ECLI:NL:RBLIM:2023:2939

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
4 mei 2023
Publicatiedatum
4 mei 2023
Zaaknummer
C/03/315218 / KG ZA 23-83
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over ontruiming van woning en volmachtverlening

Op 4 mei 2023 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht een vonnis uitgesproken in een kort geding over de ontruiming van een woning. De zaak betreft een geschil tussen twee eisers, die als gevolmachtigden van hun moeder, [naam moeder], optreden, en de gedaagde, die in de woning verblijft zonder recht of titel. De moeder, gediagnosticeerd met Korsakov en dementie, heeft in een levenstestament volmachten verleend aan haar broer en schoonzus. De eisers vorderen dat de gedaagde de woning verlaat, omdat deze is verkocht en de levering op 15 november 2022 had moeten plaatsvinden. De gedaagde heeft echter geweigerd de woning te verlaten en stelt dat hij recht heeft op bewoning.

De voorzieningenrechter oordeelt dat de gedaagde zonder recht of titel in de woning verblijft en dat er een spoedeisend belang is bij de ontruiming, gezien de financiële situatie van de moeder. De rechter wijst de vorderingen van de eisers grotendeels toe, met inbegrip van de ontruiming van de woning binnen twee weken na betekening van het vonnis. De gedaagde wordt ook veroordeeld tot het betalen van een dwangsom bij niet-nakoming van de veroordelingen. De vorderingen van de gedaagde in reconventie worden afgewezen, en hij wordt veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/315218 / KG ZA 23-83
Vonnis in kort geding van 4 mei 2023
in de zaak van

1.[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ,

wonende te [woonplaats 1] ,
2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2],
wonende te [woonplaats 1] ,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat: mr. C.A. Offermans,
tegen
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie.
advocaat: mr. A. Carli.
Partijen zullen hierna [eisers in conventie, verweerders in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met de producties 1 tot en met 23,
  • de conclusie van natwoord, tevens houdende eis in reconventie, met de producties 1 tot en met 3,
  • de door [eisers in conventie, verweerders in reconventie] op 18 april 2022 overgelegde producties 24 tot en met 31,
  • de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ingediende vermeerdering van eis in reconventie,
  • de mondelinge behandeling,
  • de pleitnota van [eisers in conventie, verweerders in reconventie]
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

In conventie en in reconventie
2.1.
[naam moeder] (hierna: “ [naam moeder] ”) is de moeder van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . [naam moeder] is gediagnosticeerd met Korsakov en dementie.
2.2.
[naam moeder] heeft bij levenstestament van 7 januari 2021 aan haar broer, [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (eiser sub 1) en bij zijn weigering, belet of ontstentenis haar schoonzus, te weten de echtgenote van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] , mevrouw [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (eiseres sub 2), een algemene volmacht verleend (productie 1).
2.3.
In dit levenstestament is, voor zover van belang voor onderhavige procedure, het volgende vastgelegd:
I. VERLENING ALGEMENE VOLMACHT
Aanwijzing gevolmachtigde(n)
Ik verleen algemene volmacht aan:
-
mijnbroer
de heer[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1],
geboren te [geboorteplaats 1] (…);
en bij zijn weigering, belet of onstentenis:
-
de huidige echtgenote van mijn voornoemde broer:
mevrouw [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] ,
geboren te [geboorteplaats 2] (…).
De benoeming van mevrouw [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2]vervaltindien het huwelijk van haar met mijn broer is ontbonden anders dan door zijn overlijden.
Voorwaarde
Ik verklaar dat de volmacht een mijn voornoemde broer en diens echtgenote eerst aan de
orde is voor zover deze volmacht door mij niet meer bevestigd, gewijzigd, aangevuld of
herroepen kan worden op grond van onvoldoende bewustzijn of onvermogen uit anderen
hoofde om mij te uiten en geldt tot aan het moment dat de volmacht eindigt”.
(…).
II. ALGEMENE BEPALINGEN
Deze volmacht is een algemene volmacht in de zin van artikel 3:62 lid 1 Burgerlijk
Wetboek en strekt zich uit tot vertegenwoordiging van mij in alle zaken en alle
rechtshandelingen op het gebied van het personenrecht, het verbintenissenrecht, het
familierecht, het zakenrecht, het fiscaal recht, het procesrecht en elk ander rechtsgebied,
waaronder uitdrukkelijk begrepen daden van beschikking.
De volmacht betreft de bevoegdheid om:
(…).ii. belegging en beschikking
  • mijn (aandeel in een) woning en andere goederen te verkrijgen en te vervreemden;
  • over te gaan tot het vestigen, wijzigen, opzeggen of afstand doen van beperkte
rechten;
-
afstand te doen van alle zekerheden, welke dan ook, afstand te doen van privileges en
van het recht zich te beroepen op de vervulling van ontbindende voorwaarden;
(…).v. optreden in rechte
- mij in rechte te vertegenwoordigen, zowel eisende als verwerende, zich van
rechtskundige bijstand te voorzien, alle processuele handelingen en alle executiemaatregelen ten uitvoer te leggen of te vorderen;
- vaststellingovereenkomsten aan te gaan en schikkingen te treffen;
- mediators, arbiters en bindend adviseurs te benoemen;(…).
(…)
Rekening en verantwoording
De gevolmachtigde(n) is wel verplicht rekening en verantwoording aan mij of mijn erfgenamen af te leggen.
(…).’
2.4.
[naam moeder] is op 9 november 2021 in het verpleeghuis [naam verpleeghuis] te [woonplaats 1] opgenomen. Hier verblijft zij nog steeds (productie 4).
2.5.
Op 13 september 2022 is door de specialist ouderengeneeskundige, niet praktiserend, [naam specialist] over [naam moeder] het volgende geconcludeerd (productie 2):
‘(…). Met bovenstaande beschrijving kom ik tot de conclusie dat betrokkene niet in staat kan worden geacht ‘tot een redelijke waardering van haar belangen ter zake’ en ze is
daarmee wilsonbekwaam.’
2.6.
[naam moeder] is eigenaresse van de woning, staande en gelegen aan de [adres 1] te [woonplaats 2] (productie 5). [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] verblijft thans in de woning.
2.7.
Op deze woning rust een aflossingsvrije hypotheek, bestaande uit twee delen van
tezamen € 40.000,- (productie 6). Op jaarbasis dient er een bedrag van € 2.200,08 aan
rente betaald te worden aan de hypotheekverstrekker, hetgeen neerkomt om een
maandelijkse rentelast van € 183,33. Daarnaast is sprake van een krediethypotheek bij de gemeente Eijsden-Margraten ter hoogte van € 41.575,21 (productie 7).
2.8.
De woning van [naam moeder] is op enig moment in 2022 te koop aangeboden. Op
22 september 2022 is een koopovereenkomst tot stand gekomen met de heer [naam kleinzoon] voor een koopprijs van € 219.000,00 (productie 8). De heer [naam kleinzoon] is de kleinzoon van de [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en zodoende het neefje van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . In de koopovereenkomst staat, voor zover thans van belang, het volgende vermeld:
‘(…).artikel 4 Eigendomsoverdracht
4.1.
De akte van levering zal gepasseerd worden op 15-11-2022 of zoveel eerder of later als partijen tezamen nader overeenkomen, ten overstaan van een notaris verbonden aan notariskantoor [naam notaris] gevestigd te [adres 2] , [vestigingsplaats] , hierna verder te noemen notaris.
4.2.
Verkoper staat in voor zijn bevoegdheid tot verkoop en tot eigendomsoverdracht ten tijde van het passeren van de akte van levering. (…).
artikel 11 Ingebrekestelling / Ontbinding
11.1.
Indien één van de partijen, na in gebreke te zijn gesteld, gedurende acht dagen nalatig is of blijft in de nakoming van één of meer van haar uit deze koopovereenkomst voortvloeiende verplichtingen, kan de wederpartij van de nalatige partij deze koopovereenkomst zonder rechterlijke tussenkomst ontbinden door middel van een schriftelijke verklaring aan de nalatige partij.
11.2.
Ontbinding op grond van tekortkoming is slechts mogelijk na voorafgaande ingebrekestelling. Bij ontbinding van de koopovereenkomst op grond van toerekenbare tekortkoming zal de nalatige partij ten behoeve van de wederpartij een zonder rechterlijke tussenkomst terstond opeisbare boete van tien procent (10%) van de koopsom verbeuren, onverminderd het recht op aanvullende schadevergoeding, indien de daadwerkelijke schade hoger is dan de onmiddellijk opeisbare boete, en onverminderd vergoeding van kosten van verhaal.
11.3.
Indien de wederpartij geen gebruik maakt van haar recht de koopovereenkomst te ontbinden en nakoming verlangt, zal de nalatige partij ten behoeve van de wederpartij na afloop van de in artikel 11.1 vermelde termijn van acht dagen voor elke sedertdien verstreken dag tot aan de dag van nakoming een onmiddellijk opeisbare boete verschuldigd zijn van drie promille (3%) van de koopsom met een maximum van tien procent (10%) van de koopsom, onverminderd het recht op aanvullende schadevergoeding,
indien de daadwerkelijke schade hoger is dan de onmiddellijk opeisbare boete, en onverminderd vergoeding van kosten van verhaal.
Indien de wederpartij na verloop van tijd de koopovereenkomst alsnog ontbindt dan zal de nalatige partij een boete verschuldigd zijn van tien procent (10%) van de koopsom verminderd met het reeds in de vorm van een dagboete betaalde bedrag, onverminderd het recht op aanvullende schadevergoeding, indien de daadwerkelijke schade hoger is dan de onmiddellijk opeisbare boete, en onverminderd vergoeding van kosten van verhaal.
11.4.
Indien de nalatige partij na ingebreke te zijn gesteld binnen de voormelde termijn van acht dagen alsnog haar verplichtingen nakomt, is de nalatige partij desalniettemin gehouden aan de wederpartij diens schade als gevolg van de niet-tijdige nakoming te vergoeden.’
2.9.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is er meerdere keren op gewezen dat hij de woning op 15 november 2022 diende te verlaten.
2.10.
Op 10 november 2022 heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] laten weten dat hij de woning niet zal gaan verlaten en dat er maatregelen getroffen zullen worden, indien er pogingen worden ondernomen om hem uit de woning te zetten.

3.Het geschil

In conventie
3.1.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] vorderen bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te veroordelen om de woning, staande en gelegen te [woonplaats 2]
, aan [adres 1] te verlaten met
de zijne en het Zijne, binnen één week na betekening van dit vonnis, althans binnen
een termijn die uw rechtbank juist acht;
II. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te gebieden om bij het verlaten van de woning, zijn sleutels af te geven aan
de gevolmachtigde/ de broer van [naam moeder] ;
III. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te veroordelen om zich uiterlijk binnen een week na het verlaten van de
woning uit te schrijven in de registers van de burgerlijke stand als bewoner van het
adres [woonplaats 2] , [adres 1]
; en
IV. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te verbieden om de woning, staande en gelegen te [woonplaats 2]
, aan [adres 1] na zijn vertrek
nog te betreden;
V. te bepalen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een dwangsom van € 500,00 per dag verbeurt, met een
maximum van € 10.000,00, indien hij met de veroordeling van het onder 1, II, III en IV gevorderde in gebreke blijft; en
VI. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te veroordelen in de proceskosten, de nakosten daarbij inbegrepen.
3.2.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
In reconventie
3.4.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] vordert (na wijziging en na vermindering van eis) dat de voorzieningenrechter:
voorshands oordeelt dat aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] het recht van bewoning en/of huurrecht van de woning gelegen te [woonplaats 2] aan de [adres 1] toekomt, althans [eisers in conventie, verweerders in reconventie] gebiedt om het recht van bewoning en/of huurrecht van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te erkennen/accepteren,
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] verbiedt de woning gelegen aan de [adres 1] te [woonplaats 2] te ontruimen,
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] veroordeelt tot het afleggen van financiële rekening en verantwoording over de periode 1 november 2019 (vanaf hun mentorschap) althans vanaf 7 januari 2021 (datum verkrijging algemene volmacht) tot en met heden,
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] veroordeelt in alle kosten van de procedure inclusief de kosten van rechtsbijstand nader te specificeren.
3.5.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] voeren verweer.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Ontvankelijkheid

4.1.
Voor zover de vorderingen zijn ingesteld door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in haar hoedanigheid van bij levenstestament gevolmachtigde van [naam moeder] , overweegt de voorzieningenrechter als volgt. [naam moeder] heeft in haar levenstestament bepaald dat zij enkel aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] een algemene volmacht verleent, indien sprake is van weigering, belet of ontstentenis van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . Nu dit niet is gesteld of gebleken, zullen de vorderingen voor zover deze zijn ingesteld door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in haar hoedanigheid als bij levenstestament gevolmachtigde van [naam moeder] , als zijnde niet-ontvankelijk worden afgewezen.
Spoedeisend belang
4.2.
Het spoedeisend belang van de vorderingen vloeit voort uit de stellingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . Er is een spoedeisend belang van [naam moeder] bij een spoedige verkoop van de woning, nu vast staat dat zij niet meer terug kan keren naar de woning en uit de overgelegde stukken volgt dat haar financiële tekort met de maand oploopt. Dat spoedeisend belang is er ook, omdat de met [naam kleinzoon] overeengekomen leveringsdatum van 15 november 2022 van de woning al is verstreken. Daarnaast is het in deze zaak voor alle partijen van belang dat er op korte termijn duidelijkheid komt over de vraag óf en op welke datum [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de woning moet verlaten.
Volmacht
4.3.
In het levenstestament heeft [naam moeder] bepaald dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] bevoegd is haar (aandeel in een) woning en andere goederen te verkrijgen en te vervreemden, indien zij zelf vanwege een slechte fysieke of geestelijke gezondheid niet of niet ten volle in staat is haar belangen zelf behoorlijk waar te nemen.
4.4.
Voorop staat dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] geen deelgenoot is in de woning. De woning is volledig eigendom van [naam moeder] en er is dus geen sprake is van een gemeenschap. Anders dan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft betoogd, is naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen sprake van misbruik van bevoegdheid, omdat de bevoegdheid de woning te verkopen onder de aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gegeven volmacht valt. Dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] het daar niet mee eens is, kan zo zijn, maar levert geen misbruik van bevoegdheid op.
4.5.
Verder is van belang dat partijen twisten over de financiën van [naam moeder] . De beoordeling of de financiële situatie van [naam moeder] op dit moment zodanig is dat verkoop van de woning op korte termijn noodzakelijk is, ligt bij [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . Dat het aanhouden van de woning er toe leidt dat wordt ingeteerd op het vermogen van [naam moeder] , zoals [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] voldoende onderbouwd heeft gesteld, biedt - zoals hiervoor overwogen – in beginsel voldoende grondslag voor toewijzing van de vorderingen. Het ligt op de weg van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] om beslissingen daaromtrent te nemen.
Recht van gebruik en bewoning en huurrecht
4.6.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stelt het recht te hebben in de woning te verblijven, aangezien sprake zou zijn van een zogenaamd ‘
recht van bewoning’ dan wel van een ‘
huurrecht zonder schriftelijke huurovereenkomst’. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft zijn blote stellingen niet nader onderbouwd en deze zijn door [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gemotiveerd betwist. De voorzieningenrechter overweegt dat het recht van gebruik en bewoning een vorm van vruchtgebruik is en zij moet daarom op dezelfde wijze als een recht van vruchtgebruik op een perceel worden gevestigd. Het recht van vruchtgebruik wordt op grond van artikel 3:98 BW jo. 3:89 BW gevestigd door inschrijving in de openbare registers van een voor vestiging bestemde notariële akte. Nu voorshands niet is gesteld of gebleken dat dit is gebeurd, acht de voorzieningenrechter dit ook niet aannemelijk. Dit betekent dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een recht van gebruik- en bewoning niet aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] kan tegenwerpen.
4.7.
Verder acht de voorzieningenrechter niet aannemelijk dat sprake is van een geldige titel op grond van een huurovereenkomst. Huur is de overeenkomst waarbij de ene partij, de verhuurder, zich verbindt aan de andere partij, de huurder, een zaak of een gedeelte daarvan in gebruik te verstrekken en de huurder zich verbindt tot een tegenprestatie. Weliswaar kan een huurovereenkomst ook mondeling tot stand komen, maar voorshands is niets gebleken van een dergelijke mondelinge afspraak tussen partijen. Ook is niet gebleken dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een tegenprestatie verricht in welke vorm dan ook. De enkele stelling van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dat hij als tegenprestatie betalingen heeft gedaan die hij voorziet van de omschrijving “huur” maakt dat niet anders. Een huurovereenkomst ontstaat niet door de betaling van bedragen op de rekening van [naam moeder] voorzien van de eenzijdige mededeling “huur”, maar door een afspraak tussen partijen. Daar komt bij dat vaststaat dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] nimmer een vast bedrag als tegenprestatie heeft betaald en in ieder geval over de maanden oktober 2022, december 2022, februari 2023, maart 2023 en april 2023 niets aan [naam moeder] heeft voldaan.
Ontruiming
4.8.
De stelling die [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] aan zijn vorderingen ten grondslag heeft gelegd, namelijk dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zonder recht of titel in de woning verblijft, moet, gelet op het voorgaande, in dit kort geding voor juist worden gehouden. De voorzieningenrechter is van oordeel dat aan deze onrechtmatige situatie een einde moet komen, alleen al omdat de woning van [naam moeder] bij koopovereenkomst van 22 september 2022 is verkocht, waarbij is overeengekomen dat de levering van de woning zou plaatsvinden op 15 november 2022. De vraag is vervolgens op welke termijn ontruiming moet plaatsvinden.
4.9.
De voorzieningenrechter stelt vast dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] al in september 2022 contact met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft gezocht voor afstemming over de termijn waarbinnen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de woning zou verlaten, zodat de levering van de woning tijdig gerealiseerd zou worden, maar dat die poging tot afstemming zonder resultaat is gebleven. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft aangevoerd dat hij nog geen nieuwe woning heeft en de wachttijden lang zijn. Het is begrijpelijk dat het [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] enige tijd gekost heeft om te accepteren dat hij de woning moet verlaten, maar de voorzieningenrechter is van oordeel dat het inmiddels hoog tijd is om een datum te bepalen waarop [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de woning uiterlijk moet verlaten. Het is ook noodzakelijk om [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] daartoe te veroordelen, nu onvoldoende is gebleken dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zonder een dergelijke veroordeling op enig moment vrijwillig de woning zal verlaten. De voorzieningenrechter weegt de belangen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] af tegen de belangen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en komt tot slotsom dat de ontruimingsdatum, in afwijking van het gevorderde, wordt bepaald op uiterlijk twee weken na betekening van dit vonnis.
Dwangsom
4.10.
De door [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gevorderde dwangsom zal worden toegewezen, nu uit hetgeen naar voren is gebracht onvoldoende is gebleken dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zonder veroordeling tot betaling van de gevorderde dwangsom op enig moment vrijwillig de woning zal verlaten.
Slotsom
4.11.
Al het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vorderingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] grotendeels worden toegewezen.
Proceskosten
4.12.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] worden begroot op:
- betekening oproeping € 131,98
- griffierecht 314,00
- salaris advocaat
1.079,00
Totaal € 1.524,98
In reconventie
Vordering 1. en 2.
4.13.
Het onder 1. en 2. gevorderde zal worden afgewezen, gelet op hetgeen hiervoor in rov. 4.6. en rov. 4.7. is overwogen.
Vordering 3.
4.14.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stelt verder dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gehouden is tot het afleggen van financiële rekening en verantwoording over de periode 1 november 2019 (aanvang mentorschap), althans vanaf 7 januari 2021 tot en met heden. In de kern komt de betwisting van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] van die vordering erop neer dat hij, naast het gegeven dat de gestelde termijnen niet juist zijn, de gevolmachtigde is van [naam moeder] en er thans om die reden geen rechtsgrond bestaat voor het afleggen van rekening en verantwoording aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] over de besteding van dat vermogen.
4.15.
Vast staat dat [naam moeder] een levenstestament heeft opgesteld op grond waarvan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ingevolge het onder II. bepaalde enkel verplicht is rekening en verantwoording af te leggen aan [naam moeder] of haar erfgenamen (zie rov. 2.3.). De stelling van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dat hij op grond van het vorenstaande recht hierop heeft, zal de voorzieningenrechter derhalve niet volgen. Pas bij het openvallen van een toekomstige nalatenschap van [naam moeder] zal [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] (eventueel) erfgenaam kunnen worden. Daar is op dit moment geen sprake van.
4.16.
Gelet op het vorenstaande zullen de vorderingen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] worden afgewezen.
4.17.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] worden begroot op:
- salaris advocaat
539,50(0,5 x € 1.079,00)
Totaal € 539,50

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om de woning, staande en gelegen te [woonplaats 2] , aan [adres 1] te verlaten met de zijne en het zijne binnen twee weken na betekening van dit vonnis,
5.2.
gebiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om bij het verlaten van de woning zijn sleutels af te geven aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ,
5.3.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om zich uiterlijk binnen een week na het verlaten van de woning uit te schrijven in de registers van de burgerlijke stand als bewoner van het adres [woonplaats 2] , [adres 1] ,
5.4.
verbiedt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om de woning, staande en gelegen te [woonplaats 2] , aan [adres 1] , na zijn vertrek nog te betreden,
5.5.
bepaalt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een dwangsom verbeurt van € 500,00 per dag, tot een maximum van € 10.000,00, indien hij met de veroordelingen onder 5.1. tot en met 5.4. in gebreke blijft,
5.6.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] tot op heden begroot op € 1.524,98,
5.7.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
verklaart [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] niet-ontvankelijk in haar vorderingen,
5.9.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.10.
wijst de vorderingen af,
5.11.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] tot op heden begroot op € 539,50.
Dit vonnis is gewezen door mr. V.E.J. Noelmans en in het openbaar uitgesproken op 4 mei 2023. [1]

Voetnoten

1.type: AP