Uitspraak
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van
10 november 2023 in de zaak tussen
[verzoeker] wonende te [woonplaats] , verzoeker
[vergunninghoudster] ., gevestigd te [vestigingsplaats] , vergunninghoudster.
Rechtbank Limburg
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker tegen de aan vergunninghoudster verleende omgevingsvergunning voor de aanleg van een wandelpad. Verzoeker, woonachtig aan [adres] te [plaats 1], heeft bezwaar gemaakt tegen de omgevingsvergunning die op 10 juli 2023 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kerkrade is verleend. Deze vergunning betreft het plaatsen van hekwerken, poorten, v-rasters en het egaliseren van een wandelpad en een weiland op de locatie [adres] in [plaats 1]. Verzoeker vreest dat de werkzaamheden schade zullen toebrengen aan zijn waardevolle bomen die aan het terrein van vergunninghoudster grenzen. Hij is ook bezorgd over de snoeiwerkzaamheden aan de takken van zijn bomen die over het wandelpad hangen.
De voorzieningenrechter heeft op 10 november 2023 de zaak behandeld en onmiddellijk uitspraak gedaan. In de uitspraak wordt geconcludeerd dat het vereiste spoedeisend belang ontbreekt. De voorzieningenrechter stelt vast dat de aanleg van het wandelpad inmiddels is gerealiseerd, waardoor er geen mogelijkheid is om de omgevingsvergunning te schorsen. De voorzieningenrechter wijst erop dat de snoeiwerkzaamheden aan de bomen van verzoeker geen onderdeel zijn van de verleende omgevingsvergunning en dat verzoeker hiervoor een andere juridische procedure moet starten. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen, en verzoeker krijgt geen vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 10 november 2023.