Uitspraak
RECHTBANK Limburg
1.De procedure
- de conclusie van antwoord
- de mondelinge behandeling van 4 september 2023.
Rechtbank Limburg
In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Limburg op 18 oktober 2023 uitspraak gedaan over de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap na een echtscheiding. Partijen, [eiser] en [gedaagde], waren gehuwd en hebben twee minderjarige kinderen. De echtscheiding werd uitgesproken op 26 maart 2021, en de echtscheidingsbeschikking werd op 16 april 2021 ingeschreven. De partijen zijn gezamenlijk eigenaar van een woning, waarop een hypotheek rust van € 166.251,61. De rechtbank heeft eerder bevolen dat partijen tot verdeling van de gemeenschap moesten overgaan, maar tot op heden is de woning nog niet verdeeld.
[eiser] vordert dat de rechtbank bepaalt dat [gedaagde] zijn medewerking zal verlenen aan de noodzakelijke rechtshandelingen voor de verkoop van de woning. [gedaagde] voert verweer en stelt dat de minderjarige kinderen in de woning verblijven en dat een verhuizing niet in hun belang is. De rechtbank overweegt dat [gedaagde] niet in staat is de woning over te nemen en dat het belang van [eiser] bij verkoop zwaarder weegt. De rechtbank gelast de verkoop van de woning en bepaalt dat [gedaagde] zijn medewerking moet verlenen aan de taxatie en verkoop. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.