ECLI:NL:RBLIM:2023:4842

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 mei 2023
Publicatiedatum
16 augustus 2023
Zaaknummer
03.160461.22
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in strafzaak wegens hennepteelt en stroomdiefstal

In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1970 en woonachtig te Heerlen, heeft de rechtbank Limburg op 30 mei 2023 uitspraak gedaan. De verdachte werd bijgestaan door haar advocaat, mr. Th. Boumans. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 16 mei 2023, waarbij zowel de verdachte als haar raadsman aanwezig waren. De officier van justitie vorderde vrijspraak voor de tenlastegelegde feiten, die bestonden uit hennepteelt en stroomdiefstal. De rechtbank heeft de tenlastelegging als bijlage aan het vonnis gehecht.

De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte de tenlastegelegde feiten had begaan. De politie had op 30 maart 2021 een hennepkwekerij aangetroffen in de woning van de verdachte, waar ook stroom buiten de meter om werd afgenomen. De verdachte verklaarde echter geen kennis te hebben van de hennepkwekerij of de diefstal van elektriciteit. De rechtbank kon geen andere omstandigheden vaststellen die op betrokkenheid van de verdachte wezen. Het enkele feit dat zij in de woning woonde waar de kwekerij was aangetroffen, was onvoldoende om haar als pleger, medepleger of medeplichtige aan te merken.

Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Dit vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank Limburg, met mr. G.H. Hermanides als voorzitter, en mr. J.M.E. Kessels en mr. L. Bastiaans als rechters. De griffier, mr. J. Zijlstra, was ook aanwezig bij de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer : 03.160461.22
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 30 mei 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1970,
wonende te [adres 1] ,
De verdachte wordt bijgestaan door mr. Th. Boumans, advocaat, kantoorhoudende te Heerlen.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 16 mei 2023. De verdachte en haar raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De (gewijzigde) tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
Feit 1:samen met anderen een hoeveelheid hennep heeft geteeld dan wel daartoe gelegenheid heeft verschaft door een pand ter beschikking te stellen;
Feit 2:samen met anderen stroom heeft gestolen door middel van verbreking dan wel daartoe gelegenheid heeft verschaft door een pand ter beschikking te stellen.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft voor beide tenlastegelegde feiten vrijspraak gevorderd.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte van de tenlastegelegde feiten moet worden vrijgesproken.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan en zal haar hiervan vrijspreken. Daartoe overweegt de rechtbank het volgende.
Op dinsdag 30 maart 2021 treft de politie in de woning aan de [adres 2] te Heerlen in een afgesloten ruimte in de kelder een hennepkwekerij aan. Ten behoeve van die hennepkwekerij werd er stroom buiten de meter om afgenomen. In de woning is verdachte woonachtig, (onder andere) samen met haar man en zoon, beiden tevens (mede)verdachten in deze strafzaak. De man van verdachte heeft verklaard dat hij de ruimte in de kelder waar de hennepkwekerij is aangetroffen aan ene ‘ [naam] ’ in gebruik had gegeven. Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat zij hiervan niet op de hoogte was en dat zij ook geen wetenschap had van de hennepkwekerij en de diefstal van elektriciteit.
De rechtbank kan geen (andere) omstandigheden vaststellen die kunnen wijzen op de betrokkenheid van verdachte bij de hennepkwekerij en de daaraan gekoppelde diefstal van elektriciteit. Het enkele feit dat verdachte woonachtig is in de woning waar in een afgesloten ruimte in de kelder een hennepkwekerij is aangetroffen, is - gelet op de omstandigheden in deze zaak - onvoldoende om verdachte als pleger, medepleger of medeplichtige van de ten laste gelegde feiten aan te merken. De rechtbank zal verdachte daarom van die feiten vrijspreken.

4.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte
vrijvan de tenlastegelegde feiten onder
1 primair en subsidiair en 2 primair en subsidiair.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Hermanides, voorzitter, mr. J.M.E. Kessels en
mr. L. Bastiaans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J. Zijlstra, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 30 mei 2023.
Buiten staat
Mr. J.M.E. Kessels is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I:De tenlastelegging
Aan de verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat
1.
zij op of omstreeks 30 maart 2021 te Heerlen tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad in een pand aan de [adres 2] te Heerlen, een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 459 hennepplanten, althans een (groot) aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval (telkens) een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een of meer onbekend gebleven personen op of omstreeks 30 maart 2021 te Heerlen met elkaar, althans één van hen, (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad in een pand aan de [adres 2] te Heerlen een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 459 hennepplanten, althans een (groot) aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval (telkens) een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, tot en/of bij het plegen van welk(e)
misdrijf/misdrijven verdachte in of omstreeks de periode van 24 november 2020 tot en met 30 maart 2021 te Heerlen, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest, door aan die onbekend gebleven persoon/personen voornoemd pand voor de teelt/het kweken van hennepplanten ter beschikking te stellen;
2.
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 24 november 2020 tot en met 30 maart 2021 te Heerlen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [netbeheerder] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen goed onder haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een of meer onbekend gebleven personen in of omstreeks de periode van 24 november 2020 tot en met 30 maart 2021 te Heerlen tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [netbeheerder] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of haar mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk
toe te eigenen, terwijl verdachte en/of haar mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 24 november 2020 tot en met 30 maart 2021 te Heerlen opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door het pand aan de [adres 2] te Heerlen ter beschikking te stellen.