ECLI:NL:RBLIM:2023:2887

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
19 april 2023
Publicatiedatum
2 mei 2023
Zaaknummer
C/03/251956 / HA ZA 18-333
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Civielrechtelijk geschil over eigendom van voertuigen en andere goederen na echtscheiding

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 19 april 2023, staat de eigendom van diverse voertuigen en goederen centraal in het kader van een echtscheiding tussen twee voormalige echtgenoten. De rechtbank heeft eerder tussenvonnissen uitgesproken en nu is het eindvonnis geveld. De eiser in conventie, die ook verweerder in reconventie is, heeft bewijs geleverd dat hij eigenaar is van verschillende voertuigen, waaronder een Alfa Romeo, een Vauxhall, een Ford Fairmond, en een Honda CBX. De rechtbank heeft de verklaringen van getuigen beoordeeld en geconcludeerd dat de eiser in conventie voldoende bewijs heeft geleverd voor zijn eigendom van deze voertuigen. De gedaagde in conventie, die ook eiseres in reconventie is, heeft geprobeerd aan te tonen dat sommige voertuigen haar eigendom zijn, maar haar verklaringen werden niet als geloofwaardig beschouwd. De rechtbank heeft bepaald dat de gedaagde in conventie de voertuigen aan de eiser in conventie moet afgeven. Daarnaast is er een beslissing genomen over de verkoop van de gezamenlijke woning, waarbij de gedaagde in conventie niet in staat was om aan te tonen dat zij de hypotheekverplichtingen kon overnemen. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij haar eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK Limburg

Civiel recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: C/03/251956 / HA ZA 18-333
Vonnis bij vervroeging van 19 april 2023
in de zaak van
[eiser in conventie, verweerder in reconventie],
wonende te [woonplaats 1] ,
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
advocaat: mr. G.A.M.F. Spera (toevoeging),
tegen
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
(gedagvaard als [naam dagvaarding] , geboren [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] )
wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat: mr. F. Bouyaghjdane (toevoeging).
Partijen zullen hierna [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 4 augustus 2021
  • de brief van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 8 februari 2022
  • de akte houdende productie 18 van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 10 juni 2022
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 24 juni 2022
  • de akte uitlaten van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 6 juli 2022
  • de akte uitlaten van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 6 juli 2022
  • het e-mailbericht van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 15 november 2022
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 16 november 2022
  • de conclusie na enquête van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 11 januari 2023
  • de conclusie na enquête van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 11 januari 2023 met producties 1 tot en met 8
  • het formulier B16 (niet geregeld verzoek) van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 1 februari 2023, waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een productie heeft ingediend
  • het formulier B7 (verzoek akte/nadere conclusie/pleidooi/mondelinge behandeling) van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 1 februari 2023, waarbij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft aangegeven nadere stukken in te willen dienen
  • het formulier B7 (verzoek akte/nadere conclusie/pleidooi/mondelinge behandeling) van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van 1 februari 2023 waarbij [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft aangegeven nadere producties te willen indienen
  • de akte uitlating, tevens akte aanvullende producties van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] met producties 19 en 20
  • de akte uitlating van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 15 februari 2023 met productie 1.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

in conventie en in reconventie
de voertuigen
2.1.
Bij vonnis van 12 mei 2021 heeft de rechtbank [eiser in conventie, verweerder in reconventie] opgedragen te bewijzen dat de voertuigen, zoals in dat vonnis genoemd onder rov. 3.24., met uitzondering van de Ford Fairmond met kenteken [kenteken 1] , zijn eigendom zijn.
2.2.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft in dat kader [naam getuige 1] als getuige en zichzelf als partijgetuige doen horen. In contra-enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zichzelf, [naam getuige 2] en [naam getuige 1] als getuigen doen horen.
2.3.
De rechtbank stelt voorop dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] partij is in dit geding en belast is met het leveren van bewijs. De door hem als getuige afgelegde verklaring kan daarom alleen bewijs in zijn voordeel opleveren, indien aanvullend bewijs voorhanden is dat zodanig sterk is en zulke essentiële punten betreft dat het zijn verklaring voldoende geloofwaardig maakt (art. 164 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
2.4.
Hoewel partijen zich niet hebben uitgelaten over het toepasselijk recht, stelt de rechtbank tevens voorop dat - kort gezegd - zowel naar Duits als naar Nederlands recht overdracht / levering van een roerende zaak noodzakelijk is voor eigendomsoverdracht en de eigendomsoverdracht in zoverre in beide rechtstelsels op dezelfde wijze kan worden beoordeeld. Nu voor de eigendomsvraag enkel van belang is aan wie het betreffende voertuig is geleverd, is bijgevolg niet van belang wie het voertuig (mede) heeft betaald en/of op wiens naam de verzekering dan wel het kentekenbewijs van het voertuig staat/stond.
2.5.
Ten slotte stelt de rechtbank voorop dat als onbetwist vaststaat dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (al voor zijn huwelijk met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ) beroepsmatig handelde in voertuigen (import, export, sloop en nieuwbouw). De rechtbank acht het dan ook aannemelijk dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in het kader van de uitoefening van zijn beroep over veel contante middelen beschikte, aangezien het niet ongebruikelijk is dat de handel in tweedehands voertuigen met contante middelen gebeurt. Ook acht de rechtbank het in dat licht bezien aannemelijk dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] eigenaar was en is van veel voertuigen.
Alfa Romeo
2.6.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard uit drie verschillende Alfa Romeo’s één nieuwe Alfa Romeo te hebben samengesteld. De afsleepdiensten verkochten hem namelijk afgesleepte auto’s die niet werden opgehaald. Die drie auto’s had hij al lang voor zijn huwelijk met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gekocht, zo verklaarde hij. Bij conclusie na enquête heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (nogmaals) aangevoerd dat hij de auto uit drie Alfa Romeo’s, die hij voor het huwelijk met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] had gekocht, heeft samengesteld. Deze samengestelde auto heeft voor hem grote emotionele waarde. De auto heeft enige tijd in Spanje gestaan, maar nadat de eigenaar van de garage waar de auto gestald stond, is overleden, is de auto aan hem teruggegeven, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Bij akte uitlating heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (onder verwijzing naar producties 19 en 20) aangevoerd dat de emotionele waarde van de auto wordt onderbouwd door de verklaring van [naam 1] dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] deze auto nooit zou verkopen. Volgens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] doet eventuele verkoop door een beschikkingsonbevoegde niet af aan de eigendom. De auto was van hem.
2.7.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft het volgende verklaard:
“De alfa Romeo was geen samengestelde auto. Deze auto was aanvankelijk eigendom van een Zweedse man. Na zijn overlijden heeft zijn dochter de auto aan mij gegeven. Ik ben de auto samen met de keer [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [naam 2] gaan ophalen in Andalusië.
Op vragen van mr. Bouyaghjdane:
De auto is mijn eigendom want hij is aan mij geschonken.
Op vragen van mr. Litt:
Ik weet niet meer precies wanneer de auto aan mij geschonken is, maar dit was tijdens mijn huwelijk. Aanvankelijk was de Alfa Romeo eigendom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en mij samen. Wij hebben die Alfa Romeo toen verkocht aan de Zweedse man. Ik weet niet meer precies wanneer dit was. Volgens mij heb ik nog papieren waaruit dit blijkt en kan ik dit nog nazoeken. Jaren later toen hij kwam te overlijden, heeft zijn dochter de auto aan mij geschonken. De Zweedse man was een goede vriend van mij. Hij heeft zijn dochter opdracht gegeven na zijn overlijden de auto aan mij terug te geven. U toont mij productie 17c. Dit bewijsstuk heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zelf in elkaar gezet. Ik heb thuis nog een hele doos met allemaal kentekenbewijzen.”
2.8.
[naam getuige 2] heeft - voor zover thans van belang - verklaard van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gehoord te hebben dat de Alfa Romeo van haar was en dat zij de auto van een vriend had gekregen. [naam getuige 2] verklaarde tevens niet te weten (i) hoelang [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] al eigenaar van die auto was toen hij deze auto voor het eerst zag, (ii) hoe [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] eigenaar van de auto is geworden; hij was zelf nergens bij aanwezig geweest en hij weet alleen dat wat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hem heeft verteld. [naam getuige 2] verklaarde verder [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te hebben horen zeggen dat hij de auto onderhield, maar [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft hem nooit verteld wie de eigenaar van de Alfa Romeo is. Op een vraag van de advocaat van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft [naam getuige 2] ten slotte verklaard [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te hebben horen zeggen dat hij de auto voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onderhield, maar [naam getuige 2] weet niet meer wanneer [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dat heeft gezegd.
2.9.
[naam getuige 1] heeft - voor zover thans van belang - verklaard dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hem hebben verteld dat de Alfa via een vriend van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] uit Spanje kwam en dat zij [ [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ] de auto van die vriend heeft gekregen, maar dat het allemaal lang geleden is, dat hij zich niet alles kan herinneren en dat hij er nooit bij is geweest, ook niet toen de Alfa naar Nederland kwam. Hij weet niet wie betaald heeft en wat hij weet, heeft hij van horen zeggen. Hij heeft wel eens van allebei gehoord dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] eigenaar is van de auto, maar het is al lang geleden dat hij het heeft gehoord, aldus [naam getuige 1] .
2.10.
Nu [naam getuige 1] niets uit eigen wetenschap, maar slechts “van-horen-zeggen” heeft kunnen verklaren en hij zich bovendien vrijwel niets juridisch relevants wat betreft de eigendomsvraag weet te herinneren, gaat de rechtbank voorbij aan de verklaring van [naam getuige 1] .
2.11.
De rechtbank is van oordeel dat uit de verklaring van [naam getuige 2] evenmin iets is af te leiden over de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestelde eigendom van de auto, nu [naam getuige 2] ter zake niet uit eigen wetenschap kan verklaren, maar slechts “van-horen-zeggen” heeft verklaard. Daarbij komt dat (ook) [naam getuige 2] zich ter zake niets juridisch relevants kan herinneren. De rechtbank gaat om die reden voorbij aan de verklaring van [naam getuige 2] .
2.12.
Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onderbouwen de getuigenverklaringen van [naam getuige 1] en [naam getuige 2] dat haar Zweedse vriend aan zijn dochter de opdracht heeft gegeven om na zijn overlijden het voertuig aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te schenken. Daarnaast heeft [naam getuige 2] verklaard onderdelen van de auto aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te hebben geschonken en [eiser in conventie, verweerder in reconventie] - in tegenstelling tot [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] - nooit in de auto te hebben zien rijden. Onder verwijzing naar hetgeen de rechtbank hiervoor heeft overwogen met betrekking tot de verklaringen van [naam getuige 1] en [naam getuige 2] , volgt de rechtbank [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hierin echter niet, waarbij de rechtbank opmerkt dat de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gegeven uitleg van de verklaring van [naam getuige 2] bovendien berust op een onjuiste lezing van diens verklaring.
2.13.
Bij conclusie na enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als productie 7 een koopovereenkomst en verzekeringspapieren, die op haar naam stonden, in het geding gebracht, waaruit volgens haar blijkt dat het voertuig haar eigendom was. Onder verwijzing naar rov. 2.4. gaat de rechtbank hieraan voorbij.
2.14.
De verklaring van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] komt de rechtbank niet aannemelijk voor. In eerste instantie verklaarde [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op vragen van de rechter dat de auto “
aanvankelijk” eigendom was van “
een Zweede man” en dat zijn dochter na zijn overlijden de auto aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gegeven. Pas na vragen van de advocaat van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verklaard dat de auto “
aanvankelijk” eigendom was van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] samen en dat zij die auto aan “
een Zweedse man” hebben verkocht. Hoewel deze Zweedse man volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een goede vriend van haar was, heeft zij geen enkele keer de naam van deze goede vriend genoemd, hetgeen de rechtbank bevreemdt. De verklaring van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] productie 17c zelf in elkaar heeft gezet is niet onderbouwd met feiten en omstandigheden, zodat de rechtbank daaraan voorbijgaat. Bij conclusie na enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gepoogd haar verklaringen (nader) te onderbouwen door als productie 7 over te leggen een koopovereenkomst, waarbij zij als verkoper de auto aan haar Zweedse vriend als koper verkocht, en verzekeringspapieren, maar de rechtbank hecht hieraan (onder verwijzing naar rov. 2.4.) geen belang met betrekking tot de eigendomsvraag van de auto. Gelet op het beroepsmatig handelen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] acht de rechtbank zijn verklaring dat hij de auto uit drie andere auto’s, die hij van afsleepdiensten heeft gekocht, heeft samengesteld het meest aannemelijk. In zoverre is de rechtbank van oordeel dat hij in zijn bewijslevering is geslaagd, waarmee vaststaat dat de Alfa Romeo eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze auto aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Vauxhall
2.15.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard dat hij de camper in Duitsland bij iemand privé heeft gekocht en dat [naam 2] is meegekomen toen hij ter plekke over de auto heeft onderhandeld, de koopsom heeft betaald en de camper vervolgens heeft meegekregen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was hierbij niet aanwezig, zo verklaarde [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.16.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“De camper is ongeveer 18 jaar geleden gekocht in Duitsland. Dit was dus tijdens ons huwelijk. De Duitse tenaamstelling is al die jaren nooit omgezet. [naam 2] is samen met [eiser in conventie, verweerder in reconventie] naar Duitsland gegaan en is daarna met de camper teruggekomen. Ik was er niet bij. Ik was thuis. Ik weet dat de aankoopsom contant betaald is. Het geld is afkomstig van onze gezamenlijke bankrekening. Ik weet niet meer welke rekening dit was. (...)”
2.17.
De verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] komen overeen in die zin dat de auto in Duitsland aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is geleverd en dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] daar niet bij was. Hieruit volgt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is geslaagd bewijs te leveren dat de camper zijn eigendom is.
2.18.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze camper aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Ford Fairmond [kenteken 2]
2.19.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard de auto tegen betaling van HFL 250,00 in contanten van een kraker te hebben gekocht. De auto stond bij het huis op de [adres 1] te [plaats 1] , dat hij destijds had gekocht. Na betaling heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de auto meegekregen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was hier niet bij, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.20.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“Deze auto bevond zich in het pand in [plaats 2] dat wij tijdens ons huwelijk kochten. Het pand betrof een drugspand en de auto was achtergelaten door de vorige bewoners. Het heeft een paar jaar geduurd voordat het lukte om de auto op naam te krijgen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Wij hebben dus aan niemand geld betaald voor deze auto. De auto staat nog steeds in de garage. Ik mocht er niet mee rijden. (...)
Op vragen van mr. Litt:
Toen wij het huis kochten, was er een hoop puin achtergelaten. Naast de Ford Fairmond weet ik dat er nog wat fietsen waren achtergelaten. Ik weet niet meer of er ook nog andere auto’s waren achtergelaten. Daarvoor is het te lang geleden. Over de gang van zaken heb ik verder geen vragen gesteld aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .”
2.21.
De rechtbank acht de verklaring van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aannemelijker dan die van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , te meer nu [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet heeft weersproken niet aanwezig te zijn geweest bij de levering van de auto door de kraker aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Het bevreemdt de rechtbank dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar stelling dat het jaren heeft geduurd om de auto op naam van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te krijgen niet met stukken heeft kunnen onderbouwen, hetgeen wel voor de hand lag, zodat de rechtbank hieraan voorbijgaat. Gelet hierop is [eiser in conventie, verweerder in reconventie] geslaagd in zijn bewijslevering en dient het ervoor te worden gehouden dat de auto eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze auto aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Sportboot Moana
2.22.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft verklaard dat de boot er al was voor hun huwelijk en dat de boot van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] was. De verklaring van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ondersteunt de stelling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dat de boot zijn eigendom is, zodat de rechtbank dit als vaststaand aanneemt. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze boot aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Honda CBX
2.23.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard de motor ( [kenteken 3] ) in de
eerste helft van 1983 te hebben gekocht in de garage van [naam 3] en dat hij hiervoor DM 18.000 in contanten heeft betaald. [naam 3] was hierbij aanwezig. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] verklaarde dat deze motor in Nederland staat en dat hij nog een Honda heeft die in Duitsland staat.
2.24.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“Van belang is om te weten dat er sprake is van twee gelijke motoren met dezelfde kleur, hetzelfde type maar waarvoor slechts een kenteken gebruikt werd. Een van de motoren was voor het huwelijk al eigendom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en deze stond in Spanje. Na het huwelijk is er een tweede motor bijgekomen. Het idee was dat wij samen konden rijden op een zelfde type motor. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en ik zijn de motor samen bij meneer [naam 3] gaan ophalen. Er is niet voor betaald. De motor die al eigendom was van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voor het huwelijk staat nog steeds in Duitsland en is nog steeds verzekerd. De tweede motor die erbij is gekomen en die bedoeld was zodat ik daar op kon rijden, staat nog bij mij maar in onderdelen. Ik kan er nu niet mee rijden. (...)” Bij conclusie na enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aangevoerd dat de verklaring van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , te weten één van de twee motoren voor het huwelijk al in zijn eigendom was, klopt.
2.25.
Nu [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft erkend dat de Honda CBX met kenteken [kenteken 3] al in 1983 (dat wil zeggen voor hun huwelijk) door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is verkregen, wordt de verklaring van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voldoende ondersteund, waarmee komt vast te staan dat deze motor eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze motor aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Suzuki GS 750
2.26.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft verklaard dat deze Suzuki ( [kenteken 4] ) tijdens het huwelijk is gekocht en op dit moment in het pand staat waar [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] woont. De verkoper is destijds met de heer [naam getuige 1] naar [eiser in conventie, verweerder in reconventie] gekomen, waar [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de Suzuki ter plekke heeft gekocht. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was hierbij niet aanwezig. Het was een wederdienst en [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft voor de Suzuki niets betaald, zo verklaarde hij.
2.27.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“Dit betreft een skelet motor waar je niet mee kunt rijden. Deze staat nog tegen de muur in het pand waar ik woon. Het zou kunnen dat er niet eens kentekenpapieren zijn. Deze skelet motor is door iemand weggegeven in de tijd dat wij in het pand in [plaats 3] woonde. Hij is dus niet gekocht. Deze skelet motor is bij ons thuis toen afgeleverd door mensen. Ik weet niet of er voor betaald is. (...)
Op vragen van mr. Litt:
Ik weet niet meer wie het contact gelegd heeft met de mensen die de skelet motor hebben afgegeven.”
2.28.
[naam getuige 1] heeft - voor zover thans van belang - verklaard nooit te zijn mee geweest als [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een voertuig kocht en zich geen Suzuki GS 750 te kunnen herinneren.
2.29.
De verklaring van [naam getuige 1] wordt gepasseerd, nu hij zich niets over de Suzuki kan herinneren.
2.30.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ondersteunt de verklaring van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in zoverre dat er voor de Suzuki niet is betaald en dat de motor thuis is geleverd. Onder verwijzing naar rov. 2.4. is de rechtbank van oordeel dat geloofwaardig is dat de Suzuki thuis aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is geleverd. Daarmee is komen vast te staan dat de Suzuki eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van dit voertuig aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Hyosung
2.31.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] verklaarde dat [naam 4] deze bromfiets aan hem heeft geschonken tijdens het huwelijk. Deze bromfiets was helemaal kapot en [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft hem toen opgeknapt. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was aanwezig toen de bromfiets aan hem werd geschonken, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.32.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“In de laatste jaren van ons huwelijk is de bromfiets door [naam 5] aan mij geschonken, ik kan dat bewijzen en ik zal nog een verklaring laten opstellen. Op dit moment uit [de rechtbank leest en begrijpt hier: is] deze bromfiets uit elkaar gehaald en kan ik er niet op rijden. (...)
Op vragen van mr. Litt:
De papieren van deze bromfiets stonden op mijn naam. In de tijd van de echtscheidingsprocedure toen wij nog gehuwd waren, heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zonder mijn toestemming het kenteken op zijn naam laten zetten.”
2.33.
Bij conclusie na enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als productie 8 een “schenking in natura” ingebracht waaruit volgens haar blijkt dat deze bromfiets aan haar is geschonken. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft [naam 4] echter abusievelijk een onjuist kenteken op die schenkingsovereenkomst genoteerd. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft opgemerkt zo spoedig mogelijk een gecorrigeerde verklaring in te zullen dienen. De rechtbank stelt vast dat deze verklaring niet door haar is ingediend. Gelet daarop hecht de rechtbank aan de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] overgelegde “schenking in natura” niet de waarde die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] daaraan hecht, nu niet duidelijk is of het dezelfde bromfiets betreft.
2.34.
De rechtbank acht het aannemelijker dat de bromfiets aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is geschonken dan aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] , nu [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (onder meer) in bromfietsen handelde en hij deze kon opknappen. Gelet hierop moet het ervoor worden gehouden dat de bromfiets is geleverd aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . De rechtbank neemt dan ook als vaststaand aan dat de bromfiets eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze bromfiets aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Hanomag Camper
2.35.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard dat hij deze camper lang voor het huwelijk zelf heeft gebouwd. Hij heeft de camper meerdere malen omgebouwd. De originele camper heeft hij in Duitsland van een opsleepdienst gekocht. Hij verklaarde hiervoor contant tegen een schrootprijs te hebben betaald. Zijn moeder was aanwezig bij de aankoop ervan, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.36.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft het volgende verklaard:
“Toen ik [eiser in conventie, verweerder in reconventie] leerde kennen was hij eigenaar van een wrak camper. Tijdens ons huwelijk is er nog een tweede Hanomag en ook een derde auto door ons samen gekocht. Die twee laatste voertuigen zijn gebruikt om de wrak camper op te bouwen.
Op vragen van mr. Bouyaghjdane:
De wrak camper was een Hanomag.
Op vragen van mr. Litt:
In de loop der jaren is er aan deze wrak camper gewerkt. Ik weet nu op dit moment niet meer precies wanneer gestart is met de opbouw van de wrak camper.”
2.37.
Bij conclusie na enquête heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aangevoerd dat de camper door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voor hun huwelijk is aangekocht. Het betrof volgens haar een wrak. Tijdens het huwelijk hebben partijen samen nog een tweede camper en een auto gekocht om het wrak op te bouwen. Zij stelt dan ook samen met [eiser in conventie, verweerder in reconventie] eigenaar van de camper te zijn.
2.38.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft erkend dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de camper voor het huwelijk heeft gekocht (en geleverd heeft gekregen). Daarmee staat vast dat de camper eigendom is van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Dat er in de loop van de tijd onderdelen, die partijen mogelijk gezamenlijk hebben gekocht, zijn gebruikt om de camper om te bouwen, maakt niet dat de camper daardoor eigendom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] samen zou zijn geworden. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze camper aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Suzuki bouwjaar 1981 en bouwjaar 1982
2.39.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zowel de Suzuki [kenteken 5] als de Suzuki [kenteken 6] “heeft buiten gezet”. Van de eerstgenoemde wordt beweerd dat hij is gestolen, de tweede is er nog in onderdelen, zo verklaarde [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . [eiser in conventie, verweerder in reconventie] verklaarde verder beide Suzuki’s tijdens het huwelijk te hebben gekocht en dat [naam 2] hierbij aanwezig was. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] was hierbij niet aanwezig, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.40.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“Er waren oorspronkelijk drie Suzuki’s. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft tegen mij gezegd dat een daarvan gestolen is. De twee andere kleine jeeps zijn aangekocht met het idee om deze op te knappen zodat ik ze kon gebruiken als reisleider in Spanje. De jeeps zijn in Duitsland opgehaald door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] samen met [naam 2] . Ik ben toen niet mee gegaan. De koopsom is contant betaald. In het algemeen kan ik opmerken dat als [eiser in conventie, verweerder in reconventie] auto’s ging ophalen, ik contant geld meegaf. (...)”
2.41.
Uit de verklaringen van partijen, bezien in samenhang met de door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] overgelegde producties 17 H en 17 I, blijkt genoegzaam dat beide Suzuki’s zijn geleverd aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] . Aldus staat vast dat beide Suzuki’s eigendom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van deze auto’s aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
3 aanhangers
2.42.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - verklaard twee aanhangers in Brunssum te hebben gekocht in aanwezigheid van [naam 1] . Van de derde aanhanger heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de onderdelen gekocht. Deze aankopen gebeurden tijdens het huwelijk, aldus [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
2.43.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft - voor zover thans van belang - het volgende verklaard:
“Deze drie zijn tijdens het huwelijk gekomen. Een heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zelf gebouwd. Een is gratis gekregen en de ander is geschonken. Wij hebben deze samen gratis gekregen en de ander is aan ons samen geschonken. Een van deze twee komt uit België. Ik kan geen namen noemen van de personen van wie we deze twee gekregen hebben.”
2.44.
Hoewel partijen dienaangaande niets (expliciet) hebben verklaard, acht de rechtbank het aannemelijker dat de aanhangers aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij de uitoefening van zijn bedrijf zijn geleverd. Of dit nu voor of tijdens het huwelijk is gebeurd, is om die reden niet relevant. Onder verwijzing naar rov. 2.4. is voor de eigendomsvraag evenmin relevant wie de aanhangers heeft betaald. De rechtbank acht het bewijs door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] geleverd. De rechtbank neemt als vaststaand aan dat de aanhangers eigendom van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zijn. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal, in overeenstemming met het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 gevorderde, worden veroordeeld tot afgifte van de aanhangers aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
Resumerend
2.45.
De rechtbank zal, in overeenstemming met hetgeen [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij petitum sub 4 heeft gevorderd, [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] veroordelen de hiervoor genoemde voertuigen alsmede de Ford Fairmond met kenteken [kenteken 1] (zie het vonnis van 12 mei 2021, rov. 3.24.) op het eerste schriftelijke verzoek daartoe aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] af te geven.
2.46.
Gelet op de houding van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (zie het vonnis van 12 mei 2021, rov. 3.24. en 3.26.) ziet de rechtbank vooralsnog geen aanleiding een dwangsom op te leggen en gaat de rechtbank er vanuit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal meewerken aan de afgifte van de goederen.
Overname woning [plaats 2]
2.47.
Bij vonnis van 12 mei 2021 heeft de rechtbank [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de gelegenheid gesteld bij akte ter rolle van 4 augustus 2021 (rov. 3.13. aldaar) “bewijs over te leggen waarmee zij kan aantonen dat de hypotheekverstrekker [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zal ontslaan uit de hoofdelijke aansprakelijkheid ten aanzien van de op de woning rustende hypotheekschuld, alsmede dat zij aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het bedrag van € 55.966,50 - de helft van de genoemde overwaarde van de woning - kan betalen. Indien [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hier niet aan voldoet, zal haar vordering om de woning aan haar toe te delen, worden afgewezen en zal worden bepaald dat de eenvoudige gemeenschap ten aanzien van de woning dient te worden verdeeld door verkoop van de woning.”
2.48.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft op 4 augustus 2021 geen akte genomen, waarna haar uitstel is verleend om de akte op 1 september 2021 te nemen. Ook toen heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de akte niet genomen, waarna een akte niet dienen is verleend. Gelet hierop zal de rechtbank in overeenstemming met hetgeen zij bij vonnis van 12 mei 2021 heeft overwogen, bepalen dat de woning dient te worden verkocht.
Proceskosten
2.49.
Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt, waaronder begrepen de reeds betaalde getuigentaxen.
Kosten deskundige (makelaar)
2.50.
Nu - gelet op de aan partijen verleende toevoegingen - het voorschot van de deskundige van € 650,00 uit ’s Rijks kas is voorgeschoten, zal de rechtbank in overeenstemming met haar eerdere vonnis (waarin is geoordeeld dat partijen ieder bij helft deze kosten dienen te dragen) conform art. 244 Rv ieder van partijen veroordelen een bedrag van € 325,00 aan de griffier te voldoen.

3.De beslissing

De rechtbank
in conventie
3.1.
verklaart zich onbevoegd om te oordelen over de vordering die ziet op de woning gelegen aan de [adres 2] te [plaats 4] ,
3.2.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om op eerste schriftelijk verzoek daartoe aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] af te geven:
  • de Ford Fairmond met kenteken [kenteken 1]
  • de Ford Fairmond met kenteken [kenteken 2]
  • de Alfa Romeo
  • de Vauxhall
  • de sportboot Moana
  • de Honda CBX met kenteken [kenteken 3]
  • de Suzuki met kenteken [kenteken 4]
  • de Hyosung
  • de Hanomag camper
  • de Suzuki [kenteken 5] en de Suzuki [kenteken 6] (resp. bouwjaar 1981 en 1982)
  • de drie aanhangers,
  • de gereedschappen die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog in haar bezit heeft
  • de kleding van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] nog in haar bezit heeft,
in conventie en in reconventie
3.3.
bepaalt dat de woning gelegen aan de [adres 3] te [plaats 5] , zal worden verdeeld door verkoop ervan, waarbij partijen (na aftrek van hypotheeklasten en kosten) ofwel ieder de helft van het restantbedrag toekomt ofwel, mocht er een schuld resteren, ieder de helft van de resterende schuld dient te dragen,
3.4.
compenseert de proceskosten in die zin dat partijen ieder haar eigen kosten, waaronder begrepen de getuigentaxen, draagt,
3.5.
veroordeelt ieder van partijen een bedrag van € 325,00 ter zake het voorschot van de deskundige aan de griffier voldoen,
3.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
3.7.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman en in het openbaar uitgesproken op
19 april 2023.
JC