ECLI:NL:RBLIM:2023:7639

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
27 september 2023
Publicatiedatum
30 april 2024
Zaaknummer
C/03/321349 HAZA 23-369
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Verstek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot medewerking aan verdeling en dwangsommen in civiele procedure

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Limburg op 27 september 2023, is eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. N.H.J. van der Pluijm, opgekomen tegen gedaagde, die niet is verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding correct is ingediend en heeft verstek verleend tegen gedaagde. De vordering van eiseres, die onder andere betrekking heeft op de verdeling van gemeenschappelijk bezit, is in grote lijnen toegewezen, met enkele aanpassingen.

De rechtbank heeft geoordeeld dat gedaagde moet meewerken aan de taxatie van de bedrijfswoning en heeft hem veroordeeld tot betaling van dwangsommen bij niet-naleving. Daarnaast is gedaagde veroordeeld om de auto en inboedel aan eiseres toe te delen, met een vergoeding voor overbedeling. De rechtbank heeft ook bepaald dat gedaagde zich moet inspannen voor het ontslag van hoofdelijkheid van eiseres bij de Rabobank en heeft hem verzocht om medewerking te verlenen aan het opheffen van gezamenlijke bankrekeningen.

De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat inhoudt dat eiseres direct kan overgaan tot uitvoering van de veroordelingen, ondanks mogelijke hoger beroep procedures. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. Y.J.C.A. Roeffen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
zaaknummer / rolnummer: C/03/321349 / HA ZA 23-369
Vonnis van 27 september 2023
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaatsnaam] ,
eiseres,
advocaat mr. N.H.J. van der Pluijm te Panningen,
tegen
[gedaagde],
wonende te [plaatsnaam] ,
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • het tegen gedaagde verleende verstek
  • de akte overlegging producties.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
De rechtbank stelt vast dat bij de dagvaarding de bij wet voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht zijn genomen, zodat tegen gedaagde verstek zal worden verleend.
2.2.
Het gevorderde komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen, behoudens het navolgende.
2.3.
De gevorderde dwangsommen zullen worden gematigd en gemaximeerd zoals weergegeven in het dictum.
2.4.
Ten aanzien van het sub 3 in de dagvaarding gevorderde zal de rechtbank het primair gevorderde afwijzen, nu gedaagde niet zelf zorg kan dragen voor ontslag uit de hoofdelijkheid van eiseres betreffende de hypothecaire lening. Hij kan zich enkel inspannen om te bewerkstelligen dat de Rabobank eiseres uit de hoofdelijke aansprakelijkheid zal ontslaan. Het subsidiair gevorderde zal derhalve worden toegewezen.
2.5.
Ten aanzien van het sub 4 in de dagvaarding gevorderde begrijpt de rechtbank deze vordering voor wat betreft de auto en de inboedel aldus dat sprake is van een eenvoudige gemeenschap waarvan eiseres verdeling vordert. De rechtbank zal de auto en de inboedel toedelen aan gedaagde waarbij gedaagde wordt veroordeeld aan eiseres vanwege overbedeling ter zake de auto € 8.975,-- en ter zake de inboedel € 7.500,-- te voldoen.
2.6.
De vordering tot terugbetaling van de helft van de lening aan eiseres (onderdeel van het sub 4 in de dagvaarding gevorderde) zal worden afgewezen. Niet gedaagde, maar de vennootschap is de schuldenaar. Gesteld noch gebleken is dat gedaagde garant staat voor de lening van de vennootschap noch op andere gronden gehouden is tot (terug)betaling aan eiseres van de helft van het door de vennootschap geleende bedrag.
2.7.
Gedaagde kan voorts niet veroordeeld worden om bankrekeningen aan zichzelf toe te scheiden. De rechtbank zal gedaagde derhalve veroordelen medewerking te verlenen aan het op zijn naam stellen dan wel opheffen van de gezamenlijke bankrekeningen.
2.8.
Eiseres maakt aanspraak op vergoeding van de proceskosten. Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
veroordeelt gedaagde om binnen twee weken na betekening van dit vonnis onvoorwaardelijk en onherroepelijk alle medewerking te verlenen aan taxatie (tegen de verkoopwaarde, vrij van huur en gebruik) van de bedrijfswoning, gelegen aan het adres [adres] te ( [postcode] ) [plaatsnaam] , [gemeente] , kadastraal bekend [gemeente] , [sectie] [nummer] , door de heer [persoon] van [makelaarskantoor] te [plaatsnaam] , waarbij de kosten van de taxatie voor rekening komen van beide partijen, ieder voor de helft, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,-- per dag voor elke dag of gedeelte van de dag dat gedaagde in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen, met een maximum van € 10.000,--,
3.2.
veroordeelt de man om binnen twee weken na datum afgifte van het onder sub 1 vermelde taxatierapport aan eiseres te betalen de helft van de meerwaarde van de onder 3.1 bedoelde woning, welke meerwaarde wordt berekend als volgt: taxatiewaarde minus € 248.404,63 (hypothecaire restschuld) minus € 40.000,-- (privé-investeringen zijdens de man),
3.3.
veroordeelt gedaagde om binnen twee weken na betekening van dit vonnis zich in te spannen om zorg te dragen voor ontslag hoofdelijkheid van eiseres betreffende de hypothecaire geldlening bij de Rabobank onder [leningnummer] betreffende de onder 3.1 bedoelde woning, op straffe van een dwangsom van € 500,00 per dag dan wel dagdeel dat gedaagde na betekening van dit vonnis in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen, met een maximum van € 10.000,00,
3.4.
deelt aan gedaagde de in de dagvaarding (onder punt C) benoemde auto en inboedel toe en veroordeelt gedaagde wegens overbedeling tot betaling aan eiseres van € 8.975,-- ter zake de auto en € 7.500,-- ter zake de inboedel,
3.5.
veroordeelt de man om binnen twee weken na betekening van dit vonnis zijn medewerking te verlenen aan het op zijn naam stellen dan wel opheffen (onder aanzuivering van een eventueel debetsaldo tot € 0,--) van de gezamenlijke bankrekeningen als genoemd in de dagvaarding (onder punt D), op straffe van een dwangsom van € 200,00 per dag dan wel dagdeel dat gedaagde na betekening van dit vonnis weigert mee te werken met een maximum van € 50.000,00,
3.6.
veroordeelt gedaagde tot afgifte van de zakelijke telefoon van eiseres, merk iPhone 13, op straffe van een dwangsom van € 200,00 per dag dan wel dagdeel dat gedaagde na betekening van dit vonnis dat gedaagde hiermee in gebreke blijft, met een met een maximum van € 50.000,00,
3.7.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
3.8.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
3.9.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.J.C.A. Roeffen en in het openbaar uitgesproken op 27 september 2023. [1]

Voetnoten

1.type: MS