429 gram hennep en/of ongeveer 304 hennepplanten, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, zijnde een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet (zaaksdossier 5);
feit 4:
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2023 tot en met 21 februari 2023 te Heerlen,
42518 kWh, althans een hoeveelheid stroom/elektriciteit, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan Enexis Netbeheer B.V., in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of ddie weg te nemen stroom/elektriciteit onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking (zaaksdossier 5).

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, proces-verbaalnummer LB2R023016-46, gesloten op 11 mei 2023, doorgenummerd van pagina 1 tot en met 1096.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] van 23 januari 2023, pagina 400 tot en met 403.
3.Het proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2023, pagina 413.
4.Het proces-verbaal van bevindingen van 25 januari 2023, pagina 422.
5.Het proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2023, pagina 413 en 414.
6.Het proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2023, pagina 430.
7.Het proces-verbaal forensisch onderzoek voertuig, Fiat [kenteken 11] , van 6 februari 2023, pagina 432 tot en met 434.
8.De deskundigenrapportage, forensisch DNA-onderzoek van het TMFI van 31 januari 2023, pagina 447.
9.Het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 1] van 13 februari 2023, pagina 705.
10.Het proces-verbaal van bevindingen van 3 maart 2023, pagina 707 tot en met 715.
11.Het proces-verbaal van herkenning persoon door opsporingsambtenaar van 7 maart 2023, pagina 716 en 717.
12.Het proces-verbaal van bevindingen van 15 maart 2023, pagina 727.
13.Het proces-verbaal van bevindingen van 2 maart 2023, pagina 250.
14.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] van 12 februari 2023, pagina 317 tot en met 323.
15.Het proces-verbaal van bevindingen van 19 februari 2023, pagina 326 tot en met 328.
16.Het proces-verbaal van bevindingen van 19 februari 2023, pagina 345 tot en met 347.
17.Het proces-verbaal herkenning persoon door opsporingsambtenaar van 21 februari 2023, pagina 348 tot en met 351.
18.Het proces-verbaal van bevindingen van 25 januari 2023, pagina 422.
19.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] van 23 juni 2021, pagina 1059 tot en met 1062.
20.Het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 3] van 6 januari 2022, pagina 877 tot en met 879.
21.Het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 4] van 8 september 2022, pagina 880 tot en met 882.
22.Het proces-verbaal van bevindingen van 24 februari 2023, pagina 873 tot en met 876.
23.Het proces-verbaal van aangifte van [naam 2] namens Firma [naam firma] van 21 februari 2023, pagina 1063 tot en met 1065.
24.Het proces-verbaal van bevindingen van 22 februari 2023, pagina 481 tot en met 493.
25.Het proces-verhaal van aangifte van [benadeelde 2] van 24 januari 2023, pagina 782 tot en met 785.
26.Het proces-verbaal van bevindingen aantreffen Fiat 500 [kenteken 3] .
27.Het proces-verbaal van aantreffen gesignaleerd motorvoertuig van 1 maart 2023, pagina 810.
28.Het proces-verbaal van forensisch onderzoek voertuig (Volkswagen [kenteken 4] ), pagina 814 tot en met 816.
29.De deskundigenrapportage, forensisch DNA-onderzoek, van het TMFI van 7 maart 2023, pagina 829.
30.Het proces-verbaal aantreffen gesignaleerd motorvoertuig van 1 maart 2023, pagina 838.
31.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 4] van 12 februari 2023, pagina 1083 tot en met 1085.
32.Het proces-vervaal van aangifte van [aangever 5] van 14 februari 2023, pagina 901.
33.Het proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij van 22 februari 2023, pagina 544 tot en met 547.
34.Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming met bijlagen van 23 februari 2023, pagina 113.
35.Het proces-verbaal van aangifte van Enexis Netbeheer B.V. van 2 maart 2023, pagina 575 tot en met 583.