ECLI:NL:RBLIM:2023:5815

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
28 september 2023
Publicatiedatum
28 september 2023
Zaaknummer
10576037 OV VERZ 23-41
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om verbod op gebruik handelsnaam wegens verwarring met bestaande handelsnaam

In deze zaak heeft de kantonrechter op 28 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vennootschap onder firma, verzoekster, en de besloten vennootschap ZWARTGOUD-HEERLEN B.V., belanghebbende. Verzoekster exploiteert sinds 9 september 2020 een onderneming onder de naam '[handelsnaam]' in Heerlen, terwijl belanghebbende sinds 24 februari 2023 een brasserie/eetcafé onder de naam 'ZwartGoud-Heerlen B.V.' drijft. Verzoekster stelt dat belanghebbende inbreuk maakt op haar handelsnaam en verzoekt de kantonrechter om belanghebbende te veroordelen het gebruik van de handelsnaam en de bijbehorende domeinnaam te staken.

De procedure begon met een verzoekschrift dat op 26 juni 2023 werd ingediend. Na een mondelinge behandeling op 12 september 2023, waarin beide partijen hun standpunten toelichtten, heeft de kantonrechter de beschikking op 28 september 2023 bepaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat er verwarring kan ontstaan bij het publiek door de gelijkenis tussen de handelsnamen, ondanks dat de bedrijven in verschillende branches opereren en visueel verschillende logo's hebben. De rechtbank oordeelt dat het normaal oplettende publiek de ondernemingen als één en dezelfde onderneming kan beschouwen, wat leidt tot verwarringsgevaar.

De kantonrechter heeft de verzoeken van verzoekster gedeeltelijk toegewezen. Belanghebbende is veroordeeld om binnen tien dagen na betekening van de beschikking het gebruik van de handelsnaam 'ZwartGoud-Heerlen B.V.' en de bijbehorende domeinnaam te staken, met een dwangsom van € 500,- per dag bij niet-nakoming, tot een maximum van € 20.000,-. Daarnaast is belanghebbende veroordeeld in de proceskosten van verzoekster, die zijn begroot op € 656,00. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Locatie Maastricht
Burgerlijk Recht
Zaaknummer 10576037 OV VERZ 23-41
Beschikking van de kantonrechter van 28 september 2023
in de zaak van
de vennootschap onder firma
[verzoekster],
kantoorhoudend en zaakdoende aan de [adres] te [vestigingsplaats] ,
verzoekster,
gemachtigde P.W.M. Houben.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ZWARTGOUD-HEERLEN B.V.,
kantoorhoudend en zaakdoende aan de Saroleastraat 52 te 6411 LB Heerlen,
gemachtigde A.J.H.M. Kreutzer.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met bijlagen 1 t/m 5, ter griffie ontvangen op 26 juni 2023,
- het schrijven van P.W.M. Houben (ontvangen op 20 juli 2023) met daarbij gevoegd de akte
van betekening van het verzoekschrift aan belanghebbende op 13 juli 2023,
- de mondelinge behandeling op 12 september 2023,
Ter zitting hebben beide partijen een afbeelding van het bedrijfslogo per e-mail verstrekt aan de griffier.
1.2.
Ter zitting zijn verschenen:
- [naam 1] en [naam 2] namens [verzoekster] , bijgestaan
door P.W.M. Houben;
- A.J.H.M. Kreutzer namens Zwartgoud-Heerlen.
1.3.
Vervolgens is beschikking bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Verzoekster exploiteert sinds 9 september 2020 in Heerlen een [soort onderneming] onder de naam “ [handelsnaam] ”. In de registers van de Kamer van Koophandel staat hij onder die handelsnaam ingeschreven (bijlage 1 bij verzoekschrift).
2.2.
Belanghebbende drijft sinds 24 februari 2023 een brasserie/eetcafé onder de naam “ZwartGoud-Heerlen B.V.” (bijlage 2 bij verzoekschrift).
2.3.
In de brief van 24 mei 2023 (bijlage 5 bij verzoekschrift) stelt verzoekster dat belanghebbende inbreuk maakt op haar bedrijfsnaam en sommeert zij belanghebbende die inbreuk te staken. Aan deze sommatie heeft belanghebbende niet voldaan.

3.Het verzoek

3.1.
Verzoekster verzoekt de kantonrechter bij beschikking, zo mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, om belanghebbende te veroordelen om binnen twee weken na beschikking:
a. het gebruik van de handelsnaam ZwartGoud-Heerlen B.V. alsmede de domeinnaam
https://zwartgoud-heerlen.nl/ als ook alle verwijzingen op
social mediate staken en gestaakt te houden, althans dusdanige wijzigingen hierin aan te brengen dat er geen gebruik meer wordt gemaakt van de woorden “Zwart” en “Goud” in welke samenstelling dan ook, althans in goede justitie te bepalen noodzakelijke wijzigingen aan te brengen;
b. bij het niet voldoen aan het hiervoor verzochte een dwangsom te betalen van € 5.000,- per dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum van € 100.000,-, althans een in goede justitie te bepalen dwangsom;
c. de kosten van het geding te betalen, een bedrag aan salaris voor de gemachtigde daaronder
begrepen, zomede een bedrag voor de noodzakelijke verschotten.
3.2.
Verzoekster stelt dat de handelsnaam van belanghebbende slechts in geringe mate afwijkt van de reeds bestaande handelsnaam van verzoekster. Hoewel er sprake is van een andere branche, liggen de panden van partijen zeer dicht bij elkaar en is er reeds nu sprake van verwarring bij het publiek. Bij verzoekster bestaat er dan ook een principieel bezwaar tegen het voeren van de termen ‘Zwart’ (en) ‘Goud’ in de naam. Zelfs met de daaraan voorafgaande toevoeging ‘Grand Café’ blijft er volgens verzoekster verwarring bestaan, mensen googelen immers alleen op de termen ‘Zwart’ (en) ‘Goud.’ In verband met reviews op google ligt het heel gevoelig om welk bedrijf het gaat.
3.3.
Belanghebbende heeft verweer gevoerd. Zij stelt dat zij, via de notaris, wel onderzoek heeft gedaan naar het voorkomen van de bedrijfsnaam, maar dat deze – waarschijnlijk door het ontbreken van de spatie in de zoekterm ‘ZwartGoud,’ aldus belanghebbende – niet voorkwam. Zij mocht derhalve vertrouwen op het onderzoek van de notaris. Ter zitting is erkend dat er af en toe sprake is van verwarring. Daarom is nieuwe bedrijfskleding besteld met daarop “Grand Café ZwartGoud-Heerlen”. De toevoeging Grand Café is ook verwerkt in het logo van het bedrijf. Ook is er de bereidheid geuit om Grand Café toe te voegen aan de handelsnaam zoals ingeschreven bij de Kamer van Koophandel alsmede om de website aan te passen. Belanghebbende is niet bereid om ZwartGoud weg te halen uit de naam, maar zal zich refereren aan het oordeel van de kantonrechter.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het toetsingskader voor een inbreuk op een handelsnaam is opgenomen in artikel 5 van de Handelsnaamwet. In dit artikel is bepaald dat het verboden is een handelsnaam te
voeren die, vóórdat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig gevoerd werd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover dientengevolge, in verband met de aard van beide ondernemingen en de
plaats waar zij gevestigd zijn, bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is.
4.2.
De keuze voor een bepaalde handelsnaam geeft geen exclusief recht op het gebruik daarvan. Wel biedt de wet, in het belang van het publiek en het belang van de oudste gebruiker, bescherming tegen misleiding.
4.3.
Vast staat dat [verzoekster] haar handelsnaam eerder voerde dan ZwartGoud-Heerlen B.V. Of verwarring te duchten valt, moet volgens vaste jurisprudentie worden beoordeeld met inachtneming van alle omstandigheden van het geval. Bij een en ander komt het aan op een globale beoordeling van de volledige handelsnamen wat betreft hun visuele, auditieve en begripsmatige kenmerken, in relatie tot de aard van de ondernemingen en alle overige omstandigheden van het geval. Tot de visuele kenmerken behoren ook gebruikte logo’s en eventuele andere visuele vormgeving. Verder dient de vraag of verwarring te duchten valt, te worden beoordeeld vanuit het perspectief van het normaal oplettende publiek en zijn eventuele (specialistische) kennis van het desbetreffende marktsegment.
4.4.
De rechtbank stelt voorop dat beide bedrijven in de zelfde plaats, te weten in Heerlen, op korte afstand van elkaar, zo’n driehonderd meter, gevestigd zijn. In beide namen komen de woorden ‘Zwart’ en ‘Goud’ voor. Visueel is wel een substantiële afwijking waarneembaar; de door partijen ter zitting overgelegde bedrijfslogo’s verschillen immers aanzienlijk van elkaar. Ze hebben beide een andere vormgeving en kleur, en bij beide staat een beschrijvend element. Bij verzoekster is dit het woord ‘ [woord] ’ en bij belanghebbende ‘Grand Café’, waarbij belanghebbende nog tekeningen van een steenkool, truffel en een koffieboon heeft toegevoegd.
4.5.
De rechtbank ziet zich in het licht van het voorgaande voor de vraag gesteld of bij het gebruik van de handelsnaam van partijen in verband met de aard van de ondernemingen en de plaats waar zij gevestigd zijn, verwarring is te duchten bij het relevante publiek. Die vraag dient naar het oordeel van de rechtbank bevestigend te worden beantwoord. Het geringe onderscheidend vermogen tussen de handelsnamen [verzoekster] en ZwartGoud Heerlen B.V. is zodanig gering dat verwarringsgevaar aanwezig wordt geacht. Aannemelijk is dat het normaal oplettende publiek de ondernemingen van partijen als één en dezelfde onderneming aanmerkt. De in geografisch opzicht geringe afstand tussen beide draagt daar nog eens aan bij. Dat verzoekster en belanghebbende in een volstrekt andere branche opereren, doet daar niet aan af. In zoverre is het verzoek voor toewijzing vatbaar.
4.6.
Het voorgaande kan echter niet tot de conclusie leiden dat belanghebbende geen gebruik meer zou mogen maken van de woorden ‘Zwart’ (en) ‘Goud’, nu, zoals gezegd, de keuze voor een bepaalde handelsnaam geen exclusief recht op het gebruik daarvan geeft; er bestaat met andere woorden niet zoiets als een alleenrecht van verzoekster op deze twee woorden. Door de gewraakte woorden in een andere samenstelling te gebruiken in een nieuw te voeren handelsnaam kan belanghebbende het ertoe leiden dat voor het normaal oplettende
publiek geen verwarring tussen beide ondernemingen meer te duchten is. In het licht hiervan zou de toevoeging door belanghebbende van de woorden ‘Grand Café – al dan niet met een hoofdletter – voorafgaand aan ‘ZwartGoud-Heerlen’, de verwarring van het normaal
oplettende publiek tussen beide ondernemingen wegnemen. Ook een andere combinatie of samenstelling is mogelijk, mits er voldoende onderscheid zal (blijven) bestaan. Voor toewijzing van dit deel van het verzoek is derhalve geen plaats, zodat dit zal worden afgewezen.
4.7.
Hetgeen de rechtbank hiervoor ten aanzien van de handelsnaam heeft overwogen, geldt evenzeer voor de door belanghebbende gevoerde domeinnaam en de verwijzingen op
social media.
4.8.
De kantonrechter ziet aanleiding de gevorderde dwangsom te matigen. De dwangsom zal worden beperkt op de hierna in het dictum geformuleerde wijze.
4.9.
Op grond van het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat belanghebbende, als de (overwegend) in het ongelijk gestelde partij, dient te worden veroordeeld in de kosten van de procedure. De kosten aan de zijde van verzoekster worden begroot op € 528,00
(2 punten) aan salaris gemachtigde en € 128,00 aan griffierecht.
5. De beslissing
De kantonrechter
5.1.
veroordeelt belanghebbende om binnen tien dagen na betekening van deze beschikking het gebruik van de handelsnaam ‘ZwartGoud-Heerlen B.V.’ alsmede de domeinnaam https://zwartgoud-heerlen.nl/ alsook alle verwijzingen op
social media– betrekking hebbende op deze namen – te staken en gestaakt te houden, althans dusdanige wijzigingen hierin aan te brengen – op bijvoorbeeld de in rov. 4.6 besproken wijze – dat voor het normaal oplettende publiek geen verwarring tussen beide ondernemingen meer te duchten is, zulks onder verbeurte van een dwangsom van € 500,- voor iedere dag dat belanghebbende nalatig is in de nakoming van deze beschikking, met een maximum van € 20.000,00,
5.2.
veroordeelt belanghebbende in de kosten van de procedure, tot op heden aan de zijde van verzoekster begroot op € 656,00,
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. T.A.J.M. Provaas en in het openbaar uitgesproken.
Type: AH