ECLI:NL:RBLIM:2023:5396

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 augustus 2023
Publicatiedatum
11 september 2023
Zaaknummer
C/03/319284 / HA ZA 23-272
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring in civiele zaak

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 30 augustus 2023 een vonnis gewezen in een incident. De eisers in de hoofdzaak, die ook verweerders zijn in het incident, hebben de gedaagde in de hoofdzaak aangeklaagd wegens wanprestatie in de nakoming van een aannemingsovereenkomst voor de bouw van een woonhuis. De eisers vorderen een schadevergoeding van € 100.212,77, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten. De gedaagde in de hoofdzaak heeft in het incident verzocht om [naam bv] in vrijwaring op te roepen, stellende dat er een mondelinge overeenkomst tot onderaanneming bestaat. De rechtbank heeft geoordeeld dat er voldoende gronden zijn voor de oproeping in vrijwaring, en heeft het verzoek toegewezen. De proceskosten in het incident worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De zaak zal op 11 oktober 2023 opnieuw op de rol komen voor verdere behandeling.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/319284 / HA ZA 23-272
Vonnis in incident van 30 augustus 2023 (bij vervroeging)
in de zaak van

1.[eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident sub 1] ,

2.
[eiseres in de hoofdzaak, verweerster in het incident sub 2],
beiden wonende te [woonplaats 1] ,
eisers in de hoofdzaak,
verweerders in het incident,
advocaat mr. F.R. Hage te Sittard,
tegen
[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident],
wonende te Elsloo,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiser in het incident,
advocaat mr. T.J. Wittendorp te Maastricht-Airport.
Partijen zullen hierna [eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] en [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het exploot van dagvaarding met producties 1 t/m 16,
  • de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring
  • de incidentele conclusie van antwoord.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.Het geschil

in de hoofdzaak

2.1.
[eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] stellen dat [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] (toerekenbaar) tekort is geschoten in de nakoming van de tussen partijen gesloten overeenkomst van aanneming van werk op grond waarvan [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] zich verbonden heeft tot het bouwen van een woonhuis aan de [adres] te [woonplaats 1] en het aanbrengen van een dakbedekking. [eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] vorderen uit dien hoofde dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I.
primair:
gedaagde zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] te betalen een bedrag van € 100.212,77, althans een in goede justitie vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 februari 2022, althans vanaf de dag van dagvaarding, tot aan de dag van algehele voldoening,
subsidiair:
gedaagde zal veroordelen tot betaling aan [eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] van de door hen geleden schade naar aanleiding van de door gedaagde gepleegde wanprestatie, nader op te maken bij staat, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 februari 2022, althans vanaf de dag van dagvaarding, tot aan de dag van algehele voldoening,
II.
gedaagde zal veroordelen tot betaling van de proceskosten.
in het incident
2.2.
[gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] vordert dat het hem wordt toegestaan [naam bv] (hierna: [naam bv] ) in vrijwaring op te roepen. Hij stelt daartoe dat tussen hem en [naam bv] sprake is van een (mondelinge) overeenkomst tot onderaanneming uit hoofde waarvan aan [naam bv] de opdracht is gegeven het dak van de werkzaamheden aan het dak van de betreffende woning uit te voeren. De exclusieve verantwoordelijkheid voor het dak ligt derhalve bij [naam bv] , zodat hij gehouden is [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] te vrijwaren voor (schade)claims ter zake, aldus [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] . [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] heeft [naam bv] aansprakelijk gesteld bij brief van 22 april 2022.
2.3.
[eisers in de hoofdzaak, verweerders in het incident] refereren zich aan het oordeel van de rechtbank.

3.De beoordeling in het incident

3.1.
Gelet op de door [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] aangevoerde gronden voor de oproeping in vrijwaring van [naam bv] , valt naar het oordeel van de rechtbank op voorhand niet uit te sluiten dat [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] geheel of gedeeltelijk regres zal kunnen nemen op [naam bv] . Dat is voor toewijzing van het verzoek voldoende. Het verzoek zal daarom worden toegewezen.
3.2.
Naar het oordeel van de rechtbank kan in het incident geen van partijen als de in het ongelijk gestelde partij worden beschouwd. Daarom zullen de proceskosten worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4.De beslissing

De rechtbank
in het incident
4.1.
staat toe dat [naam bv] door [gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident] wordt gedagvaard tegen de terechtzitting van 11 oktober 2023,
4.2.
compenseert de kosten van het incident tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
in de hoofdzaak
4.3.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
11 oktober 2023voor conclusie van antwoord, alsmede voor opgave verhinderdata aan de zijde van alle partijen voor een mondelinge behandeling in de periode 1 november 2023 tot en met april 2024,
4.4.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.R.M. de Bruijn en in het openbaar uitgesproken op 30 augustus 2023.
type: RJ