1.4.Op 29 juni 2023 heeft op de locatie een hercontrole plaatsgevonden door toezichthouders van de gemeente Heerlen en de RUD Zuid-Limburg. Naar aanleiding van de bevindingen van deze hercontrole, is verweerder op 11 juli 2023 overgegaan tot het nemen van drie primaire besluiten inhoudende dat verweerder verzoeksters gelast binnen twaalf weken de geconstateerde strijdigheden volledig en blijvend op te heffen op straffe van een dwangsom van € 1.500,- voor elke kalenderweek dat de overtreding voortduurt, met een maximum van € 15.000,-. Het betreft de navolgende lasten:
1. Het perceel is nog steeds ingericht als parkeerplaats, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in verbinding met artikel 3.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
2. Het ontvangstgebouw en kantoor is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a en c, van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
3. Het tuinhuis met opslag is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
4. Het toiletgebouw is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid,
aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
5. Het tuinhuis, ingericht als kantoor, is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
6. Het opslaggebouw is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
7. Het gebouw, ingericht als werkplaats, is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.1.1. en 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
8. Het bouwwerk, bestaande uit twee zeecontainers die worden verbonden door een overkapping, is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
9. De overkapping/hondenren is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1,
eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
10. Het perceel is nog steeds verhard en ingericht ten behoeve van opslag en parkeren, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 9.1.2 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
11. Het perceel is nog altijd ingericht ten behoeve van opslag van bestrating, in strijd met
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
12. De portacabin, ingericht als kantoor, is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
13. De portacabin, ingericht als kantine, is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
14. Het opslagbouwwerk is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
15. De tent is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
16. De tent is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 14.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
17. Het tuinhuis is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid,
aanhef en onder a en c van de Wabo jo. artikel 9.1.1 van het bestemmingsplan ' [naam bestemmingsplan] ';
18. De tuinkas is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
19. De tent is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
20. Het perceel is nog steeds ingericht ten behoeve van opslag van hout, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
21. Het tuinhuis met opslag is nog steeds op de locatie aanwezig, in strijd met artikel 2.1,
eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
22. Het gemetseld gebouw is nog steeds aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
23. Het tuinhuis, ingericht als kantine en kantoor, is nog steeds op de locatie aanwezig, in
strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 6.2.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
24. Het perceel is nog steeds verhard ten behoeve van een weg, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 en 9.1.2 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ”;
25. De nadelige gevolgen voor de bodem door het gebruik als stookplaats zijn niet in beeld gebracht en opgeheven. Er is nog altijd sprake van strijd met de zorgplicht uit artikel 13 Wet bodembescherming.
26. De aanvullaag is onveranderd aanwezig, in strijd met artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo in verbinding met artikel 9.1.1 van het bestemmingsplan “ [naam bestemmingsplan] ” en artikel 10.1 en 10.2 lid 1 Wet milieubeheer, artikelen 32 en 42 Besluit bodemkwaliteit en artikel 13 Wet bodembescherming;
27. De opslag van gasflessen/drukhouders is nog altijd in strijd met artikel 4.1, lid 1 van het Activiteitenbesluit in verbinding met artikel 4.4.a, lid 1, aanhef en onder b en 3 van de Activiteitenregeling in verbinding met de voorschriften 3.2.2. en 6.2.6 van de PGS 15.