ECLI:NL:RBLIM:2023:3161

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
19 april 2023
Publicatiedatum
23 mei 2023
Zaaknummer
C/03/303294 / HA ZA 22-148
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over uitvoering van een aannemingsovereenkomst en vaststellingsovereenkomst met betrekking tot bouwwerkzaamheden

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een geschil tussen twee partijen over de uitvoering van een aannemingsovereenkomst en een daaropvolgende vaststellingsovereenkomst. De eiseres in conventie, die tevens verweerster in reconventie is, heeft de gedaagde in conventie, die ook eiseres in reconventie is, aangeklaagd wegens tekortkomingen in de uitvoering van de werkzaamheden die voortvloeien uit de aannemingsovereenkomst. De partijen hebben in het verleden een vaststellingsovereenkomst gesloten, waarin afspraken zijn gemaakt over de uitvoering van de werkzaamheden. De eiseres in conventie vordert onder andere schadevergoeding voor de kosten van herstelwerkzaamheden en misgelopen subsidies, terwijl de gedaagde in conventie zich beroept op schuldeisersverzuim van de eiseres in conventie, die volgens haar niet heeft meegewerkt aan de uitvoering van de resterende werkzaamheden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde in conventie niet tekort is geschoten in de nakoming van de vaststellingsovereenkomst, omdat de eiseres in conventie haar medewerking heeft onthouden. De rechtbank heeft de vorderingen van de eiseres in conventie afgewezen en de gedaagde in conventie ontheven van haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst en de vaststellingsovereenkomst. Tevens is de eiseres in conventie veroordeeld tot betaling van de proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: C/03/303294 / HA ZA 22-148
Vonnis van bij vervroeging van 19 april 2023
in de zaak van

1.[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ,

2.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2],
beiden wonende te [woonplaats] ,
eisers in conventie, verweerders in reconventie,
advocaat mr. J.B. Gubbels;
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
advocaat mr. A.L. Stegeman.
Partijen zullen hierna gezamenlijk [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , en afzonderlijk [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] , en
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] genoemd worden

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties 1 t/m 20;
  • de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, met
  • de conclusie van antwoord in reconventie;
  • het B8-formulier van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] van 16 februari 2023 met producties 21 t/m 31;
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 2 maart 2023;
  • de spreekaantekeningen van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ;
  • de spreekaantekeningen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ;
  • de brief van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] van 14 maart 2023 met reactie op het proces-verbaal;
  • de brief van de rechtbank aan partijen van 15 maart 2023.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

In conventie en in reconventie

2.1.
Op 26 september 2019 hebben - in ieder geval - [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een overeenkomst van aanneming van werk gesloten. Op grond van die overeenkomst zou [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] werkzaamheden verrichten aan de woning van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , hoofdzakelijk bestaande in het isoleren van de buitenmuren door middel van het aanbrengen van isolatieplaten en pleisterwerk. De werkzaamheden zijn gestart in
oktober 2019.
2.2.
Tussen partijen is een geschil ontstaan over de kwaliteit van de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] uitgevoerde werkzaamheden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft in verband daarmee in
september 2020 een expertisebureau, Uni-Advies, ingeschakeld.
2.3.
Uni-advies heeft op 9 oktober 2020 een rapport uitgebracht. De eindconclusie van het rapport was dat de werkzaamheden niet volledig correct zijn uitgevoerd. Uni-advies heeft omschreven hoe de door haar geconstateerde gebreken moesten worden verholpen. Voor het uitbrengen van het rapport heeft Uni-advies € 1.240,25 in rekening gebracht.
2.4.
In november 2020 is op verzoek van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] door ITZ, op basis van het rapport van Uni-advies en een bezichtiging ter plaatse, voor alle werkzaamheden die nog verricht, dan wel hersteld moesten worden, een offerte opgesteld. De kosten van de uit te voeren (herstel)werkzaamheden worden door ITZ geraamd op € 89.838,87 inclusief btw.
2.5.
Bij dagvaarding van 20 oktober 2021 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor deze rechtbank gedagvaard. Zij heeft in die dagvaarding gevorderd, kort samengevat, dat:
primair:
1. voor recht wordt verklaard dat de overeenkomst tussen haar en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] partieel wordt ontbonden op grond van artikel 7:756 BW, voor het deel dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] nog zou moeten voldoen in de vorm van de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] opgeschorte betaling (€ 9.350,41);
2. voor recht wordt verklaard dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aansprakelijk is voor alle schade voortvloeiend uit het door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] mislopen van subsidies gekoppeld aan verbouwingswerkzaamheden, die het gevolg is van het te laat opleveren door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , te weten een bedrag van € 15.000,--;
subsidiair:
3. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wordt veroordeeld tot nakoming van de aannemingsovereenkomst, bij gebreke waarvan aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] het recht toekomt om haar nog te betalen deel van de aanneemsom om te zetten in een vervangende schadevergoeding, te weten een bedrag van € 9.350,41, en de aanvullende kosten die nodig zijn om het werk door een derde alsnog deugdelijk af te ronden en op te leveren;
4. voor recht wordt verklaard dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aansprakelijk is voor alle schade voortvloeiend uit het door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] mislopen van subsidies gekoppeld aan de verbouwingswerkzaamheden.
2.6.
Die procedure (zaaknummer C/03/284272 / HA ZA 20-549, hierna ook te noemen: de eerste procedure) is geëindigd met een regeling ter mondelinge behandeling van
14 juli 2021. Die regeling luidt als volgt:
De navolgende punten dienen, alvorens oplevering kan plaatsvinden van de werkzaamheden aan het pand [adres] te [woonplaats] (verder: het pand), door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te worden uitgevoerd:- het plaatsen van kozijnen (en de verder daartoe behorende werkzaamheden),- complete afhandeling van de gevel, voor zover dit tot de scope van de overeenkomst hoort (waartoe ook het opzetten van een proefvlak behoort),- herstel- en aanbrengen van kitwerk;- schoonmaken van de buitentegels;- herstel raamkozijn, achterzijde van de woning.
Alvorens over te kunnen gaan tot herstel respectievelijk uitvoering van de werkzaamheden, is het nodig dat het pand door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wordt bezocht. Dit bezoek zal plaatsvinden op 16 juli 2021 om 9.00 uur. Bij ditgesprek zijn aanwezig: mevrouw [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] met haar partner de heer [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] enmr. Wijnands, de heer [naam] van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] metmr. Mookhram en mr. Vis.
De kozijnen worden uiterlijk op 6 augustus 2021, of zo veel eerder als mogelijk,geplaatst. Uiterlijk op de dag na plaatsing van de kozijnen betaalt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] de helft van het nog openstaande bedrag van € 9.350,41, zijnde € 4.675,21.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] draagt er zorg voor dat de onder 1 genoemde punten uiterlijk vóór 15 oktober 2021 zijn uitgevoerd. Uiterlijk de dag na oplevering betaalt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] het restbedrag van € 4.675,20.
Mevrouw [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] zal zich onthouden van negatieve uitlatingen over [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
Na uitvoering van het in deze overeenkomst bepaalde verlenen partijen elkaar over en weer finale kwijting terzake van het onderhavige geschil.
Partijen doen afstand van het recht deze overeenkomst te ontbinden of te doen ontbinden.
Partijen verzoeken de procedure door te halen onder compensatie van kosten.”
2.7.
Partijen zijn het niet eens geworden over de oppervlakte van het door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan te brengen proefvlak. [eisers in conventie, verweerders in reconventie] wensen een veel groter proefvlak dan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wil aanbrengen.
2.8.
Van de werkzaamheden bedoeld onder artikel 1 van de vaststellingsovereenkomst van 14 juli 2021 moeten in ieder geval nog worden uitgevoerd: het schoonmaken van de buitentegels en het aanbrengen van twee ontwateringsgaatjes aan de benedenzijde van het kozijn in de achtergevel.
2.9.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] hebben onder protest € 4.675,21 aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betaald. [eisers in conventie, verweerders in reconventie] hebben verder geweigerd dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog (herstel)werkzaamheden verricht.

3.Het geschil

In conventie

3.1.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] stellen dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de in het proces-verbaal van 14 juli 2021 genoemde werkzaamheden ondanks verzoeken en een ingebrekestelling niet, dan wel niet correct heeft uitgevoerd. De tekortkomingen waarop de vordering tot schadevergoeding is gebaseerd, bestaan volgens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in het volgende.
Met betrekking tot het buitengevelisolatiesysteem met gepleisterde afwerking:
er is scheurvorming in de zijgevel bij de garage en boven de kozijnen;
de buitengevelisolatie en de mortelweefsellagen zijn niet conform de verwerkingsvoorschriften aangebracht;
de aansluiting met de bestaande na geïsoleerde gevel, alsmede de aansluiting
beneden bij het maaiveld/bordes van de entree en de aansluiting op de daktrim zijn onvoldoende;
op de gevels zijn baanvormingen en vlekken aangetroffen;
de afwerking van de neggekanten, de randen bij het plafond van de entree, de
kozijnhoeken, de uitwendige hoek bij de garage en de afwerking op/tegen de APU-profielen is onvoldoende.
Overige tekortkomingen:
de bestrating is bezaaid met sierpleister en mortelresten;
een kozijn is op de kop gemonteerd, waardoor de ontwateringsgaatjes zich aan de bovenzijde bevinden;
bij de deur geplaatst op 28 en 29 juli 2021 hebben het deurbeslag en de scharnieren aan de binnenzijde niet de juiste kleur;
bij de deur geplaatst op 28 en 29 juli 2021 hebben het deurbeslag en de scharnieren aan de buitenzijde niet de juiste kleur;
bij de deur geplaatst op 28 en 29 juli 2021 is aan de buitenzijde een deurklink geplaatst in plaats van een deurknop en deze deurklink heeft de verkeerde kleur;
het raamkozijn en de buitendorpel geplaatst op 28 en 29 juli 2021 zijn niet passend en niet symmetrisch geplaatst;
bij de trapopgang is nagelaten een hardstenen vensterbank te plaatsen;
het kitwerk is niet netjes aangebracht;
het geplaatste kozijn in de garage lekt;
de achterdeur van de garage staat scheef.
3.2.
In plaats van nakoming van hetgeen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter mondelinge behandeling van 14 juli 2021 zijn overeengekomen, vorderen [eisers in conventie, verweerders in reconventie] thans een bedrag van € 89.838,87 als schadevergoeding voor de tekortkomingen vermeld in het deskundigenbericht van Uni-advies en op basis van de door ITZ opgestelde offerte.
3.3.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] stellen verder dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een minderwerkfactuur ter hoogte van € 653,40 zou sturen vanwege het niet leveren en aanbrengen van een zinken afwerkkap. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dit volgens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] nagelaten.
3.4.
Om een gedeeltelijke tegemoetkoming in de kosten van de isolatiewerkzaamheden te krijgen, wilden [eisers in conventie, verweerders in reconventie] gebruik maken van de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis. De verwachte subsidie bedroeg € 15.000,--. Omdat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op de uiterlijke datum voor de subsidieaanvraag, 31 december 2020, de werkzaamheden niet had voltooid, konden zij hun subsidieaanvraag niet tijdig indienen. Door eigen inspanningen is het volgens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] gelukt om een deel van de subsidie (€ 8.170,--) te ontvangen. Het verschil tussen deze bedragen (€ 6.830,--) is volgens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] schade, in de vorm van misgelopen subsidie, door de tekortkomingen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
3.5.
Op grond van het voorgaande vorderen [eisers in conventie, verweerders in reconventie] dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt tot betaling aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] van een bedrag van € 89.838,87, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf
13 november 2021, althans vanaf de dag der dagvaarding;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 653,40 inclusief btw ten aanzien van het minderwerk;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 6.830,-- ter zake van misgelopen subsidie, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de dag der dagvaarding;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt tot betaling aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] van een bedrag van € 1.240,25 ter zake van schadevergoeding van kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de dag der dagvaarding;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt tot betaling aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] van een bedrag van € 1.760,63 ter zake van buitengerechtelijke (incasso)kosten;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordeelt in de kosten van de onderhavige procedure.
3.6.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer.
3.7.
De standpunten van partijen zullen, voor zover van belang, hieronder verder
worden weergegeven en beoordeeld.
In reconventie
3.8.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] de uitvoering van de resterende werkzaamheden zelf in de weg staat. Omdat partijen het niet eens konden worden over de omvang van het proefvlak, is afgezien van het aanbrengen daarvan, zodat daarover volgens haar niets meer geregeld hoeft te worden. Indien [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] alsnog wil dat een proefvlak wordt aangebracht, dan moet zij accepteren dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een proefvlak maakt zoals door haar meermaals voorgesteld, te weten een vlak met een oppervlakte van 15 m².
3.9.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt verder dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ook niet wil meewerken aan het laten uitvoeren van de resterende werkzaamheden in verband met punt 1 van de vaststellingsovereenkomst, te weten het schoonmaken van de buitentegels en het boren van twee ontwateringsgaatjes aan de benedenzijde van het kozijn in de achtergevel. Iedere keer als werklieden van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter plaatse verschenen om de resterende werkzaamheden uit te voeren, werden zij beledigd en bedreigd.
3.10.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] , die geen partij is bij de aannemingsovereenkomst, handelt volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in strijd met hetgeen volgens het ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, door nakoming door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van de vaststellingsovereenkomst te frustreren.
3.11.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is van mening dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] misbruik van procesrecht maken, doordat zij een vordering instellen die nagenoeg gelijk is aan de vordering als waarover in de vaststellingsovereenkomst een regeling is getroffen.
3.12.
Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] besteden [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in de dagvaarding nagenoeg geen aandacht aan de getroffen regeling en aan de gebeurtenissen die daarna hebben plaatsgevonden. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt een tweede maal gedwongen te zijn om op de dagvaarding van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] te reageren. Mede gelet op de evidente ongegrondheid van de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] , stelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat afwijking van het liquidatietarief door toewijzing van de werkelijke/volledige proceskostenveroordeling op zijn plaats is.
3.13.
Op grond van het vorenstaande vordert [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] hoofdelijk veroordeelt, om zonder het uiten van beledigingen en bedreigingen, te gehengen en te gedogen dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op/aan hun woning een proefvlak ter grootte van ca. 15 m² aanbrengt én de buitentegels schoonmaakt én de twee ontwateringsgaatjes boort aan de benedenzijde van het raamkozijn aan de achterzijde van de woning, zulks binnen tien dagen na betekening van het vonnis;
voor recht verklaart dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] met het verrichten van bovenstaande werkzaamheden op correcte wijze uitvoering geeft aan de vaststellingsovereenkomst van 14 juli 2021;
voor recht verklaart dat indien [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , of één van hen, niet voldoet aan de veroordeling onder 1, [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ontheven is van alle op haar rustende verplichtingen uit hoofde van de aannemingsovereenkomst van 26 september 2019 en de vaststellingsovereenkomst van 14 juli 2021;
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] hoofdelijk veroordeelt tot betaling aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van het bedrag van € 4.675,20, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 15 oktober 2021, tot aan de dag van volledige voldoening, alsmede een vergoeding wegens buitengerechtelijke kosten ter hoogte van € 592,52, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 18 maart 2022, tot aan de dag van volledige voldoening;
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] hoofdelijk veroordeelt tot betaling aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van het bedrag van € 592,52, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de tweede dag na betekening van het te wijzen vonnis tot aan de dag van volledige voldoening;
zowel in conventie, als in reconventie
primair, [eisers in conventie, verweerders in reconventie] hoofdelijk veroordeelt aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een werkelijke/volledige proceskostenvergoeding te betalen, begroot op € 5.197,75 aan salaris gemachtigde en € 5.737,-- aan griffierechten, te vermeerderen met de redelijkerwijs noodzakelijke kosten die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] na de conclusie van antwoord nog moet maken, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de tweede dag na betekening van het vonnis, tot aan de dag van volledige voldoening;
subsidiair: [eisers in conventie, verweerders in reconventie] hoofdelijk veroordeelt aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een proceskostenveroordeling te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de tweede dag na betekening van het vonnis, tot aan de dag van volledige voldoening.
3.14.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] voeren verweer.
3.15.
De standpunten van partijen zullen, voor zover van belang, hieronder verder
worden weergegeven en beoordeeld.

4.De beoordeling

In conventie

Grondslag vorderingen
4.1.
De rechtbank stelt voorop dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ter mondelinge behandeling toegelicht
hebben dat hun vorderingen gebaseerd zijn op de stelling dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de verbintenissen voortvloeiende uit de vaststellingsovereenkomst van 14 juli 2021 niet is nagekomen.
De vorderingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2]
4.2.
Onbetwist staat vast dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] geen partij was bij de vaststellingsovereenkomst, zodat hij daaraan geen rechten kan ontlenen, en dus ook geen vorderingen kan instellen op grond van de beweerde niet-nakoming van de vaststellingsovereenkomst.
4.3.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] heeft nog aangevoerd dat, in het midden latend of hij partij is bij de aannemingsovereenkomst, hij wél schade heeft geleden, namelijk bestaande in het mislopen van subsidie, doordat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te kort is geschoten in de uitvoering van de aannemingsovereenkomst.
4.4.
Die stelling kan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] niet baten. De aannemingsovereenkomst is vervangen door de vaststellingsovereenkomst, zodat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] geen vorderingen kan baseren op die aannemingsovereenkomst. Bovendien was de subsidieschade onderdeel van de eerste procedure, zodat, nu omtrent die schade niet(s) is overeengekomen in de vaststellingsovereenkomst, ter zake geen vordering meer kan worden ingesteld.
Vordering 1 van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (betaling schadevergoeding € 89.838,87)
4.5.
Partijen zijn het deels niet eens zijn over het antwoord op de vraag wat in de vaststellingsovereenkomst concreet is overeengekomen en evenmin over wat daarvan is uitgevoerd.
4.6.
De rechtbank overweegt dat in de vaststellingsovereenkomst de nog te verrichten werkzaamheden enkel globaal zijn aangeduid.
4.7.
De rechtbank zal aan de hand van de vijf in de vaststellingsovereenkomst benoemde punten beoordelen of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de nakoming daarvan is tekortgeschoten.
1)
Het plaatsen van kozijnen (en de verder daartoe behorende werkzaamheden)
4.8.
Partijen zijn het erover eens dat hiermee bedoeld is het plaatsen van een
deurkozijn in de garage en een raamkozijn in de overloop.
4.9.
Wat betreft het deurkozijn in de garage stelt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] dat de kleur en het model van het hang- en sluitwerk niet juist is. De kleur had RAL 9010 moeten zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert aan dat over de kleur of het model van het hang- en sluitwerk geen afspraak gemaakt is.
4.10.
De rechtbank is van oordeel dat uit de overgelegde stukken niet blijkt dat partijen een afspraak gemaakt hebben over de kleur en het model het hang- en sluitwerk. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft ter mondelinge behandeling nog aangevoerd dat het hang- en sluitwerk slechts in twee standaardkleuren wordt aangeleverd, te weten wit en zilvergrijs. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft dat verweer niet betwist, zodat het leveren door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van hang- en sluitwerk in een van de twee standaardkleuren geen tekortkoming van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] oplevert.
4.11.
Wat betreft het raamkozijn in de overloop stelt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] dat de maatvoering van het raamkozijn niet juist is; de aluminium buitendorpel is te kort en de hardstenen vensterbank, die aanvankelijk was geplaatst, paste niet in het kozijn. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is het raamkozijn correct geplaatst; er is eerst een houten stelkozijn geplaatst en daarin is een passend intrekkozijn geplaatst. In de offerte is bij dit kozijn geen binnen vensterbank opgenomen. De aanvankelijk geplaatste vensterbank betrof een vensterbank die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog op de zaak had staan en die, ook al was geen vensterbank overeengekomen, als geste had aangebracht.
4.12.
De rechtbank overweegt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] niet toegelicht heeft aan welke technische normen [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij de uitvoering van het raamkozijn in de overloop had moeten voldoen. Bij gebreke daarvan moet het uitgevoerde werk worden getoetst aan de algemene norm van deugdelijk werk. Voor zover [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] bedoeld heeft dat het kozijn niet symmetrisch zou zijn geplaatst, hetgeen de rechtbank aldus begrijpt dat de afstand tussen rand van het kozijn en de muur links en rechts niet gelijk is, kan de rechtbank op grond van de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] overlegde foto (productie 15 bij de dagvaarding) niet vaststellen dat er sprake is van zodanige asymmetrie dat niet meer gesproken kan worden van deugdelijk werk. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft haar stelling ook niet onderbouwd met een deskundigenbericht. Verder is de rechtbank van oordeel dat uit de offerte niet blijkt dat partijen overeengekomen zijn dat bij het raamkozijn in de overloop een vensterbank geplaatst wordt. Evenmin is gesteld of gebleken dat partijen dit mondeling overeengekomen zijn. Derhalve is ten aanzien van het raamkozijn in de overloop niet gebleken van een tekortkoming.
2)
De gevel en het proefvlak
4.13.
In de vaststellingsovereenkomst is niet omschreven hoe groot het proefvlak zou moeten zijn en waar het zou moeten worden aangebracht.
4.14.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] hecht veel waarde aan het STO-advies (productie 9 bij de dagvaarding), dat vermeldt dat de rechterzijde van de achtergevel als proefvlak moet worden overgeschilderd. Na droging moet worden bekeken of de gevel esthetisch voldoet; technisch voldoet deze aan de eisen die daaraan worden gesteld. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt op haar beurt bij STO informatie te hebben ingewonnen over de gewenste grootte van het proefvlak, en dat volgens STO de gewenste oppervlakte 1m x 1m zou zijn (productie 4 conclusie van antwoord in conventie/eis in reconventie). [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was zelfs bereid een groter proefvlak aan te brengen dan door STO geadviseerd, maar dat proefvlak was kleiner dan door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] gewenst. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] wenst niet in te stemmen met het aanbrengen van een proefvlak met een oppervlakte als door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voorgesteld, omdat de gevel volgens haar dan het aanzien van een dambord zou krijgen.
4.15.
Naar het oordeel van de rechtbank is inherent aan een proefvlak dat na het
aanbrengen daarvan mogelijk verschillen tussen kleur en/of structuur van het proefvlak en de rest van de gevel zichtbaar worden. Juist aan de hand van die mogelijke verschillen kunnen conclusies worden getrokken ten aanzien van de kwaliteit van het oorspronkelijk geleverde werk. Het voorstel van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] over de omvang van het proefvlak was redelijk gelet op de daarover door STO gegeven informatie. Doordat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] niet wil meewerken aan dat redelijke voorstel, maakt zij zich schuldig aan schuldeisersverzuim en kan zij op dit punt geen nakoming eisen van de vaststellingsovereenkomst. Door dat schuldeisersverzuim eindigt het eventuele debiteurenverzuim van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (vergelijk artikel 6:61 BW). Derhalve is ook ten aanzien van dit punt geen sprake van een tekortkoming door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] .
3)
Het kitwerk
4.16.
In de vaststellingsovereenkomst is niet beschreven waar kitwerk moet worden hersteld en aangebracht.
4.17.
Volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] ziet de afspraak in de vaststellingsovereenkomst op al het kitwerk waar het Uni-advies melding van maakt. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwist dit en
betoogt dat het alleen gaat om kitwerk bij de vensterbank op de eerste verdieping.
4.18.
Wie gelijk aan haar zijde heeft, kan in het midden blijven. Toen werklieden van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op 15 oktober 2021 bij de woning van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] verschenen met de mededeling dat zij “gaatjes kwamen boren”, zijn de werklieden van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] weggestuurd. Uit de e-mailcorrespondentie die als productie 7 bij conclusie antwoord in conventie/eis in reconventie is overgelegd, blijkt dat voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1]
voldoende duidelijk was dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] langskwam om de resterende gebreken te herstellen en dus niet alleen om gaatjes te boren. Ook ten aanzien van deze werkzaamheden is er derhalve sprake van schuldeisersverzuim van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] en is het daaronder onder 4.15. overwogene van overeenkomstige toepassing.
4)
De buitentegels
4.19.
Partijen zijn het erover eens dat het gaat om de buitentegels die zich bevinden achter op het terras.
4.20.
Voor deze werkzaamheden geldt eveneens dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet in de gelegenheid is gesteld die werkzaamheden te verrichten. Ook op dit punt is sprake van schuldeisersverzuim en is het daarover onder 4.15. overwogene van overeenkomstige toepassing.
5)
Het herstel van het raamkozijn aan de achterzijde van de woning
4.21.
Partijen zijn het erover eens dat dit raamkozijn verkeerd om geplaatst is, waardoor de afvoergaatjes boven zitten, in plaats van beneden.
4.22.
In de vaststellingsovereenkomst is niet omschreven op welke wijze herstel daarvan moest plaatsvinden. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] houdt herstel in dat aan de onderkant van het kozijn twee gaatjes geboord worden. Op de gaatjes boven kunnen twee dopjes gezet worden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] is van mening dat het boren van twee gaatjes geen zin heeft, want die sluiten dan niet aan op het afwateringsgootje dat in het kozijn loopt. Ook vindt zij twee dopjes ontsierend.
4.23.
Bij gebreke van een concrete afspraak over de wijze van herstel moet naar het oordeel van de rechtbank de algemene norm worden gehanteerd van deugdelijk herstelwerk. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gemotiveerd ter zitting toegelicht waarom het boren van twee gaatjes technisch gezien wel een goed alternatief is: het afwateringsgootje is een profiel in het kozijn dat helemaal rondom loopt. Deze toelichting heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] niet betwist. Evenmin heeft zij stukken in het geding gebracht ter onderbouwing van haar betoog dat de twee nieuwe gaatjes niet op het afwateringsgootje aan zullen sluiten. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft evenmin onderbouwd hoe ontsierend het wegwerken van de gaatjes in het kozijnen is, en waarom het redelijk is dat het hele kozijn er uitgehaald zou moeten worden. Bij die stand van zaken kan de rechtbank niet vaststellen dat niet volstaan kan worden met het wegwerken van de gaatjes met dopjes, zoals door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voorgesteld. Dat betekent dat ook op dit punt sprake is van schuldeisersverzuim en het daarover onder 4.15. overwogene is van overeenkomstige toepassing.
4.24.
De conclusie is dat de vordering onder 1 moet worden afgewezen.
Vordering 2 van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (betaling van minderwerk)
4.25.
De vordering onder 2 moet worden afgewezen. Met de vaststellingsovereenkomst zijn de geschillen met betrekking tot de oorspronkelijke aannemingsovereenkomst opgelost - in artikel 6 van de vaststellingsovereenkomst is finale kwijting overeengekomen - en wordt waartoe partijen zich over en weer toe hebben verplicht niet meer bepaald door de oorspronkelijke aannemingsovereenkomst, maar door de in de plaats daarvan getreden vaststellingsovereenkomst. Uit de vaststellingsovereenkomst blijkt niet dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] nog een vordering op [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft vanwege minderwerk.
Vordering 3 van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (misgelopen subsidie)
4.26.
De vordering onder 3 moet eveneens worden afgewezen. Deze vordering maakte onderdeel uit van de oorspronkelijke procedure tussen partijen, die met de meergenoemde vaststellingsovereenkomst is geëindigd. De vordering ter zake de beweerdelijk misgelopen subsidie maakt geen onderdeel uit van de vaststellingsovereenkomst, zodat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter zake niet tekort kan zijn geschoten.
Vordering 4 van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (kosten ter zake vaststelling van schade en aansprakelijkheid)
4.27.
Deze kosten hebben betrekking op de kosten van het partijdeskundigenbericht van het Uni-advies (productie 10 bij de dagvaarding). Deze kosten zien op de vaststelling van de tekortkomingen in de oorspronkelijke procedure, die is geëindigd met de vaststellingsovereenkomst. De rechtbank verwijst naar hetgeen hiervoor onder 4.25. is overwogen. Uit de vaststellingsovereenkomst blijkt niet dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] vanwege deze kosten nog een vordering op [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft. Derhalve moet ook deze vordering worden afgewezen.
Vordering 5 van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] (buitengerechtelijke incassokosten)
4.28.
Omdat de vorderingen onder 1 tot en 4 hierboven zijn afgewezen, moet de vordering ter zake de pogingen tot buitengerechtelijke incasso van die vorderingen ook worden afgewezen.
De proceskosten
4.29.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] zullen als de in het ongelijk gestelde partijen in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] worden begroot op:
- griffierecht € 5.737,00;
- salaris advocaat €
3.760,00(2,0 punten × tarief € 1.880,00);
Totaal € 9.497,00.
In reconventie
Positie [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2]
4.30.
Zoals in conventie al is overwogen, is [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] geen partij bij de vaststellingsovereenkomst. Op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] rust de verplichting om verbintenissen uit die overeenkomst na te
komen, niet op [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] . De vorderingen in reconventie die zien op nakoming van de vaststellingsovereenkomst, voor zover die gericht zijn tegen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] , worden daarom afgewezen. De overige vorderingen voor zover die gericht zijn tegen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] worden ook afgewezen vanwege gebrek aan onderbouwing van de gestelde grondslag onrechtmatige daad.
Vorderingen 1 en 2 (nakoming vaststellingsovereenkomst)
4.31.
De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen belang heeft bij deze vorderingen, zodat deze vordering moet worden afgewezen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft immers ter mondelinge behandeling verklaard dat zij niet meer wenst dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog (herstel)werkzaamheden komt uitvoeren. Zoals hierboven reeds overwogen, is daardoor sprake van schuldeisersverzuim aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] dat tot gevolg heeft dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] geen nakoming van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] kan vorderen van de op [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] rustende verbintenissen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is aldus bevrijd van de verbintenis om (herstel)werkzaamheden uit te voeren en behoeft derhalve geen medewerking van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] om die werkzaamheden te kunnen uitvoeren.
Vordering 3 (ontheven zijn van verplichtingen uit hoofde van de aannemingsovereenkomst en de vaststellingsovereenkomst)
4.32.
Uit het hiervoor overwogene volgt dat wegens het geconstateerde schuldeisersverzuim [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bevrijd is van de op haar rustende verbintenissen voortvloeiende uit de vaststellingsovereenkomst. Deze vordering ligt derhalve voor toewijzing gereed, ook ten aanzien van de aannemingsovereenkomst. Daartoe wordt verwezen naar rov. 4.25.
Vordering 4 (betaling € 4.675,20 + € 592,52)
4.33.
Omdat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] heeft verhinderd dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de laatste (herstel)werkzaamheden zou uitvoeren, en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] zich daardoor schuldig heeft gemaakt aan schuldeisersverzuim, komt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in verzuim (vergelijk artikel 6:58 BW). Dat houdt in dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] geen recht toekomt op opschorting van de eigen prestatie, te weten de betaling van het restant van de aanneemsom (€ 4.675,21). Derhalve kan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aanspraak maken op betaling van dit bedrag. De daarover vanaf 15 oktober 2021 gevorderde wettelijke rente is, gelet op het bepaalde in artikel 4 van de vaststellingsovereenkomst, toewijsbaar tot de dag van algehele voldoening.
4.34.
De rechtbank begrijpt dat het bedrag van € 592,52 ziet op de buitengerechtelijke kosten, die ook onder 5 worden gevorderd. De vordering is dus dubbel ingesteld. De rechtbank zal de vordering niet hier, maar hierna, als afzonderlijke vordering 5 beoordelen.
Vordering 5 (betaling € 592,52)
4.35.
Deze vordering moet worden afgewezen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet onderbouwd welke werkzaamheden zijn verricht in het kader van de incasso van de gestelde vordering.
Proceskosten
4.36.
Omdat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] ten onrechte door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in rechte is betrokken, zal de rechtbank [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordelen tot betaling van de proceskosten aan de zijnde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] , die tot heden begroot wordt op nihil, omdat hij geen verweer met betrekking tot zijn eigen procespositie gevoerd heeft.
4.37.
De vordering van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot veroordeling van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] om de daadwerkelijk gemaakte proceskosten te betalen, wordt afgewezen. Van een “dubbele procedure” is geen sprake omdat de onderhavige zaak voor een groot deel gaat over de inhoud en de uitvoering van de vaststellingsovereenkomst.
4.38.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten
worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] worden begroot op € 940,00 (1,0 punt × factor 0,5 × tarief € 1.880,00) aan salaris advocaat.

5.De beslissing

De rechtbank:
In conventie
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot op heden begroot op € 9.497,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na de datum van dit vonnis, tot de dag van volledige betaling;
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
In reconventie
5.4.
verklaart voor recht dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ontheven is van alle op haar rustende verplichtingen uit hoofde van de aannemingsovereenkomst en de vaststellingsovereenkomst;
5.5.
veroordeelt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] om aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te betalen een bedrag van € 4.675,20, vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van 15 oktober 2021 tot de dag van volledige betaling;
5.6.
veroordeelt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 1] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot op heden begroot op € 940,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
5.7.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot betaling van de proceskosten van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 2] tot heden begroot op nihil;
5.8.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad ten aanzien van de beslissingen onder 5.5. tot en met 5.7.;
5.9.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman, rechter, en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: MT