In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 21 juni 2023 een tussenuitspraak gedaan in het kader van een procedure tussen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie sub 2]. De rechtbank heeft eerder op 26 april 2023 een tussenvonnis uitgesproken waarin partijen de gelegenheid kregen om zich uit te laten over vragen die aan het Internationaal Juridisch Instituut (IJI) voorgelegd zouden worden. Beide partijen hebben in hun akten aangegeven akkoord te zijn met de voorgestelde vragen. De rechtbank heeft echter besloten om [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet in de gelegenheid te stellen te reageren op een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch, dat door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie sub 1] was ingediend ter ondersteuning van zijn standpunt over de bevoegdheid van de Belgische rechter.
De rechtbank heeft vervolgens het IJI verzocht om antwoord te geven op specifieke vragen met betrekking tot de gevolgen van de antwoorden op de vorderingen in conventie. Tevens zijn er bepalingen getroffen over de kosten van het onderzoek, de mogelijkheid voor partijen om opmerkingen te maken en de wijze waarop het definitieve rapport aan de rechtbank moet worden gepresenteerd. De rechtbank heeft besloten om verdere beslissingen aan te houden in afwachting van het deskundigenbericht van het IJI. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door rechter V.E.J. Noelmans.