Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 21 november 2023 in de zaken tussen
[verzoeker], uit [woonplaats], verzoeker,
de burgemeester van de gemeente Venlo, verweerder,
Inleiding
Totstandkoming van de besluiten
Beoordeling door de voorzieningenrechter
et het opnemen van twee nieuwe onderdelen in artikel 7, eerste lid, wordt geregeld dat de burgemeester ook bij niet naleving van de huishoudelijke reglementen of geweldpleging in de gemeentelijke opvang de verstrekkingen zoals beschreven in artikel 6, eerste lid, kan beperken.” Van intrekken wordt hier niet gesproken. De toelichting vermeldt ook dat de wijziging overeenkomstig de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (het Rva) is. Ook het Rva biedt niet de mogelijkheid de opvang geheel te beëindigen wegens overlast gevend gedrag. In de toelichting staat verder dat de ontheemde onder de reikwijdte van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming [2] blijft vallen en dat dat betekent “
dat ontheemden ‘een fatsoenlijk onderkomen krijgen of, in voorkomend geval, middelen te hunner beschikking krijgen om huisvesting te vinden.’” Het is “
mogelijk om de verstrekkingen in een aantal gevallen te beperken of te beëindigen, waarbij altijd in de basisvoorzieningen moet worden voorzien.” Ook uit de artikelsgewijze toelichting op artikel 7, eerst lid, onder c en d van de RooO blijkt dat enkel is bedoeld mogelijk te maken de verstrekkingen in die gevallen te beperken. Ook daar wordt van intrekken niet gesproken. De voorzieningenrechter is daarom van oordeel dat verweerder de opvang op de locatie De Beerendock – indien goed onderbouwd – alleen mocht beëindigen, als hij daarbij een alternatieve opvanglocatie had geboden. Desnoods op grond van artikel 3, aanhef en onder b, van de RooO. Dat heeft verweerder echter niet gedaan. Verweerder mag aan de (alternatieve) opvang op grond van artikel 7 van de RooO wel beperkingen stellen, als er maar in de basisvoorzieningen wordt voorzien.