Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
Uitspraak van de voorzieningenrechter van 16 mei 2023 in de zaak tussen
[naam 1] ,
[naam 4],
[naam 6],
[naam 8],
[naam 10],
[naam 12], allen wonend te [woonplaats] ,
Rechtbank Limburg
Op 16 mei 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een omgevingsvergunning. De vergunninghouder had een omgevingsvergunning aangevraagd voor de interne verbouwing van een pand aan [adres 1] naar twee appartementen en zeven studio's, met als doel het pand te gebruiken als groepswoning voor negen personen die onder begeleiding zelfstandig kunnen wonen. Verzoekers, bewoners uit de directe omgeving, maakten bezwaar tegen deze vergunning, onder andere vanwege zorgen over parkeren, privacy, geluidsoverlast en de beeldkwaliteit van het pand. De voorzieningenrechter oordeelde dat het bestreden besluit op verschillende onderdelen niet zorgvuldig was voorbereid en niet deugdelijk was gemotiveerd, maar dat deze gebreken hersteld konden worden in de beslissing op bezwaar. De voorzieningenrechter concludeerde dat er onvoldoende reden was om aan te nemen dat de omgevingsvergunning niet in stand zou kunnen blijven na heroverweging. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen, en de voorzieningenrechter oordeelde dat verweerder geen proceskosten hoefde te vergoeden.