In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 16 augustus 2023 uitspraak gedaan over een omgevingsvergunning die op 7 juni 2022 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen is verleend aan de vergunninghouder voor het aanleggen van een uitweg nabij de Eerste Oosterstraat. Eiser, die aan de [adres 2] woont, heeft bezwaar gemaakt tegen deze vergunning, omdat hij vreest dat de uitweg de groenvoorzieningen in de gemeente aantast en gevaarlijke situaties kan veroorzaken. De voorzieningenrechter heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelde dat verweerder voldoende gemotiveerd heeft dat geen van de weigeringsgronden van de Algemene plaatselijke verordening (APV) zich voordoet. De voorzieningenrechter concludeert dat de vergunninghouder de uitweg heeft aangelegd conform de verleende vergunning en dat de zorgen van eiser over de verkeersveiligheid en de groenvoorzieningen niet opwegen tegen de verleende vergunning. De voorzieningenrechter heeft de zaak in zijn geheel beoordeeld en geen aanleiding gezien om de vergunning te weigeren.