ECLI:NL:RBLIM:2023:6375

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
1 november 2023
Publicatiedatum
1 november 2023
Zaaknummer
03.210289.22
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf voor het aanwezig hebben van harddrugs en voorbereidingshandelingen voor de productie van harddrugs

Op 1 november 2023 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade betrokken was bij het aanwezig hebben van diverse soorten harddrugs, waaronder amfetamine, cocaïne, heroïne, MDMA en methamfetamine, met een totaalgewicht van meer dan 7 kilogram. Daarnaast was de verdachte in het bezit van chemicaliën die gebruikt kunnen worden voor de productie van harddrugs. De rechtbank heeft de verdachte schuldig verklaard voor het opzettelijk aanwezig hebben van deze harddrugs en voor het voorbereiden van de productie ervan. De verdachte is vrijgesproken van het voorhanden hebben van een geweer en het in voorraad hebben van vals geld, omdat er onvoldoende bewijs was dat hij hiervan op de hoogte was.

De rechtbank heeft de verdachte een gevangenisstraf opgelegd van 30 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd en de persoonlijke situatie van de verdachte, die eerder in aanraking was gekomen met de wet en een verslaving had. De verdachte heeft tijdens zijn detentie positieve stappen gezet, zoals het vinden van werk en het bijdragen aan de zorg voor zijn kind. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden verbonden aan het voorwaardelijke deel van de straf, waaronder meldplicht bij de reclassering en deelname aan gedragsinterventies.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer : 03.210289.22
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 1 november 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens] 1994,
wonende te [adres] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. A.A.T.X. Vonken, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 18 oktober 2023. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
Deze zaak is gelijktijdig behandeld met de strafzaak tegen medeverdachte [medeverdachte] met het parketnummer 03.210295.22.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte op 19 augustus 2022:
Feit 1:samen met anderen amfetamine, cocaïne, heroïne, MDMA en methamfetamine aanwezig heeft gehad;
Feit 2:samen met anderen hennep aanwezig heeft gehad;
Feit 3:een hagel-/jachtgeweer voorhanden heeft gehad;
Feit 4:vals geld in voorraad heeft gehad, terwijl hij wist dat het vals geld was;
Feit 5:samen met anderen voorbereidingshandelingen heeft verricht voor de productie van harddrugs.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht op grond van het dossier en de bekennende verklaring van de verdachte bewezen dat de verdachte de feiten 1,2 en 5 samen met anderen heeft gepleegd.
De officier van justitie heeft gevorderd de verdachte vrij te spreken van hetgeen ten laste is gelegd onder de feiten 3 en 4.
3.2
Het standpunt van de verdediging
Ten aanzien van de feiten 1, 2 en 5 refereert de verdediging zich aan het oordeel van de rechtbank. De verdediging heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van de feiten 3 en 4.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
3.3.1
De vrijspraak
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte de onder 3 en 4 tenlastegelegde feiten heeft begaan en zal hem hiervan vrijspreken. Er is geen bewijs dat verdachte wist dat het wapen van feit 3 in de garage lag. Voorts is er geen bewijs dat verdachte wist dat hij enkele valse bankbiljetten in zijn bezit had.
3.3.2.
Bewijsmiddelenoverzicht
Feit 1
Verdovend middel
Goednummer
Hoeveelheid [3]
Resultaat NFI-onderzoek? [4]
(Ongeveer) 6.127,77 gram amfetamine
[nummer] en [nummer]
[code]
(pg. 248, 279-280)
en
[code]
(pg. 258, 283)
5912 gram bruto
(pg. 280)
en
215,77 gram bruto
(pg. 283)
Amfetamine
(pg. 286)
en
amfetamine
(pg. 291)
(Ongeveer) 605,16 gram cocaïne
[nummer]
[code]
(pg. 252, 280)
605,16 gram netto
(pg. 280)
Cocaïne (pg. 287)
(Ongeveer) 437,67 gram heroïne
[nummer]
[code]
(pg. 245, 278)
467,67 gram
(pg. 278)
Heroïne
(pg. 284)
(Ongeveer) 71 MDMA-tabletten
[nummer]
[code]
(pg. 248 en p. 279)
71 stuks
(pg. 248)
MDMA
(pg. 285)
(Ongeveer) 134,35 gram methamfetamine
[nummer] , [nummer] en
[nummer]
[code]
(pg. 262 en 263 en 294)
Totaal:
134,35 gram netto
(pg. 294)
Methamfetamine
(pg. 296 t/m 298)
De verdachte verklaarde ter terechtzittingzakelijk weergegeven onder meer het volgende:
Het is juist dat ik samen met anderen op 19 augustus 2022 te Kerkrade (ongeveer) 6.127,77 gram amfetamine, (ongeveer) 605,16 gram cocaïne, (ongeveer) 437,67 gram heroïne, (ongeveer) 71 MDMA-tabletten en (ongeveer) 134,35 gram methamfetamine opzettelijk aanwezig heb gehad.
Feit 2
Verdovend middel
Goednummer
Hoeveelheid [5]
Resultaat onderzoek? [6]
(Ongeveer) 29 gram hennep
[nummer] en [nummer]
Totaal:
29 gram
(pg. 241 en 243)
Hennep
(pg. 265 en 266)
De verdachte verklaarde ter terechtzittingzakelijk weergegeven onder meer het volgende:
Het is juist dat ik op 19 augustus 2022 te Kerkrade samen met anderen (ongeveer) 29 gram hennep opzettelijk aanwezig heb gehad.
Feit 5
Stoffen
Goednummer [7]
Hoeveelheid [9]
Resultaat NFI-onderzoek?
2 flessen "Batteriesäure 38%" (verdund zwavelzuur), totale hoeveelheid (ongeveer) 1250 ml
[nummer] (pg. 239)
[code]
(pg. 323)
Ca. 1250 ml
(pg. 323)
Verdund zwavelzuur
(pg. 349)
4 flessen "Gootsteenontstopper" (natriumhydroxide), totale hoeveelheid (ongeveer) 1519,71 gram
[nummer] (pg. 223)
[code]
(pg. 324)
1519,72 gram
(p. 324)
Natriumhydroxide
(pg. 349)
3 flessen "Methylethylketon" (MEK (methylethylketon)), totale hoeveelheid (ongeveer) 3000 ml
[nummer] (pg. 227)
[code]
(pg. 326)
Ca. 3000 ml
(pg. 326)
Methylethylketon (p. 349)
1 fles "Tolueen" (tolueen), (ongeveer) 580 ml
[nummer] (pg. 231)
[code]
(pg. 327)
Ca. 580 ml (pg. 327)
Tolueen
(pg. 349)
1 fles "Isopropylalcohol' (IPA (isopropylalcohol), (ongeveer) 1000 ml
[nummer] (pg. 233)
[code]
(pg. 328)
Ca. 1000 ml. (pg. 328)
Isopropylalcohol (pg. 349)
1 jerrycan "Acidty regulator 37 (E507) (bevat zoutzuur), (ongeveer 20) liter
[nummer] (pg. 237)
[code]
(pg. 329)
Ca. 20 liter
(pg. 329)
Bevat zoutzuur
(pg. 349)
Uit het NFI-rapport: Drugsonderzoek aan diverse vloeistoffen en vaste stoffenblijkt onder meer dat zwavelzuur, natriumhydroxide, MEK, tolueen, IPA (isopropylalcohol) en zoutzuur in relatie tot drugs worden gebruikt bij de vervaardiging en/of bewerking van diverse drugs. [10]
De verdachte verklaarde ter terechtzittingzakelijk weergegeven onder meer het volgende:
Het is juist dat ik op 19 augustus 2022 te Kerkrade samen met anderen 2 flessen "Batteriesäure 38%" (verdund zwavelzuur), totale hoeveelheid (ongeveer) 1250 ml, 4 flessen "Gootsteenontstopper" (natriumhydroxide), totale hoeveelheid (ongeveer) 1519,71 gram, 3 flessen "Methylethylketon" (MEK (methylethylketon)), totale hoeveelheid (ongeveer) 3000 ml
1 fles "Tolueen" (tolueen), (ongeveer) 580 ml, 1 fles "Isopropylalcohol' (IPA (isopropylalcohol), (ongeveer) 1000 ml, 1 jerrycan "Acidty regulator 37 (E507) (bevat zoutzuur), (ongeveer 20) liter voorhanden heb gehad. Ik wist dat deze stoffen gebruikt kunnen worden voor de vervaardiging en/of bewerking van harddrugs en daartoe ook bestemd waren.
Bewijsoverweging (feit 5)
De rechtbank begrijpt - gelet op de aangetroffen stoffen - dat met de term ‘diverse drugs’ waarover in het NFI-rapport d.d. 13 februari 2023 wordt gesproken, op zijn minst bedoeld wordt zogenaamde synthetische (hard)drugs. Amfetamine, methamfetamine en MDMA zijn synthetische (hard)drugs.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
Feit 1
op 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad,
- ( ongeveer) 6127,77 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, en
- ( ongeveer) 605,16 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, en
- ( ongeveer) 437,67 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende heroïne, en
- ( ongeveer) 71 tabletten, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en
- ( ongeveer) 134,35 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende methamfetamine,
zijnde amfetamine en cocaïne en heroïne en MDMA en methamfetamine, middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
Feit 2
op 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad, (ongeveer) 29 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II;
Feit 5
op 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met anderen, om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, van hoeveelheden amfetamine en/of methamfetamine en/of MDMA, zijnde amfetamine en methamfetamine en MDMA, middelen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden
- 2 flessen "Batteriesäure 38%" (verdund zwavelzuur), totale hoeveelheid (ongeveer) 1250 ml, en
- 4 flessen "Gootsteenontstopper" (natriumhydroxide), totale hoeveelheid (ongeveer) 1519,71 gram, en
- 3 flessen "Methylethylketon" (MEK (methylethylketon)), totale hoeveelheid (ongeveer) 3000 ml, en
- 1 fles "Tolueen" (tolueen), (ongeveer) 580 ml, en
- 1 fles "Isopropylalcohol' (IPA (isopropylalcohol), (ongeveer) 1000 ml, en
- 1 jerrycan "Acidty regulator 37 (E507) (bevat zoutzuur), (ongeveer 20) liter,
voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en verdachtes mededaders wist(en) of ernstige redenen hadden te vermoeden, dat die bestemd waren tot het plegen van dat feit.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
Feit 1
medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
Feit 2
medeplegen van het handelen in strijd met een in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod
Feit 5
medeplegen van, om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet voor te bereiden stoffen voorhanden te hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf en/of de maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. Aan het voorwaardelijk strafdeel dienen de bijzondere voorwaarden te worden verbonden, die de reclassering in het rapport van 4 oktober 2023 heeft geadviseerd.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat kan worden volstaan met een deels voorwaardelijke gevangenisstraf waarvan het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan de duur van het voorarrest, eventueel in combinatie met één of meerdere taakstraffen. Dit laatste is mogelijk gelet op de cumulatie van strafbare feiten.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Uit hetgeen ter zitting is besproken komt naar voren dat verdachte actief was in het drugsmilieu. In de woning van de verdachte zijn verschillende soorten harddrugs aangetroffen, met een totaalgewicht van ruim 7 kilogram. Daarnaast zijn er in de woning van verdachte – relatief geringe hoeveelheden- chemicaliën aangetroffen die gebruikt kunnen worden bij de productie van synthetische drugs.
Verdachte heeft aangegeven dat hij destijds verslaafd was en dat de activiteiten in het drugsmilieu het hem mogelijk maakten deze verslaving te bekostigen. Deze verslaving was ook de reden dat hij zich niet kon losmaken uit dit milieu en al snel na een eerdere veroordeling voor soortgelijke zaken weer in de fout is gegaan.
Na zijn aanhouding in deze zaak op 19 augustus 2022 heeft verdachte tot 25 augustus 2023 in detentie verbleven. Deels was dit voorarrest, deels was dit voor het uitzitten van een andere straf. Het ziet er naar uit dat deze detentie bij verdachte een kentering ten goede teweeg heeft gebracht. Sinds de schorsing van de voorlopige hechtenis per 25 augustus 2023 heeft verdachte voltijds werk en draagt hij bij aan de zorg en opvoeding van zijn kind. De samenwerking met de reclassering verloopt goed.
De rechtbank realiseert zich dat het opnieuw gedetineerd raken van de verdachte gevolgen voor hem zal hebben. Maar gelet op de ernst van het bewezenverklaarde, rekening houdende met strafopleggingen in andere vergelijkbare zaken en het strafblad van de verdachte, kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden volstaan met een andere straf dan een vrijheidsbenemende straf en wel voor een langere duur dan het reeds ondergane voorarrest.
De rechtbank ziet in het over de verdachte opgestelde reclasseringsrapport van 4 oktober 2023 wel aanleiding een deel van de op te leggen vrijheidsstraf voorwaardelijk op te leggen. De reclassering geeft aan dat niet eerder is geprobeerd om door middel van bijzondere voorwaarden het bestaande recidiverisico te beteugelen. De reclassering adviseert daarom aan de verdachte een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden op te leggen. De verdachte geeft ook zelf aan dat hij bij het opbouwen van een ‘normaal’ leven begeleiding kan gebruiken.
De rechtbank legt daarom, alles afwegend, aan de verdachte een gevangenisstraf op van 30 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. In het voorwaardelijk deel komt de ernst van het bewezenverklaarde tot uitdrukking en tevens dient het voorwaardelijk deel er aan bij te dragen dat de verdachte zich na zijn vrijlating niet opnieuw in zal laten met (drugs)criminaliteit. Omdat de rechtbank het van belang acht dat de verdachte na zijn detentie passende hulpverlening krijgt, verbindt zij aan dit voorwaardelijke deel de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet of tot het moment dat de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling aan de orde is, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering.
Met betrekking tot het aanwezig hebben van een geringe hoeveelheid hennep, een overtreding, zal de rechtbank de verdachte geen aparte straf opleggen, aangezien hem - gelet op het vorenstaande - reeds een gevangenisstraf wordt opgelegd.

7.Het beslag

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd het geldbedrag ad. € 4.035,- verbeurd te verklaren.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De verdachte heeft ter terechtzitting schriftelijk afstand gedaan van de volgende goederen:
- Weegschaal (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534218);
- Mes (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534196, Machete);
- Munitie (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534215, 2 PATRONEN - 1X SHOTGUN HAGEL - 1X SHOTGUN SLUG);
- Hennep (Omschrijving: PL2300-2022128691- [nummer] ).
De verdediging heeft verzocht het geldbedrag ad. € 4.035,- aan de verdachte, te retourneren.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
De verdachte wordt veroordeeld voor het medeplegen van opzettelijk aanwezig hebben van hard- en softdrugs en het medeplegen van voorbereidingshandelingen ten aanzien van het vervaardigen en/of bewerken van diverse harddrugs. In het dossier zijn geen aanknopingspunten te vinden waaruit blijkt dat het aangetroffen geldbedrag ad. € 4.035,- verband houdt met een strafbaar feit. De rechtbank zal om die reden de teruggave van het geldbedrag gelasten aan de verdachte. Omdat op dit geldbedrag ook conservatoir beslag ligt, zal deze beslissing op dit moment nog niet resulteren in daadwerkelijke teruggave aan de verdachte.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 47, 57, 62 en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 10, 10a van de Opiumwet.

9.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte
vrij van feit 3 en feit 4;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • bepaalt dat
  • veroordeelt de verdachte
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in
  • bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van
  • stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
Meldplicht bij reclassering
Veroordeelde blijft zich melden op de afspraken bij de SVG Reclassering Limburg, [locatie] zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de regels en de aanwijzingen van de reclassering;
Gedragsinterventie cognitieve vaardigheden
Veroordeelde neemt, indien de toezichthouder dit nodig acht, actief deel aan de gedragsinterventie CoVa of een andere gedragsinterventie die gericht is op cognitieve vaardigheden en/of leefstijl. De reclassering bepaalt welke training het precies wordt. Veroordeelde houdt zich aan de afspraken en aanwijzingen van de trainer/begeleider;
Ambulante behandeling
Veroordeelde laat zich, indien de toezichthouder dit nodig acht, behandelen door een ambulante (forensische) zorgaanbieder of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
Drugsverbod
Veroordeelde gebruikt geen harddrugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd;
Alcoholverbod
Veroordeelde gebruikt, zolang de reclassering dit nodig acht, geen alcohol en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd;
- voorwaarden daarbij zijn van rechtswege dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
geeft aan de reclassering de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
Beslag
- gelast de teruggave van het volgende in beslag genomen voorwerp aan de verdachte:
- geldbedrag € 4.035,-.
- verstaat dat de verdachte ter terechtzitting schriftelijk afstand heeft gedaan van de
volgende goederen:
  • Weegschaal (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534218);
  • Mes (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534196, Machete);
  • Munitie (Omschrijving: PL2300-2022128691-G1534215, 2 PATRONEN - 1X SHOTGUN HAGEL - 1X SHOTGUN SLUG);
  • Hennep (Omschrijving: PL2300-2022128691- [nummer] ).
Dit vonnis is gewezen door mr. I.T.H.L. van de Bergh, voorzitter, mr. M.J.A.G. van Baal en mr. M.J.H. van den Hombergh, rechters, in tegenwoordigheid van S.P.C. Terpelle, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 1 november 2023.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
Feit 1
hij op of omstreeks 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad,
- ( ongeveer) 6127,77 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, en/of
- ( ongeveer) 605,16 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, en/of
- ( ongeveer) 437,67 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende heroïne, en/of
- ( ongeveer) 71 tabletten, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of
- ( ongeveer) 134,35 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende methamfetamine,
zijnde amfetamine en/of cocaïne en/of heroïne en/of MDMA en/of methamfetamine (telkens) (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Feit 2
hij op of omstreeks 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, (ongeveer) 29 gram hennep, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Feit 3
hij op of omstreeks 19 augustus 2022 te Eygelshoven, gemeente Kerkrade, een wapen van categorie II, onder 1, te weten een hagel-/jachtgeweer, zijnde een vuurwapen voorhanden heeft gehad;
Feit 4
hij op of omstreeks 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade,
opzettelijk zeven bankbiljetten van Euro 50,- Euro, die hij, verdachte, zelf heeft nagemaakt en/of vervalst en/of waarvan de valsheid en/of vervalsing hem,
toen hij deze ontving bekend was met het oogmerk om deze als echt en
onvervalst uit te geven en/of te doen uitgeven, in voorraad heeft gehad;
Feit 5
hij op of omstreeks 19 augustus 2022 in de gemeente Kerkrade, i tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van een of meer hoeveelhe(i)d(en) amfetamine en/of methamfetamine en/of MDMA en/of cocaïne en/of heroïne, zijnde amfetamine en/of methamfetamine en/of MDMA en/of cocaïne en/of heroïne (een) middel)en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen
- 2 flessen "Batteriesäure 38%" (verdund zwavelzuur), totale hoeveelheid (ongeveer) 1250 ml, en/of
- 4 flessen "Gootsteenontstopper" (natriumhydroxide), totale hoeveelheid (ongeveer) 1519,71 gram, en/of
- 3 flessen "Methylethylketon" (MEK (methylethylketon)), totale hoeveelheid (ongeveer) 3000 ml, en/of
- 1 fles "Tolueen" (tolueen), (ongeveer) 580 ml, en/of
- 1 fles "Isopropylalcohol' (IPA (isopropylalcohol), (ongeveer) 1000 ml, en/of
- 1 jerrycan "Acidty regulator 37 (E507) (bevat zoutzuur), (ongeveer 20) liter, en/of
- drie (keuken)weegscha(a)l(en),
voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en);

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, zaakregistratienummer PL2300-2022129263, gesloten d.d. 8 mei 2023, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 522.
2.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de kennisgevingen van inbeslagneming d.d. 19 augustus 2022 op de pagina’s 245, 248 t/m 253, 258 t/m 259, 262 t/m 264, het proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 mei 2022, pg. 247, respectievelijk het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 20 augustus 2022, pg. 276 t/m 283 en het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 26 augustus 2022, pg. 292 t/m 295.
3.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de kennisgevingen inbeslagneming d.d. 19 augustus 2022, pg. 248 t/m 249, het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 20 augustus 2022, pg. 276 t/m 283 respectievelijk het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 26 augustus 2022, pg. 292 t/m 295.
4.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de NFiDENT-rapporten d.d. 23 augustus 2022, pg. 284, 286, 287, 291 en 296 t/m 298.
5.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de kennisgevingen van inbeslagneming d.d. 19 augustus 2022 op de pagina’s 241 t/m 244.
6.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de processen-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 20 augustus 2022, pg. 265 en 266.
7.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van de kennisgevingen van inbeslagneming d.d. 19 augustus 2022 op de pagina’s 223 t/m 224, 227 t/m 228, 231 t/m 234, 237 t/m 240
8.. De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 19 december 2022, pg. 321 t/m 329.
9.De in deze kolom genoemde paginanummers zijn van het proces-verbaal onderzoek verdovende middelen d.d. 19 december 2022, pg. 321 t/m 329.
10.NFI-rapport: Drugsonderzoek aan diverse vloeistoffen en vaste stoffen d.d. 13 februari 2023, pg. 350.