ECLI:NL:RBLIM:2023:7424

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
19 december 2023
Publicatiedatum
19 december 2023
Zaaknummer
03/059094-23
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring van seksueel binnendringen van iemand in staat van verminderd bewustzijn en huisvredebreuk met gevangenisstraf van 3 jaren

Op 19 december 2023 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van seksueel binnendringen van een slachtoffer die in staat van verminderd bewustzijn verkeerde, en huisvredebreuk. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 5 december 2023, waarbij de verdachte niet aanwezig was, maar wel zijn gemachtigde raadsvrouw. De officier van justitie eiste vrijspraak voor de primair ten laste gelegde verkrachting, maar stelde dat het subsidiair ten laste gelegde feit, het seksueel binnendringen, wel bewezen kon worden. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van het slachtoffer consistent waren en voldoende steun vonden in andere bewijsmiddelen, waaronder DNA-onderzoek. De verdachte werd vrijgesproken van de primair ten laste gelegde verkrachting, maar het subsidiair ten laste gelegde feit van seksueel binnendringen werd bewezen verklaard. Daarnaast werd de verdachte schuldig bevonden aan huisvredebreuk, omdat hij zonder toestemming de woning van het slachtoffer was binnengedrongen. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 3 jaren op, rekening houdend met de ernst van de feiten en de impact op het slachtoffer. Tevens werd een schadevergoeding aan het slachtoffer toegewezen, bestaande uit materiële en immateriële schade.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer : 03/059094-23
Tegenspraak (gemachtigde raadsvrouw)
Vonnis van de meervoudige kamer van 19 december 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens] 1985,
volgens opgave van de raadsvrouw van de verdachte verblijvende te [adres 1] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. K. Bruns, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 5 december 2023. De verdachte is niet verschenen. Wel is verschenen zijn gemachtigde raadsvrouw. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces. Namens haar is op de zitting gehoord mr. A.P.M. Janssen, advocaat, kantoorhoudende te Maastricht. De rechtbank heeft de vordering tot schadevergoeding behandeld en [slachtoffer] heeft gebruik gemaakt van haar spreekrecht.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
Feit 1:[slachtoffer] heeft verkracht. Subsidiair is dit ten laste gelegd als het seksueel binnendringen van iemand die in staat van bewusteloosheid en/of verminderd bewustzijn verkeert, meer subsidiair als een aanranding en meest subsidiair als ontucht met iemand die in staat van bewusteloosheid en/of verminderd bewustzijn verkeert;
Feit 2:de woning van [slachtoffer] wederrechtelijk is binnengedrongen.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van het onder 1 primair ten laste gelegde wegens het ontbreken van dwang. Van verkrachting is sprake indien de wil van het slachtoffer door dwang wordt doorbroken door de dader om seksueel contact te bewerkstelligen. Hiervan is in het onderhavige geval geen sprake geweest, omdat [slachtoffer] (hierna: aangeefster) sliep; de wil kan dan niet worden doorbroken.
Het subsidiair ten laste gelegde is wel bewezen. De verdachte wist dat aangeefster sliep en om die reden onvoldoende in staat was om haar wil te uiten. De verklaringen van aangeefster vormen het uitgangspunt voor de bewijsvoering. Die verklaringen zijn consistent en vinden voldoende steun in andere bewijsmiddelen, waaronder de getuigenverklaring van [naam getuige] en het DNA-celmateriaal van de verdachte dat is aangetroffen op de kleding van aangeefster en op haar binnenste en buitenste schaamlippen. De verklaringen die de verdachte hiervoor geeft, zijn volstrekt onaannemelijk en ongeloofwaardig. Ook het namens de verdachte aangevoerde alternatieve scenario is niet aannemelijk. Er heeft penetratie met de penis plaatsgevonden. Van het tweede gedachtestreepje van de tenlastelegging, zijnde het masturberen en ejaculeren van de verdachte op zijn handen en daarna het brengen van zijn vingers in de vagina van aangeefster, dient de verdachte te worden vrijgesproken.
Het onder feit 2 ten laste gelegde is eveneens bewezen. De verdachte betrad de woning zonder toestemming van aangeefster en verbleef een korte periode in de woning nadat aangeefster hem meermaals had verzocht de woning te verlaten.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van de onder feit 1 ten laste gelegde feiten. De verdachte ontkent seks te hebben gehad met aangeefster in haar woning. De verklaringen die aangeefster heeft afgelegd, stemmen op vele belangrijke punten niet overeen. Dit maakt dat haar verklaringen als onbetrouwbaar moeten worden aangemerkt en uitgesloten moeten worden van het bewijs. Zonder deze verklaringen bevat het dossier onvoldoende bewijs om een van de onder feit 1 ten laste gelegde feiten bewezen te kunnen verklaren. Tevens blijkt uit het dossier onvoldoende op welke wijze het sperma van de verdachte tussen de schaamlippen van aangeefster terecht is gekomen. Volgens de verdachte kan dit ook in de bar zijn gebeurd, toen hij samen met aangeefster diezelfde avond intiem heeft gedanst. Deze alternatieve verklaring van de verdachte is aannemelijk en kan niet worden weerlegd door de bewijsmiddelen in het dossier.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank voor wat betreft de bewezenverklaring.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Vrijspraak feit 1 primair
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat er onvoldoende bewijs voorhanden is dat de verdachte het onder feit 1 primair ten laste gelegde feit heeft gepleegd, zodat hij hiervan moet worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen
De rechtbank acht het onder feit 1 subsidiair en feit 2 ten laste gelegde bewezen op grond van de volgende bewijsmiddelen:
[slachtoffer]verklaarde in haar aangifte –zakelijk weergegeven– het volgende: [2]
Op 18 september 2022 ben ik naar huis gegaan nadat ik op stap was in Maastricht. Ik woon op de [adres 2] in Maastricht. Ik was dronken. Ik weet 100% zeker dat iemand op mijn kamer was toen ik wakker werd. Ik weet dat mijn panty en mijn onderbroek op mijn enkels waren en mijn rok tot aan mijn borsten opgetild. Ik had het gevoel dat iemand op mij lag. Het is een gevoel van een soort druk op mij. 100% zeker stond iemand op mijn kamer die zei: ‘’jij wou dit’’. Ik ben gaan schreeuwen, maar er was niemand die iets deed. Hij vroeg waarom ik schreeuwde. Ik ben naar Townhouse gelopen, dat is het hotel waar ik tegenover woon. Toen is hij weggegaan. Ik heb daar gezegd dat ze de politie moesten bellen. Ik heb voor het laatst seks gehad op 5 augustus 2022.
[slachtoffer]verklaarde in een aanvullende aangifte –zakelijk weergegeven– het volgende: [3]
Op 18 januari 2022 heb ik omstreeks 05:11 uur een vriendin geappt dat ik bijna thuis was. Daarvoor ben ik in café Printemps geweest. Ik heb niemand mee naar huis genomen. Ik heb inderdaad tegen die man geschreeuwd ‘’weg, weg, weg’’. Hij stond in mijn slaapkamer. Ik weet zeker dat hij mij aangeraakt heeft. Ik weet dat mijn onderbroek en panty naar beneden waren. Het feit dat hij achter mij aan is gelopen en naar binnen is gegaan zonder uitgenodigd te zijn door mij, vind ik vies. Ik liep echt alleen naar huis. Als hij iets gedaan heeft, dan heeft hij dat gedaan toen ik in staat van onbewustzijn was.
Verbalisanten [naam verbalisant 1] , [naam verbalisant 2] en [naam verbalisant 3]relateren –zakelijk weergegeven– als volgt: [4]
Op 18 september 2022 om 05:45 uur kregen wij een melding om te gaan naar de [adres 2] in Maastricht. Wij gingen het gesprek aan met het slachtoffer en vroegen wat er was gebeurd. Wij hoorden het slachtoffer zeggen:
  • Dat ze wakker werd in haar bed en er opeens een man was.
  • Dat ze zich herinnerde dat ze op bed lag en de man op haar lag.
  • Dat ze riep ‘stop’ en dat de man vervolgens voor haar bed stond.
  • Dat ze, toen de man van haar afging, haar panty naar onder was getrokken en dat haar rok die ze aan had naar boven ter hoogte van haar borsten was getrokken.
Wij troffen in de woning op de keukentafel een telefoon aan. Wij openden de Google Playstore en zagen de volgende naam geregistreerd staat: [verdachte] . Wij gaven aan cameratoezicht door dat [slachtoffer] op de markt had gelopen. Wij stuurden een foto naar cameratoezicht die wij hadden gemaakt van de profielfoto op Whatsapp van de aangetroffen telefoon. Enkele minuten later hoorden wij dat cameratoezicht bij terugkijken van de beelden [slachtoffer] in beeld had en zag dat er op de camerabeelden een man met een donkere huidskleur achter [slachtoffer] aanliep tot haar woning. Wij hoorden dat cameratoezicht een hit had op de naam [verdachte] met Burgerservicenummer [nummer] . Ik, [naam verbalisant 3] , zocht dit nummer op en trof [verdachte] , geboren [geboortegegevens] aan. Op een gegeven moment gaf cameratoezicht door dat de verdachte nu op het station in Maastricht liep. De verdachte werd door andere collega’s aangetroffen op het toilet van het station en aangehouden.
Getuige [naam getuige]verklaarde –zakelijk weergegeven– als volgt:
Ik werk als nachtportier bij Townhouse hotel. Ik zat op 18 september 2022 omstreeks 05:43 uur te relaxen op de bank en zag een meisje in de sluis (
de rechtbank begrijpt:de ingang van het hotel). Het bleek dat zij hulpbehoevend was. Zij was overstuur en huilde en zei dat er iemand in haar huis was.
Van
[slachtoffer]zijn bemonsteringen afgenomen met een zedenkit. Deze bemonsteringen werden voorzien van SIN ZAAE1761NL. [5] Ook de kleding van [slachtoffer] is bemonsterd op biologisch celmateriaal. [6] Het betreft de volgende monsters:
  • de buitenzijde van de onderbroek ter hoogte van de rechter heup, over een breedte van ongeveer 10 centimeter (SIN AAPO7892NL);
  • de buitenzijde van de onderbroek ter hoogte van de linker heup, over een breedte van ongeveer 10 centimeter (SIN AAPO7893NL);
  • de binnenzijde van de onderbroek ter hoogte van de rechter heup, over een breedte van ongeveer 10 centimeter (SIN AAPO7894NL);
  • de binnenzijde van de onderbroek ter hoogte van de linker heup, over een breedte van ongeveer 10 centimeter (SIN AAPO7895NL);
  • een vlak van ongeveer 10 bij 3 centimeter van de buitenzijde van de panty ter hoogte van een heupzijde (SIN AAPO7896NL);
  • een vlak van ongeveer 10 bij 3 centimeter van de buitenzijde van de panty ter hoogte van de andere heupzijde (SIN AAPO7897NL);
  • een vlak van ongeveer 10 bij 3 centimeter van de binnenzijde van de panty ter hoogte van een heupzijde (SIN AAPO7898NL);
  • een vlak van ongeveer 10 bij 3 centimeter van de binnenzijde van de panty ter hoogte van de andere heupzijde (SIN AAPO7899NL);
  • een vlak van ongeveer 20 bij 5 centimeter van de onderste rand van de voorzijde van de rok (SIN AAPO7900NL) en
  • een vlak van ongeveer 15 bij 15 centimeter van de linkerzijde, vanaf de onderzijde van de rok (SIN AAPO7902NL).
Het NFIrapporteerde over het DNA-onderzoek aan de hierboven genoemde bemonsteringen van de kleding van [slachtoffer] dat de verdachte de mogelijke donor is van het aangetroffen celmateriaal. Op de monsters met SIN AAP07894NL (binnenzijde onderbroek ter hoogte van de rechter heup) en AAPO7896NL (buitenzijde panty ter hoogte van heup 1) is een DNA-hoofdprofiel aangetroffen dat matcht met het DNA-profiel van de verdachte met een frequentie van een op een miljard. [7]
Het NFIrapporteerde over het onderzoek aan de bemonsteringen uit de zedenkit met SIN ZAAE1761NL dat een spermafractie van de verdachte is aangetroffen op de buitenste schaamlippen en de binnenste schaamlippen droog. Tevens werden spermafracties aangetroffen bij de vagina ingang droog en diep vaginaal. [8]
De verdachteverklaarde bij het eerste verhoor –zakelijk weergegeven– als volgt: [9]
Ik ben in de woning geweest. Ik wilde met dat meisje vrijen. Toen ben ik naar haar huis gelopen en toen kwam ik haar tegen in de woning. Zij ging naar binnen. Ik heb geduwd tegen de deur en toen kon ik naar binnen. Ik heb in de woning aan haar kleding gezeten en haar lichaam aangeraakt.
De verdachteverklaarde bij het tweede verhoor –zakelijk weergegeven als volgt: [10]
Ik heb het meisje gevolgd en ben haar woning naar binnen gegaan. Zij had mij niet gezien en ze ging haar huis naar binnen en deed de deur niet op slot. Ik ging naar binnen via de trap. Toen ze schreeuwde ‘’weg, weg, weg’’ werd ik bang en ben ik naar buiten gerend. Zij wist niet dat ik haar volgde.
Bewijsoverweging
De betrouwbaarheid van de verklaringen
De rechtbank stelt, anders dan de raadsvrouw heeft bepleit, vast dat de verklaringen van aangeefster consistent zijn. Dat die verklaringen op ondergeschikte onderdelen in eerste instantie niet overeenkomen, maakt deze niet ongeloofwaardig. Waar het gaat om het ten laste gelegde heeft zij namelijk telkenmale gelijkluidend verklaard. Naast haar consistente verklaringen, draagt de gemoedstoestand van aangeefster onmiddellijk na het gebeuren bij aan de betrouwbaarheid van haar verklaringen. Zij was hevig geëmotioneerd en in paniek. De rechtbank heeft daarom geen aanleiding om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster en neemt deze als uitgangspunt van de bewijsvoering.
De verklaringen van de verdachte daarentegen acht de rechtbank volstrekt ongeloofwaardig en zijn ook zeer wisselend en speculatief. Hij ontkent seks te hebben gehad met aangeefster, maar geeft geen enkele plausibele verklaring voor de aanwezigheid van zijn sperma op de binnenste en buitenste schaamlippen van aangeefster. Zijn alternatief scenario dat hij
misschienis klaargekomen in een bar vóórdat hij naar de woning is gegaan en zodoende het sperma bij aangeefster terecht is gekomen, kan een dergelijke verklaring in ieder geval niet bieden. Hetzelfde geldt voor hetgeen door de raadsvrouw ter zitting nog is betoogd, te weten dat verdachte dusdanig intiem met aangeefster heeft gedanst, dat op die manier zijn sperma op de schaamlippen van aangeefster terecht is gekomen. Voorts heeft de verdachte verklaard dat hij aangeefster alleen heeft aangeraakt op haar billen, maar deze verklaring wordt weerlegd door de plek van het aangetroffen celmateriaal op de kleding van aangeefster, namelijk op de binnenzijde van haar onderbroek en haar panty. De rechtbank oordeelt dat de verklaring van de verdachte op dit punt leugenachtig is en kennelijk is bedoeld om de waarheid te bemantelen.
Steunbewijs
De vraag dient zich vervolgens aan of de verklaringen van aangeefster voldoende steun vinden in andere bewijsmiddelen. Deze steun vindt de rechtbank in de getuigenverklaring van [naam getuige] , de aangetroffen DNA-sporen, alsmede de leugenachtige verklaring van de verdachte. Ten aanzien van de DNA-sporen geldt dat het op de panty en onderbroek van aangeefster aangetroffen materiaal van verdachte naadloos aansluit bij haar verklaring dat haar panty en onderbroek omlaag waren getrokken.
Seksueel binnendringen
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte met zijn penis is binnengedrongen in de vagina van aangeefster. Dit baseert de rechtbank op de aangetroffen spermafracties die afkomstig zijn van de verdachte op de binnenste en buitenste schaamlippen van aangeefster, alsmede op de bij aangeefster diep vaginaal aangetroffen spermafractie. Hoewel deze spermafractie niet bruikbaar was voor vergelijkend DNA-onderzoek, gaat de rechtbank er van uit dat deze afkomstig is van de verdachte. Aangeefster heeft namelijk verklaard dat zij voor het laatst seks heeft gehad op 5 augustus 2022, meer dan 1 maand vóór het gebeuren. Daarnaast past het binnendringen van de penis bij het gevoel van aangeefster van druk die zij op zich voelde toen zij wakker werd. De verdachte zal partieel worden vrijgesproken van het tweede gedachtestreepje in de tenlastelegging, zijnde het binnendringen met de vingers.
Verminderd bewustzijn
Nu de rechtbank uitgaat van de verklaringen van aangeefster, acht de rechtbank bewezen dat aangeefster sliep en wakker werd omdat zij de verdachte op zich voelde. Aangeefster heeft meermaals verklaard dat zij dronken was en bij thuiskomst direct in slaap is gevallen. Doordat aangeefster sliep, verkeerde zij in staat van verminderd bewustzijn waardoor in redelijkheid niet kon worden verwacht dat zij weerstand kon bieden aan de seksuele verlangens van verdachte. Dat aangeefster sliep, kan de verdachte niet zijn ontgaan, zodat hij hiervan ook wetenschap heeft gehad.
Alles overwegend acht de rechtbank bewezen dat de verdachte met zijn penis seksueel is binnengedrongen bij aangeefster terwijl zij in staat van verminderd bewustzijn verkeerde. Hiermee komt de rechtbank tot een bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde feit onder 1.
T.a.v. feit 2
De verdachte is aangeefster, in de nachtelijke uren, heimelijk gevolgd naar haar woning en heeft deze, zonder weten, laat staan toestemming, van aangeefster betreden. Hieruit volgt genoegzaam dat verdachte zich tegen de wil van aangeefster en aldus wederrechtelijk in de woning bevond, zodat ook het onder 2 ten laste gelegde feit is bewezen.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
T.a.v. feit 1 subsidiair:
op 18 september 2022 in de gemeente Maastricht met [slachtoffer] , van wie hij wist dat deze in staat van verminderd bewustzijn verkeerde, handelingen heeft gepleegd die bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [slachtoffer] , te weten het duwen en/of brengen van zijn penis in de vagina en/of tussen de schaamlippen van [slachtoffer] ;
T.a.v. feit 2:
op 18 september 2022 in de gemeente Maastricht, in de woning [adres 2] Maastricht, bij een ander, te weten bij [slachtoffer] , in gebruik, wederrechtelijk is binnengedrongen.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
T.a.v. feit 1 subsidiair:
met iemand van wie hij weet dat hij in staat van verminderd bewustzijn verkeert, handelingen plegen die bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam
T.a.v. feit 2:
in de woning bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringen
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf en/of de maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaren met aftrek van de tijd dat verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Voor het bepalen van de strafeis is aansluiting gezocht bij de oriëntatiepunten van de Rechtspraak en de richtlijnen van het Openbaar Ministerie die zien op een verkrachting. De officier van justitie ziet, ondanks dat hij een bewezenverklaring heeft gevorderd van artikel 243 Sr, geen redenen om daarvan af te wijken.
6.2
Het standpunt van de verdediging
Indien de rechtbank naast het onder feit 2 ten laste gelegde ook tot een bewezenverklaring komt van een van de onder feit 1 ten laste gelegde feiten, heeft de raadsvrouw verzocht om een lagere straf op te leggen dan door de officier van justitie is gevorderd.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Verdachte is aangeefster midden in de nacht heimelijk gevolgd naar haar woning en is die vervolgens, zonder haar toestemming, binnengegaan. Vervolgens is hij naar haar slaapkamer gegaan. Aangeefster, die onder invloed van alcohol was, lag - met haar kleding nog aan - te slapen op bed. De verdachte heeft vervolgens haar panty en onderbroek naar beneden geschoven en haar rok omhoog en is met zijn penis haar lichaam binnengedrongen. Gelet op het aangetroffen sperma is hij ook in haar lichaam klaargekomen. Door dit handelen (het stiekem volgen, het huis binnengaan zonder toestemming en de daarop volgende handelingen) heeft de verdachte het vertrouwen en de lichamelijke integriteit van aangeefster op grove wijze beschaamd. Dit rekent de rechtbank de verdachte zwaar aan, te meer nu de woning bij uitstek een plek moet zijn waar iemand zich veilig zou moeten kunnen voelen.
Uit de onderbouwing van de vordering tot schadevergoeding en de slachtofferverklaring van aangeefster, die zij ter terechtzitting heeft voorgelezen, blijkt wat voor verstrekkende gevolgen de gebeurtenis voor haar heeft gehad. Terwijl zij had moeten kunnen genieten van haar studentenleven, is zij terug bij haar ouders moeten gaan wonen en heeft zij zich onder behandeling moeten stellen van een psycholoog. Tot de dag van vandaag heeft zij het gebeuren nog steeds niet verwerkt. Zij denkt er nog veel aan en heeft last van nachtmerries.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de verdachte met het onder feit 1 subsidiair bewezenverklaarde feit een zeer ernstig misdrijf heeft gepleegd. Voor de hoogte van de straf heeft de rechtbank gekeken naar de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht voor zedenzaken. Voor artikel 243 Sr is geen oriëntatiepunt, maar de rechtbank is net als de officier van justitie van oordeel dat aansluiting moet worden gezocht bij het oriëntatiepunt voor een verkrachting. Uitgangspunt bij een verkrachting zonder strafverzwarende omstandigheden is een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden. In de omstandigheden dat de verdachte het slachtoffer in het holst van de nacht stiekem is gevolgd naar haar woning, deze woning heimelijk is binnengedrongen (en aldus huisvredebreuk heeft gepleegd) en aangeefster daar misbruikt heeft terwijl zij sliep, ziet de rechtbank aanleiding om een hogere straf op te leggen. Een gevangenisstraf van 24 maanden doet onvoldoende recht aan het leed dat aangeefster is aangedaan. Ook uit het oogpunt van generale preventie dient een hogere straf te volgen, nu dit soort feiten in de samenleving gevoelens van angst en onveiligheid met zich brengen en een duidelijk signaal vereisen om het laakbare ervan tot uiting te brengen.
De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmaat in strafverzwarende zin ook rekening met de proceshouding van de verdachte. De verdachte ontkent nog steeds seks te hebben gehad met het slachtoffer en uit de verhoren bij de politie blijkt dat hij geen inzicht heeft in de ernst en de verwijtbaarheid van zijn handelen. Hij is ook niet ter terechtzitting verschenen om hier inzicht in te geven en verantwoording af te leggen.
Alles overwegend is de rechtbank van oordeel dat de eis van de officier van justitie passend is. Aan de verdachte zal dan ook een gevangenisstraf worden opgelegd voor de duur van 3 jaren met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet of tot het moment dat de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling aan de orde is, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering.

7.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel

7.1
De vordering van de benadeelde partij
De benadeelde partij [slachtoffer] vordert een bedrag van € 15.013,55 aan materiële schadevergoeding en € 14.000, - aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Het gevorderde bedrag aan materiële schade bestaat uit verlies aan inkomen, medische kosten en reiskosten in verband met het stopzetten van haar studentenreisproduct ten gevolge van opgelopen studievertraging.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich primair op het standpunt gesteld dat het gevorderde bedrag aan schadevergoeding geheel kan worden toegewezen, subsidiair dat de immateriële schadevergoeding dient te worden gematigd. De benadeelde heeft blijkens de onderbouwing van het voegingsformulier voor de hoogte van het bedrag aan immateriële schade aansluiting gezocht bij een vergelijkbare zaak, maar in die zaak was sprake van ernstig geweld voorafgaand aan de verkrachting. Een bedrag van om en nabij € 10.000, - is passend.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair aangevoerd dat de benadeelde partij voor wat betreft het gevorderde bedrag voor het verlies aan inkomen niet-ontvankelijk moet worden verklaard. De benadeelde heeft het gemiddelde inkomen genomen van haar werk in de horeca gedurende de zomermaanden. Het meenemen van deze maanden voor het bepalen van een gemiddeld inkomen is onredelijk, omdat studenten in die periode meer werken en dus meer verdienen. Subsidiair heeft de raadsvrouw verzocht om het bedrag te matigen. Ten aanzien van de overige materiële schadeposten heeft de raadsvrouw geen verweer gevoerd. Het gevorderde aan immateriële schade moet worden gematigd.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schadevergoeding
De rechtbank is van oordeel dat het gevorderde bedrag aan materiële schade geheel toewijsbaar is. Met betrekking tot het gevorderde bedrag aan verlies van inkomen heeft de raadsvrouw een verweer gevoerd, maar dit verweer acht de rechtbank onvoldoende onderbouwd, zodat dit bedrag als onvoldoende weersproken kan worden toegewezen. De overige schadeposten zijn voldoende onderbouwd en komen de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en door de raadsvrouw is geen verweer gevoerd, zodat de rechtbank ook deze posten toewijst.
Immateriële schade
Vast staat dat aan de benadeelde als gevolg van het bewezenverklaarde rechtstreeks immateriële schade is toegebracht. Uit de onderbouwing van de gevorderde schadevergoeding blijkt dat de benadeelde zich onder behandeling heeft moeten stellen voor psychische klachten naar aanleiding van het seksueel misbruik. Op grond van artikel 6:106, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde recht op een naar billijkheid vast te stellen vergoeding van de immateriële schade. Op grond van de door de benadeelde partij gestelde omstandigheden zoals genoemd onder 6.3 en rekening houdend met de vergoedingen die in soortgelijke zaken worden toegekend, is de rechtbank van oordeel dat het gevorderde bedrag van € 14.000, - té hoog is. De rechtbank schat de immateriële schade naar billijkheid op € 10.000, -. Voor het overige zal de rechtbank de vordering afwijzen.
Wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel
Het toegewezen bedrag aan materiële en immateriële schadevergoeding dient te worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag waarop het feit is gepleegd, zijnde 18 september 2022, tot aan de dag der algehele voldoening.
De rechtbank zal de schadevergoedingsmaatregel opleggen voor het schadebedrag, zodat de inning van het verschuldigde bedrag de benadeelde partij uit handen wordt genomen door de Staat. Ook dit bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 36f, 57, 138 en 243 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van het onder feit 1 primair ten laste gelegde feit;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf van 3 jaren;
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
- wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij van een bedrag van € 24.013,55 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 18 september 2022 tot aan de dag der algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit
€ 14.013,55 aan materiële schadevergoeding en € 10.000,- aan immateriële schadevergoeding;
  • wijst het meergevorderde aan immateriële schadevergoeding af;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van
[slachtoffer] , van een bedrag van € 24.013,55 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 18 september 2022 tot aan de dag der algehele voldoening.
  • bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 155 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.J.E. Hamers-Aerts, voorzitter, mr. G.P.C. Dijkshoorn-Sleebe en mr. H.M.J. Quaedvlieg, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.W.P. Huntjens, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 19 december 2023.
Buiten staat
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
T.a.v. feit 1:
hij op of omstreeks 18 september 2022 in de gemeente Maastricht, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens), door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
bestaande dat geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid hierin dat hij, verdachte, meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- die [slachtoffer] vanuit het centrum van Maastricht (op afstand) is gevolgd naar haar woning en/of
- ( zonder toestemming en/of zonder medeweten van die [slachtoffer] en/of niet door die [slachtoffer] daartoe uitgenodigd) de woning van die [slachtoffer] is binnengedrongen en/of binnen gegaan en/of de woning van die [slachtoffer] heeft betreden en/of zich de toegang tot de woning van die [slachtoffer] heeft verschaft en/of
- zich in de woning van die [slachtoffer] (onverhoeds) aan die [slachtoffer] heeft opgedrongen en/of (onverhoeds) de kleding en/of de hand(en) en/of de arm(en) en/of de bil(len), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of betast en/of
- ( onverhoeds) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of aan die [slachtoffer] heeft toegevoegd (de) woorden (van de strekking): "Kom hier, kom hier." en/of
- ( onverhoeds) die [slachtoffer] (op de mond/lippen) heeft gekust en/of
- zich (onverhoeds) (terwijl deze in bed lag en/of sliep) aan die [slachtoffer] heeft opgedrongen en/of (vervolgens)
- de rok van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of uit en/of naar beneden en/of naar boven heeft getrokken en/of gedaan en/of de panty en/of de onderbroek van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of uit en/of naar beneden heeft getrokken en/of gedaan en/of
- met zijn, verdachtes, lichaam op het lichaam van die [slachtoffer] is gaan en/of blijven liggen en/of
- zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft geduwd en/of gebracht en/of
- heeft gemasturbeerd en/of (in/op/over zijn, verdachtes hand(en)) heeft geëjaculeerd en/of (vervolgens) zijn, verdachtes, vinger(s) en/of hand(en) in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft geduwd en/of gebracht,
waardoor verdachte (aldus) voor die [slachtoffer] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan en/of die [slachtoffer] (telkens) in een situatie heeft gebracht, waarin zij zich niet of onvoldoende kon en/of durfde te verzetten tegen en/of te onttrekken aan die seksuele handeling(en) van verdachte en/of daaraan geen of onvoldoende weerstand kon en/of durfde te bieden en/of (telkens) een zodanige situatie voor die [slachtoffer] heeft doen ontstaan dat zij die handeling(en) niet kon of wist te voorkomen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 18 september 2022 in de gemeente Maastricht, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met [slachtoffer] , van wie hij, verdachte, wist dat deze in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanige psychische stoornis, psychogeriatrische aandoening en/of verstandelijke handicap leed dat deze niet of onvolkomen in staat was zijn/haar wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden, een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
te weten het meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- duwen en/of brengen van zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- masturberen en/of (in/over/op zijn, verdachtes, hand(en)) ejaculeren en/of (vervolgens) duwen en/of brengen van zijn verdachtes, vinger(s) en/of hand(en) in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] ;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 18 september 2022 in de gemeente Maastricht, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), te weten het meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- aanraken en/of betasten van de bil(len) van die [slachtoffer] en/of
- ( op de mond/lippen) kussen van die [slachtoffer] en/of
- met zijn, verdachtes, hand(en) uit en/of naar beneden en/of naar boven trekken en/of doen van de rok van die [slachtoffer] en/of uittrekken en/of naar beneden doen van de panty en/of de onderbroek van die [slachtoffer] en/of
- met zijn, verdachtes, lichaam op het lichaam van die [slachtoffer] gaan en/of blijven liggen en/of
- met zijn, verdachtes, penis aanraken en/of betasten van de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- duwen en/of brengen van zijn, verdachtes, penis op/tegen/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of ejaculeren op/tegen/over/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- masturberen en/of (in/op/over zijn, verdachtes, hand(en)) ejaculeren en/of (vervolgens) met zijn, verdachtes, vinger(s) en/of hand(en) aanraken en/of betasten van de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] , althans (over)brengen van zijn, verdachtes, sperma op de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of in aanraking brengen van zijn, verdachtes, sperma met de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] , bestaande dat geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid hierin dat hij, verdachte, meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- die [slachtoffer] vanuit het centrum van Maastricht (op afstand) is gevolgd naar haar woning en/of
- ( zonder toestemming en/of zonder medeweten van die [slachtoffer] en/of niet door die [slachtoffer] daartoe uitgenodigd) de woning van die [slachtoffer] is binnengedrongen en/of binnen gegaan en/of de woning van die [slachtoffer] heeft betreden en/of zich de toegang tot de woning van die [slachtoffer] heeft verschaft en/of
- zich in de woning van die [slachtoffer] (onverhoeds) aan die [slachtoffer] heeft opgedrongen en/of (onverhoeds) de kleding en/of de hand(en) en/of de arm(en) en/of de bil(len), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of betast en/of
- ( onverhoeds) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden
en/of aan die [slachtoffer] heeft toegevoegd (de) woorden (van de strekking): "Kom hier, kom hier." en/of
- ( onverhoeds) die [slachtoffer] (op de mond/lippen) heeft gekust en/of
- zich (onverhoeds) (terwijl deze in bed lag en/of sliep) aan die [slachtoffer] heeft opgedrongen en/of (vervolgens)
- de rok van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of uit en/of naar beneden en/of naar boven heeft getrokken en/of gedaan en/of de panty en/of de onderbroek van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of uit en/of naar beneden heeft getrokken en/of gedaan en/of
- met zijn, verdachtes, lichaam op het lichaam van die [slachtoffer] is gaan en/of blijven liggen en/of
- met zijn, verdachtes, penis de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of betast en/of
- zijn, verdachtes, penis heeft geduwd en/of gebracht op/tegen/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of (vervolgens) heeft geëjaculeerd op/tegen/over/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- heeft gemasturbeerd en/of (in/op/over zijn, verdachtes, hand(en)) heeft geëjaculeerd en/of (vervolgens) met zijn, verdachtes, vinger(s) en/of hand(en) de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft aangeraakt en/of betast, althans zijn, verdachtes, sperma op de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft (over)gebracht en/of met de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] in aanraking heeft gebracht, waardoor verdachte (aldus) voor die [slachtoffer] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan en/of die [slachtoffer] (telkens) in een situatie heeft gebracht, waarin zij zich niet of onvoldoende kon en/of durfde te verzetten tegen en/of te onttrekken aan die ontuchtige handeling(en) van verdachte en/of daaraan geen of onvoldoende weerstand kon en/of durfde te bieden en/of (telkens) een zodanige situatie voor die [slachtoffer] heeft doen ontstaan dat zij die handeling(en) niet kon of wist te voorkomen;
meest subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 18 september 2022 in de gemeente Maastricht, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) met [slachtoffer] , van wie hij, verdachte, wist dat deze in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanige psychische stoornis, psychogeriatrische aandoening en/of verstandelijke handicap leed dat die [slachtoffer] niet of onvolkomen in staat was haar wil daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, te weten het meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- aanraken en/of betasten van de bil(len) van die [slachtoffer] en/of
- ( op de mond/lippen) kussen van die [slachtoffer] en/of
- met zijn, verdachtes, hand(en) aanraken en/of uit en/of naar beneden en/of naar boven trekken en/of doen van de rok van die [slachtoffer] en/of aanraken en/of uittrekken en/of naar beneden doen van de panty en/of de onderbroek van die [slachtoffer] en/of
- met zijn, verdachtes, lichaam op het lichaam van die [slachtoffer] gaan en/of blijven liggen en/of
- met zijn, verdachtes, penis betasten en/of aanraken van de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- duwen en/of brengen van zijn, verdachtes, penis op/tegen/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of ejaculeren op/tegen/over/bij de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of
- masturberen en/of (in/op/over zijn, verdachtes, hand(en)) ejaculeren en/of (vervolgens) met zijn, verdachtes, vinger(s) en/of hand(en) aanraken en/of betasten van de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] , althans (over)brengen van zijn, verdachtes, sperma op de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] en/of in aanraking brengen van zijn, verdachtes, sperma met de vagina en/of de schaamlippen van die [slachtoffer] ;
T.a.v. feit 2:
hij op of omstreeks 18 september 2022 in de gemeente Maastricht
in de woning, het besloten lokaal en/of het besloten erf, [adres 2] Maastricht, bij een ander, te weten bij [slachtoffer] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik, wederrechtelijk is binnengedrongen.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van de politie Eenheid Limburg, basisteam Maastricht met proces-verbaalnummer PL2300-2022145667, gesloten op 22 februari 2023, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 148.
2.Proces-verbaal van aangifte van 18 september 2022, pag. 5 tot en met 13.
3.Proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever van 19 september 2022, pag. 14 tot en met 19.
4.Proces-verbaal van bevindingen van 18 september 2022, pag. 20 tot en met 23.
5.Proces-verbaal forensisch onderzoek persoon van 18 september 2022, pag. 66 en 66.
6.Proces-verbaal vooronderzoek lab van 4 november 2022, pag. 88 tot en met 93.
7.Het deskundigenverslag van dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, van 4 november 2022, pag. 111 tot en met 114.
8.Het deskundigenverslag van dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, van 22 december 2022, pag. 117 tot en met 119.
9.Proces-verbaal van verhoor verdachte van 18 september 2022, pag. 131 tot en met 136.
10.Proces-verbaal van verhoor verdachte van 21 september 2022, pag. 137 tot en met 143.