ECLI:NL:RBLIM:2023:7103
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter in civiele procedure wegens vermeende partijdigheid
In deze zaak heeft verzoeker op 26 september 2023 tijdens een mondelinge behandeling van verschillende zaken een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. M.M.T. Coenegracht, rechter in de rechtbank Limburg. Verzoeker stelde dat de gemachtigden van de verwerende partij, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond, niet weggestuurd hadden moeten worden uit de zittingszaal, omdat hun machtigingen niet meer geldig zouden zijn na de installatie van een nieuwe burgemeester op 20 september 2023. Op 27 september 2023 heeft verzoeker een aanvullende toelichting op het wrakingsverzoek ingediend. De rechter heeft op 5 oktober 2023 schriftelijk laten weten niet in het verzoek tot wraking te berusten. De mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek vond plaats op 19 oktober 2023, waarbij zowel verzoeker als de rechter aanwezig waren.
De wrakingskamer heeft de gronden van het verzoek beoordeeld aan de hand van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht, dat stelt dat een rechter gewraakt kan worden op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De wrakingskamer oordeelde dat de aangevoerde gronden, die betrekking hadden op een procesbeslissing van de rechter, niet voldoende waren om tot wraking over te gaan. De wrakingskamer benadrukte dat een procesbeslissing op zichzelf geen grond voor wraking kan zijn en dat de beoordeling van de juistheid van die beslissing aan de rechter zelf is voorbehouden.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking ongegrond verklaard. Tevens werd opgemerkt dat verzoeker geen recht heeft op vergoeding van reiskosten in deze procedure. De beslissing is openbaar uitgesproken op 30 oktober 2023.