ECLI:NL:RBLIM:2023:7488

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
22 december 2023
Zaaknummer
10579201 \ CV EXPL 23-2716
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Koopovereenkomst tapijt en bewijsopdracht in geschil over gebrekkigheid en ontbinding

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter M. Driever van de Rechtbank Limburg, staat de koopovereenkomst van een tapijt centraal. De eiser in conventie, een interieurzaak in Maastricht, heeft een tapijt geleverd aan de gedaagde in conventie, een particulier, die op 20 augustus 2022 de showroom bezocht. De gedaagde heeft bij aflevering een deel van de koopsom betaald, maar heeft later een beroep gedaan op ontbinding van de overeenkomst, stellende dat het tapijt niet voldeed aan de verwachtingen en dat er sprake was van gebreken. De kantonrechter heeft de procedure in twee delen gesplitst: de vorderingen in conventie en in reconventie. De eiser vordert betaling van het openstaande bedrag, terwijl de gedaagde een verklaring voor recht vraagt dat de koopovereenkomst is ontbonden. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde recht heeft op ontbinding van de overeenkomst, omdat de koop buiten de verkoopruimte heeft plaatsgevonden en de eiser niet heeft voldaan aan de informatieverplichting. De gedaagde heeft de overeenkomst tijdig ontbonden, waardoor de eiser verplicht is het betaalde bedrag terug te betalen. De kantonrechter heeft de eiser opgedragen bewijs te leveren van de omstandigheden rondom de koop en de aflevering van het tapijt, en heeft een getuigenverhoor gepland voor 8 april 2024.

Uitspraak

RECHTBANKLIMBURG
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10579201 \ CV EXPL 23-2716
Vonnis van 20 december 2023
in de zaak van
[eiser in conventie, verweerder in reconventie],
te [woonplaats 1] ,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ,
gemachtigde: mr. A. Carli,
tegen
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
te [woonplaats 2] ,
gedaagde partij in conventie,
eisende partij in reconventie,
hierna te noemen: [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ,
gemachtigde: mr. J.J.M. Goltstein.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1-5
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties 6-12
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie met producties 6-10
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie
- de conclusie van dupliek in reconventie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] exploiteert onder de naam [handelsnaam] een interieurzaak in het centrum van Maastricht. In het assortiment van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bevinden zich handgeknoopte vloerkleden, vervaardigd met natuurlijke materialen als wol en zijde in het Midden- en Verre Oosten.
2.2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is een particulier die op 20 augustus 2022 de showroom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op afspraak heeft bezocht, samen met haar nicht.
2.3.
Op 24 augustus 2022 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een vloerkleed (hierna: het tapijt) bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] afgeleverd (hierna: de aflevering). [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft bij de aflevering € 700 contant betaald en € 5.000 gepind. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft een document achtergelaten dat er als volgt uitziet:
(productie 11 [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] )
2.4.
Op 19 oktober 2022 heeft (de toenmalige gemachtigde van) [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een brief aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestuurd en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gesommeerd om factuurnummer 220824-1 ten bedrage van “
€ 6.200,00 (pro resto)” binnen veertien dagen na ontvangst van de brief te voldoen. Daarbij is tevens aanspraak gemaakt op buitengerechtelijke incassokosten ad € 685,00 (productie 4 [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ).
2.5.
Bij brief van 31 oktober 2022 heeft (de gemachtigde van) [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , voor zover in deze zaak van belang, het volgende geantwoord:

Tot mij heeft zich gewend mevrouw [naam] , [adres] te [plaats] naar aanleiding van uw sommatie d.d. 19 oktober 2022(…)
.
Cliënte meldde mij, dat zij de door u genoemde factuur d.d. 24-8-2022 met factuurnummer 2208240-1 ad pro resto € 6.200, = niet kent en niet heeft ontvangen.
Primair komt m.i. aan cliënte het recht toe om alsnog af te zien van aankoop en deze via herroeping ongedaan te maken; bij deze roep ik dat recht namens haar in.(…)
Zou de overeenkomst niet als colportage kunnen worden aangemerkt (ik zie geen reden waarom deze koop buiten een verkoopruimte niet onder de colportagewet zou vallen) dat[kantonrechter: dan]
is er sprake van koop op proef geweest en heeft cliënte binnen de tijd die zij nodig had om de zaak te beoordelen verkoper in kennis gesteld van haar beslissing om van de koop af te zien. Daarbij liet zij ook weten, dat het tapijt biet beantwoorde[kantonrechter: niet beantwoordde]
aan de eigenschappen die door verkoper daaraan werden toegekend, onder meer dat het strak en veilig in het gebruik was, met name niet aan de randen zou opkrullen. (…) Ook zat er een vlek in het tapijt.
Meer subsidiair beroept cliënte zich op dwaling en/of misbruik van omstandigheden; voor zoveel nodig en mogelijk wordt de buitengerechtelijke ontbinding ingeroepen.” (productie 6 [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] )
2.6.
Bij e-mail van 17 november 2022 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] weersproken dat sprake is van colportage, koop op proef en/of dwaling en/of misbruik van omstandigheden. Daarbij heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aangeboden om het tapijt op te laten spannen en kosteloos een ondertapijt te leveren (productie 7 [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ).
2.7.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft geen gebruik gemaakt van het aanbod van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.8.
Bij sommatie exploot van 7 juni 2023 is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] namens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gesommeerd om binnen twee dagen een bedrag van € 6.200,00 en € 930,00 buitengerechtelijke incassokosten te betalen (productie 5 [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ). [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet betaald.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] vordert - samengevat - veroordeling van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot betaling van € 6.200,00 aan openstaande factuur en € 930,00 aan buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met rente en kosten. Daaraan legt hij het volgende ten grondslag. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft het tapijt in de showroom gekocht. Bij de aflevering had zij onvoldoende contanten en pinlimiet om de koopsom van € 11.900,00 te voldoen. Er is bij de aflevering een bedrag van € 5.700,00 betaald. De afspraken die zijn gemaakt om het restant van de koopsom te voldoen, is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet nagekomen.
3.2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer. Zij stelt zich primair op het standpunt dat haar het recht toekomt om af te zien van de aankoop en deze via herroeping ongedaan te maken, omdat de koop is gesloten buiten een verkoopruimte. Subsidiair was sprake van koop op proef en heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] binnen de termijn die nodig is om het tapijt te beoordelen een beroep gedaan op de ontbindende voorwaarde. Daarbij liet zij ook weten dat het tapijt niet voldeed, omdat het aan de randen opkrult en een vlek heeft. Meer subsidiair beroept [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich op dwaling en/of misbruik van omstandigheden. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , met veroordeling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de kosten van deze procedure.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
in reconventie
3.4.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert - samengevat – een verklaring voor recht dat de koopovereenkomst door herroeping en/of beroep op de ontbindende voorwaarde (koop op proef) teniet is gegaan, nietig is en/of buitengerechtelijk ontbonden, dan wel dat de koopovereenkomst nietig dan wel ontbonden te verklaren, met terugbetaling van het betaalde bedrag van € 5.700,= aan haar, te vermeerderen met rente en kosten. Zij zal dan het tapijt teruggeven aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Subsidiair vordert zij dat de overeenkomst wordt ontbonden dan wel ontbonden en/of nietig te verklaren c.q. te vernietigen wegens een wilsgebrek, met terugbetaling van het betaalde bedrag, te vermeerderen met wettelijke rente. Meer subsidiair vordert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat de koopprijs wordt verminderd tot € 6.200,= wegens tekortkomingen van het tapijt.
3.5.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] voert verweer. In aanvulling op zijn standpunten in conventie voert hij aan dat hij heeft aangeboden om het tapijt te herstellen of om te ruilen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft van dat aanbod geen gebruik gemaakt. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de kosten van deze procedure.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie en in reconventie

4.1.
Het verweer in conventie vormt de onderbouwing van de vorderingen in reconventie en steunt op hetzelfde feitencomplex. Om die reden zal de kantonrechter de vorderingen in conventie en in reconventie gezamenlijk behandelen.
Totstandkoming en inhoud overeenkomst
4.2.
De eerste vraag die partijen verdeeld houdt, is de vraag of en zo ja wanneer en met welke inhoud een koopovereenkomst tot stand is gekomen. Volgens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is dat op 20 augustus 2022 in zijn showroom geweest, terwijl het volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] later bij (of na het bezoek van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij) haar thuis is geweest. Het antwoord op die vraag is bepalend voor de vraag of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de bescherming van paragraaf 6.5.2B.3 en 6.5.2B.4 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) (overeenkomst buiten de verkoopruimte) en 7.1.9 BW (koop op proef) geniet. De bescherming die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] inroept op grond van de Colportagewet kan haar niet baten, omdat de Colportagewet is vervallen per 13 juni 2014 en de koopovereenkomst zeker van na die datum is.
4.2.1.
In geval van
koop op proefkomt de koop tot stand onder de opschortende voorwaarde dat het tapijt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voldoet (artikel 7:45 lid 1 BW). Als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een termijn, voldoende om het tapijt te beoordelen, laat voorbijgaan zonder mededeling aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , dan kan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het tapijt niet meer weigeren (artikel 7:45 lid 2 BW). Een redelijke termijn om het tapijt te beoordelen beslaat enkele weken, hooguit een maand. Binnen die termijn heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niets laten weten. Weliswaar heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op 31 oktober 2022 (onder 2.5 geciteerd) een brief gestuurd waarin een weigering gelezen zou kunnen worden, maar dat is ruim 2 maanden na de aflevering van het tapijt op 24 augustus 2022 (zie hiervoor onder 2.3) en dus te laat. Daarom is in geval van koop op proef een definitieve overeenkomst tot stand gekomen. De vordering sub 1 in reconventie strandt in zoverre.
4.2.2.
Er is geen rechtens afdwingbare overeenkomst (meer) als de koop is gesloten in de woning van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Dan is dat namelijk
buiten de verkoopruimtegebeurd en rust op [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een informatieverplichting (artikel 6:230t jo 6:230m BW). Het staat vast dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet heeft geïnformeerd over het recht op ontbinding als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 sub h BW, ook wel bedenktijd genoemd. Dit heeft tot gevolg dat de bedenktijd is verlengd met 12 maanden (artikel 6:230o lid 2 BW). De brief van 31 oktober 2022 (zie hiervoor onder 2.5) moet worden beschouwd als het bericht waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de ontbinding heeft ingeroepen, binnen de verlengde termijn. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd die kunnen leiden tot een uitzondering op het ontbindingsrecht (artikel 6:230p BW). In geval van koop buiten de verkoopruimte is de overeenkomst dus ontbonden. Over de daardoor ontstane ongedaanmakingsverbintenissen hebben partijen zich niet expliciet uitgelaten. Wel is uit de correspondentie die in het geding is gebracht duidelijk geworden dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij brief van 9 september 2022 heeft aangeboden om het tapijt op te halen (productie 3 [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ). Die brief heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] feitelijk niet bereikt, omdat deze retour is gezonden. De brief was wel geadresseerd aan het adres waar [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] andere post heeft ontvangen. Dit is door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet betwist en staat daarom vast. Daarmee komt het voor rekening van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat zij dit aanbod van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet heeft ontvangen. Dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het tapijt tot heden niet heeft opgehaald, komt voor zijn rekening (artikel 6:230s lid 1 BW). Voor waardevermindering van het tapijt is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ingevolge artikel 6:230s lid 3 BW hoe dan ook niet aansprakelijk. Dit zou betekenen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gehouden is om het tapijt op te halen bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verrichte betalingen terug te betalen. De vorderingen in conventie lijden dan schipbreuk.
4.2.3.
Als vast komt te staan dat er thans een rechtens afdwingbare overeenkomst is, is het de vraag of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeeld kan worden tot betaling van het restant van de koopsom. Daarvoor is relevant wat de overeengekomen koopprijs was. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] lijkt te betogen dat zij niet hoeft te betalen, omdat het tapijt
gebrekkigwas. De kantonrechter begrijpt dat zij het opschortingsrecht inroept. Aan dat verweer kan worden voorbijgegaan, omdat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] herstel heeft aangeboden en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] herstel niet heeft aanvaard, waardoor zij in schuldeisersverzuim is komen te verkeren. Daarom strandt vordering 3 in reconventie.
Wilsgebrek(en)
4.3.
Het meest subsidiair gedane beroep op dwaling en/of misbruik van omstandigheden (vordering sub 2 in reconventie) zal bij eindvonnis worden verworpen. Daarvoor is het volgende aangevoerd. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de waan gebracht of gelaten dat het afgeleverde tapijt met tekortkomingen een waardevol tapijt is door tekortkomingen bij de aflevering te bagatelliseren en/of te presenteren als bewijs van echtheid. Die omstandigheid ziet op conformiteit van de afgeleverde zaak en vormt zonder nadere omstandigheden geen wilsgebrek, nog daargelaten dat de stelling over de “werkelijke waarde” van het tapijt ook na betwisting door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet is onderbouwd door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Het beroep op dwaling en/of misbruik van omstandigheden slaagt daarom niet. Het eerst bij petitum in reconventie gedane beroep op “wilsgebrek, dwaling, bedrog en/of wegens misbruik van omstandigheden” is wat betreft wilsgebreken in het algemeen en bedrog niet feitelijk onderbouwd, zodat die vordering niet voor toewijzing in aanmerking kan komen.
Bewijsopdracht
4.4.
Het voorgaande leidt tot de slotsom dat de kantonrechter [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een bewijsopdracht zal geven, die inhoudt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zal moeten bewijzen wat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wilde toen zij de showroom bezocht, wat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] haar toen heeft laten zien, dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het geleverde tapijt uitzocht, wat over de prijs is gezegd door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , wat daarop door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is geantwoord en wat over de levering is afgesproken. De uitkomst daarvan is bepalend voor de toewijsbaarheid van de vorderingen in conventie en voor de daarmee corresponderende vorderingen in reconventie. Het gevorderde sub 2 en 3 in reconventie (beroep op wilsgebreken en op non-conformiteit) zal bij eindvonnis worden afgewezen. In het kader van de bewijslevering beveelt de rechtbank [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op de voet van artikel 22 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering om in ieder geval het transcript van de geluidsopname van de aflevering en de geluidsopname als productie 11 in het geding te brengen.
4.5.
Partijen moeten er rekening mee houden dat de kantonrechter aansluitend of voorafgaand aan het getuigenverhoor een mondelinge behandeling kan houden om inlichtingen over de zaak te vragen, partijen gelegenheid te geven hun standpunten nader te onderbouwen en om te onderzoeken of partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Zij moeten daarom in persoon op de getuigenverhoren verschijnen.
4.6.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

5.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
5.1.
draagt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op te bewijzen
5.1.1.
wat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wilde toen zij de showroom bezocht,
5.1.2.
wat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] haar toen heeft laten zien,
5.1.3.
dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het geleverde tapijt uitzocht,
5.1.4.
wat over de prijs is gezegd door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ,
5.1.5.
wat daarop door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is geantwoord en
5.1.6.
wat over de levering is afgesproken,
5.2.
bepaalt dat, als [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het bewijs door het horen van
getuigenwil leveren, het getuigenverhoor zal plaatsvinden op de zitting van mr. M. Driever, in het gerechtsgebouw te Maastricht, Sint Annadal 1, op
maandag 8 april 2024van
10:00tot
12:00uur,
5.3.
bepaalt dat de partij die op genoemd tijdstip niet kan verschijnen,
binnen twee wekenna de datum van deze beslissing schriftelijk en gemotiveerd aan de kantonrechter om een nadere dag- en uurbepaling dient te vragen onder opgave van de verhinderdata van
allepartijen in de drie maanden volgend op het uitstelverzoek,
5.4.
beveelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het transcript van de geluidsopname van de aflevering en de geluidsopname zelf als productie 11 bij akte in het geding te brengen op de rolzitting van
17 januari 2024,
5.5.
bepaalt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , als hij het bewijs niet door het horen van getuigen wil leveren maar door overlegging van
bewijsstukkenen/of door een ander bewijsmiddel, het getuigenverhoor geen doorgang zal vinden en op de rolzitting van
17 januari 2024een akte bewijslevering door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] genomen kan worden,
5.6.
bepaalt dat
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de kantonrechter en de wederpartij moeten toesturen,
5.7.
houdt iedere verdere beslissing aan,
in reconventie
5.8.
houdt iedere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Driever, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2023.
MD