ECLI:NL:RBLIM:2023:5293

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 augustus 2023
Publicatiedatum
6 september 2023
Zaaknummer
C/03/308959 / HA ZA 22-394
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Erfrechtelijke geschillen over verdeling en gebruiksvergoeding in nalatenschap

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een erfrechtelijke kwestie waarin de verdeling van de nalatenschap van mevrouw [erflaatster] centraal staat. De eiseres in conventie, in haar hoedanigheid als erfgenaam en executeur, heeft samen met de andere erfgenaam, een vordering ingesteld tegen de gedaagde in conventie, die ook een erfgenaam is. De procedure is gestart na een kort geding vonnis waarin de gedaagde was veroordeeld tot ontruiming van de woning van de erflaatster. De eiseres vordert onder andere een gebruiksvergoeding voor het gebruik van de woning door de gedaagde, die gedurende een periode van 2,5 jaar in de woning heeft gewoond zonder een formele huurovereenkomst. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen expliciete afspraken zijn gemaakt over een gebruiksvergoeding en dat de kosten voor de woning gezamenlijk zijn gedragen. Hierdoor heeft de rechtbank geoordeeld dat het in strijd met de redelijkheid en billijkheid zou zijn om met terugwerkende kracht een gebruiksvergoeding te vorderen. Daarnaast zijn er vorderingen gedaan met betrekking tot notariskosten en gemeenschappelijke lasten van de nalatenschap, die door de rechtbank zijn toegewezen. De gedaagde heeft ook vorderingen in reconventie ingesteld, waaronder het verzoek om afgifte van fotoalbums en schadevergoeding, die door de rechtbank zijn afgewezen. De rechtbank heeft de proceskosten tussen partijen gecompenseerd, gezien de familierelatie.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/308959 / HA ZA 22-394
Vonnis van 30 augustus 2023
in de zaak van

1.[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ,

in hoedanigheid van erfgenaam in de nalatenschap van mevrouw [erflaatster] ,
wonende te [woonplaats 1] ,
2.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2],
wonende te [woonplaats 2] ,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat: mr. J.G.M. Nass,
tegen
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
wonende te [woonplaats 3] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat: mr. A.J.J. Kreutzkamp.
Eisers in conventie, tevens verweerders in reconventie, zullen hierna worden aangeduid als [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] . Gedaagde in conventie, tevens eiseres in reconventie zal hierna worden aangeduid als [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 7 juni 2023;
- het e-mailbericht van mr. Kreutzkamp van 9 augustus 2023;
- het e-mailbericht van mr. Kreutzkamp van 16 augustus 2023;
- het e-mailbericht van mr. Nass van 22 augustus 2023.
1.2.
Tijdens de mondelinge behandeling op 25 april 2023 hebben partijen overeenstemming bereikt ten aanzien van de vorderingen onder I en II in conventie en de vordering onder 1 in reconventie (betreffende de verdeling van de woning van erflaatster en enkele roerende zaken), welke overeenkomst is opgenomen in het proces-verbaal. De vordering in reconventie onder 4 (met betrekking tot de uitgekeerde vergoeding voor de schutting) is ter mondelinge behandeling ingetrokken.
1.3.
Ten aanzien van de resterende vorderingen is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op [overlijdensdatum] 2019 is overleden mevrouw [erflaatster] (verder:
erflaatster). Bij testament van 14 juli 2016 heeft zij haar kinderen – de partijen in deze procedure – ieder voor een gelijk deel tot (enige) erfgenamen benoemd.
2.2.
Bij voornoemd testament is [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] benoemd tot executeur, welke benoeming zij heeft aanvaard.
2.3.
Tot de nalatenschap behoort onder meer de woning van erflaatster, gelegen aan de [adres] te [plaats] (hierna: de woning).
2.4.
Na het overlijden van erflaatster heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] met haar kinderen haar intrek in de
woning genomen omdat zij op dat moment in een echtscheiding verwikkeld was. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] hebben hiermee ingestemd. De vaste lasten zijn in deze periode door de erfgenamen gezamenlijk betaald en de verbruikslasten zijn door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betaald. Partijen hebben, door tussenkomst van makelaar [naam makelaar] , getracht een tijdelijke huurovereenkomst te sluiten, maar dit heeft niet geleid tot een huurovereenkomst.
2.5.
Begin 2021 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , in haar hoedanigheid van executeur, notaris mr. [naam notaris] ingeschakeld ten behoeve van de afwikkeling van de nalatenschap. In dat verband heeft op 12 februari 2021 een gesprek tussen partijen plaatsgevonden ten kantore van de notaris. De tussenkomst van de notaris heeft niet tot verdeling van de nalatenschap geleid.
2.6.
Per brief van 6 april 2021 en per e-mail van 8 april 2021 hebben [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] schriftelijk aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] laten weten dat zij niet langer instemden met de bewoning van de woning door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ging niet akkoord met deze opzegging en zij wilde in de woning blijven wonen.
2.7.
Bij kort geding vonnis van 16 november 2021 is [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , op vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in haar hoedanigheid van executeur, veroordeeld tot ontruiming van de woning. Zij heeft de woning op 7 december 2021 verlaten.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] vorderen – na vermindering van eis ter zake de vorderingen waarover partijen overeenstemming hebben bereikt (de vorderingen onder I en II) – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
III. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen tot betaling aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] van een gebruiksvergoeding van € 5.208,33, dan wel een gebruiksvergoeding door te rechtbank te bepalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 augustus 2021, dan wel de datum van dagvaarding, dan wel een datum door de rechtbank te bepalen;
IV. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen tot betaling aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] van een gebruiksvergoeding van € 5.208,33 dan wel een gebruiksvergoeding door te rechtbank te bepalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 12 augustus 2021, dan wel de datum van dagvaarding, dan wel een datum door de rechtbank te bepalen;
V. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen tot betaling van de nog door haar te betalen notariskosten aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ten bedrage van € 513,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 7 juni 2021, dan wel de datum van dagvaarding, dan wel een door de rechtbank te bepalen datum, dan wel te bepalen dat dit bedrag dient te worden verrekend met het aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] toekomende erfdeel;
VI. te bepalen dat zowel de voorzienbare als onvoorzienbare lasten van de woning alsmede overige met de afwikkeling van de nalatenschap verband houdende gemeenschappelijke kosten gelijkelijk door partijen worden gedragen tot het moment van verdeling;
VII. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen tot betaling van één derde gedeelte van de onder VI. genoemde lasten tot het moment van verdeling, dan wel te bepalen dat deze worden verrekend met het aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] toekomende erfdeel;
VIII. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen in de kosten van deze procedure, met inbegrip van de kosten van de notaris en/of makelaar, indien en voor zover werkzaamheden door de rechtbank aan hen ten behoeve van de verdeling van de gemeenschap zullen worden opgedragen, tevens met inbegrip van de nakosten, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van het vonnis, en – voor het geval voldoening van de proceskosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten te rekenen vanaf de bedoelde termijn voor voldoening.
3.2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.4.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert – na vermindering van eis ter zake de vorderingen waarover partijen overeenstemming hebben bereikt (de vorderingen onder 1) en de vordering onder 4 die ter mondelinge behandeling is ingetrokken – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
2. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] te veroordelen tot afgifte van alle fotoalbums van de ouders van partijen binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vervolgens de gelegenheid krijgt om binnen een redelijke termijn een keuze te maken uit de foto’s in die albums die zij wenst te behouden, een en ander op straffe van een dwangsom van € 200,- per dag en voor iedere dag dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] aan deze veroordeling of een gedeelte daarvan niet voldoen;
3. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] te veroordelen tot het afleggen van rekening en verantwoording op basis van verificatoire bescheiden wegens de reeds verkochte inboedel uit de woning aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, en vervolgens na keuring door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] 1/3 gedeelte van de verkoopopbrengst van de reeds verkochte inboedelgoederen aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te betalen,
5. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ten bedrage van € 16.876,64,
3.5.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] voeren verweer.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Klachten over het taxatierapport
4.1.
Bij e-mailberichten van 9 en 16 augustus 2023 heeft mr. Kreutzkamp de rechtbank namens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bericht dat de door de rechtbank benoemde deskundige, de heer [naam deskundige] – kort samengevat – heeft gehandeld in strijd met de leidraad deskundigen in civiele zaken. Mr. Kreutzkamp heeft hieraan de conclusie verbonden dat het taxatierapport door de rechtbank niet in de verdere oordeelsvorming kan worden betrokken en heeft de rechtbank verzocht een nieuwe deskundige te benoemen, met daarnaast de inschakeling van een gecertificeerd dakdekker.
4.2.
De rechtbank wijst erop dat de benoeming van de deskundige deel uitmaakt van de bindende afspraken die partijen over en weer hebben gemaakt ter beëindiging van een deel van hun geschil. Het betreft dus niet de benoeming van een deskundige ten behoeve van een door de rechtbank nog te nemen beslissing, maar louter het ‘aanwijzen’ van een deskundige door de rechtbank, omdat partijen daarover onderling geen overeenstemming konden bereiken. Zoals de rechtbank ook bij tussenvonnis van 7 juni 2023 (rov. 2.2) heeft overwogen is de bemoeienis van de rechtbank om die reden uitdrukkelijk beperkt tot de enkele benoeming van de deskundige en wordt geen gelegenheid geboden tot nadere conclusies of akten naar aanleiding van het taxatierapport. Om die reden zal de rechtbank de verzoeken van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] passeren.
4.3.
Ten overvloede overweegt de rechtbank dat zij, gelet op de door partijen getroffen schikking, geen vonnis zal wijzen ten aanzien van de vorderingen met betrekking tot de woning van erflaatster. Het taxatierapport zal dus niet in het oordeel van de rechtbank worden betrokken.
Opmerkingen over het proces-verbaal
4.4.
Mr. Nass heeft bij brief van 8 mei 2023 opmerkingen gemaakt naar aanleiding van het proces-verbaal van de mondelinge behandeling. De rechtbank stelt naar aanleiding van deze opmerkingen voorop dat het proces-verbaal van de mondelinge behandeling een zakelijke weergave van het verhandelde betreft. Niettemin is juist dat zijdens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] het volgende is aangevoerd:
“Voor wat betreft de afhandeling van de nalatenschap is bij notaris [naam notaris] een overleg geweest, omdat er twee geïnteresseerden zijn voor de aankoop van de woning. Alle erven zijn door de notaris uitgenodigd en ook [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was op de hoogte. Er is toen gesproken over loten, omdat dit de eerlijkste weg zou zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft toen aangegeven hiermee niet akkoord te gaan en wilde liever bieden. (…) Alles is open gecommuniceerd. Ik verwijs naar alle stukken en communicatie welke aangeleverd zijn (…) bij onze producties.”
De rechtbank komt hierop terug in rov. 4.10 e.v..
Voor het overige zijn de opmerkingen niet relevant voor de verdere beoordeling van het geschil, zodat zij hierna buiten beschouwing blijven.
4.5.
Mr. Kreutzkamp heeft bij e-mailbericht van 4 mei 2023 eveneens opmerkingen gemaakt naar aanleiding van het proces-verbaal van de mondelinge behandeling.
De rechtbank stelt vast dat de opmerking van mr. Kreutzkamp ten aanzien van afspraken over de gebruiksvergoeding (onder ‘toelichting juridische standpunten’, pagina 4 van het proces-verbaal) inderdaad onjuist is weergegeven. Dit moet zijn:
“Er is niet afgesproken dat een gebruiksvergoeding in rekening wordt gebracht.”De rechtbank komt hierop terug in rov. 4.6 e.v..
Daarnaast is juist dat zijdens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tijdens de mondelinge behandeling, zakelijk weergegeven, het volgende is gesteld:
‘dat zij, omdat ze transparantie wilde, aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] had voorgesteld om naar de heer [naam makelaar] te gaan voor het bespreken van een huurcontract. Haar werd toen meteen duidelijk gemaakt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] dat oké vonden, maar pertinent niet in de kosten hiervoor wilden delen. Dat moest [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] maar voor eigen rekening nemen. Daarentegen is zonder overleg vooraf met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] , een afspraak gepland bij notaris [naam notaris] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft daar nooit akkoord voor gegeven. Gezien vorenstaande vindt ze het meer dan onredelijk dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] nu vorderen dat zij wel moet delen in die kosten. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] had geen enkele baat bij die afspraak bij de notaris.’
De rechtbank komt hierop terug in rov. 4.10 e.v..
Voor het overige zijn de opmerkingen niet relevant voor de verdere beoordeling van het geschil, zodat zij hierna buiten beschouwing blijven.
in conventie
Gebruiksvergoeding
4.6.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] stellen dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan hen een gebruiksvergoeding van in totaal € 10.416,67 is verschuldigd als compensatie voor het exclusieve gebruik dat zij heeft gehad van de woning. Aan die vordering leggen zij ten grondslag dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de woning voor de duur van 2,5 jaar (30 maanden) heeft bewoond, gedurende welke periode [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] slechts gas, water en licht heeft betaald, terwijl de overige gebruikers- en eigenaarslasten door partijen gezamenlijk zijn betaald.
4.7.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwist dat zij een gebruiksvergoeding verschuldigd is. Zij stelt daartoe dat het gebruik van de woning met uitdrukkelijke toestemming van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] plaatsvond en dat de manier waarop de kosten verdeeld waren een (mondelinge) overeenkomst inhield. Er is uitdrukkelijk geen gebruiksvergoeding afgesproken volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] . Het achteraf in deze procedure vorderen van een gebruiksvergoeding is in strijd met de overeenkomst, althans met de redelijkheid en billijkheid, aldus [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
4.8.
De rechtbank stelt voorop dat op grond van artikel 3:169 BW in beginsel iedere deelgenoot bevoegd is een gemeenschappelijk goed te gebruiken. Deze bepaling heeft echter mede tot strekking de deelgenoot die het goed met uitsluiting van de andere deelgenoot gebruikt, te verplichten de deelgenoot die aldus verstoken blijft van het gebruik en het genot waarop hij recht heeft, schadeloos te stellen bijvoorbeeld door het betalen van een gebruiksvergoeding (HR 22 december 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA9143). Daarbij geldt dat de rechtsbetrekking tussen de deelgenoten wordt beheerst door de redelijkheid en billijkheid (art. 3:166 lid 3 BW). Bij de beoordeling moet dus rekening moet worden gehouden met de omstandigheden van het geval.
4.9.
De rechtbank stelt vast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van medio 2019 tot 7 december 2021 exclusief gebruik heeft gemaakt van de woning waarvan partijen gezamenlijk eigenaar zijn. In beginsel betekent dit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] schadeloos dient te stellen, maar de omstandigheden in dit geval leiden volgens de rechtbank tot een andere conclusie. Gedurende de gehele periode dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de woning woonde werden de vaste lasten van de woning door de drie partijen gedeeld, waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tevens de kosten voor gas, water en elektriciteit droeg. De rechtbank legt dit uit als een (stilzwijgende) afspraak tussen partijen. Uit de processtukken blijkt niet dat concreet is gesproken over een gebruiksvergoeding, ook niet na de mislukte onderhandelingen met betrekking tot de huurovereenkomst. Integendeel, de bestaande gang van zaken lijkt na het stranden van die onderhandelingen ongewijzigd te zijn voortgezet. Ook later, tijdens de bespreking bij notaris [naam notaris] , is geen aanspraak gemaakt op een gebruiksvergoeding. Eerst bij dagvaarding – toen [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] al geruime tijd uit de woning was – hebben [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] een gebruiksvergoeding gevorderd. Op dat moment hoefde [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] er echter geen rekening meer mee te houden dat alsnog een gebruiksvergoeding zou worden gevorderd. In het licht van deze omstandigheden acht de rechtbank het – met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] – in strijd met de redelijkheid en billijkheid dat zij met terugwerkende kracht een gebruiksvergoeding is verschuldigd. De vorderingen tot betaling van een gebruiksvergoeding zullen daarom worden afgewezen.
Notariskosten
4.10.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] stellen dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (in haar hoedanigheid van executeur) begin 2021 notaris [naam notaris] heeft ingeschakeld, om meer voortvarendheid te bewerkstelligen in de afwikkeling van de nalatenschap. De notaris heeft, naast de bespreking met partijen op 12 februari 2021 (rov. 2.5) voor de verdeling van de woning een concept biedingsovereenkomst en een conceptakte van verdeling opgesteld. Voor deze werkzaamheden heeft hij een bedrag van € 1.539,- in rekening gebracht bij de erfgenamen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verzocht hun aandeel in die kosten (ad € 513,-) voor 7 juni 2021 aan haar te voldoen, zodat zij kon zorgen voor betaling aan de notaris. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft geen betaling van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ontvangen en heeft de notariskosten voor haar voorgeschoten.
4.11.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft deze vordering bij conclusie van antwoord niet betwist. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] mondeling verweer gevoerd, waarbij zij heeft aangegeven dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] niet wilden delen in de kosten voor het traject bij makelaar [naam makelaar] , zodat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] die kosten zelf moest betalen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vindt het onredelijk dat zij nu wel moet delen in de notariskosten, terwijl de notaris zonder overleg met haar is ingeschakeld en zij bovendien geen baat bij de bemoeienis van de notaris heeft gehad.
4.12.
De rechtbank stelt voorop dat niet is betwist dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de notariskosten niet heeft voldaan, zodat dit als vaststaand kan worden aangenomen. De rechtbank volgt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet in haar tijdens de zitting gevoerde verweer. De notaris heeft als neutrale partij de gezamenlijke belangen van de erfgenamen behartigd. Dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] daar achteraf anders over denkt en niet tevreden is over de werkzaamheden van de notaris doet daar niet aan af. De vergelijking met de inzet van makelaar [naam makelaar] gaat niet op, nu de heer [naam makelaar] – anders dan de notaris – enkel de belangen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] behartigde. Dit blijkt ook uit het e-mailbericht van de heer [naam makelaar] gericht aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] op 15 december 2020 (productie 4 bij dagvaarding). De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] moet meedelen in de notariskosten, omdat het traject bij de notaris betrekking had op de afwikkeling van de nalatenschap van erflaatster en daarmee ten laste van de gezamenlijke erfgenamen komt. De rechtbank zal deze vordering daarom toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 8 juni 2021, omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vanaf deze datum in verzuim was. Nu [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen beroep heeft gedaan op verrekening met haar erfdeel, zal de rechtbank haar veroordelen tot betaling van het gevorderde bedrag.
Gemeenschappelijke lasten nalatenschap
4.13.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aangegeven dat zij het redelijk vindt om mee te delen in de lasten van de woning en de nalatenschap en dat zij haar verweer op dit punt niet langer wenst te handhaven. De vorderingen onder VI en VII liggen daarmee voor toewijzing gereed. Nu [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen beroep heeft gedaan op verrekening met haar erfdeel, zal de rechtbank haar veroordelen tot betaling van het gevorderde bedrag.
in reconventie
Afgifte foto’s en fotoalbums
4.14.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] afgifte van de fotoalbums van de ouders van partijen, zodat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de foto’s kan uitzoeken die zij wenst te behouden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] hebben aangevoerd dat zij niet in het bezit zijn van de desbetreffende foto’s en fotoalbums en daarom onmogelijk kunnen voldoen aan de vordering. Tegenover deze betwisting heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit zou moeten blijken dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] wel over de gevorderde fotoalbums beschikken. De rechtbank zal de vordering in reconventie onder 2 om die reden afwijzen.
Rekening en verantwoording inboedel
4.15.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] – in ieder geval [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in haar hoedanigheid van
executeur – rekening en verantwoording dienen af te leggen wegens reeds verkochte
inboedelgoederen, gevolgd door – na keuring door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] – uitbetaling van 1/3 van de
verkoopopbrengst aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
4.16.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] hebben deze vordering betwist met de stelling dat alleen de executeur rekening en verantwoording dient af te leggen, en wel bij beëindiging van haar taak. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] is in deze procedure echter niet als executeur, maar enkel als erfgenaam betrokken.
4.17.
De verplichting tot het verstrekken van informatie aan erfgenamen en het afleggen van rekening en verantwoording over het beheer van de nalatenschap rust op grond van de artikelen 4:148 BW en 4:151 BW op de executeur. Dat betekent dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] deze vordering moet instellen tegen de executeur. De rechtbank stelt vast dat zowel [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] als [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in onderhavige procedure is betrokken als erfgenaam en niet (mede) in de hoedanigheid van executeur. Dat brengt mee dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet-ontvankelijk zal worden verklaard in haar vordering.
Schadevergoeding
4.18.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] een schadevergoeding ten bedrage van € 16.876,64. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt daartoe dat het bij kort geding gestelde spoedeisend belang achteraf niet is gebleken, zodat haar verhuizing uit de woning achteraf gezien niet noodzakelijk was. Zij vordert nu vergoeding van de kosten die zij door het kort gedingvonnis en de daaropvolgende verhuizing heeft moeten maken. Deze kosten bestaan uit opslagkosten, kosten voor de verhuizing, kosten van betekening en vervanging van de sloten op de woning.
4.19.
Volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] dient de gevorderde schadevergoeding geheel te worden afgewezen, omdat de wettelijke grondslag voor de gevorderde schadevergoeding ontbreekt. Daarnaast stellen zij niet in persoon te kunnen worden aangesproken. Tevens stellen zij dat de opgevoerde schadeposten in totaal € 16.056,05 bedragen in plaats van het gevorderde bedrag. Zij stellen dat de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] opgevoerde schadeposten volledig voor haar rekening en risico dienen te blijven.
4.20.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onvoldoende gesteld om tot toewijzing van de vordering te kunnen komen. Voor zover [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft beoogd een vordering uit onrechtmatige daad in te stellen, had het op haar weg gelegen de feiten en omstandigheden te stellen die een dergelijke vordering kunnen dragen. De enkele stelling dat zij ten onrechte zou zijn gedwongen te verhuizen op basis van het vonnis in kort geding, omdat het spoedeisend belang in haar ogen achteraf niet is gebleken, is daartoe onvoldoende. Ook het enkele noemen van (kennelijke) schadeposten, zonder motivering van (onder meer) het causaal verband met de (veronderstelde) onrechtmatige gedraging volstaat niet. De rechtbank zal deze vordering daarom afwijzen.
In conventie en in reconventie
Proceskosten
4.21.
Gelet op de familierelatie tussen partijen zullen de proceskosten, met
inbegrip van de nakosten, tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de
eigen kosten draagt. Over de kosten van de notaris en de makelaar hebben partijen onderling reeds afspraken gemaakt in de vaststellingsovereenkomst, die is opgenomen in het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 25 april 2023, zodat dit niet meer ter beslissing aan de rechtbank voorligt.

5.De beslissing

De rechtbank:
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot betaling van de nog door haar te betalen notariskosten aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ten bedrage van € 513,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 8 juni 2021 tot de dag van algehele voldoening,
5.2.
bepaalt dat zowel de voorzienbare als de onvoorzienbare lasten van de woning gelegen aan de [adres] te [plaats] , alsmede overige met de afwikkeling van de nalatenschap verband houdende gemeenschappelijke kosten gelijkelijk door partijen worden gedragen tot het moment van verdeling,
5.3.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot betaling van één derde gedeelte van de in rov. 5.2 genoemde lasten tot het moment van verdeling,
5.4.
verklaart de beslissingen onder rov 5.1 en 5.3 uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.6.
verklaart [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet-ontvankelijk in haar vordering tot het afleggen van rekening en verantwoording inzake de verkochte inboedel uit de woning,
5.7.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in conventie en in reconventie
5.8.
compenseert de proceskosten tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. E.C.M. Hurkens en in het openbaar uitgesproken op 30 augustus 2023.