Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,
2.[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ,
1.Het verloop van de procedure
- de dagvaarding met producties 1 t/m 7,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie, met producties 1 t/m 13,
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 8 t/m 16,
- de ter gelegenheid van de mondelinge behandeling van 14 juli 2022 door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geding gebrachte producties 17 t/m 24,
- de ter gelegenheid van de mondelinge behandeling van 14 juli 2022 door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 14 juli 2022,
- de ter gelegenheid van de mondelinge behandeling van 1 november 2022 door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in het geding gebrachte producties 15 en 16;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 1 november 2022.
geëxploiteerd (hierna: “ [naam brasserie] ”).
voorzieningenrechter van deze rechtbank verleend verlof, conservatoir beslag gelegd op de aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in eigendom behorende onroerende zaak aan de [adres 2] en [adres 3] te [plaats 2] .
3.Het geschil
In conventie
4.De beoordeling
De bevoegdheid
toegeëigend. Nu in België, in het kader van de verdeling van de huwelijksgemeenschap, ook de vraag aan de orde kan komen of inderdaad sprake was van een gezamenlijke exploitatie en, zo ja, welke gevolgen dat heeft voor de verdeling van de opbrengst, kan bij de Belgische rechter de vraag aan de orde komen of [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] recht heeft op een deel van de bedoelde kasgelden. Voorkomen moet worden dat tegenstrijdige beslissingen door deze rechtbank en de rechtbank Tongeren worden genomen ten aanzien van de vraag of de exploitatie van [naam brasserie] door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gezamenlijk geschiedde en of zij derhalve beiden recht hebben op een deel van die kasgelden.
Er diende in de kluis een bedrag te zijn van ruim € 150.000,00 waarvan € 82.000,00 enkel mij toebehoorde…”.
5.De beslissing
22 februari 2023,