ECLI:NL:RBLIM:2023:3104
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking ongegrond; beoordeling van tijdigheid en schending van hoor en wederhoor
Op 1 december 2022 diende verzoeker een wrakingsverzoek in tegen mr. F. Oelmeijer, rechter in de rechtbank Limburg, tijdens een mondelinge behandeling van een beroep in een zaak betreffende een klacht op basis van de Wet zorg en dwang. Dit verzoek werd op 23 januari 2023 afgewezen. Verzoeker diende op 21 februari 2023 een tweede wrakingsverzoek in, waarop de rechter op 6 maart 2023 schriftelijk reageerde en aangaf niet in de wraking te berusten. De behandeling van dit tweede verzoek vond plaats op 9 mei 2023, waarbij verzoeker niet aanwezig was vanwege ziekte, maar geen doktersverklaring kon overleggen. De wrakingskamer besloot de behandeling door te laten gaan.
De wrakingskamer beoordeelde de tijdigheid van het verzoek en gaf verzoeker het voordeel van de twijfel, aangezien niet kon worden vastgesteld of het verzoek tijdig was ingediend. De wrakingskamer merkte op dat argumenten die eerder waren aangevoerd, niet opnieuw konden worden ingediend. In de inhoudelijke beoordeling concludeerde de wrakingskamer dat verzoeker voldoende gelegenheid had gehad om zijn standpunten naar voren te brengen tijdens de zitting van 1 december 2022. De rechter had geen blijk gegeven van vooringenomenheid en er was geen schending van het recht op hoor en wederhoor. Uiteindelijk verklaarde de wrakingskamer het verzoek ongegrond.